Schager Courant
Tutti Frutti.
De vulkaanramp op Paloeweh.
Zaterdag 11 Augustus 1928.
71ste Jaargang. No. 8303
Derde Blad.
VANAF DE TRIBUNE.
Uitbarsting van den Lokatindaberg.
DE AANRANDING OP
CORSICA.
twdrukken van een toeschouwer bij de
olympische spelen.
Wanneer men juist boven de perstribune midden tue-
ichon het publiek een plaatsje veroverd heeft, achter
lich een wilde groep Franschen, die Iemand In een op
gewonden oogenblik de knie ln de wervelkolom boren,
vlak beneden zlóh vier zwijgende Japanners, wlen men
op zijn beurt op zulke oogenbllkken de knie tueschen
da geduldige schouderbladen drijft, naast zich, links en
rechts tierende en razende, aan dolheid grenzende Ame
rikanen, met wier handen, armen en hoeden men ln de-
zlfde hooggespannen oogenbllkken van weerskanten in
conflict komt, kort en goed, wanneer men vanaf deze
waarachtig avontuurlijke zitplaats de omwoelde glooiing j
van de perstribune overziet, die gele stoeltjes vóór de
gele klap-tafeitjes en daarvoor de nijvere bijen uit de
courantenwereld, dan beseft men eerste welk een para
dijs deze plaats tusschen het publiek is.
Daar zitten de vakmenschen uit alle landen van de
wereld bijeen, wel ls waar vreeselijk dicht op elkaar ge
propt, maar zij zijn ontegenzeggelijk de mannen die de
situatie beheerschen, die weten, wat komen zal, wat gaat
gebeuren, die va<n te voren weten, hoe het komen zal.
En wanneer dan van tijd en wijle een behaalde zege
wordt verkondigd, de tienduizenden paren oogen naar
de geheschen vlag zijn opgeheven, wanneer de muziek
het volkslied van den overwinnaar speelt en al zijn land-
genooten hun oogen vochtig voelen worden, terwijl hun
tongen het lied meezingen, wanneer ln zulke oogenbllk
ken op de perstribune de bezeten sohrljfmachlnes onbe-
i kommerd en met alle kracht verder-tikken, doof voor
alle pathos en blind voor het klapperen van de vanen
ln den wind, regel voor regel zwart op wit wordt neer-
gehaimerd voor telefoon en telegraaf, dan weet men
eerst, dat ln dezen nuchteren hoek van het Stadion het
hart van de Spelen razend slaat. Want wat zou dat
alles beteekenen, wanneer niet den volgenden morgen
ln elk hoekje van den aardbol vader, moeder en de vele
kinderen in hun courant zouden kunnen lezen, wat er
den voorlaatsten middag ln Amsterdam gebeurd was,
waarom het gebeurd is en wat nog gebeuren zal.
Midden in het publiek te zitten ls echter het heerlijk
ste wat men verlangen kan, een paradijs waar men niets
behoeft te weten; daar kan men zich onbekommerd uit
leven, geeft men om niemand en niemendal, daar be
hoeft men zich niet ln te houden, daar kan men brullen
en ln geestdrift geraken voor wien men wil, al was het
alleen omdat die iemand u sympathiek was, of dat
zijn lachen u beviel of wel zijn neus. Ja, midden tus
schen het publiek, dat is het schoonste en wonderbaar
lijkste; hier verlangt niemand van u een zakelijke of
uitvoerige uiteenzetting, wanneer men plotseling zijn
mond wijd openzet en zijn buurman doof brult of wan
neer men met zijn hoed in het rond zwaait, alsof er bui
ten uzelf geen enkej ander mensch zich ln het Stadion
bevond. Ach wat, Je blijft, wanneer het Je te machtig
wordt, niet langer zitten, maar gaat op je stoel staan
en schreeuwt, schreeuwt Je keel heesch, en wanneer Je
bemerkt, dat Je voor de verkeerde geschreeuwd hebt,
dan schreeuw je straks des te harder, wanneer je je
favoriet ontdekt En niemand zal je or lastig om vallen,
of je er leelljk om aankijken.
