RADIO-RUBRIEK. LENTE. WETENSWAARDIGHEDEN. De „Lappen". VOOR DEN TOESTELBOUWER. De electro-dynamische luidspreker. voor 'Uaov+t. j Wat dunkt ie van Charles Die is half g:ek. Hii heeft me om mijn hand eevraaed. Dan is hii stoapel eek. X» hst U beksnd: dat naar man bewssrt, karnat- len tn varken* dt atnlgt dieren zijn, die niet zwemmen k/unnen? dat het grootste insect moet zijn de olifantstor uit Venezuela? Deze bereikt soms een gewicht van 2 ona. dat een pond spinneweb een draad zou opleveren, lang genoeg om de wereld te omepannen? dat onder de Arabieren de dicht kunst en- het zingen van krijgs haftige liederen een der voornaam ste dingen des leven» is? dat elke aoconde er *p barda gemiddeld honderd bliksemstralen sijn waar te nemen en ilch per mi nuut gemiddeld duiiepd onwedere ontladen? Op Java zijn de meeste onweersbuien, in de Poolstreken zijn ze zoo goed als nooit. dat in 1903 de eerste vlucht plaats vond met een vliegtuig, door een machine voortbewogen? dat in het jaar 1800 de Amster- damische Dierentuin de eerste Nijl paarden heeft gekregen? Het waren een paar jonge dieren, voor 12960 gulden aangekocht, dat de verlichting der Londen- sche straten per jaar 33100 pond sterling kost, is bijna 4 millloen gulden. Ik kan niets aan u ontdekken. Alleen zijn uw zenuwen wat van streek. Verwacht u soms iets. wat u angstig maakt? Ta, uw re.kening! wen. Volgens do Engelsche wetten was zoo'n huwe* lijk onwettig, en kon de Prins noodt koning wor den, waarom zijn vader het dan ook niet bekrach tigde. Ze» jaar later liet hij zijn echtgenoote door zijn vriend Fox in bet Parlement Verloochenen. Gelukkig voor hem trok zij zich van die unfaire handelwijze al heel weinig aan en bleef haar plaat» in de groote wereld innemen. Zelfs kende de ko ninklijke familie haar een jaargeld van 8000 Pond Ste.ling toe. Ze stierf te Brighiton, 81 jaar oud. Is 1796 trouwde George met de bevallige Caro line Amalie Elisabeth van Brunawljk, wier moeder een dochter van George Hl was, dus met zijn nicht. Al spoedig evenwel merkte ze, welk een ergerlijk leven hij leidde. Een jaar na het huwelijk bracht ze een dochtertje ter wereld, doch kort daarop scheidde zij zich van haar slechten gemaal. Se dertdien leefde ze een tijd lang op een landgoed bij Blackheath en vond bij. het Engelsche volk1 veel oprechte sympathie met haar treurig lot. Het volk begon aan den anderen kant den Prins hoe langer hoe meer te haten. Kwade geruchten, omtrent Ca- rolina door de aanhangers van den Prins uitge strooid, gaven zijn vader aanleiding (1806) tot een uitgebreid onderzoek naar haar gedrag, dat echter zeer gunstig uitviel. In 1811 werd George m krank zinnig, en trad zijn zoon als Prins-Regent in zijn plaats. Caroline begaf zich drie jaar daarna naar Brunswijk. iLater ondernam zij" met haar secreta ris Bergamd een groote reis door Zuid-Efuropa en ging daarna te Como op een villa wonen. Als Prins- Regent verloochende George de Wh-igs en ging ge heel naar de Tory-partij over. Daardoor veroor zaakte hij herhaalde ontevredenheid en troebelen onder het volk. In 1817 wierp het zelfs onder ver schrikkelijke bedreigingen met steeneni naar zijn rijtuig, toeni hij op weg was om hei Parlement te openen. Intu9schen bleef zijn echtgenoote een aanhouden de hinderpaal voor hem. Hij liet haar voorstellen, afstand van haar rechten op den troon te doen en te beloven, dat ize nooit in Engeland zou verschij nen In dat geval zou hij' van zijn kant haar een ruim jaargeld verschaffen. Daar zij het één en het ander volstandig weiger de, besloot hij, toen hij door den dood- zijns vaders (1820) koning was geworden, andere maatregelen tegen zijn echtgenoote te nemen. Hiji wensehte na melijk een aanklacht wegens ontrouw tegen haar in te dienen. Hij had haar gangen in het buitenland laten nagaan door zijn onwaardige handlanger», die een zeer ongunstig rapport over C&rollna had den