De Huwelijksloterij
Uitgevers: N.V. v.h. TRAPMAN &Co., Schagen.
Eerste Blad.
Arrondissements Rechtbank
te Alkmaar.
eenptiurux V/}
6ana
Donderdag 16 Augustus 1928.
SCHAEER
71ste Jaargang No. 8306.
COURANT.
pit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder-
lag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver-
itiën nog zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
POSTREKENING No. 23330. INT. TELEF. No. 20.
Prijs per 8 maanden fl.65. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN-
TlëN van 1 tot 5 regels f 1.10, iedere regel meer 20 cent (bewijsno.
inbegrepen). Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend
DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN.
MEERVOUDIGE STRAFKAMER.
Zitting van Dinsdag 14 Augustus 1928.
Uitspraak.
Arle B., Helder, diefstal van koper, vrijgesproken.
Nieuwe Zaken*
j BRANDSTICHTING.
Heden stond terecht Qulrlnus Leonardus M., geboren
te Wervershoof, wonende te Heer-Hugowaard, thans
gedetineerd, oud 81 jaar, van beroep arbeider, als
verdacht dat hij op of omstreeks 4 Juni aldaar opzet
telijk brand heeft gesticht in zijn woning, volgens het
in de dagvaarding aangegeven recept
In deze zaak treedt als eigen gekozen verdediger,©p
mr. Rustere. Als stukken van overtuiging zijn onder
scheidene ingrediënten aanwezig, waaronder o.m. een
blikken bus met petroleum.
Verdachte erkent het feit te hebben gepleegd. Hij
zegt daartoe aangezet te zijn voor de som van f 825,
door zijn dorpsgenoot Bart.
Genoemde Cornells Bart 'n 82-jarlge landbouwer,
wordt in de allereerste plaats als getuige gehoord. Deze
verklaart dat verdachte vroeger bij Bart in diénst is
geweest Hij heeft na zijn ontslag tegen anderen ge
zegd, voornemens te zijn, bij 'M. den boel in brand te
willen steken. Ook heeft Bart een ge
sprek gevoerd met verdachte, die aanbood het huisje
tegen een honorarium van f 800 ln den brand te zul
len steken. Bart had er niet veel zin ln en zei: Je moet
het zelf weten, maar later heeft hij den veldwachter
Bleijendaal met een en ander in kennis gesteld, Het
gevolg was, dat rijks- en gemeente-politle op den loer
.lag, om verdachte als brandstichter te betrappen.
Verdachte zegt, dat Bart 2 jaar geleden reeds heeft
gevraagd of hij het huis van B. destijds in brand wilde
steken,
Iemand, die dit voornemen heeft, waarschuwt niet
de politie, merkte de "president, mr. Van Houweningen
den verdachte op.
Bart ontkent er toen met verdachte over te hebben
gesproken.
Mr. Kusters zegt, dat verdachte hem omstandig
heeft medegedeeld, dat Bart het geld van de assurantio
noodlg had om huur en andere schuld te voldoen. Bij- de
opgaaf door mr. Kusters hierbij gedaan, heeft getuige
B. verschillende schulden, die niet zijn voldaan. Zij
worden althans door Bart niet betwist.
Getuige Rempt heeft te' voren reeds gehoord, dat het
F huisje van Bart ln den brand zou worden gestoken. Op
F den avond van de feestelijke inbrandsteklng had Rempt
een Invitatie gekregen tot bijwoning. Nadat alles in
mise en scène is gezet, is het gezin van Bart dien nacht
gaan logeeren bij Rempt. Do politie werd daarop ge
waarschuwd, waarop do voorstelling kon beginnen. De
a:<ind is tijdig gebluscht
Verdachte zegt dat Rempt en Bart bij hem zijn ge
weest met de brandpolis. Hem is f 300 geboden, doch
verdachte weigerde. Later is hem nog f 25 méér ge*
boden en toen heeft verdachte toegeslagen.
Gemeente-veldwachter Bleijendaal heeft 26 Mei van
Bart mededeeling gekregen van de voorgenomen brand
stichting. Het zou Maandag over een week gebeuren.
Te voren had getuige daarvan niets vernomen.