Ver zweven de blikken over de dleproode loopbanen,
waarop de moorddadige strijd van beenen en longen
onder de snelsten der wereld wordt uitgevochten, over
de toestellen voor het hoogspringen, waar menschelljke
lichamen zich met niet voor te stellen en phantastlsche
energie door de lucht en over de lat draaien, tot bij de
cirkelvormige plaatsen, waarvan uit de discus, de kogel
en de hamer ver weg worden geslingerd, zoodat het
iemand den adem beneemt
Neen, het is zeker niet altijd de landgenoot voor wien
men bereid ls op zijn zitplaats te gillen en te brullen.
Zoo was daar bijvoorbeeld een hoogst serieuze en voor
name Indiër, die men reeds dagen van te voren zwijg
zaam in een mooie auto en keurig uitgedost door de
Btraten van Amsterdam had kunnen zien rijden. Donker
bruin, met breede schouders en een zwarte, volle baard,
met peillooze, gitzwarte oogen en een eaamgre bonden
haardos. Niemand zou het zijn Ingevallen dezen heiligen
sportman te bespotten, omdat hij door zijn haardos een
sierlijk lintje had gevlochten. Integendeel, men zag veel
eerder met ontzag tegen hem op; deze Indiër, nietwaar,
deze zwijzame en mysterieuze figuur, die donker afstak
tegen zijn blanke sportbroedere.
En ln de 5000 meter startte hij. Knielde midden
tusschen de anderen aan don start op den grond en
het scheen alsof hij zijn duizendjarige bezwering ver-
zameldo, om bij het startschot als een adelaar weg te
schieten. En wanneer al die slanke lijven even later
als de wind zoo licht, over de roode baan voortsnellen,
met alleen de eindstreep, die Ö000 meter verder ligt,
voor oogen, dan bevindt hij zich midden tusschen den
troep. Doch na de eerste ronde lieten zU hem reeds ln
den steek, snelden hem voorbij en heel alleen loopt hij
dan nog een stuk jroort De afstand, die hem van zijn
tegenstanders scheldt, wordt echter grooter en grooter
en eindelijk verlaat hij het veld, welke naar hij meende
hem de zege zou brengen, en valt neer op de bank,
waar hij zich ln zijn deken hult enzwijgt
Inderdaad, te midden van het publiek, schenkt men
zijn bijval niet altijd den juiste,
On denzelfden dag, anderhalf uur later, alvorens do
Spelen wederom zullen aanvangen, kon men in de
verte, om den hoek van een der gebouwen een opge
wekte troep donker geklecde meisjes zien aankomen,
de een achter de ander, met koffertjes ln de handen
en met speren over de schouders. Zoo marcheerden zij
naar binnen, frisch en resoluut; de korte baren waal
den in den wind. Snel kwamen ze over het uitge
strekte veld nader en men dacht verrukt wat ls dat
vooreen forsche en rhythmlache natie? Maar al* zij
naderbij gekomen waren wendt men zich verlegen, en
een beetje boos op zichzelf af. Want op het eerste ge
zicht was nu heel goed te zien, dat het hier wel een
Internationale* maar verder een gar-sch vergeten vrou-
wensport betrof; het waren de werkvrouwen van het
Stadion en wat er als koffertjes had uitgezien, waren
de wateremmers, terwijl de bezems speren hadden ge
leken... j^pge Hollandsche werkvrouwen, een vroolijke
en opgewekte troep, de een achter de ander
Wie zal deze dagen ooit (kunnen vergeten, deze dagen
op de tribune met dlo mengeling van verschillende
talen, dat schreeuwen en zwijgen, do stilte en de storm,
dlo wenkende vlaggotjes hierheen en daarheen, de volks
liederen van alle landen, de vlaggen van alle naties,
de koortsachtige gezichten, het woud van opgestoken
heftig heen en weer bewegende armen.