ingeleverd. Minister Liverpool bracht in het Parlement dat rapport uit en eischte namen» den koning bij het Hoogerbuis: „scheiding wegens echt breuk". De behandeling der zaak bracht echter zóó veel ergerlijke dingen tegen George IV aan het licht, en deed Carolina's onschuld zóó duidelijk blij ken, dat het ministerie de aanklacht en den eisch moest intrekken. De openbare meening wae zoo zeer in het voordeel der koningin, dat men, waar ze ook verscheen, haar spontaan op het hartelijkst begroette. Toen de kroning moest plaats hebben (19 Juli 1821) meldde Carolina zich daartoe bij de Westminster-Abdij aan. Ze werd evenwel smade lijk afgewezen en etierf drie weken later aan hartzeer. George IV, op wiens naazn hst rechtsgeding zulk een schande en smaad had geworpen ging er diep gehukt onder. Hiji werd op het laatBt zoo menechen- schuw, dat, als hij wilde uitrijden, eerst al de wan delaars uit de lanen van het park verwijderd moee ten worden. In dien toestand overleed hij, veel ge haat en weinig beklaagd, 26 Juni 1830. M#— Wifd en ziid geen werk. Wat een gelukkigr land! DE RECHTBANK OP DE SLEDE. Een schilderachtig groepje, dat in het hooge Noor den zijn Europa herhaaldelijk voorkomt, zijn Noor- sche rechters met hun vrouwen en koetsiers, op reis door Finmarken, waar zij geroepen zijn recht te spre ken. Finmarken, Noorwegena Noordelijkste provin cie, is 'n merkwaardig land. Het is 'n smalle, door fjorden en bochten doorsneden kuststrook aan de IJszee, met een langen, harden winter en een korten, maar zeer wannen zomer. Men is hier aan de grens van het gebied waar de zon in den winter onzichtbaar De teekening hiernevens dan laat ona, gedeeltelijk in doorsnee, het volledige magneetstelsel van den el^etro-dynamlschen luidspreker slen. De weergever, de kleine papieren conus, ls aan het draalsposltje verbonden. De (iguur toont ons dus de eigenlijke kern van den luidspreker, waaromheen dan da soo- genaamde „demper'' wordt gebouwd. Om de weekljaeren kern ls de magneetspoel ge schoven, die doorloopen wordt door de bekrachti gingsstroompjes, die geleverd worden door een spe ciaal daarvoor te gebruiken accu (6 Volt) of, indien de magneetspoel daarvoor gewikkeld is, door het gelijkstroomnet van 110 Volt Een gelljkstroomnet onAAfs.oej.rA mot een dergelijke spanning is in Nederland seld- zaam; een spanning van 220 Volt komt meer voor; door voorschakeling van een weerstand kan men hiervan ook wel gebruik maken. Weliswaar ia er in leder gelijkstroomnet een kleine „ripple" (de af vlakking is nlst volkomen), doch dit is geen be swaar voor de goede werking van den luidspreker. Het draaispoeltje wordt doorloopen door de spreek- ■troottpjss, de stroompje*, dis door hst ontvangtoe stel geleverd worden. Uit ds figuur blijkt duidelijk, hos het spoeltje, vla den conus, aangesloten la Ook de loop der krachtlijnen le ln de figuur te volgen. De luidspreker-„kern" wordt ingebouwd' ln den reede genoemden „demper". De eenvoudigste vorm te een vierkant (of rechthoekig) kistje, aangebouwd aan den rand van het huia en waarin de „kern" ls ingebouwd. Daardoor kunnen de aan de achteriljde van den conus afgegeven luchttrillingen niet naar bulten treden. Iets, wat vervorming van het geluld zou veroorzaken. Deze demper, waarvoor geen bepaalde maten zijn voorgeschreven, kan uit nagenoeg ieder materiaal vervaardigd worden. Men kan du» alle aan-lacht besteden aan het verkrijgen van een aantrekkolijken luidspreker. Als regel kiest men een houten demper, daar hout gemakkelijk te bewerken ls. De dikte van het hout moet dan tenminste 1 c.M. zijn. Maakte men den demper dunner, dan zou er kans op mee trillen bestaan, dus een nieuwe oorzaak van geluld vervorming. In het voorgaande artikel werd geschreven, dat het „veld" opgewekt wordt door een electro-magneet en niet door een permanente. Thans heeft de Magno- vox Cy. eveneen» een luidspreker met permanen