iliiiui Nitiis-
Adiiertentic- LuüiitIIiL
f
Het reddingswerk
aan de Noordpool.
Dinsdag 17 Juli 1928.
71ste Jaargang No. 8288.
1a
Uitgevers: N.V. v.L TRAPMAN &Co., Schagen.
Eerste Blad.
VOOR DEN KANTONRECHTER
TE ALKMAAR.
4
Feuilleton.
Kapitein Sora en de Nederlander Van Dongen
te
SCHAGER
COURANT.
n blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder
en Z8 terdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver-
,iën nog zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
■p< "s
POSTREKENING No. 23330. INT. TELEF. No. 20.
Prijs per 3 maanden fl.65. Losse nummers 0 cent. ADVERTEN-
TlëN van 1 tot 5 regels f 1.10, iedere regel meer 20 cent (bewijsno.
inbegrepen). Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN.
Zitting van Vrijdag 13 Juli
tE NIET OP TIJD AAN TAFEL IS, WORDT ON-
IZADIGD WEGGESTUURD.
u! vee bij verstek veroordeelden, L. M. en de autobus-
va irnemer G. v. M., uit Schoorl, die tegen het gewezen
UI ïls in verzet waren gekomen, bleken niet aanwezig
t)n, zoodat het verzet vervallen werd verklaard.
[ET VEREENIGBAAR MET DE LOTERIJWET.
e heer H. C. W., chocoladefabrikant te IJselmonde,
igt verpakte reepen in den handel, waarvan enkele
soort bon bevatten, die recht geeft op een ca-
utje. Dit wordt geacht In strijd te zijn met de nooit
irezen Loterijwet, die zelfs Japie met zijn koek niet
rust laat, zoodat heden tegen den niet verschenen
jjkant f 70 boete of 50 dagen werd gevorderd. Over
w dagen uitspraak, waarin geen der partijen vermoe-
ijk wel zal berusten,
tl)
c4et mysterieuss fiatje van de victoria-
DSCOOP.
/Sftn de verdere behandeling van deze geheimzinnige
w&k contra mijnheer J. C. W., Bioscoop-directeur te
maar, wiens tweezitter op 7 Mei om 12.10 zou heb-
gestaan ln Alkmaar voor de bioscoop, terwijl het»
de karretje reeds circa 10 minuten voor 1 uur te
10 iterdam op het Damrak stond, verklaarde thans de
obewaker Vierman te Amsterdam, dat hij op ge
en datum omstreeks 1 uur de auto van den heer
leeft gebezigd als lunchlokaal en daarin zijn boter-
heeft zitten opeten. Het is dus vrijwel onverklaar-
ID r, dat dit autotje ten 12.10 nog zou hebben gestaan
e Langestraat te Alkmaar. De ambtenaar houdt zich
Jiwel aan het proces-verbaal en vordert f 8 boete of
'd tgen. Uitspraak over 14 dagen.
JROOTH3 HONDEN HEBBEN DAAR HUISARREST
V MOETEN AAN HET DROOGLIJNTJE.
>e heer J. C. W., verdachte ln de vorige zaak, moest
in de volgende film als hoofdacteur optreden. Hem
s ten laste gelegd, het laten losloopen van een hem
behoorenden hond ln casu een Dultsche Herder met
schofthoogte van meer dan 30 c.M. Volgens den In
kleur de Vetter te Bergen, werd deze hond voor de
llgheid van zijn kinderen gevaarlijk geacht en dien-
gevolge de heer W. veroordeeld tot f 0 boete of 0 dg.
TBENG VERBODEN TOEGANG,
let zoontje van bakker P. P. te Alkmaar, had zich
een verboden uur in de bakkerij gewaagd, welke
lutooedige onderneming heden zijn armen vader op
2 boete of 12 dagen kwam te staan.
OORDEELKUNDIGE EN GEVAARLIJKE LADING
Ben vrachtauto, met kozijnen beladen, die ver ever I
i rand van het voertuig uitstaken, welk' motorrijtuig
1 bestuurd door J. v. d. K., garagehouder te Heiloo,
op 28 April onder Oudorp, door te weinig uit-
J»n, een bejaard wielrijder, de courantenbezorger
aan. De oude heer werd door een der üitste-
Ide kozijnen geraakt en tuimelde van zijn rijwiel,
pbij hij zich niet weinig bezeerde. De heer v. d. K.
t zich ten opzichte van den aangeredone zeer loff»-
gedragen, doch nlottemln moest hij heden terecht
i en werd hij tot f 40 boete of 40 dagen veroordeeld.