En wie een beetje Jaloersch ia op den roem van
deze jonge manen en jonge meisjes, die hier door de
gansche wereld worden toegejuicht en bejubeld, die
moge bedenken, dat deze glans korter duurt dan elke
andera Dat een weinig tragiek onzichtbaar over de
gansche arena ligt Want na de recordhouders van
heden namiddag loeren onverbiddelijk de jongeren en
misschien sterkeren van morgen voormiddag; nergens
vloeit de roem zoo snel voorbij als bij de sport Ner
gens krijgt do jongere on betero vlugger sn medoogen-
looeer recht dan wanneer hot een record betreft
Glad en zonder eonJg rlmpoltjo ligt daar do roode
loopbaan. Boven het grasveld schittert de zon, de wim
pels van alle landen wapperon op de tinnen van het
machtige Stadion, en terwijl daarbuiten ln de wereld
Ijzer en staal on stoom en electrische kracht met al
wat menschelljke spierkracht ls, den spot schijnen te
drijven, trachten hier binnen het gebouw een troep
jonge mannen en vrouwen te toonen, wat vanaf het
begin der wereld tot aan haar Jongsten dag door geen
enkele machine vervangen kan wordende heer
lijkheid van 'a menschen lichaam.
door de wet beschermende gauwdieven.
Door de Amerikaanscbe pers werd onlangs
een politiebericht verspreid, waaruit was op te
maken, dat blijkbaar een ndeuw soort gauwdieven
op het tooneel zou verschijnen, de gauwdief na
melijk, die nooit aan vervolging van de politie
kon blootstaan, omdat hij onder bescherming
stond van 's lands wetten. Dit nieuwe type gauw
dief ls tegelijk een beroep voor gentleman; de
politie kan -hem niets doen, en zonder ook maar
eenigen overlast te hebben van de anders zoo on
ontbeerlijke werktuigen, wikkelt hij op kalme wijze
zijn taakje" af. Hij levert tevens het bewijs, dat
de wet niet alleen deuren heeft, die achter iemand
dichtslaan, maar ook van dlo achterdeurtjes,
Waardoor men zeer gemakkelijk ontkomen kart.
In een van de meest chique hotels van Montreal,
ln Mont Roval, stapte onlangs mlster X af, wiens
feudraal optreden al heel spoedig de groote be
langstelling van het gansche hotel-personeel had.
Toen hij zijn wekelijksche rekening zou gaan be
talen reikte hij den 'kassier een cheque over met
het verzoek, deze maar even bij zijn bank in te
wisselen. De kassier, wien het verboden was, om
chéque's aan te nemen, blijkbaar had men met
dergelijke „drukwerken" reeds eerder minder pret
tige ervaringen opgedaan belde de bank van
den betreffenden gast op om te vragen of dekking
voor de chéque voorhanden was. Dekking? Neen
maar, overvloed! Het was een eerste klas klant,
werd geantwoord, en de chépue, aangeboden,
werd onmiddellijk tegen baar geld ingewisseld,
hetgeen natuurlijk de achting en sympathie te
genover den voornamen gast niet weinig deed
stijgen.
4-i?en ^aterdaga-vond daarop, kort voor sluiters-
tijd, verscheen mlster X in de grootste juweliers
winkel van Montreal, liet zich eenige kostbare
ringen voorleggen, waarvan hij er tenslotte na
lang zoeken en kiezen één kocht voor den prijs
van vijftien honderd dollar. Ook hier betaalde hij
echter met een chéque, maar mr. Blrks, de ju
welier, scheen al evenmin veel met dit soort be-
»iing op te hebben, temeer waar de bank, waar
Go chépue kon worden verzilverd, op dat oogen-
was- Mlster X ried hem echter aan
eens b!j den directie van het hotel, waar hij zijn
uitrek had genomen, te inform©eren. Aldus ge
zes dorpen door het vuur vernield,
Zeer velen omgekomen.
Aneta seint uit Batavia <LcL 9 Aug.:
Een officieel telegram van den resident, die zich
aan boord van de „Merel" bevindt, welk telegram 8
Aug. verzonden werd via Koepang-radio, meldt, dat in
den nacht van 4 op 5 Aug. omstreeks middernacht de
Lokatinda-berg op het' eiland Paloeweh, ten Noorden
van Flores, vuur begon te spuwen, wat met een uit
barsting gepaard ging.
Het gevolg was, dat de Zuid-Westelijke helft van
Paloeweh met zes dorpen grondig door het vuur ver
nield werd. Het aantal menschen, dat hierbij omge
komen ls, wordt op één duizend geschat en het aantal
personen, dat door vallende eruptle-steenen gewond
werd, globaal op 600. De aard van de verwondingen
ls echter licht.