ten magneet op de markt gebraoht Iet» wat „Philips" trouwens reeds long doet Op de voorjoorobeurs te Utrecht (19M) was die vette te sicn. blijft en des zomers niet ondergaat De bewoners van deze streek zijn de Lappen, een Finsch volk, staat kundig over Finland, Zweden en Noorwegen verdeeld. Men onderscheidt hen in Zee-, Rivier- en Berglappen. De Zeelappen zijn voor het meerendeel viaschers, de Berglappen en de Rivierlappen vee-, of liever rendier- houders. Zij drijven handel in pelterijen, rendierkaas, speelgoed enz. en zijn voor een goed deel nomaden, die een zorgelijk bestaan leiden. Het rendier is hun voornaamste middel van bestaan. Zelf noemen zij zich Saznelaten, een woord verwant aan het Finsche Suoml en vermoedelijk afgeleid van een stamwoord, dat donker beteekent. De naazn Lappen is een bij naam hun door anderen gegeven en waarschijnlijk afgeleid van het Finsche lappu, dat volk van het ein de des landa beteekent. Met ons dronkelap zal het wel niet verwant zijn, al hadden vooral de Russische Lap pen vroeger den naam van dronkaards te zijn. In Scandinavië bestaat er al twee eeuwen een drank verbod voor de Lappen. Dezen worden ons beschre ven als een rustig volk, dat andere stammen onge moeid laat. Er heersohen onder hen nog patriarchale zeden. De vader van de familie heeft volledig gezag over de familiekwesties. Bij zijn dood gaat dit over op den oudsten zoon. Wanneer een van de zonen uit het familieverband treedt tegen den wil zijns vaders, heeft hij slechts recht op een geweer en, als hij ge huwd is, op den bruidschat van zijn vrouw. Daden van geweld kogien onder de Scandinavische Lappen zelden voor. Vrijwel de; eenige misdaad, die nogal eens gepleegd wordt, is 'het dooden van tamme ren dieren, die tot een anders bezit behooren. Daar de stammen zwerven, is de rechtspraak in zoo'n geval niet gemakkelijk. Men heeft daarom rondtrekkende rechtbanken ingevoerd. De rechters en gerechtsdie naars moeten per slede de nomaden opzoeken en daartoe vaak dagenlange tochten maken. Zij over nachten daarbij in rusthuizen, die de staat op ver schillende punten, welke alle ongeveer een dagreis per rendierslede van elkaar verwijderd zijn, heeft la ten oprichten. Zij kleeden zich voor de vinnige koude naar 's lands wijs in rendierhuiden. De witte rechter lijke toga's worden over dit winterpak aangetrokken. Zij geven met de rechtersmuts den edelachtbaren heeien eer een goedmoedig, dan een streng uiterlijk Het heele groepje maakt trouwens een uiterst gemoe dlijken indruk. De heeren van de wet schijnen zoo'n winteruitstapje naar het barre Noorden wel te waar- deeren. Te hebt miin jas niet goed geborsteld, Tozef. Hoe weet u dat ik hem ge borsteld heb? Ik heb een sigaar in mijn zak laten zitten en die zit er nog in. OOK BEETHOVEN, DB GROOTSTE, ZOO NIET DE ALLERGROOTSTE COMPONIST, WAS OP LATUREN LEEFTIJD OOK DOOF, Voor den competenten musicus i» de muziek in de tweede plaats, een aangelegenheid voor het oor, in de eerste plaat» evenwel een zaak van het •innerlijk hooren, de voorstelling. Hij heeft b.v. ter beoordeeling van een hem nog onbekend muziek werk niet de weergave door een muziekinstrument noodlg, door «lechta.een blik in het notenschrift Hij zal op deze wijze beter fouten kunnen ontdek ken, dan wanneer hem de muziek wordt voorge speeld. Evenmin heeft een begaafd musicus bij het scheppen van toonwerken een instrument noodlg. Het is van Beethoven bekend, dat hij het liefst ln de vrije natuur componeerde, ook vóór hij zijn ge hoor had verloren en ook voor een componist dub- belzwaar noodlot verhinderde hem niet, verder werken te scheppen. Integendeel, zijn diepzinnig, ste werken, de negende symphonie, de Misisa Po- lemmi» en de laatste kwartetten schiep hij, toen hij volkomen doof was en heeft nimmer een toon ervan kunnen hooren. In den laatsten tijd hebben eenige in hun Jonge Jaren doof geworden personen