SchagerCourant
De schrik van Parijs.
VOOR DE KINDEREN.
WAT PIM EN PUK OVERKWAM.
Zaterdag 9 Juni 1928.
71ste Jaargang. No. 8267.
CARTOUCHE, DE' VERMETELE UIT HET HUK
DIER MISDADEN.
Door zijn getrouwen verraden, werd hij veroordeeld
tot het rad.
Louis Domlnque Cartouche, een der vermotelate
gauwdieven in Frankrijk, werd als zoon van brave,
vlijtige oudere (zijn vader was kuiper) in 1693 te
Parijis in de wijki la -CourtiHe geboren. Hoewel zijn
vader arm was, gelukte het dezen toch, door groo-
ten ijlver zooveel te verdienen, dat hij' zijn zoon
goed onderwijs kon doen genieten. De jongen leer
de zoo flink, dat zijn onderwijzer moeite deed, om
hem o,p de Jezuïetenschool geplaatst te krijgen, het
geen gelukte. De leerlingen van deze school kwamen
uit goede zelfs aristocratische kringen. Hun rijke
Weeding, hun welgemanierd optreden maakten den
jongen jaloersch1 en hijl besloot zich de middelen te
verschaffen om te worden als izijn mede-leerlingen.
Jammer genoeg voerde hij dit besluit niet op de
meest eervolle wijze uit.
.Hij: begon imet allerlei kleinigheden van .zijn klas-
se-genooten te stelen, éénmaal zelfs honderd kronen
van een jongen markies. Door een toeval werd
ontdekt dat hij) de schuldigg was; hij vluchtte met
het gestolen geld uit de inrichting, keerde Parijs
en het, ouderlijk' huis den rug toe en begaf zich op
weg naar Rouaan. In de buurt van deze stad sloot
hij zich bij een troep Zigeuners aan. Gedurende drie
jaar leefde hij het Zigeunerleven mede en toonde
zich op het terrein der misdaad een even Ijverig en
begaafd leerling als vroeger op school. Nadat de
Zie-eune-troep door de politie uit elkaar gejaagd
was, moest Cartouche weer alleen zijn heil 'zoeken.
Een oom van hem vond hem te Rouaan, in lompen
gehuld. Hij nam den jongen mee naar zijn huis,
verschafte hem kleeding en voeding en wist een
verzoening, met den ouden Cartouche, te Parijs, te
bewerken.
Louis Domoinique werkte bij zijn vader in de
zaak met grooten ijver en eerlijkheid. Totdat de
vrouw in het spel kwam. Om zich de blijvende ge
negenheid van een naaister, die in dezelfde straat
als hijl woonde en zeer op sieraden gesteld was, te
Als ik het vraag, mag ik het nM.
verwerven, werd hij zakkenroller. Toen zijn vader
die bemerkte' trachtte hijl den jongen door een list
een soort tuchthui» bdnnen te loodsen. Louis rook
evenwel lont en ontvluchtte de ouderlijke woning,
met medeneming van zooveel geld al» hij maar vijl
den kon.
In de nu volgende Jaren viel hij van da eene mis
daad in de andere. Hijl bezocht geregeld de kerken
en rolde de zakken der kerkgangers, 'bijl „verdiende"
veel geld met valsch spelen (weelderig gekleed be
zocht hij alle speelholen in Parij») en als werver
van recruten.
Tenslotte stelde hij izich aan het hoofd van een
bende, die leden had. in alle kringen der maatschap
pij. Deze bende werd de schrik van Parijs. Er waren
vrouwelijke lokvogels bij' aangesloten en misdadi
gers, die met de grootste kalmte een medemensch
vermoordden als die hun in den weg trad; valsche
munters en giftmengers gehoorzaamden de bevelen
van Cartouche, kamermeisjes, koks en huisknechts
waren altijd bereid, een „collega" wien de politie op
de hielen zat, onderdak te verschaffen.
Over die allen heerschte Cartouche door zijn in
tellectueel© meerderheid en door de vrees: elk lid
der bende dat hij ook maar eenigazins verdacht van
verraad of verraderlijke bedoelingen werd. onver
biddelijk uit den weg geruimd.