Waarschijnlijk als oen gevolg van de aardbeving, die
met de erputle gepaard ging, liep het zeewater aan alle
zijden van het eiland ongeveer vijf meter op. Volgens
Inlichtingen, die de hoofden verstrekten, waa de tem*
peratuur van het water zeer warm.
Bewoners ln zee gevlucht en verdronken.
Van de menschen die ln zee gevlucht zijn, is een aantal
verdronken, maar het is onbekend hoeveel. Het deel van
de bevolking, dat nog overblijft, bedraagt ongeveer
5000 zielen.
De stemming is kalm. De door den resident meege
voerde levensmiddelen zijn met die, welke aanwezig wa
ren, voorloopig voldoende om in de levensbehoeften van
de bevolking te voorzien.
Ook prauwen vergaan.
Negen handelsprauwen, dia van Celebes vertrokken
waren, moeten vergaan zijn. Het lot van de bemanning
is onbekend. Eén prauw is op Noord-West Paloeweh
gestrand. De opvarenden waren nog aan boord.
De wal van Flores, rechts ten Zuiden van Paloeweh,
moet eveneens geteisterd zijn. De Resident zal zich
daarheen begeven om den toestand op te nemen.
schiedde en waar natuurlijk mr. Birks van de ho
teldirectie de beste Inlichtingen over zijn klant
verkreeg, twijfelde hij niet langer, maar gaf den
ring mee en accepteerde de chéque.
Het werd hem echter, begrijpelijker wijze, bang
om het hart, toen hij een half uur later door zijn
grootsten concurrent Mappin en Webb werd op
gebeld, die hem meedeelde, dat mlster X daar
zoo juist verschenen was om den ring voor zes
honderd dollar te verkoopen, die even van te vo
ren bij hem gekocht was. De beide juweliers be
raadslaagden daarop, hoe zij dit varken zouden
wasschen, want het leed geen twijfel, of het be
trof hier een gemeene oplichterstruc, waarvan
mr. Birks de dupe was geworden. Zonder dus
langer na te denken, rende de laatste naar het
politiebureau en liet den vreemdeling arrestee
ren. Mister X protesteerde heftig tegen deze wijze
van optreden en bezwoer, dat zijn bank-rekening
in orde was, waarvan men zich desnoods oogen-
blikkelijk kon overtuigen. Het was echter Zater
dag, dus was de bank gesloten* en dies werd
mister X tot Maandagmorgen in verzekerde be
waring gesteld, om over zijn „zaakje" na te den
ken.
Toen het echter Maandag was, werd tot niet
geringe schrik van mr. Blrks vastgesteld, dat de
chépue Inderdaad bij eerste aanbieding oogenblik-
kelijk werd ingewisseld. Mlster X werd met dui
zend verontschuldigingen weer vrijgelaten, terwijl
mr. Birks ln vertwijfeling zijn handen wrong over
het feit, dat hij een gentleman in een dergelijke
netelige positie had gebracht.
Vanaf dit oogenblik nu ving de schurkenstreek
aan, terwille waarvan mister X in Mont Royal lo
geerde, en den ring juist op Zaterdagavond ge
kocht had. Hij stelde namelijk een eisch tot scha
devergoeding in tegen den juwelier, ten bedrage
van vijftien duizend dollars wegens ongerecht
vaardigd veroorzaakte vrijheldsberooving, en hij
won het proces, daar hij de wet aan zijn zijde
had, zoodat hij met dezen genialen Inval rond
tienduizend dollar verdiende, na aftrek van zijn
onkostenrekening.
DRA ADLOOsE DIEREN*GELUIDEN. Tn den loop
van de laatste jaren hebben wij al heel wat ge-
lulden hooren uitzenden met de lange en korte
golven, die dagelijks en nachtelijks in onze ooren
'klotsen.
Ook dierenstemmen waren geen vreemde aan
spoelsels ln de luidsprekende branding, die steeds
slaat op het stille strand van onze huiskamer.
De plaats van de ramp.
