Sport-Artikelen.
Woensdag 30 Mei 1928.
71ste Jaargang No. 8261.
Uitgevers: N.V. v.h. TRAPMAN Co., Schagen.
Eerste Blad.
AMSTERDAM OP Z'N
MALST.
voorverkoop van de toegangskaarten
voor den voetbalwedstrijd
Nederiand—Uruguay.
Feuilleton.
C. ROGGEVEEN Cz.
Gemengd Nieuws.
SGRAGER
ilifitti KitiK-
COURANT.
Mitittiili- Lmiinllii
|t blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder-
ig en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver-
itiën nog zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
E.
POSTREKENING No. 23330. INT. TELEF. No. 20.
Prijs per 8 maanden f 1.05. Losse nummers 0 cent. ADVERTEN-
TlëN van 1 tot 5 regels f 1.10, iedere regel meer EO cent (bewijsno.
inbegrepen). Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend
DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE m.snwM
HOE DE TIJD WERD DOORGEBRACHT.
Immige wachters bijkans vier en twintig uur in
de rij.
Het is misschien lichtelijk overdreven, doch wan
eer we de courantenberichten nagaan, rüoet onge-
eer half Amsterdam in den nacht van Zondag op
junidag! den wacht hebben gdhoulden voor de bedde
ebouweni ivan de Nederlandisclh'e Handels Maat-
dhapipiifi, in de hoofdstad, Maar, al waren
et er dan niet zóóveel, duizenden zijta. het er zeer
eker geweest, die zich om het gansche bouwblok
an de 'kantoren nestelden, tot Ver de verschillende
rachten op, als Keizers- en Heerengracht, de Vij-
alstraat en de Nieuwe Spiegelstraat, teneinde een
aart machtig te worden voor den voetbalwedstrijd
ederland—Uruguay.
Zooals bekend, zou de voorverkoop voor dien wed-
pijid, waar over het heele land, zoo'n enorme be-
angstelling voor bestaat, Maandagmorgen om tien
plaats hebben. Voor dezen verkoop waren nog
[echts enkele duizenden kaarten beschikbaar, zoo-
at het begrijpelijk is, dat toen na een uur of drie
e kaarten uitverkocht waren, er nog vele duizenden
ersonen waren, die teleurgesteld optrokken, na
lisschien wel meer dan 20 uur te hebben gewacht,
fwit men bedenke, dat reeds Zondagmiddag, dus
meer dan 24 uur van te voren door de eersten werd
jost gevat. Ja, 'zelfs Zondagmorgen hadden enkele
"ersonen daar al een aanvang mee willen maken,
ioch zij werden door de surveilleerende politieagent
en weer weggejaagd.
Toen er echter later geen aanmerking meer op
emaakt werd, nam het aantal wachtenden hand
ver hand toe, totdat tegen den avond reeds drom-
»n mienschen de grachten en straten rondom het
föbouw van de N'ederlandscbe Handels Miji. vulden.
Het beginstadium van deze volksverzameling was
Üettemin genoeglijk en het ging er zelfs vroolijk toe.
Sommiigen hadden dikke romans meegesleept en
«en zoo ernstig dat het gewoel hen niet afleidde;
aderen weer moesten zich de grollen van de om-
anders laten welgevallen en lachten hartelijk mee.
en las in „Manus Peet"; toen-ie opkeek zei een
iuraalist: „Koopman, als je dat hebt uitgelezen,
ai ik je vanavond een Vondelbundel brengen!"
Vaarop de „koopman" antwoordde: „Brengt u lie
er een broodje met pekelvleesch!"
Er kwamen steeds meer menschen in de rij der
door
Ethel M. Dell
)lga strekte haar handje uit om Nlck's gezicht te stree-
.,Je bent de beste man, dien lk ken," zei ze zachtjes.
.Paps zegt, dat lk bij je op Redlands mag komen lo-
fWren. is dat werkelijk waar?"
«Natuurlijk, wat dacht je dan? Je oude kamer wacht
1 op je, kindje."
«Lieve Nick. Jij bent altijd zoo goed voor me."
Lenige oogenblikken zei ze niets, doch liet haar oogen
oor de kamer dwalen. Ten slotte bleven haar blikken
feer op hem rusten.