MET GEWELD TOT GEHEELONTHOUDING GE
DWONGEN.
Jacob B., los werkman te Alkmaar en Ijverig lid der
natte gemeente, werd op 11 Juni door den rijksveld
wachter G. Miné op den Hoeverweg ln kennelijken
staat aangetroffen. Aangezien deze likkebroer reeds tot
opzending naar een rijkswerkinrichting ls veroordeeld,
kreeg hij ook nu een extra-portie straf en werd tot C
dagen hechtenis en 0 maanden deportatie naar den
„krententuin" veroordeeld.
T IS GOED GRAS MAAIEN VAN EEN ANDER
MANS WEID JE.
Twee woonwagenbewoners, de gebroeders van N.,
werden op deze ergerlijke strooperij door den pachter
van het grasperceel, den los werkman L. Jupijn te Alk
maar, op heeterdaad betrapt, nadat hij ettelijke nach
ten op den loer had gelegen. De heeren, die de stelling
huldigen, dat het van andermans leer goed riemen-
snijden ls, werden thans elk tot f 7 boete of 7 dagen
veroordeeld.
EEN DOOR PAARDENVLEÖfeCH GECULTIVEER
DE MOTORKAMPIOEN.
Op 17 Juni reed van Bergen naar Alkmaar een motor
rijder met zulk een vervaarlijke snelheid, dat verschil
lende wielrijders zich van schrik niet wisten te bergen
en niet anders dachten dan dat hun laatste uurtje was
geslagen en zij tot klppengehakt zouden worden ver
werkt. Een hunner was echter de Alkmaarsche politie
agent Dalenberg en deze rustte niet eer, voor hij dezen
snelheidsduivel te pakken kreeg. Dit bleek dan heden
te zijn de 19-jarige slagerstelg C. B., die terecht stond
wegens roekeloos rijden.
Hij zou aan de politie hebben verklaard, dat geen
enkele andere motorrijder hem ln snelheid aan den
broek kon komen.
De kantonrechter, die geen bewonderaar !s van der
gelijke opsnijders, voegde den verdachte sarcastisch toe:
We zullen Jou vandaan eens aan je broek komen, man
netje.
En die bedreiging werd dan ook dhverblddelljk ten
uitvoer gelegd, zooals kon blijken uit het vonnis, waar
bij dezen schrik der wegen tot f 60 boete of 30 dagen
en 12 maanden ontzegging rijbevoegdheid werd veroor
deeld. Agent Dalenberg kreeg een extrarplulmpje voor
betoonde activiteit.
ALTIJD RECHTS MIJN GOEDE VRIEND,
DAAR IS 'T VERKEER HET BESTE MEE GEDIEND.
Bakker Klaas K., 'n gezond uitziend manneke van 50
Jaar, wonende te Zuldscharwoude, scharrelde op 9 Juni
met zijn bakkerskarretje te Broek op Langendljk llnksch
van den weg en zonder eenlg teeken te geven dat
hij daar een boodschap had.
Deze inbreuk op de regels van den weg werd opge
merkt door een politieman in een auto gezeten, als vrij
willige verkeerspolitie dienst doend en die het bakkertje
deswege verbaliseerde. De bakker beriep zich heden op
de aan den Dangendijk geldende bepaling, dat voertui
gen llnksch van den weg moeten worden geplaatst, doch
De meest hindeililke kwaal
voor tóenschen op
leeftijd U verstopping.