Spoedig begon men te Parijs te bemerken dat een
even geheimzinnige als misdadige macht in de stad
aan het werk was. In de Seine werden vaak drijven
de lijken gevonden; op een mesthoop vond men het
lijk van een koninklijken page; de postwagen naar
Chdlons werd aangehouden en de passagiers wer
den van 80.000 livres beroofd.
Vergeefs werd de Parijsche politie op dubbele
sterkte gebracht en de omgeving van de stad dodr
dragonders bewaakt: zoowel bij' de politie als in het
leger waren leden van de bende van Cartouche en
zoo stonden de autoriteiten voor onoplosbare moei
lijkheden.
De misdaden van de bende werden steeds talrij
ker. Vervalschte cheques werden geïnd; nog weer
oena werd een postwagen aangehouden. Cartouche
deed dit met twee anderen en toen de buit niet
groot genoog was. om in drieën te verdeden, loste
Cartouche de moeilijkheid op door zijn twee „com
pagnons" neer te schieten.
Door verraad van een lid der bende kwam de po
litie hem eindelijk op het spoor. Op de trap van aijn
woning schoot hijl vijf politiemannen neer. Daarna
trok' hij: ,zijm Jas uit, kroop in den schoorsteen,
ontsnapte over de daken der hulzen en kwam door
een andere woning, weer op etra&t.
Hij verdween uit Parijs zonder dat iemand Iets
wist van zijn verblijfplaat».
Na een half jaar dook hij! weer op in de wereld
der misdaad. Hij had gedurende dien tijd rustig ge
leefd te Barla-Seine, onder den naam Louis Bour-
glgnon, als zoon eener oude dame, die hJJi had we
ten te overtuigen, dat hij1 haar reed» Jaren dood
gewaande zoon uit We»t-Indië was.
Cartouche was, WJ zijn tweede „optreden" te Pa
rijs, vermeteler en brutaler dan ooit. De bende had
bemerkt hoe onontbeerlijk hij was en zijn despotis
me kende nu geen grenzen meer. Hijl gaf de onP
zinnigste bevelen maar dit brutale optreden bracht
hem juist ten val. Hijl maakt zijn organisatie al
door grooter, steeds meer leden traden toe en dit
werd op den duur een groot gevaar, want de leider
had nu de leden niet meer zoo onder zijn persoon
lijken invloed. Dit werd hem noodlottig. Door de
gruwelijke wijze waarop hijl tegenover de bende
leden optrad maakte hijl zich bijl hen gehaat en zoo
Poincaré is nu al 'n paar jaar de boel aan het
itabiliseeren, beweert-ie en iederen avona als ik naar
tuis ga slaan de huizen en de lantaarns weer te
lansen! Ik heb niet voor den opschepper gestemd»
Hoorn': Handen omhoog!
/onsen, haastigPieterse, hier heb je die twin
tig pop, die je nog van me krijgt!
(Passing Show, Londen).
verried een gai*de-soldaat, ook lid der bende, zijn
verblijfplaats die hiji telken» weer veranderde
aan de politie.
Hij werd gearresteerd op den zolder van een huis
tusschen Belleville en Menitoontant waar hij zich
verborgen hield.
Uitbundige vreugde heerschte te Parijs. Nu Car
touche veilg achter slot en grendel zat maakten de
iDonschen plotseling een „held" van hem. De cou
ranten stonden vol met verhalen over zijn daden,
zijn portret werd te koop aangeboden en grif ge
kocht. Een spotlied: „Harlequin Cartouche" werd
overal gezongen en een klucht „Cartouche" trok in
het Huis van Molière avond aan avond een talrijk
publiek.
Nla miBlukte -pogingen tot ontvluchting en zelf
moord werd hiji ter dood veroordeeld. Tot het laat-
Bte oogenblik hoopte hiji dat zijn bendegenooten
hem, zooals zij gezworen hadden, zouden bevrijden.