Omtrent de gesteldheid van de plaats en den bodem,
waar deze romp heeft plaats gehad, lezen we ln het
„Hsbl." het volgende:
De Noordkunst van Flores ls grillig gevormd en loopt
ln het algemeen snel op tot een hoog en uit verschei
dene ruggen bestaand bergland; slechts weinig vlakten
vindt men er, waaronder de grootste zijn die rond de
baai van Maoemere of Gellting (dn het eerste telegram
over de ramp genoemd) en die van Lapeh, waar men
over het aldaar lage en ver landwaarts in gelegen cen
trale gebergte van Flores bijna ten voeten uit de beide
machtige vulkanen der Zuidkust, der Amboe Bonobo en
den Inerië of Rakka ziet.
Poeloe Paloweh of Roesa Radja, gevormd door een
enkelen berg van 875 M. hoogte, ls het voornaamste
eiland op Flores' Noordkust. De Oostkust van Flores
vertoont twee scherpe insnijdingen: de baal van Okka
en die van Konga; de eerste ingesloten door hooge ber
gen, de laatste met een vlakte aan de kust, door vele
kleine rivieren doorstroomd.
Het bodemrelief van Flores is voor het binnenland
eigenlijk nog niet met voldoende zekerheid te beschrij
ven; over de wetenschappelijke reizen der laatste ja
ren is nog weinig gepubliceerd.
In het grillig gevormde Oostelijk deel van het eiland
waarvan de Noordkust thans geteisterd zou zijn
treft men slechts meer of minder geïsoleerd staande
bergmassa's aan. De hoogste toppen zijn hier de Goe-
noeng Egon 1708 M.; Goenoeng Lobetobl 1704 en do
Illmandirl vond dr. Pannekoek van Rheden een sterk
gestoord complex uit kalksteen en eruptlva samenge
steld. Het ls een zeer vulkanisch gebied, met als voor
naamste vulkanen Rokka (Inerië), de Amboe Kombo,
de G. Api of Ija en de Gill Moetoe, op meren werden
ontdekt. Tal van erupties van den laatsten tijd zijn be
kend; sommige dezer uitbarstingen duurden niet milnder
dan vijf uren.
In het Noorden van Oost Flores liggen nog de vul
kanen 111 Mandlri met bijna twee even hooge toppen en
de Boling.
De stroomingen in de Flores-zee zijn bij zeevarenden
berucht; hooge deiningen zonder direct waarneembare
oorzaak komen herhaaldelijk voor. De verticale water
beweging te Maoemere bijv. geeft een rijzing van drie
M. tot enkele d.m.
Oost Flores waa tot voor kort het gebied der nooit
eindigende inlandsohe oorlogjes. Het was Chrlstoffel, die
hier orde schiep. Als een wervelwind vloog deze mare
chaussee-kapitein tusschen Augustus 1907 en Maart 1908
het zoo weinig bekende binnenland van Flores door;
van Oost naar West, van Noord naar Zuid, alles neder-
werpend dat zich verzette, ook in de streken waar vo
rige expedities een échec hadden geleden. Hij toonde
Zoo herinneren wij ons de nachtegalen van Da-
ventry en de honden uit Mexico-City.
Maar dit alles wordt overtroffen door het or-
chest, dat men sinds eenigen tijd kan genieten,
wanneer men de kunst verstaat het Moskovische
zendstation vergeef me de kunstterm „op te
vangen." Daar pleegt men n.1. van tijd tot tijd de
geluiden, door de onderscheidene bewoners van
den Moskouschen dierentuin ultgestooten, ge
kraald, bebruld, gefloten, gejammerd, gepiept, ge-
tjllpt, gebromd en naar men zegt ook van tijd
tot tijd gezongen per aether de wereld ln te
zenden.
De omroeper sohijnt bij tusschenpoozen een La-
tijnsche naam te noemen en dan volgt het geluld,
dat daarmee natuurlijk historisch en hlstorlsch-
materlalistlsch mee ls verbonden.
Hierin schijnt een dergelijke hoeveelheid radio-
copy te zitten, dat men nog steeds zijn toevlucht
niet heeft behoeven te nemen tot het geluld van
de draadlooze zeeslang.
Ook het geluld dat de mensch voortbrengt, be
hoort thans tot de zeldzaamheden. Ook dat heeft
Darwlnltlsch zijn plaats in de slruggle for radio
llfe en slechts met moeite heeft de mensch zich
het „stem"recht veroverd.
