RADIO-RUBRIEK.
l
rt^TEKSWAARDIGHEDES.
Kleurstofdieren.
VOOR DEN TOESTELBOUWER,
Is natuurgetrouwe weergave mogelijk?
Een belangwekkend vraagstuk.
WARE WOORDEN.
Ei
r
ui
i
Ik <rind uw nieuwiaansrlft zoo geriatr, dat ik u alleen een
olie nieuwjaar voor de eerste drie maanden kan toewenachan.
I» h«t bsksnd:
dat er ia den menschelijken
schedel 22 heenderen zitten?
d t de bamboe-plant het snelste
van alle planten groeit?
dat deze soms 60 C-M. in 24 uur
groeit?
dat reeds 2800 jaar vóór Chris
tus in China hennep verbouwd
werd?
dat in de oudheid men zich ge
durende de oorlogen wel van een
soort bloedhonden bediende, die af
gericht waren, om den vijand aan
te vliegen? Zij hebben meermalen
In de vijandelijke legere verwarring
geetieht, ad manige krijgsman ie in
den strijd gebleven door een beet
van zoo'n hond.
dat de betera der Mshrissm
eilanden dekten toeschrijven aamlt
vijandeohap van ten stamgenoot.
Om dien vijandellj£en invloed on
schadelijk te maken, dooden zij
den vermeenden vijand en eten
hem op.
d a t in de 17de eeuw het ge
recht soms vreeseijk streng optrad?
Een kapitein (van 86 Jaar, die izich
aan moord had schuldig gemaakt,
'werd levend geradbraakt en daarna
onthoofd. Het hoofd werd op een
ijzeren pin gestoken en het lichaam
op een rad ten toon gesteld.
dat het hoogste hotel in Europa
in de Ziwitsersche Alpen ligt, op
•den ungfrau, ongeveer 4000 M
boven den zeespiegel.
dat door de bewonen van de
Palomons-eilanden, een halssnoer
van torrenpooten gebruikt wordt
als een bewije van genegenheid?
v
Heb {e tenslotte een nieuwe keukenmeid gevonden?
Ik weet het niet We hadden er een toen ik twee uur
leden raiin huis verliet
nachten geen oog toe. Vijftien jaar leefde hij als «en
opgejaagd stuk wild. Ashton Wolfe zocht hem op, hij
werd door de politie gevangen genomen, omdat ze
vermoedde met een spion te doen te hebben, maar 'hij
werd spoedig weer vrijgelaten omdat men niet wist,
wien men voor had. Tenslotte werd Romanetti ven
raden en uit een hinderlaag lafhartig vermoord. Hij
Het een zoon na, die sear seker ook aan de bloed
wraak vasthoudt.
Een ontzettend geval van bloedwraak speelde zich
in Spanje af. Omdat zij en haar broer door een op
lichter, een zekeren Don Manuel waren bedrogen,
veranderde de eens zoo lieve en zachte Carmen in
een helsch wijf. Zij stak den bedrieger neer en vormde
een rooversbende, waarmede ze een verwoeden strijd
tegen politie en autoriteiten voerde. Carmen was in
een klooster opgevoed, was een lieve aangename ver
schijning en zou zeer zeker een tevreden huisvrouw
zijn geworden als zij niet door Don Manuel was be
drogen. De bedrieger zou zijn gerechte straf niet zijn
ontgaan, want Ashton Wolfe bevond zioh reeds met
eenige rechercheurs op weg om hem te arresteeren,
maar Carmen kon niet wachten, verbond zich met
den Ierschen avonturier Jack Harley, op wiens leven
de Vendetta ook van grooten invloed is geweest en
speelde eigen-rechter.
Doch ook het nuchtere Noorden kent vele gevallen
van bloedwraak. Ashton Wolfe vertelt van een derge
lijk geval in het Zwarte Woud. Daar leefde een jonge
boer, genaamd Schorle, die op Lisa, de dochter van
den opperhoutvester verliefd was. De houtvester wilde
evenwel het meisje met een zekeren Wielemanm, een
rijken glasblazer, door wien hij was omgekooht, la
ten trouwen.