Foster's Maagptllen
geven baat vanaf de
eerste dosis. Een ide
aal laxeermiddel voor
ouden van dagen
Maagpillan
f 0.65 per flacon
Post er*»
Alom verkrijgbaar
PEUR
door
Ethel M. Dell
sx bleef voor hem staan en legde weer zijn hand op
"Houders van zijn jongeren broer. „Mijn beste ke-
kunt heusch niets voor me doen... Ik ben blij,
je zooveel van haar houdt en lk vind het heel be-
Peljjk, dat je me tot op zekere hoogte haatte. Ik
Je evenwel nog op één enkel ding attent maken."
wat ls dat?"
lag een harde, bittere trek om Max* lippen. „Het
it om dien vervloekten Hunt-Goring... Je dient hem
gaten te houden."
r kwam een woedende uitdrukking op Noel's ge-
v t „Ik zou dien kerel wel kunnen vermoorden," mom-
Si hij.
wa, dat kan Ik me voorstellen, doch zooiets kan nu
ï18*1 n,et &ebeuren. Hij ls aardig sterk. Eenlgen tijd
P-en heeft hij een zekeren invloed over Olga gehad
I beb me nimmer de moeite gegeven uit te vis-
>n hoo dit eigenlijk kwam. Ze heeft zich echter to-
Van hem weten los te maken, en dientengevolge ls
Wet bijster vriendelijk ten- opzichte van haar ge-
M. Houd hem in de gaten, maar maak je handen
nan hem vuil. Hij zal je heusch niet lang meer
iïlkf Vaben' wan* hij gebruikt de laatste maanden
«e geweldige hoeveelheden opium, dat W|J het niet
S Weer maken zal."
is dat het geval? Nu, lk veronderstel, dat niet
o»enschen hem zullen betreuren."
Jenzij mevrouw Musgrave dat doet," merkte Max
5£)es op.
k veronderstel niet dat zij iets om dien kerel geeft,"
aarde Noel vol overtuiging. „Kun je nog niet even
aU' Want ik heb 200 goed -aj8 niet met Se"
a
scheld genomen en het wordt mijn tljn. Wees een beetje
voorzichtig en zorg er voor, dat Je geen ongeluk krijgt
b0 het polospel... Misschien zal Olga Je vooreerst nog
heelemaal niet noodlg hebben, maar houd maar voor
oogen, dat die dag todh eens aanbreken zal."
I Noel's donkere oogen begonnen te schitteren. „Het
cenlge risico, dat lk zou willen nemen is ter wille van
haar veiligheid. Ik begrijp het niet, dat Ratcliffe to
taal niet schijnt te bemerken ln welk een gevaar ze
verkeeren."
Max glimlachte ironisch. „Ik heb er al een paar keer
met hem over gesproken en hij weet er waarschijnlijk
meer van af, dan wij wel kunnen vermoeden."
„Maar hij glijdt er rustig over heen," protesteerde
Noel. „De streek is als het ware bezaaid met „bud-
mashes" en het lijkt wel, dat hij ze nog aanmoedigt
ook. Een paar dagen geleden heb ik zelf een oude han
delaar in maansteenen van zijn erf getrapt."
Max kon een glimlach niet weerhouden. „Heb Je dat
gedaan?"
„Ja, en het is waarachtig niet om te lachen. Jij zou
toch in mijn plaats precies zoo gehandeld hebben? En
toen lk het Nick den volgenden dag vertelde, beweerde
hij, dat die oude boef een vriend van hem was."
Max lachte nog steeds. „Wat ben Jij toch een brutale
rakker, Noel. Ik heb dien bewusten ouden schurk, zoo
als jij hem noemt, zelf gezien en ik geloof inderdaad,
dat hij een kennis van Nick ls. Hoe heeft hij Je schoppen
opgenomen?"
„Oh, dat weet lk niet Hij vloekte en verdween als een
haas uit het gezicht Je schijnt het geval buitengewoon
geestig te vinden."
Er lag een geïrriteerde klank ln Noels* stem. Max
scheen het onderwerp evenwel als afgedaan te beschou
wen.
„Jij bent altijd zulk een opvliegend standje geweest
Nu, lk moet gaan. Denk er om, dat je geen gevecht
met Hunt-Goring begint!"
,.Nee, tenzij hij het me lastig maakt en zich met
dingen bemoeit, die hem niet aangaan." Noel liep met
hem mee naar buiten en stond toen weer even stil.
„Luister eens, Max... heeft Hunt-Goring met deze
kwestie iets uit te staan?"
„Met wélke kwestie?" vroeg Max onverschillig.
„Is het aan Hunt-Goring te wijten, dat Olga met je
brak?"