Na het primitieve geluld van den plthecantro-
pus erèctus Dubois, kondigt naar men verteld
de omroeper met nauwelijks ontroerde «tem
aan: homo sapiens Urlus, en het publiek herkent
het geluld van onzen beroemden landgenoot, waar
van echter bekend ls, dat hij niet in de Moskou-
sche Zoö vertoeft, waardoor het bericht aanmer
kelijk aan onwaarschijnlijkheid wint. (N.R.Ct)
een zonderlinge concurrentiestrijd.
Tot nu too zou men gedacht hebben, dat concur
rent 1 en ijd alleen bestond ondor zaken menschen,
kunstenaars en journalisten. Dezer dagen heeft
zich eohter een geval voorgedaan, waardoor de
bovengenoemde drie categorieën niet meer alleen
staan,
In den laatsten tijd werden namelijk aan het
strand te Riga herhaaldq malen de zakken der be
zoekers op geniale wijze gerold, doch welke moeite
do Letlandsche politie ook deed, het mocht haar
nlot gelukken de „langvingers" te betrappen. De
vorbazing van den polltle-oommlasarls was echter
niet te beschrijven, toen op zekeren dag een aan
zienlijke groep heeren zijn bureau binnenstapten,
die om een onderhoud verzochten met den chef
het sprookje van de ontoegankelijkheid der Inlaadeche
schuilplaatsen aan.
Chrlstoffel baande den weg voor het civiel bestuur,
j Het bevolkinscijfer van Flores is niet met zekerheid
aan te geven. De sterkte werd In 1916 geschat op 500.000
'zielen, een cijfer, dat werd afgeleid uit het aantal gere
gistreerde volwassen mannen. Sedert de daadwerkelijke
paclvlcatie van het eiland werd begonnen, ging het op
merkwaardige wijze vooruit; Flores ls nu oen der meest
belovende afdeellngen van het gewest Timor.
Maoemere, reeds eenige malen genoemd, ls de stand
plaats van den controleur en station der katholieke
missie en bestaat uit een vereenlging van vier Kam-
i pongs.
De bevolking van Oost Flores doet denken aan Pa-
'poea's; donkere huidskleur, kroesig haar, krachtige li
chaamsbouw, zonder echter de zuivere Papoea'kenmer-
I ken te vertoonen.
Het eiland Paloeweh is vrij dicht bevolkt, wat het
gruote aantal slachtoffers kan verklaren.
Aschregen op RalL
Aneta seint uit Weltevreden: De rosldont van Balt, de
heer L. J. J. Caron, rapporteerde Maandag dat over het
geheele eiland Maandag een aachregen gevallen ls. Do
Batoer is echter rustig.
mej. janssen vertel.
Wij lezen in het Vaderland:
Midden in het meest woeste gedeelte van Coraika
verscheen plotseling op een plateau langs den weg,
'die naar Ghlsoni voert, een jonge kerel met een groote
ruitjespet op het hoofd en een geweer in de hand. HIJ
schreeuwde: arrêt!, en toen de groote toeristenauto van
de P.LM. stilstond, commandeerde hij, dat wij allen
moesten uitstappen en al ona geld en al onze siera
den op den weg moesten leggen.
Klinkt het niet als een filmscenario of als edix ro
mannetje van een paar oent in afleveringen?
Maar het is alles echt gebeurd, want Miek Jansen,
die dezer dagen uit Corsica ls teruggekeerd, vertelde
ons op haar rustige kamer van de veivsckrikkelijke
dingen, die haar een maand geleden op Corsioa over
komen zijn.
Miek Janssen reisde met haar zuster en een vriendin.
De schrijfster voelde niet veel voor een reis naar
Corsica. Zij had als het ware een voorgevoel, dat de
reis niet prettig zou afloop en. Maar toen het gezel
schap op het bureau van de PXiM. ln Marseille infor
meerde en niets verdachts hoorde, trok men naar Cor
sica, gelokt door de schoonheid van de natuur op het
eiland, dat wereldberoemd geworden is door zijn groot
sten zoon, Napoleon.
Ook ln Ajaccio Informeerde men nog eens bij de
PJLM.