De oom van Schorlo, die den bijnaam van „Beul"
had, kwam zijn neef te hulp. Op den dag van het
huwelijk van Lisa met den jongen Wielemann, wer
den op den weg naar de kertc de bruidegom en zijn
vader door de bende van den ,3eul" doodgeschoten.
Daarmede hadden Schorle en zijn bende zich buiten
de wet gesteld. De vrouw van Wielemann, bij wie
Lisa, sinds den ongeluksdag inwoonde, had slechts
één gedachte, „zich te wreken op de moordenaars van
haar man en zoon". Op zekeren dag betrapte zij
Schorle in haar huis, maar daar de politie hem op
de hielen zat, verstopte ze hem, want als haar gast
was hij haar heilig, ofschoon ze hem bloedige wraak
had gezworen. Later trof ze hem in een bosch, waar
hij op Lisa wachtte. Snel besloten, schoot ze hem
neer. Waarop Lisa haar doodschoot Dat is wel een
der tragische episoden, welke in het hoek van Ash
ton Wolfe wordt gevonden. Zij wordt beheerscht door
liefde, haat, eer en wraak.
Je neus ziet rood. Heb je
kon?
Nee, dorst.
Onder de vele vijanden, die de planten in het die
renrijk bezitten, nemen de cicaden of gelijkvleuge-
'ige insecten een belangrijke plaats in. Ieder, die
zich heeft bezig gehouden met het kweeken van
bloemen, zal het wel eens hebben getroffen, hoe de
groei van stengels en bladeren belangrijk kan wor
den tegengehouden door een troep bladluizen, die
zich met hun lange snuiten in de weefsels boorden
en de sappen aan de plant ontrokken. Dat de scha
de niet tot eenvoudige groeibelemmering beperkt
behoeft te blijven, bewijzen de groote financieele
verliezen, die in zoo goed al» alle landen, waar men
zich op de cultuur van de wijndruif toelegt, gele
den zijn ten gevolge van de verwoestingen, welke
de druifluis in de wijnbergen teweeg 'bracht. Dit
Onlangs werd in een van de voornaamste buiten-
iandsche bladen de vraag opgeworpen: Is natuur
getrouwe weergave mogelijk? In dit verband is het
Noor de Radio-amateurs van veel belang, eenige
punten in zake deze kwestie eens nader onder hat
oog te zien.
Het mag bekend verondersteld worden, dat dat
gene wat wij „geluid" noemen, niets anders is dan
in t illing gebrachte lucht Het aantal trillingen
per seconde bepaalt de toonhoogte, dus iedere
..toon" of muzieknoot heeft haar eigen trillingsge
tal (aantal trillingen per seconde). Nu is echter ge
keken, dat als een muziekinstrument een muziek
noot voortbrengt, de lucht wel in trilling gebracht
wordt met een aantal trillingen per seconde be-
hoorende bij de toonhoogte van deze noot, maar dat
bovendien meerdere trillingen in de lucht ontstaan,
zoogenaamde harmonische trillingen, die in een ze
kere verhouding staan tot de „hoofd-trilling". Iedere
muzieknoot is dus voor het menachelijk oor waar
neembaar, doordat de lucht in een zeer samenge
stelde geluidstrilling gebracht wordt; de hoofdtril-
lin?, a*s wiji het zoo mogen uitdrukken, bepaalt
de toonhoogte en de bij-trillingen zijn oorzaak dat
wij kunnen „hooren" welk instrument deze toon
beeft voortgebracht. De bij-trillingen geven dus aan
de voortgebrachte muziektoon dat bijzondere tim
bre, dat aan de diverse muziekinstrumenten eigen
ia
Deze. bij-trillingen hebben een trillingsgetal, dat
vele malen hooger kan sUn, dan het hoofd-trillinge-
getal wij een noct op de asa, da» Mt
deze noot een eigen trillingsgetal, maar bovendien
een aantal bij-trillingen of harmonische trillingen,
waarvan bijv. één een trillingsgetal heeft, dat 8 maal
dat der hoofdtrillingen bedraagt. Het is juist deze
trilling, die het speciale timbre aan de piano-tonen
geeft en ze te onderscheiden maakt van de harp-
tonen, die overigens eveneens de noodige harmoni
sche trillingen opwekken, met als voornaamste een
trilling met een trillingsgetal van 7 maal de grond-
trilling.