..Nick," begon ze haperend. „Er Is Iets, wat ik me on
herinneren kan. En als ik het probeer, dan
lk pijn ln mijn hoofd van het denken. Nick, wat
ton dat zijn?"
Hij antwoordde haar onmiddellijk op teederen toon.
Het Is niets, waarover je hoeft te tobben, Slgia mia.
weet wel, wat jé bedoelt, en dokter Jim ook. Je
Joogt er niet eer over peinzen, voordat je weer wat
prker bent geworden."
[Ze bleef hem evenwel met ëen verdrietige uitdruk-
tQg ln haar oogen aanzien. „Ik heb het gevoel, alsof
- iemand me roept," zei ze haperend.
«Maar dat ls volstrekt niet het geval," gaf Nick op
en ^oon te kennen. „Je moet me gelooven, kindje.
Zi6k geweeat en dlent no2 wat geduld te
Lr lag een verwijtende klank ln haar stem toen ze
antwoordde: „Nick, ik dacht, dat je me zou hel-
■Lat zal ik ook, kindje, wanneer de tijd daartoe ge
inen ls."
scheen haar een weinig te troosten, want
«r ji altyd onom8to°telljk geloofd, en toen dok-
Cu* binnenkwam ,was ze buitengewoon rustig.
h«rna Inoc^ Nick haar lederen dag even zien, en
tok T?r*+/'te tem V°1 enthousiasme. Ze had het
toman i u ^vonden, wanneer Muriel naar haar was
'totoew "^en, doch dokter Jim had gezegd, dat èèn
Per dag voorloopig voldoende was.
zou Murlel nog genoeg kunnen zien, zoodra ze
duldig wachtenden, lezen we o.m. in het Hsbl. en
niet éllen van een stoeltje voorzien. Er arriveerden
ook eenige koopvrouwen, die sinaasappelen ver
kochten, goede zaken deden en ten slotte hare leege
kisten van de hand deden voor twee kwartjes.
„Houten canapé's voor één gulden".
Wat zij bedoelden, bleek al gauw, wani tegen ne
genen kwamen kooplui met handwagens vol leege
sina&sappelkisten naar de postende massa, deze
koopwaar is aanvankelijk voor vijftig cent per stuk
van de hand gezet; daar echter de vraag het aan
bod geweldig overtrof, werd de markt sterk oploo
pend; zestig, zeventig cent, zelfs tegen f 1.20 zagen
wiji een kistje verkoopenl
Een „prijsbederver" noemlde een kistjesnegociant
een zijner tijdelijke collega's, toen deze ventte:
„Echt houten canapés voor één gulden!"
De Zondagavond verstreek, de handelaren in kis
ten, uitverkocht, wierpen zich op de negotie in brood,
limonade, bier, fruit, chocoladereepen; de IJscoman-
nen verschenen, andere venters zochten eveneens de
nering waar 'het volk was, inmiddels bleven mien
schen toestroomen, die het toch al reusachtige aantal
wachtenden kwamen versterken, De achterhoede uit
de Nieuwe Spiegelstraat had de Vijzelstraat bijna
bereikt, die van de dure kaarten de Heerengracht.
Toch kwamen nog heele scholen uit de volksbuurten
van Zuid, met zich meedragende banken en stoeltjes,
om, bij wijze van Pinkstervreugd, 'den nacht onder
den blooten 'hemel te gaan doorbrengen.
En alles in de richting van het N. H. M.-gebouw.
Moeders en vaders met opgeschoten kinderen; vrij
bejaarde echtparen; jongens en meisjes, gearmd
hossende naar het wachtende cordon!Het wérd
een epidemie, die iedere minuut van den naciht nieu
we slachtoffers eischte.
Hoe mien des tijd doodde.
Het bleek, dat menigeen van de „belanghebbenden"
en belangstellenden" op velerlei had gerekend; er
waren damborden en kaarten in de colonnes, er wa
ren reservisten aangewezen; een Dienst der levens
middelenvoorziening ontbrak evenmin, hoewel, zij
het ook den wil van bet personeel, die niet in alle
opzichten goed kon functioneeren. Toen namelijk
de wachtende drom van de Nieuwe Spiegelstraat
zoo aangroeide dat hij haast den kop raakte van dien
in de Vijzelstraat, liet de politie, tot vrij laat in den
avond niet talrijk vertegenwoordigd, geen menschen
meer toe die over de Spiegelgrachtbrug van de Kei
zersgracht den overkant wilden bereiken. Dat waren
voor een groot deel vrouwen, broodi brengende aan
familieleden.,op post".