Dus trok het gezelschap ln een groote touristenauto
op weg. In den grooten auto nam alleen nog een
Franschman plaats. Den eersten dag kwam men tot
Sonsa en genoot zeer van het schoone eiland. Den vol
genden dag trok men er reeds om zeven uur weer op
uit. Het begon met pech. Even buiten de bewoonde
wereld gaf de motor het op. Nu kregen ook de ande
re dames een onbehaaglijk gevoel, dat nog toenam,
toen een eind verder plotseling de voorruit van de
auto brak. Nu is dat geen wonder, want do wegen
verkeeren op Corsica in zulk een toestand, dat allea
wel kapot moet denderen. Maar de onaangename stom-
ming nam toe.
Miek Janssen zei nog tegen haar gezelschap: Ala
het derde ongeluk nu maar niet het ergste ia
Negen uur zal het geweest zijn, de auto reed Juist
langs een van de vele ravijnen, toen jnen op een bosch
rijk plateau langs den weg een man met een geweer
ontwaarde.
Arrêt! schreeuwde de man. Snerpend bracht de
chauffeur den wagen tot stilstand. Het was een Jonge
man, die daar dreigend met het geweer op de helling
van den heuvel stond. Hij had een groote rultjespet
op het hoofd, zooals de apachendansera ln de cabarets
dragen. Het gitzwarte haar hing hem sluik in de
oogen. Onder een donker jasje droeg hij een lichte
broek. Acht en twintig jaar zal de jonge roover ge
weest zijn. Hij had geen bandietenoogen. „Ik voelde
dadelijk met een dépravé te doen te hebben", vertelt
de schrijfster.
Hij schreeuwde, dat wij al ons geld en al onze Sie
raden op den weg moesten leggen. De chauffeur
gooide het weinige, dat hij had spoedig neer. Wij
van de criimineele politie.
De „gentlemen" bleken bij de politie welbekende
zakkenrollers van Riga te zijn. Zij zwoeren echter
bij kris en kras dat zij niet debet waren aan de
vele gevallen, die zich den laatsten tijd aan het
et rad hadden voorgedaan. De daders moesten vol
gens hen naar alle waarschijnlijkheid buitenlan
ders zijn, die hier tijdelijk hun „bedrijf' uitoefen
den. En zie, de inlandsche zakkenrollers smeek
ten de politie iets tegen deze buitenlandsche con
currentie te doen. Om elke verdenking verder van
zich af te wentelen, verklaarden ze nog, dat ze
in de eerstkomende dagen voor een zomeruitstapje
de provincie ln zouden trekken.
En inderdaad zouden de verongelijkten recht
verkrijgen, want na weinige dagen gelukte het
de politie een heel nest buitenlandsche „concur
renten" uit te roeien. Na deze plotselinge oprui
ming is wel aan te nemen, dat de ln de verafge
legen provincie-stadje, de „Inlandsche" de hun
zelf-opgelegöe verbanning aanmerkelijk zullen
verkorten.
een vegetarische lunch. Ken ambtenaar te
Bebreczln hoeft voor het plaatselijke hof voor
echtscheidingen een verhaal opgedlscht van de te
kortkomingen van vrouw op culinair gebied.
Zij had hem de volgende lunch ten bureele doen
bestellen: twee rauwe wortelen, een halve rauwe
meloen, twee knolrapen mitsgaders tien dadels.
Voor het bof kwam het aan het licht dat. me
vrouw Bela Kovacs ln 1926 volgelinge werd van
professor Blczordy, een verwoed vegetariër. Sinds
dien moest vader Kovacs met zijn driejarig kind
de levensregelen van Blczerdy volgen. Daarbij
kwam nog, dat hij buiten zijn afkeer voor peen
en meloen ook nog de hatelijkheden en schimp
scheuten van zijn medeambtenaren kreeg te slik
ken.
Hij trachtte kortgeleden zijn vrouw over te ha
len iets voor hem to koken, al waa het maar een
ei. Hij vroeg gekookt voedsel wat dan ook als
het maar niet rauw was!
Het eenige antwoord was, dat professor Blczerdy
niet toeliet, dat or leta door warmte bezoedeld
werd, alvorens het te eten. Om haar woorden
kracht bij te zetten „verkocht zij al haar kook
gerei ln het huis aan een lorrenjood voor oen
appel en een ei," getuigde de hongerige echtge
noot.