De muzikale geluidstrillingen zijn dus al zeer
samengesteld en het is fnuikend voor het „timbre'
van het instrument als deze samengestelde trilling
verminkt doorkomt. In het zendstatioin worden de
geluidstrillingen omgezet in electrische wissel
stroompjes. met frequenties, die correspondeeren
met de verschillende trillingsgetallen. Wij krijgen
dus voor iedere samengestelde geluidstrilling even
eens samengestelde wisselstroompjes. In het ont
vangtoestel worden deze wisselstroompjes uiteinda-
lijk weer omgezet in de geluidstrillingen, die de luid
spreker voortbrengt. Willen deze geluidstrillingen
absoluut gelijk zijn aan de overeenkomstige geluids
trillingen, opgewekt in het zendstation, dan mogen
bij de verschillende transformaties geen 'bij-trillin
gen zijn onderdrukt en evenmin ten opzichte van
de hoofdstrilling .verschoven" zijn. Als dat wel het
geval is geweest, zullen de tonen, door den luid
spreker weergegeven, veel, zoo niet alles, aan
.eigen" timbre verloren hebben.
Al zijn wij met het bovenstaande op het terrein
van de geluideleer aangeland, het ls zeer gewenscht
ook deze zijde van het vraagstuk: „Hoe bereiken we
natuurgetrouwe weergave" te belichten. Men zoekt
nog naarstig, men is al een heel eind in de goede
richting gevorderd, maar.: of wij ooit het einddoel,
het „volmaakt natuurgetrouwe" zullen bereiken?
Volgende week een hoogst belangwekkend arti
kel:
Nog eeas: AAtom*aaMMt (Met echesMrteeke-
Amerikaansehe insect, dat in zijn vaderland voor
de druivenplanten lang niet zoo gevaarlijk was al»
hier in Europa, heeft vooral in Frankrijk hevig
huisgehouden. Ongeveer anderhalf millioen H.A.
wijnbergen werden door deze bladluis vernield, zoo
dat de verliezen natuurlijk vele millioen francs be
liepen!
Onder de gelljkvleufellgen zijn echter ook eend
soorten, die zich in zooverre van de bladluizen on
derscheiden, dat ze alleen hun voedsterplanter.
schade berokkenen, maar voor den mens oh van uit
nemend oeconomisch belang zijn.
In de eerste plaats de cochenilleluis, die tot op
den huidigen dag als drogerij onder den naam pe-
renrood wordt verkocht. De geschiedenis van dit in
teressante insect is er een van snelle opkomst en
even snel verval. Reeds voor vierhonderd jaren was
het diertje in Europa bekend. Twee eeuwen lang
echter maakte men van de mooie roode kleurstof,
die eruit te bereiden is, gebruik zonder dat men er
eenig begrip van had, met een gedroogd insect te
doen te hebben. In het begin van de achttiende
eeuw, werd, naar aanleiding van een weddenschap,
een onderzoek ingesteld in Mexico, het land, waar
de drogerij vandaan kwam en toen bleek het, dat
het perenrood of de cochenille van dierlijken oor
sprong was.
In hun vaderland leven de coehenilleluizen op
verschillende cactussoorten, vooral op Opuntia coc-
cinellifera. De diertjes vermenigvuldigen zich bui
tengewoon snel en kunnen in korten tijd de dikke
vleezige cactusstengels met een witte laag bedek
ken, die eruit ziet alsof ze van ingedroogd schuim
ia. In werkelijkheid bestaat ze uit een wasachtige
stof, die door de larven is afgescheiden en waar
onder de volwassen dieren veilig «n wel verscholen
Toen ik vijf minuten met
lansen gepraat had, noemde hii
me een ezel.
Had hij zóóveel tijd noodig,
om tot die conclusie te komen?
zitten. Waar de witte laag het dikst is, bevinden
zich de wijfjes, die, zooals dat meestal bij insecten
het geval is, het grootst zijn. De mannelijke coche
nilleluizen leven niet met z'n allen onder één deken,
maar elk individu is omgeven door een plat koker
tje van was, dat aan de eene zijde van een opening
is voorzien.