VOETBALLEN ln alle courante maten.
TENNIS-RACKETS en TENNTS-BALLEN uit fcet
bekende Sportmaeazün der firma Temmink Co.
TENNIS-PERSEN TENNIS-ETUTa.
RACKET-VERNIS.
Raefcet-reparaifên worden spoedig en blillik ult-
geVoecd,
Aanbevelend,
TEL. 73. HOOGZIJDE 26. SCHAGEN.
weer geheel hersteld was en naar Redlands kon gaan.
„Ik geloof heusch dat ik sterk genoeg ben om bij Je
te komen logeeren," gaf Olga op een morgen te kennen.
„Nick, kun je vader er niet toe overhalen me te laten
Het resultaat was, dat haar vader haar 's avonds
voorzichtig in dekens pakte en haar verbood haar oogen
te openen, voordat hij het zei. Hij stapte met haar in
een auto en voorc spoedde de wagen zich in da duis
ternis.
„Nu mag Je kijken, kindje," zei hij eensklaps.
Ze sloeg haar armen verrukt om haar vaders hals.
„Oh, paps, ls het niet heerlijk? Blijft U ook op Red
lands logeeren?"
„De eerste paar dagen wel," antwoordde dokter Jim.
„Wie zorgt er dan voor Uw patiënten?" vroeg ze.
„Een Jonge man uit Londen. Nu moet je stil zijn,
kleintje. Binnen vijf minuten breng lk je naar bed en
over tien minuten moet je slapen. Begrepen?"
Ze legde haar hoofdje met het kort geknipte haar te
gen zijn schouder en stelde geen verdere vragen meer.
Ze moest echter haar verbazing uiten over het feit,
dat ze zich thans op Redlands bevond en het was haar
eenvoudig een raadsel, dat ze het bulten in zulk een
korten tijd bereikt hadden.
„We moeten er heen gevlogen zijn," zei ze lachend.
„Dat is soms wel eens noodig," merkte dokter Jim op.
Ze begreep natuurlijk niet, wat hij hiermede bedoelde,
doch ze zweeg, terwijl hij haar ln zijn sterke armen
naar haar oude kamer droeg. Dien nacht sliep ze rus
tiger dan in dagen het geval was geweest.
Toen ze 's morgens wakker werd, stond niet de pleeg
zuster, doch Muriel voor haar bed en bij het zien van
de jonge vrouw kwam het haar eensklaps voor, alsof et
een sluier voor haar werd opgelicht.
Ze begroette Olga op haar lieve, hartelijke wijze. „Je
kunt je niet voorstellen, hoe heerlijk het is je weer te
zien", fluisterde ze.
Het jonge meisje drukte zich tegen haar aan. „Ik
hoop toch niet, dat je met vader vroeger uit Zwitser
land bent terug gekomen, ter wille van mij?"
Muriel glimlachte. „Mijn beste kind weet jt dan niet,
hoeveel we van je houden?"
„Oh, dus het is werkelijk gebeurd? Ik vind mezelf
een ellendig spook, om jullie zooveel overlast bezorgd
te hebben. Hoe gaat het met Reggie?"
„Uitstekend," zei Reggle's moeder vol trots. „Hij is
veel te druk om al bij je te komen. Zelfs Jim ls over
zijn gezondheid tevreden. Meer kan ik al niet verlan
gen, is het wel?"
Ze bracht haar een glas melk en bleef bij haar bed
zitten, terwijl ze dronk. Even keek Olga peinzend voor
zich uit, om daarna plotseling te zeggen: „Reggie mag
natuurlijk nog niet bij me komen, want hij kan anders
mijn ziekte overerven."
Die vrouwtjes, staande aan de eene zijde der Kei
zersgracht, vroegen luide advies aan de kennissen
aan den anderen kant. Ver né het middernachtelijk
uur klonk dan geschreeuw van deze gracht: „Ger-
rit, ben jé daar? Kom. (Ls onder de lantaarn, ilki kom
met je eette, ik mag der niet doarl"
Gerrit gaf daarop luid schreeuwende het consigne
dat over de Vijtzelstnaatbrug het verkeer nog, vrlji
was. Zijn mjededeeling werd onmiddellijk daarop ge
volgd door het lawaai van een gillende vrouwestem:
„Dauris, Dauris!Ik he«b je bokkempies en een
flesch melek!"Maar „Dauris" was blijkbaar dMr
niet, hoewel het plotseling van vele kanten aange
heven gezang:
Van je héla, hola,
Houdt er den moed maar ih!
best kon slaan op de moeilijke poging „Dauris" te
ontdekken.