medegedeeld, dat de toonkunst geenszins een voor hen ontoegankelijk gebied is. Zoo deelde een reeds crrlfce Zwitser, die zijn gehoor op zijn vierde Jaar had vtrloren, mede, dat hij, tegenover een orkest zittend, opeens d» toongelven met al haar klank- «akafeMrinf»» tot tfah veelde kamt» ei toen Bieb al» in den hemel verplaatst meende en letterlijk verrukt was over de muziek. Sindsdien, zijn concerten zijn grootste genoegen en hiji heeft reed» zijn lievelingscomponisten. Hij heeft den indruk dat hij' in een hol metalen vat zit, waartegen op rhythmiache wijze wordt gesla gen en dat, naar mate de slagen worden aange bracht, hard en zacht klinkt. Hoofd en handen voelen hierbij niets, het is, alsof door den rug de klanken dringen en de bo'St doorstroomen. Ook de oog en helpen mede, omdat ze de bewegingen van den dirigent en van ds spelers, - voornamelijk van den pianist kunnen volgen en daardoor de muziek begrijpelijker ma ken. Zoo Btaat ook een jonge Oostenrljksche beeld houwer, die op zijn zesde jaar doof werd, tegenover de toonkunst. Bij' hem helpen vooral de oogen, niet door de partituur in te kijken, maar door de bewe gingen der uitvoerenden te volgen. Door zijn handen op den speler te leggen, poogt hij ook door het ge- voelszintuig zijn indrukken te versterken. De meest wonderlijke verschijning onder deze muziekgenie ters ia een man in Silezië, die ondanks zijn vol komen doofheid in staat is zelfs lichte muziek te schrijven. Deze musicus is sinds zijn tweede jaar doof Pianospel is hij niet in 9taat te hooren, de klank van de viool alleen, als hij zijn oor op het instrument legt. Nooit heeft hij' een muzikaal weric volkomen kunnen hooren. Nu en dan even de me lodie, de klank van d.e begeleiding heelemaal niet. Ondanks alles evenwel heeft hij' zich op de viool en piano zoo geoefend, dat hij deze instrumenten ook in ensemhlespel met anderen bespeelt, ja hij ziet zelf9 de fouten, welke door anderen worden remaakt. En reeds rnee^ dan 21 jaar verdient hij zijn brood' met het les geven en honderden leer lingen zijn door hem gevormd. Eindelijk is. zijn muzikale, voorstellingsvermogen zoo groot, dat hij sm-'s zijn 16e ja&~ zelfs werk in lichten stijl kan schrijven, welk werk niet slechter ls dan de succes rijkste werken van componisten, die hooren kunnen. De lente trekt weer door het land Omstuwd van zonnestralen, Die over 't teere, Jong© groen In stille koest'ring dalen. Daar vaart een wonder door de lucht, Dat wond'ren gaat verrichten, En Holland's tuin ligt toebereid Met schoone vér-gezichten! Wij menschen doen zoo doodgewoon Bij dit aljaarlijksoh wonder, We vinden 't aardig weer vandaag, En o ja, veel gezonder! We laten van de trouwe kloek Het moederschaps^bedrijf zien, En zeggen met een zeek'ren trotfl: „Ja, veertien van de vijftienl" We zoeken voorjaarsstoffen uit In allerhande kleuren, En weten *t uiterlijk bestaan Behoorlijk op te fleuren. We doen spinazie in den grond, De kachel ging naar boven, Dat hoort toch na den schoonmaak zoo, Want alle» raakt bestoven! We klimmen op een motorfiets, Of houden met een plof stil, En kijken met een lodder-oog Naar t landschap door een stofbril! De lentewind streelt ons gelaat, De ronkende machine, En ruikt als 't niet naar olie i» Toch minstens naar benzine! Het eerste kieviets-ei is laat, Vaarwel snert en saucijsjes, De overjas kan nu wel uit, En houd U van radijsjes? Vergeet ook de belasting niet, Voor Mei 't rest eerend partje, En wees nu wijs, betaal het maar, Want anders is 't een kwartje 1 Neen dichters sloof je maar niet uit De lente rond te krijschen, Al is 't gevoel een schoone zaak, De maag stelt ook haar eischen! Je hebt natuurlijk groot gelijk, Maar dit is de ervaring, We proeven 't schoone in de natuur.». Bij de' eerste nieuwe haring!! nc tóe ihj (Nadruk verboden.) April 1928. KROES.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1928 | | pagina 20