Vroeger kweekte men in Mexico op groote schaa.
de Opuntia's, die den cochenilleluizen tot voedsel
moesten dienen, infecteerde de planten met eenige
exemplaren, van de gulzige insecten, waarna de na
tuur door de buitengewone vruchtbaarheid van de
diertjes voor de rest zorgde. De wijfjes, ofschoon in
veel mindere mate ook de mannetjes, werden bij
massa's van de planten afgekrabd en gedroogd. Men
heeft in Mexico tijden gekend,- dat per jaar meer
dan 800.000 ponden cochenille naar Europa werden
verscheept, een hoeveelheid, waarvan de waarde
ruim zeven millioen gulden bedroeg! Dat het oog-
sten van dit product alleen in een land, waar de
arbeidskrachten zssr goedkoop zijn, met «enige kan»
op winst, kan geschieden, zal duidelijk zijn, ali
men nagaat, dat cochenille zeer licht ie en er wel
ongeveer 400.000 gedroogde luizen in een K.G. gaan,
We spraken zoo etrake van een snél verval. De co
chenille heeft evenmin als de plantaardige kleurstof pD
fen zooals indigo en meekrap, de moordende con
currentie kunnen verdragen van -de anilinekleur-
stpffen. Vóór het zoover was, heeft men proeven
genomen met de cultuur van cochenille ln Spanje,
Algiers en enkele andere streken en vaak met groot
financieel succes. Op het oogenblik is eohter da
hoeveelheid cochenille in vergelijking met het ge
bruik van de synthetische teerproducten zoo goed
als nihil.
In Midden-Europa komt de Poolsche cochenille-
Tuis voor, die eenige honderden jaren geleden even
els de Mexicaansche, zeer gezocht was om de pur-
perroode stof, welke het diertje bevat, doch thans
niet meer in tel is. Een ander slachtoffer van da
aniline-industrie is de Kermesschildluis, die nog in
de vorige eeuw werd gebruikt om de fez der Turken
te kleuren. De diertjes werden, na gedroogd te zijn,
met een zuur, meestal azijn overgoten, waarna men
een mengsel kreeg, dat zeer gemakkelijk door weef
sels wordt opgenomen. De Kermesluizen leven voor
namelijk in Zuid-Europa en in Klein-Azië op een /r
eikensoort, Quercus coccifera en kunnen in het be-
n
lit
eb
di
léél
Ik
en
fél
di
BE
bet
wek
|or
al
als
noti
en i
lede
Ik
jt 1
toi
K
ion
gin van Mei de grootte van een erwt bereiken. De
vrouwen en kinderen, die zich met het inzamelen
van de destijds kostbare dieren bezighielden, lieten
daarvoor hun nagels lang groeien en' kregen na kor
ten tijd zulk een geoefendheid in het afkrabben der
Kermesluizen, dat dikwijls door één persoon per r^j
dag twee pond werd bijeengebracht. gj
aks
Bi
m
OOK EEN VERKLARING.
Dominé: „Uw man heeft zich gisterenmorgen on
hebbelijk gedragen. Hij is onder mijn preek de kerk
uitgeloopen."
„U moet 't hem maar niet kwalijk nemen, dominé, J di
de arme kerel is slaapwandelaar."
■he
ferrii
Hebt u het boek nog voor
me, dat heet: „Hce bestrijden we
de toenemeuJe duurte?'
Tawel, mijnheer, maar het is
een gulden duurder geworden.
Ha i
b d(
goo
relij
b de
r, hu
1 m
Lwa
E
limit
w
Dl
11 E
IE
uil
awe
Als fe# fe rekening niet ds deliik betsalt, roep
Zou die ze voor mij betalen?
Volkomen oprechtheid met en te
genover zichzelf behoort tot de zeld
zaamste verschijnselen hij den
mensch.
Laat het verstand der kinder® j
zich ontsluiten evenals een bloem.
o^en het niet met kracht als
j ester.
Niets zoo werkelijk als die weI*
gelijkheid die wij daarbinnen dra
gen, als dat ik, dat de kern v811
ons wezen uitmaakt.
O—
Al wat gij «preekt «ij steeds I*
meend oprselt
wat gtt m—pt h o «ft sltw
si***4
n
Mbri
l«
f
WI
iu
Ui
it
(L.
«I