Nimmer zal ook de stemming van menschenkin-
deren meer in overeenstemming zijn geweest met
de werkelijkheid dan toen over de geheele linie de
deun werd aangeheven: „Wij gaan nog niet naar
huis, nog lange niet!"Want die er waren, moes
ten er blijven, wijl de politie, bevreesd door den
grooten toeloop, de menigte niet meer te kunnen be-
heerschen, voorloopig geen aflossing toestond.
Behalve de menschendrom van het N.O.C.-bureau
in de Nieuwe Spiegelstraat, langs de Keizersgracht
naar de Vijzelstraat, stonden er nog eenige duizenden
op het Keizersgrachtdeel tusschen de Nieuwe Spie
gel- en Leidschestraten en had de Vijzelstraatme
nigte zulk een uitbreiding verkregen, dat de tros van
dien rustenden stoet naar de Heerengracht omboog
en tot aan het N.O.C.-inlichtingenbureau in het oude
N.H.MJkantoor, reikte.
Botsingen met de politia
Op de bruggen van die gedeelten van beide hoofd
grachten stond het zwart van nieuwsgierigen, op het
Vijzélstraatrottoir bij Hollenkamp en den grooten rij
weg, eveneens. Daar was 't dat de (politie., met eenige
ruiters versterkt, groote moeite had cxm het traan- en
autoverkeer ongestoord op gang te houden. De nieuwsr
gierigen werden aanvankelijk met zachten drang tot
doorloopen gemaand, dit doel is aanvankelijk bereikt.
Later in den nacht werd het lastiger en moest de po
litie krasser optreden.
Eenige menschen, het lange wachten moede, en
prikVelbaar door den slaap, misschien ook waren het
enkele personen, die een „gezellig heibeltje" tracht
ten uit te lokken, kwamen tenslotte in botsing met
de politie.
Op de Keizersgracht bij de N. Spiegelstraat ging
het gedurende eenige oogenblikken zeer warm toe
en geraakte een man onder een politiepaarcL Een af-
deeling van de „Eerste Hulp bij Ongelukken" was
aanwezig, die zich reeds den ganschen nacht ver
dienstelijk maakte met het verzorgen van velen in
het gedrang flauwgevallenen, nam onmiddellijk den
man in behandeling.
Ook op andore plaatsen werd het rumoeriger en het
duurde geruimen tijd, alvorens de politie den toestand
in zooverre meester was, dat men van „de rust was
weergekeerd", kon spréken. En dan was deze rust nog
betrekkelijk, want onder zoovele duizenden men
schen kan een absolute rust moeilijk bestaan.
Toen de dag aanbrak^.
Vol hoop gingen de duizenden den nieuwen dag in,
vol verwachting, dat ze eindelijk de zoo vurig begeer
de toegangskaarten in hun bezit zouden (hebben,... In
hun bezit.. Duizenden van die duizenden hebben
echter teleurgesteld moeten aftrekken... alle wach
ten voor niets.
(Om half één was de koek reeds op. Er werd toen
een bord in de lucht gestoken, waarop met duidelijke
letters de Jobstijding stond: „De kaarten voor den
HollandUruguay-wedstrijd zijn uitverkocht".-.
De vraag mag worden gesteld waarom het publiek
niet tij dag van dien geringen voorraad (er waren
slechts zevenduizend kaarten beschikbaar), in kennis
werd gesteld. De „belanghebbenden" en „belangstel
lenden" zouden dan geweten hebben hoe gering hun
kans was en waren er, nadat na acht-en-twintig mi
nuten de kas gesloten werd, niet zoovelen tot een
buitengewoon bittere stemming geprikkeld.