Max keek peinzend voor zich uit en er was een eigen
aardige blik in de vreemde, groene oogen. „Nu", zei hij
ronduit, „ik geloof niet, dat hij een bepaald gunstigen
daar hij zich met zijn kar voortbewoog, kon dit ver
weer hem niet baten en werd hij veroordeeld tot f 2.50
boete of 2 dagen. g j
TOT ZIJN GROOT VERDRIET, REMDE DE REM
VAN ZIJN FORDJE NIET.
De chauffeur M. H. S. te Alkmaar reed op 2 Juli
in een Fordje, waarvan de voetrem den dienst bleek
te weigeren. Dergelijke gebreken worden tegenwoordig
niet licht geteld, getuigende het feit, dat de bestuurder
van het incomplete Fordje heden tot f 7 boete of 7
dagen werd veroordeeld.
DE KOERS IS REEDS TOT f 5 GEREZEN!
Een jongmensch met een Schillerkraag, genaamd
A. J. de W. en scholier uit Bergen, had zich 2 Juli
op een rijwiel gezeten, zich langs den Bergerweg laten
sleepen door een vrachtauto. Strafte de kantonrechter
dergelijke overtreders aanvankelijk met een kleine geld
boete, dezen scholier werd f 5 boete of 5 dagen opge
legd. Daar deze manier van rijden niet meer ls toege
staan, wordt degene, die de rust en veiligheid van het
verkeer en zijn portemonnale op prijs stelt, beleefd
verzocht, hiervan nota te nemen.
VEROORDEELD TOT ALTIJD DURENDE BEWE
GING.
Gerrlt A., een IJsco-negoclant, die te Alkmaar geen
standplaats kan krijgen, en dus verplicht ls, maar
steeds te blijven voortrijden, wil hij een bekeuring voor
komen, had zich niet aan de bepaling gehouden en werd
thans tot f 8 boete of 8 dagen veroordeeld.
ZET UW LICHT NIET ONDER DE KORENMAAT.
J*acob de R., 'n motorrijdende handelsreiziger uit
Alkmaar, werd in den avond van 5 Juli door een po
litieagent in die gemeente attent gemaakt, dat zijn mo
torlantaarn niet brandde, welke vriendelijke vingerwij
zing vergezeld ging van de onvermijdelijke oproeping
en den ongelukkige heden f 6 boete of 6 dagen kostte.
EEN ÏTNSCH VLIEGTUIG BRACHT REDDING.
De vermetele tocht van Sora en Van Dongen.
Na de redding van de Vigllere-groep en die van prof.
Malmgren, is het ook mogen gelukken kapitein Sora
van de Alpenjagers en de Nederlandsche gids, Van
Dongen, van het ijs te halen.
Een officieel bericht van de Citta di Milano meldt, dat
een Finsch vliegtuig, geëscorteerd door twee Zweedsche
vliegtuigen, de belde mannen heeft afgehaald, waarna
ze naar de Koningsbaai aan boord van de Cltta. dl Mi
lano zijn overgebracht.
Sora was don 18don Juni met twee hondenspannen
en de gidsen en hondenmonners Varmlng cn van Don
gen van straat Beverley vertrokken met de opdracht
do groep Marlano te gaan opsporen langs do kust van
Noordoostland, tusschun de Noordkaap van dit eiland
en kaap Bruun en om vervolgens over te steken naar
het eiland Foyn en de groep Nobile af te halen, die
zich toen op ongeveer vijf mijl afstands van dit eiland
bevond.
Drie dagen later ontmoette de Noorsche vlieger
Luetzow-Holm de patrouille Sora en wierp een bood
schap naar beneden om mee te deelen, dat de vlieg
tuigen de roode tent hadden gevonden en dat overste
Maddalena levensmiddelen voor de groep had neergewor
pen. Luitenant Luetzow-Holm moest tevens kapitein
Sora waarschuwen voor den slechten staat van het ijs,
welke het onraadzaam maakte naar het eiland Foyn
over te steken en er daarom op aandringen, dat het be
ter was al zijn krachten in te spannen om de groep Ma
rlano op. te sporen. Deze boodschap heeft kapitein Sora
niet bereikt. Deze heeft herhaaldelijk getracht van de
kust op het pakijs te komen, ls daar ten slotte in ge
slaagd en heeft het eiland Foyn weten te bereiken. Hier
is zijn patrouille opgemerkt door de Zweedsche vlie
gers, die zijn positie verre van veilig achtten, waarom zij
er toe besloten tezamen met het Finsche vliegtuig een
reddingsexpeditie uit te zenden.