Volgens Bart zou M. hem hebben gedreigd met brand
stichting of mishandeling. In overleg met den Offioier
en medewerking van den Brigade-commandant Rob en
de Rijksveldwachters Viseer en Geluk heeft men het
feit afgewacht en daarna ingegrepen. De brand, ge
sticht door aanwending van met petroleumk bevochtigd
droog riet, greep zoo snel om zich heen, dat de veld
wachters bij het blusschen brandwonden in het gelaat
hebben opgeloopen. Verdachte is later op den weg
door de politie aangehouden en naar het gemeentehuls
gebracht De vrouw van verdachte heeft va veel te-
genstribbelingen ten laatste erkend, dat haar man dien
nacht was uitgegaan, om bij Bart brand te stichten.
Majoor Rob, als getuige gehoord, heeft in deze in op
dracht van den Officier gehandeld en geeft voorts een
nadere uiteenzetting van het gebeurde, overeenkomen
de met de verklaring van getuige Bleijendaal.
Verdachte blijft beweren, omgekocht te zijn door Bart
Daarop verkrijgt de Officier het woord, die, wijzende
op erkentenis van verdachte en de op
overige omstandigheden, het ten laste gelegde wettig
en overtuigend acht en ten «lotte vordert, aannemende
dat verdachte toerekeningsvatbaar is, 8 jaar gevange
nisstraf. Spreker zal zich echter niet verzetten tegen
een eventueel door verdediger aan te vragen psychia
trisch onderzoek.
Mr. Kusters zou schrikken van dezen eisch in dien
verdachte normaal was. Pleiter toont echter nader aan
dat deze verdachte niet toerekeningsvatbaar is. Ver
dachte is een zonderling mensoh en heeft veel aan
stulpen gelaboreerd. Het was hoogst moeilijk hem op
te voeden, In dienst heeft hij zich al zeer onmogelijk
gedragen en is ten slotte getroffen door een vlaag
van waanzin van volslagen razernij.
Pleiter verzoekt ln verband met een en ander een
geestesonderzoek van dezen zenuwlijder, subsidiair een
veel lagere straf.
Volgt re- en dupliek tusschen Offioier en pleitredenaar.
Uitspraak a.8, week.
DIEFSTAL MET INBRAAK,
De 24-jarlge en te Bergen op Zoom jgedomlclleerde
schippersknecht Willem Marlnus van O., thans gede
tineerd, staat terecht ter zake dat hij op X Juli heeft
ontvreemd uit de woning van den heer P. Groot aan
don Westdijk een gouden horloge, eenige
sieraden, een revolver met doosje patronen en
'n knipmes. Het Jonge mensch had zich toegang tot
de woning verschaft door het openschuiven van een
raam. Juist toen de verdachte zich nog ln de woning
ophield, arriveerde de heer Groot in een auto met zijn
familie.
De verdachte heeft de vlucht genomen en is later
door de Alkmaarsohe politie opgespoord en aange
houden. Van het ohtvreemde is een en ander terug
gevonden. Vermoedelijk heeft verdachte of een even-
tueele medeplichtige deze voorwerpen weggeworpen.
Verdachte ontkent in de woning of op het erf te zijn
geweest
De heer Groot herkent verdachte aan zijn kleeren
en gestalte. Hij heeft hem wel en profiel, doch niet en
face gezien.
Maria Lucia Groot dochter van vorigen getuige,
verklaart een man gezien te hebben, die blijkbaar
'uit de woning kwam. Hij liep in de richting van het
Kanaal. Het meisje is hem nageloopen en heeft nog
iets tegen hem gezegd. Haar vader is naar den Om
val gereden en heeft de politie opgebeld.
Getuige herkent in den persoon van verdachte den
door haar bedoelden Jongen man, die zij heeft nage
zet. Het doosje met revolverpatronen lag op de plaats
in de rietschoot, waar verdachte vandaan kwam.
De 11-jarige Lucia Groot heeft op den toewusten dag,
toen zij met vader, moeder en zusje thuis kwam, een
man ln het voortuintje zien loopen. Hij Ib naar een
naburige boerderij toegeloopen.
Verdachte zegt dat zij achter in de auto zat, zij
zat vooraan.
Ten slotte wordt gehoord de inspecteur Van politie
Zoll, die verdachte heeft aangehouden. Hij heeft gecon
stateerd dat een voorruit in da boerderij van den heer
Groot was gebroken.