Een laatst ingrijpen van de politie,
De duizenden teleurgestelden waren „geladen", de
woede van sommigen deed hun den 'kreet uiten: „La
ten we die deuren van het gebouw rammeien!" Meer
dan een terloops geuite 'kreet was het niet, doch de
politie kon het doen bijeenblijven- van zulk eene ge
wéldige massa niet gedoogen, want de teleurgestelden
werden nog versterkt door de vele nieuwsgierigen,
aanvankelijk geposteerd aan de overzijde van de Kei
zersgracht en in de derde Vijzelstraat De politie-rui-
ters hebben daarop de menigte gesommeerd uiteen te
gaan, vlug gebeurde dat niet. Het gelukte eerst ruim
baan te maken toen ruiters en manschappen te voet
met de banke sabels en de gummistokken gingen
ageeren. Er werden harde (klappen uitgedeeld. „Een
man met een stoeltje was niet al te vlug in het op
volgen van het bevél: „Doorloopen!" Bij de electrici-
teitswinkel in het nieuwe flatblok van de Vijzelstraat
werden hem met de sabel eenige krachtige slagen
toegebracht, welke later echter bleken slechts een
geringe verwonding te hebben veroorzaakt. De strater^,
waren hierna weldra „schoongeveegd"..,, aldus ein
digde deze lange nachtelijke wachtpartij in de hoofd
stad.
Verkeersvliegtuig neergestort in
Zaterdagmorgen is in het Rijnland, op ongeveer
drie K.M. ten oosten van Radevormwald! het verkeers
vliegtuig 583 der Dortmunder Lufthansa door tot
dusver onbekende oorzaak brandend neergestort.
Van de vijf inzittenden werden drie gedood en twee
zwaar gewond. Twee der gedooden zijn volkomen
verkoold.
Over het ongeluk meldt een speciale berichtgever
van de Kolnische Zeitung: De plaats van het onge
luk is een uit een dal oploopende weide. De bestuur
der heeft eerst een aantal malen boven dit stuk land
gecirkeld, maar toen viel het vliegtuig plotseling
omlaag. Reeds in de lucht waren vlammjen te zien
en toen het vliegtuig op den grond kwam! sloegen
de vlammen naar buiten. De dame, die in het vlieg
tuig zat en het er levend af heeft gebracht, beves
tigde, dat het reeds in de lucht brandde. Het ge
lukte haar nog uit het toestel te springen. De passar
gier, die naast haar zat, werd door een toegesnelden
boer nog uit het brandende vliegtuig getrokken. Toen
de boer probeerde ook de andere passagiers te red-
.Daarvoor hoef Je niet bang te zijn, kindjeant
woordde Muriel, terwijl ze het glas van haar overnam
..Ik heb toch roodvonk gehad?" vroeg Olga verwon
derd.
„Nee", zei Muriel teeder. „Het was hersenkoorts, ala
gevolg van den zonneateek, welken Je hadt opgedaan.
Daarom moeten we Je zoo ruatig mogelijk zien te hou
den."
„Oh, dat heeft nlck me nooit verteld."
„Ik veronderstel, dat dokter Jim het hem verboden
heeft Maar lk heb hem gezegd, dat ik het je zou zeg
gen. Er ls volstrekt geen bezwaar tegen, dat Je dit te
hooren krijgt. Je zult gauw genoeg weer heelemaal be
ter zijn, en Je hebt er altijd een gezond verstand op na
gehouden- zoodat het dwaasheid zou zijn dingen voor
je te verbergen."
Eenige minuten werd er geen geluld vernomen, toen
Olga plotseling haar hoofdje ophief en vroeg:
„Zal Nick nu zonder mij naar Indië gaan, Muriel?".
„Nee kindje. Hij wacht, totdat je weer heelemaal be
ter bent, zoodat hij je mee kan nemen," antwoordde
Muriel.
„Oh, Muriel!" zei ze verrukt De Jonge vrouw glim
lachte.
„Verlang Je er dan zoo naar om met hem mee te
gaan?" vroeg ze.
„Oh, natuurlijk. Maar lk vrees, dat lk erg egoïstisch
ben. Hoe kun je het verdragen, hem te laten gaan, Mu
riel?"
„Ik zou het veel minder kunnen verdragen hom te
gen te houden, terwijl hij er zoo naar verlangt," zei Mu
riel zachtjes. „Jij zult nu in mijn plaats voor hem moe
ten zorgen."
„Dat zal ik doen," zei Olga ernstig.