Toen dit niet gebeurde zeide hijop de gerechts
plaats aangekomen, dat hij een volledig» bekente
nis wilde afleggen. Een geheelen nacht en een dag
lang- duurde deze bekentenis. Het was een biecht,
zooals menechenooren nog nooit gehoord hadden
en de man die tot op dat oogenblik niemand van
zijn medeplichtigen had verraden noemde thans, nu
zij hem in den steek gelaten hadden, de namen van
allen die met hem' in het rijk der misdaad werk
zaam waren geweest. Eh in het nachtelijk uur door
kruisten de agenten Parijs en arresteerden den een
na den ander van de bende van Cartouche.
O.p 28 November 1791 ging deze buitengewone
misdadiger den dood in.
Hij werd geradbraakt.
465. Stom van verbazing keek vader Ko
nijn naar de vier o zoo kleine diertjes
daar vlak voor hem op de tafel.
Wat zijn dat dan toch wel voor beest
jes, vroeg hij verwonderd?
Hij kwam nog een beetje dichterbij en
bekeek ze aandachtig. Even stonden ze
stil, toen gaven de konijntjes elkaar een
pootje en begonnen nu vlak voor vader
te dansen. Hup, hup, hup!
466. Vader en moeder wisten 'werkelijk
niet wat ze zagen en begrijpen deden ze
er heelemaal niets meer van.
*t Is net of 't hier betooverd is alle
maal, riep vader uit.
De vier konijntjes lachten dansten nog
vroolijker
Toen opeens zag moeder onder de tafel
iets bewegen. Ze bukt.e zich en zag Wide-
wik die haar lachend aankeek.
467. Moeder Konijn schrok en gaf een gil
letje. Toen ze opkeek, zag ze plotseling
het heel kleine Pukje op de uiterste punt
van de tafel staan. Daar kreeg moeder
toen zoo'n schrik van, dat ze achterover
viel.
w-w-w-wat is d-d-d-dat toch, zei va
der, die moeder nog net kon opvangen.
't Is hier heelemaal mis. Wat rare
diertjes toch!
468. De vier konijntjes begrepen maar
niet, dat vader en moeder niet zagen wie
ze daar voor zich hadden.
Schrik maar niet, hoor moeder, riep
Puk, met een heel fijn, dun piepstemme
tje.. Wij zijn het immers!
Maar daar schrok moeder weer van en
vader., liet van schrik) zijn mooie stee-
nen pijp op den grond vallen.
469. Och, och, och, wat jammer! 't Was
toch zoo'n mooie pijp. Vader bukte zich
en keek bedroefd naar de stukjes. Maar
wat was er aan te doen? Niets!
Voorzichtig wilde vader de stukjes op
pakken om ze weg te gooien, toen hij wat
hoorde. Een heel fijn stemmetje zei tegen
hem, maar hij hoorde niet precies wat!
Het was ook zoo'n vreemd stemmetje,
't Was allemaal zoo gek!
470. Vader keek om, maar zag niets.
Toen keek hiji weer omlaag, naar den
grond en daar zag hij opeens den dwerg
staan, die vroolijk lachte.
Is de pijp stuk, vader? vroeg Wide-
wik. Dat spijt je natuurlijk heel erg,
hè? Maar zoo verschrikkelijk is dat niet,
hoor! Wacht maar es een heel klein
oogenblikje! Dan zal je wat zien!
471. Eerst keek vader Konijn het kleine
manneke heel verwonderd aan. Hij be
greep niet, wat de dwerg wou. Widewik
echter keek hem nog eens lachend aan en
stapte toen naar de stukken van de pijp.
H(ij hield even zijn staf tegen den kop en
toen....... neede stukken vlogen van
zelf naar elkaar toe. Vader wist niet wat
hij zag en moeder evenmin. De kleintjes
dansten van blijdschap weer rond over
de tafeL
472. Het duurde maar heel kort, toen
waren al de stukken weer naar hun
oude plaats gevlogen. Je kan niet eens
meer zien, dat de pijp ooit stuk was ge
weest. Geen enkel scheurtje was er over
gebleven.
Widewik pakte de pijp op en droeg hem
hoog boven 't hoofd. Vader tuimelde bij
hem neer en sloeg de handen ineen van
verbazing. Zooiets had hij nog nooit ge-
tien.