Verdachte blijft er bij, dat éen ander op het erf ia
geweest. Hij erkent ln 1924 te zijn veroordeeld ter zake
diefstal, gepleegd door middel van inkllmming door
een raam.
De heer Officier geeft een overzicht van het gebeurde
op bedoelden Jull-dag. Hij brengt hulde aan de cor-
daatheid van de dochters van den heer Groot, vooral
aan Maria Lucia, die onvervaard den verdachte ach
terna zette. Verdachte ataat zeer ongunstig bekend ln
Bergen op Zoom. Wat hem ten laate wordt gelegd,
wordt ateeda door hem ontkend. De Officier vordert
ten elotte twee Jaar gevangenisstraf.
Mr. Belonje, toegevoegd verdediger, ontkent dat
verdachte pertinent la herkend, noch hem heeft bezig
VERKRIJGBAAR BIJ
ALLE ERKENDE
RIJWIELHANDELAREN
gezien. Het staat niet vast, dat hij den man is ge
weest ln een blauw pak met een slappen hoed op. De
mogelijkheid is niet uitgesloten, dat het feit door een
ander is gepleegd, ook niet de mogelijkheid dat er een
medeplichtige bestaat. Verdachte heeft aan verdediger
ten slotte verklaard, dat hij heeft samengewerkt met
een ander, die hij niet verraden wil. Verdachte is niet
de hoofddader. Pleiter concludeert dus tot vrijspraak
en zijn lnvrijheldsstelling.
De Officier noemt de opheldering van verdachte
een onaannemelijke naïviteit. Spreker neemt niets aan
van die medeplichtige, die de hoofddader zou zijn. De
Officier verzet zich tegen het verzoek tot lnvrijhelds
stelling en persisteert bij zijn requisitoir.
Geen te .Taan ipt invrjuheidasteelling. AM waak Uit
spraak,
DIEFSTAL BU EEN KANTOORHOUDER,
Na de pauze stond terecht de 83-jarige stucadoor
Muus EL, wonende te Alkmaar en thans in het Huls
van Bewaring gedetineerd, Hij is ook bij de SchagezJ
politie geen onbekende.
Deze stucadoor wordt verdacht van een belangrijken
diefstal, gepleegd 29 Juni bij den brievengaarder MooJJ
te Egmond-Binnen, na een vooraf gepleegde insluiping.
Verdachte heeft zich daarbij o.m, toegeëigend een
bankbiljet van f 100, eenige bankjes van 10, de inhoud
eener spaarpot f 25, en een gouden dameshorloge en
'n gouden tientje. Acht getuigen worden gehoord. In de
eerste plaats de kantoorhouder MooiJ te Egmond-Bla-
nen, Verdachte schijnt te zijn binnengekomen door hot
kelderraampje. Hij heeft een week te voren als stu
cadoor in het perceel gewerkt. Het geldkistje stond
bij Mooij in het buffet. Het kistje was opengebroken.
De vrouw van Mooij, Maartje Blokker, heeft den dief
stal ontdekt en aan haar man medegedeeld, die bij den
veldwachter het gebeurde heeft aangegeven. Verdachts
beweert het dames-horloge eerlijk te hebben gekocht.
Getuige Koopman te Egmond aan Zee heeft verdachte
ln den morgen van 29 Juni ontmoet op den weg naar
Alkmaar. Hij reed op de fiets.
Verdachte ontkent
Verdachte heeft te Helder de kermis besooht en In
een logement zijn intrek genomen. Hij teekende in het
hachtregister M. de Groot en hij betaalde zijn loge-
mentsschuld met een gouden tientje. Verdachte heeft
het ingeschonken bier aan den kellner gegeven, doch
verdiende daarmede niets, Voorts heeft verdachte op
Maandag 2 Juli zijn aldaar wonende gehuwde zuster
bezocht. Zij heeft een dameshorloge van hem gekregem
Ook nog een partijtje Dultsohe bankbiljetten.
De echtgenoote van verdachte wordt els getuig»
k decharge gehoord, doch maakt bezwaar den eed of te
leggen. Later komt zij hierop terug, waarop zij als
getuige wordt toegelaten. Zij verklaart, dat Muus den
nacht van 28 Op 29 Juni thuis la geweest, maar zij
weet niet hoe laat hij thuis is gokomen. Zij gelooft
niet, dat hij dien morgen vroeg door Koopman op den
weg naar Egmond Is gezien. Koopman blijft bij de
verklaringen. De vrouw gelooft hot niet
Getuige Hendrlka Prins, oen zuster van verdachte's
vrouw, kan niet met zekerheid zoggen of verdachte
dien nacht thuis is geweest
Mej. v. d. Weelen, vorloskundige, behoeft oiet Bis
getuige te worden gehoord.