Daarna werd er heel weinig meer over dit onderwerp
gesproken, doch Olga lag er den geheelen dag over na
te denken. Heel vaag doemde de sombere sohaduw tel
kens nog voor haar oogen op.
Nick kwam haar niet voor den avond bezoeken en
toen begon ze er onmiddellijk met hem over te spre
ken."
„Wil je wel gelooven Nick, dat ik bijna heelemaal ver
geten was, dat wij naar Indië zouden gaan?" zei ze. „Ik
ben blij, dat ik me plotseling alles herinnerde. Ik moet
nu zorgen zoo gauw mogelijk beter te worden, want ik
heb zooiets verrukkelijks in het vooruitzicht."
„Wat heb je een praats," zei Nick verrukt, waarop
Olga in lachen uitbarstte.
„Oh, we moeten stil zijn," zei hij verschrikt. „Wan
neer dokter Jim Je hoort lachen, zal hij woedend op
me zijn. Daarenboven loop je dan hard kans, dat hij
met een zenuwdrankje zou komen aanzetten."
„Dat is meer iets voor Max," zei ze nog steeds
lachend. Eensklaps werd ze vuurrood en sloeg even
haar oogen neer. „Oh lk heb Max' bestaan ook heele
maal vergeten," zei ze verlegen. „Hoe maakt hy het?"
„Uitstekend. Zal lk hem Je groeten overbrengen?"
„Oh, nee," zei ze haaeög. „Hij... M *>n het dat b®-
grijpen." v
„In orde, kindje," zei Nick opgewekt „Hij heeft nog
een broer ln het Oosten, en misschien zullen we hem
wel eens daar ontmoetten."
Ze antwoordde niet. Er waren diepe rimpels op haar
voorhoofd verschenen en er lag een droevige trek om
haar mond.
Toen haar vader haar dien avond bezocht viel de
verandering, die er met haar had plaats gevonden, hem
onmiddellijk op.
„Wat ls er aan de hand?" vroeg hij dadelijk. Olga
verborg haar hoofdje aan zijn schouder en het leek,
alsof er een snik ln haar stem klonk, toen ze haperend
uitbracht: „Paps... het komt, omdat Max..."
„Max? Wie is Max?" vroeg dokter Jim verbaasd, ter
wijl hij zijn armen om haar heen sloeg.
„Oh, U weet wel... dokter Wyndham," fluisterde ze.
„Zoo, noem Jij hem Max?" zei hij droogjes. „Dat is
een nieuwtje voor me."
„Ik kon het heusch niet helpen," stamelde «e. „Hij
stond er op, dat ik hem bij zijn voornaam zou aanspre
ken."
„Zoo, zoo, en wat wilde Je me nu van hem vertellen T"
„Ik... ik kan het me niet meor herinneren," eel zo op
wanhoplgen toon.
„Ben Je soms verliefd op hom?" vroog dokter Jim
kortaf.
Ze wierp haar hoofdje met een ruk achterover. „Nee,
dat is niet zoo."
Hij keek haar plagend glimlachend aan. „Kun je
hem dan misschien niet uitstaan?"
„Dat was vroeger zoo, maar nu... nu..."
„Ja, wat... nu?" drong haar vader aan.
„Nu... ik ben... bang voor hem," zei ze met bevende
stem.
„Waarom, kindje?" vroeg dokter Jim teeder.
„Dat kan lk me juist niet meer herinneren," antwoord
de Olga. „Ik weet echter heel goed, dat hij om de een
of andere reden erg boos op me is. Ik veronderstel, dat
...ik iets gedaan heb... wat hij... wat hem hinderde. Hij
is woedend op me; ik weet het zeker."
„En vindt je dat werkelijk erg belangrijk?" vroeg haar
vader glimlachend.
Ze drukte zich dicht tegen hem aan en er klonk een
trilling in haar stem, toen ze antwoordde: „Het zal be
langrijk zijn, wanneer... ik hem weer ontmoet"
„En als je hem noodt meer ziet? Zou Je dat misschien
prettiger vinden?"
„Oh, ja," zei ze met een zucht.
Hij legde haar zachtjes in de kussens terug en kuste
haar. „Uitstekend, klein meisje. Dat Is geregeld. Je
hoeft hem nimmer meer te ontmoeten. Nu moet je gaan
slapen."
Wordt vervolgd.