„Hoewel", zoo besluit het officleele bericht, „Sora
ten gevolge van de veranderingen in de positie van het
kamp, dit niet heeft kunnen bereiken, moet zijn tocht,
die onder bijzonder zware omstandigheden is volbracht,
beschouwd worden als een zeer stoutmoedige en ver
dienstelijke onderneming."
Tot zoover het officleele bericht Natuurlijk geldt de
lof, kapitein Sora gebracht als hoofd van de patroelje,
niet minder van Dongen, aan wlen ook het welslagen
om dit woord nu maar eens te gebruiken van de
onderneming zeker voor een groot deel te danken zal
zijn. Uit het bericht blijkt voorts, dat Sora met van
Dongen alleen is overgestoken naar Foyn, wat Indirect
een bevestiging is van het bericht van twee dagen ge
leden, dat zij den Deen Varmlng, bij kaap Bruun op de
kust hebben achtergelaten.
Het officleele Italiaansche bericht geeft geen uitsluit
sel of Sora en van Dongen Inderdaad de mannen zijn,
die door de Krassin waren opgemerkt. Men kan dus
ook niet nagaan of het bericht omtrent het ontdekken
van de overige opvarenden van de Italla juist ls. Dat
Rome daarover zwijgt is een bedenkelijk teeken.
Over Sora wordt nog gemeld, dat hij en zijn begelei
der van Dongen veel hebben doorgemaakt, zij leefden
de laatste veertien dagen van het vleesch hunner ge-
doode honden. Sora is zeer verzwakt, van Dongen
maakt het goed.
Het relaas van Zappl.
Overste Zappl moet nog het volgende verteld hebben
over den dood van Malmgren:
Hij bleef liggen waar hij neergevallen was en zoi tot
ons, dat zijn laatste uur gekomen was. HU smeekte ons
hem aan zijn lot over te laten. Hij sneuvelde als een
held. Tot het laatste oogenblik drong hij er bij ons op aan
snel door te marcheeren en hulp te halen voor Nobile en
de overige leden van de verongelukte bemanning.
Zappl verklaarde verder, dat hij en de Marlano al uren
lang den motor van het vliegtuig van de Krassin had
den gehoord, zonder het vliegtuig echter te kunnen
ontdekken. Ze hadden reeds alle hoop opgegeven en
liepen doelloos rond, wachtende op den dood, toen het
vliegtuig plotseling boven hun hoofd verscheen. Zij
zwaaiden met een der dekens. De andere deken was op
het ijs blijven liggen. Deze heeft de Russische vlieger
voor den derden man van de troep gehouden.
Dank "A" de „Krassin",
Naar uit Moskou gemeld wordt, heeft de opperbevel
hebber van de strijdkrachten der SowJctrUnle aan de
bemanning van don IJsbreker Krastin namens de re
geering dank gebracht voor de redding van de man
schappen van de Italta.
De bewondering voor 'den arbeid van den IJ«brekor
Krassin is ln Scandinavië algemeen. De commandant
v&n den IJsbreker, Carl Jogl, ls een gewezen Estland och
invloed heeft uitgeoefend. Doch dat feit op zichzelf had
de groote verandering niet alleen te weeg kunnen bren
gen. De voornaamste reden is die, welke ik Jou heb
opgegevon. Ik kon het niet helpen, als je daarmede
niet tevreden bent" HIJ stak den Jongen man zUn hand
toe, „Adieu, oude Jongen. En... veol succes."
Noel drukte stevig de hem aangeboden hand en voor
een kort oogenblik keken de twee broers elkander in de
oogen. Zijn stem trilde eenigszins, toen h0 zei: „Adieu,
oude Jongen, Ik hoop, dat Je de bovenste sport van de
ladder zult bereiken en daar altijd kunt blijven." Even
zweeg hij om er daarna aan toe te voegen: „Maar ik
weet wel, dat er grootere dingen dan succes kunnen
bestaan, en als ik je ooit helpen kan... Je kunt er
op rekenen, dat het dan gebeuren zal, kerel."
HIJ zei deze laatst woorden haastig, daar hij vreesde,
Max* cynischen glimlach weer te ontdekken. Doch hier
van was totaal niets te bemerken, toen Max gesmoord
antwoordde: „Dank je."