Verdachte blijft bij zijn ontkentenift, Hij heeft bet
niet gedaan.
.De president zegt, dat er veel fa, dat ln zijn nadeel
pleit Ook het opgevon te Helder van een valsohen
FEUILLETON
Uit het Engelsch
CHARLOTTE O'CONNOR ECCLES.
HOOFDSTUK EL
GRAAF MAO CARTHV DE BURGO.
Een groot zwaargebouwd man, met een krijgshaftig
*f°rltWr'en' breedgeschouderd, met een openhartlgen
frdk, frlssche blozende gelaatskleur, roodachtig haar en
een enorme hangsnor werd onder velerlei plichtplegin
gen door Boyle binnengeleid. Hij droeg een licht zomer-
pa*. een bolhoed en een wandelstok met gouden knop.
Glimlachend kwam hij binnen, maar toen hij de neer
slachtige uitdrukking zag op de gezichten der belde
jongelui, verdween ook zijn opgeruimdheid.
Vertel het vreeselijke maar eens, jö! riep hij uit op
aianier v'an iemand die bereid is om alles, wat hem
®ok beschoren mocht zijn, te trotseeren. Zeg op, wat
er_aan de hand? Ik ben op alles voorbereid, geloof
™e. draai er nu maar niet omheen! Zitten jullie aan
een grond?
scheelt het niet, zei Jack. die zich zoo
JJooljjk mogelijk trachtte voor te doen. Wij zitten
er juist de zaak te bespreken.
di<T P? m^n woord> als je ook maar eenlgszins van
nat kan zijn, Darracott, zei de graaf plechtig, dan
n Je op mij rekenen. Als er Jets moet gedaan worden
ninv,aardera buitenshuis te houden of te trachten
^we middelen te verkrijgen, dan ben ik je man.
ij Z\?ov.e'r z^a 'we n°g niet, antwoordde Jack, flauw-
dn»JBrllmlaf^end- Wanneer het daarop dreigt uit te
alen, zal ik het Je laten weten.
heh zTraa? 2111 «oed doen, zei de graaf érnstig. Ik
o wel eenige ervaring ln dit opzicht
aco«nfSpr een kepende, dooh niet onaangename
volk n|Vfn een bereisden Ier, die het taaleigen van zijn
8p-ekïn ver?®ten of verloren heeft In zijn zangerig
itoa™ dat vriendelijk aandeed en voor hem
Ier dto r o°k een groote klove tusschen een
',wun"+''°ne. als, »wan" uitspreekt, en hem, die zegt:
dle »anny" en hen die „iny" zeg-
eten, 0 a y de Burgo behoorde tot de laat-
Afnkaarache artikelen betreft, ging de
hsbben kwam juist om te vragen of je ze wou
ben bang, dat we ze niet kunnen aannemen, zei
Jack. Waar en hoo wij maar kunnen, besnoeien we
onze onkosten, en
Zeg, denk je heusch, dat ik er voor betaald wil
worden? Neem ze, wanneer Je ze gebruiken kunt; ik zond
je de rekening wel wanneer Je in Je rijke dagen bent
Maar beufleh, ik kan geen
Geen woord meer of ik anaak xno kwaad. Niet meer
erover spreken. Dus de zaken gaan nog altijd even be
roerd?
Neen, zoo mogelijk nog slechter. We loopen op on
ze laatste beenen, denk ik.
Dat doe Ik ook, Jö, dat doe ik ook. Voor een beetje
geld zou ik op het oogenblik ik weet niet wat kunnen
doen. Mijn geval is wanhopig. Maar bij mij is dat altijd
zoo, zie Je, terwijl jij er nog niet aan gewend bent en
dat kan ik meevoelen. Ja, waarachtig, dat voel ik mee.
Die oude oom van je was ook een vent van niets om
zoo roekeloos met een mooi bezit om te springen. Van je
familie moet je het hebben, zeg ik altijd. Mijzelf hebben
ze een landgoed nagelaten, waarvan geen steen onbe
last was, alleen dan de naam, zie je, en het land, het
armste dat in Ierland al is het seizoen ook nog zoo goed,
te vinden is: geen snip kan het er op uithouden! Maar
vertel mij eens, wat ben je nu van plan te doen?