Nadat hij verdwenen was, keerde Noel langzaam
naar zijn kamer terug en bleef peinzend voor zich kij
ken.
„Ik vraag me af, of het hem wel erg veel kan sche
len", zei hij zachtjes bij zichzelf.
In gedachten ging hij het gesprek na, dat ze kort te
voren hadden gehouden, fn hij herinnerde zich den sar-
castischen toon, waarop Max hem op de hoogte van
den tegenwoordigen toestand had gebracht.
Eensklaps kwam het hem voor, alsof hij hem weer
hoorde zeggen: „Je moet haar altijd blijven aanbidden,
want ze heeft heel veel liefde noodlg." Ja, hij was er
van overtuigd, dat Max nog steeds van Olga hield.
Daaraan behoefde hij niet meer te twijfelen. Hij had
haar zóó lief, dat hij in staat was geweest iets te doen,
wat Noel nimmer gelukt zou zijn. Zijn liefde voor het
jonge meisje was groot genoeg om zichzelf totaal weg
te cijferen... de hoogste en mooiste vorm van genegen
heid, welke er op aarde bestaan kan... en iets waartoe
hij, Noel, nimmer in staat zou zijn geweest. Hij had den
lood moedig voor haar onder de oogen gezien, maar
het was heel moeilijk voor hem geweest haar aan een
ander af te staan...
Het warme bloed steeg hem naar de wangen oih
langzaam weer weg te trekken. En ln deze korte oogen-
blikken verdween de jongen Nóel Wyndham, en kwam
sr een man voor ln de plaats. Wannegr Olga hem lief-
ïad, zou hij zoo gauw mogelijk met haar trouwen en
haar alles aanbieden, wat hij te geven had, zonder iets
terug te houden. Hij zou haar een groote, sterke liefde
schenken en haar in alle opzichten volkomen waardig
trachten te zijn. Hij zou altijd haar geluk voor oogen
houden en geen opoffering kon te groot voor hem we
zen.
Nee, nooit mocht ze berouw over haar keuze hebben...
nimmer mocht zij de liefde betreuren, welke ze gewei
gerd had. Ze had hem gekozen, in plaats van een be
teren en waardiger man, en hij mocht haar in niets te
leurstellen.
Met een impulsief gebaar bracht btj zijn degen aan
zijn lippen. „Zoo waar helpe mij God Allemachtig."
HOOFDSTUK XIX.
EEN GEVECHT ZONDER EINDE.
Slechts de menschen die Olga heel Intiem kenden, be
merkten de groote verandering, welke er na haar ver
broken engagement met haar had plaats gevonden.
Voor de overigen was zij dezelfde van vroeger, een kalm,
niet te spraakzaam meisje, dat zooals Kolonel Bradlaw
het placht uit te drukken „veel te verlegen was om inte
ressant te kunnen zijn."
Ze scheen niemands sympathie noodig te hebben en
ze maakte zelfs Nick niet meer tot haar vertrouweling.
Ze was op en top een vrouw geworden en ze had ge
leerd alleen te kunnen staan.
In het begin scheen ze voor Noel een weinig schuw
te zijn, hoewel hij door zijn vriendschappelijk optreden
dit gevoel spoedig had weten te overwinnen. Hij maakte
haar volstrekt niet het hof, maar trad op een innemen
de, kameraadschappelijke wijze tegenover haar op.
Hij zorgde er voor haar lederen dag te zien, zoodat
ze geleidelijk wat vertrouwelijker tegenover hem kon
worden. Ze had hem nooit aantrekkelijker en sympa
thieker gevonden dan in die dagen en de jonge man
wist zelf niet, hoeveel goed hij haar deed.
Hij eischte zoo weinig van haar en scheen meer dan
tevreden te zijn met de vriedschap, welke ze hem schonk.
Hij hielp haar door de donkere moeilijke uren heen, zon
der haar te laten voelen, dat zij hulp behoefde. Hij vroeg
meer sympathie dan hij zelf aanbood, en het deed haar
genoegen te bemerken, dat Noel haar tot op zekere
hoogte noodig scheen te "hebben. Hij leidde haar ge
dachten af. wanneer ze in sombere stemmingen ver
keerde, en gaf haar geen tijd om over nare dingen na
te denken.
Wordt vervolgd.