Misschien kom jij ons dat vertellen. Ik weet het
tenminste niet We kunnen toch ook niet van de
lucht leven.
Dat is ook wel het moeilijkste vraagstuk, dat er
bestaat: op te lossen hoe men van de lucht kan leven.
Ik heb het mijn heele leven geprobeerd, maar ik heb
geluk gehad wel, ik heb jaren achtereen van ongeluk
ken geleefd. Ja, ik heb reusachtig gebofd met ongeluk
ken!
Met ongelukken?
Heb ik je dat nooit verteld Toen ik een kennis
van me bij gelegenheid van den dood van een tante
eens om een beetje geld vroeg, raadde hij mij aan, mij
tegen ongelukken te verzekeren. Op mijn woord, het
was de beste raad dien ik ooit ln mijn leven gekregen
heb! Jaren en jaren heb ik er op geteerd en Je
houdt nog over ook.
Hoe dat zoo? vroeg Hazlitt
1Wel, ik had nog geen twee termijnen van de pre
mie betaald, of ik viel van de trap en brak mijn lin
kerbeen. Twee maanden heb ik daarmede gelegen,
terwijl ik tien pond per week uitbetaald kreeg. Vier
maanden duurde het voordat ik weer heelemaal beter
was. Ik heb ze een poot uitgeschroefd, destijds, dat
verzeker ik je. Toen ik nog maar pas beter was,
brak ik mijn rechterarm.
Ze moeten wel gedacht hebben, dat je erg b*ooa
was, zei Hazlltt
Ja zeker, dat dachten ze ook, voordat ze van
mij af waren! Achter elkaar brak Ik alles, wat maar
eenlgszins breekbaar was en niet onherstelbaar. Het
eind van het liedje was, dat ze one tot geen prijs meer
wilden verzekeren, en daarin kan ik hun geen ongelijk
geven. Ik bofte eigenlijk een beetje te erg. Op mijn
woord! ik verdiende er... nu Ja, een hoop verdiende
ik or mede; en nu zit ik weer, gozopd van lijf en leden,
1 zooals je ziet behalve dan oen tikje hinkend.
I Dat noem ik rekor botton, zcl Jack. Maar Je
kunt moeilijk anderen ook den raad govon Je voorbeeld
to volgen, want hot kon met hen wel eens minder
goed afloopen.
1 Dat is zoo; hot kon wol een» gevaarlijk worden.
Ik hoop daarom ook niet dat ik nog maor moet bre
ken, want er blijft nu niets andera over dan mijn nok,
en die la kostbaar. Goede menschen zijn schaarsoh en
i de boozen moeton zich in acht nomon. En bovendien:
die ongelukkon zijn een schrik voor de oude vrouw. Zo
wordt er zenuwachtig van.
j Wie noem Je eigenlijk de oude vrouw? vroog Otto.
Je vrouw?
Stol Je voor! m'n vrouw! Nee, hoor, een vrouw is
een woelde die Ik mij nooit heb kunnen veroorloven. Ik
bedoel mijn moeder. Vier en zeventig jaar met Septem
ber aanstaande, Ja, en nog zoo recht als een kaars.
Waarachtig, lk ben trotsch op haar. Maar om op de
j krant terug te komen. Ik stel er veel belang in, vooral
nu het een bron van Inkomsten is, die dreigt geheel op
1 te drogen. Kunnen we niet iets bedenken om de zaak
'over het doode punt heen te helpen?
Misschien wel, maar wat? zei Jack.
Heb je het al eens met een verzekerings-coupon
geprobeerd?
Dan wou jij er zeker een koopen en zelfmoord ple
gen en een duizend pond aan je erfgenamen vermaken?
j Nee, dank je, Mac Carthy, dat is niets,
i Ik dacht heusch niet aan mijzelf hoor, zei Mac
Carthy met een vroolijken lach; maar elke krant doet
tegenwoordig van die aardigheden en dan ga je allicht
denken, dat het wat kan Inbrengen.
Wat wij noodig hebben, is een pakkende reclame,
zei Hazlltt nadenkend, iets, wat de menschen over
het blad spreken en ze het doet lez9n, want wij zijn
er beiden van overtuigd, dat, wanneer ze het eens le
zen, ze het blijven doen.
Dat houd ik ook vol, zei Darracott. Het is het
lezen waard en dat zou het publiek ook gaan inzien,
wanneer ze het maar een keer probeerden. We moeten
j nu een lokaas zien uit te werpen, om het publiek te
vangen. Hoe zullen we dat aanleggen?
j Ik zou zoo zeggen, zei Mac. Carthy, dat het het
I beste was om de vrouwen erover aan 't praten te krijgen.
1 Alles goed en wel, maar hoe moeten we dat ge
daan krijgen?
Wat zou je denken van een origlneele wedstrijd met
prijzen? zei Hazlitt.
.Iets wat in de eerste plaats de vrouwen aantrekt?
vroeg Darracott.
Uitsluitend en alleen voor vrouwen, als je wilt
Laat eens kijken, zei Otto Hazlitt, wat hebben
vrouwen in de eerste plaats noodig? Waarin stellen zij
het meeste belang. Waarnaar verlangen zij voor alles?
Nu, ik zou zoo zeggen, dat een vrouw het aller
meest naar een goeden man verlangt «ei Mao Carthy
met zijn aanstekelijken lach.
Eureka! Bravo, bravo! Een reuzen-idool Een göed
echtgenoot als prijs! riep Hazlitt uit
Dat zal ze pakken! Goof me oen stuk papier, don
zal ik het eens uitwerken.
Kletst toch niet, zei Jack.
Darracott Je bent een echte John Buil. Je bent
voor niets zoo bang als voor oen nieuw idee, zei de
graaf.
Graaf, zcl Hazlitt let maar niet op hem. Wij ztfn
Je voor je goeden raad tot eeuwigen dank verplicht Be,
tenminste, b6n er wel dankbaar voor. Die raad heeft
ons op het goede spoor gebracht on nu wanhoop ik er
niet meer aan, dat we voor al onze moeilijkheden een
bevredigende oplossing zullen vinden.
Op mijn woord ,ik ben biy om dat te hooren, zei
de graaf. Ik stel er ook belang in. „De Komeet" is
mij altijd trouw gebleven sinds zij in Darracott's handen
overging, en ik wil haar nu ook trouw blijven. Wanneer
zij te gronde gaat, ga ik mee.
We varen in hetzelfde schuitje, zei Hazlitt en
het zal niet aan mij liggen, wanneer de krant niet bo
ven water blijft
Maar je zult haar, denk ik, niet boven water hou
den, door den grooten hoop een echtgenoot voor te
werpen, riep Jack uit
En waarom niet? antwoordde Hazlitt. Dat zul Je
eens zien. Waarachtig, Darracott! je mag nu litterair
nog zoo bij zijn, maar van journallstiék snap Je geen
steek. Je zoekt je kracht in goed Engelsch, ik in een
handigen zet. Blijf Jij nu maar bij ja boeken, en laat
mij met de krant betijen. Jij hoeft dan alleen maar het
geld op te strijken.
Wel, zei de graaf, ik wensch jullie beiden veel
succes, en dat jullie er in slagen zullen een plan op touw
te zetten dat onze hoofden boven water houdt
Dat klinkt als een heildronk, zei Hazlltt
Dat la de bedoeling ook, antwoordde de graaf,
alleen is 't maar jammer, dat ik niets heb dan water
om jullie toe te drinken.
Darracott speelde lusteloos met zijn vouwbeen, ter
wijl Hazlitt het hoofd in de handen liet rusten.
Wel, zei Jack, waarom zeg je niets?
Zanik niet, ouwe jongen; ik ben bezig er over na te
denken.
Zeker nog over dat idiote idee. Dat kun je toch niet
meenen?
Niet meenen! riep Hazlitt enthousiast uit Het
Is de kiem van een vermogen. Ik zie het eerder in dan
jij, wanneer Iets te gebruiken is. De graaf heeft den
spijker op den kop geslagen. Natuurlijk moet er over
ons gesproken worden, natuurlijk zijn het de vrouwen
die praten, en natuurlijk is de beste manier om ze aan
de praat te krijgen ze iets aan te bieden, dat ze noodig
hebben. Wij zullen den hoogsten prijs der wereld aan
bieden: een goed echtgenoot