De Huwelijksloterij Uitgevers: N.V. v.h. TRAPMAN &Co., Schagen. Eerste Blad. Arrondissements Rechtbank te Alkmaar. eenptiurux V/} 6ana Donderdag 16 Augustus 1928. SCHAEER 71ste Jaargang No. 8306. COURANT. pit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder- lag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver- itiën nog zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst. POSTREKENING No. 23330. INT. TELEF. No. 20. Prijs per 8 maanden fl.65. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN- TlëN van 1 tot 5 regels f 1.10, iedere regel meer 20 cent (bewijsno. inbegrepen). Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN. MEERVOUDIGE STRAFKAMER. Zitting van Dinsdag 14 Augustus 1928. Uitspraak. Arle B., Helder, diefstal van koper, vrijgesproken. Nieuwe Zaken* j BRANDSTICHTING. Heden stond terecht Qulrlnus Leonardus M., geboren te Wervershoof, wonende te Heer-Hugowaard, thans gedetineerd, oud 81 jaar, van beroep arbeider, als verdacht dat hij op of omstreeks 4 Juni aldaar opzet telijk brand heeft gesticht in zijn woning, volgens het in de dagvaarding aangegeven recept In deze zaak treedt als eigen gekozen verdediger,©p mr. Rustere. Als stukken van overtuiging zijn onder scheidene ingrediënten aanwezig, waaronder o.m. een blikken bus met petroleum. Verdachte erkent het feit te hebben gepleegd. Hij zegt daartoe aangezet te zijn voor de som van f 825, door zijn dorpsgenoot Bart. Genoemde Cornells Bart 'n 82-jarlge landbouwer, wordt in de allereerste plaats als getuige gehoord. Deze verklaart dat verdachte vroeger bij Bart in diénst is geweest Hij heeft na zijn ontslag tegen anderen ge zegd, voornemens te zijn, bij 'M. den boel in brand te willen steken. Ook heeft Bart een ge sprek gevoerd met verdachte, die aanbood het huisje tegen een honorarium van f 800 ln den brand te zul len steken. Bart had er niet veel zin ln en zei: Je moet het zelf weten, maar later heeft hij den veldwachter Bleijendaal met een en ander in kennis gesteld, Het gevolg was, dat rijks- en gemeente-politle op den loer .lag, om verdachte als brandstichter te betrappen. Verdachte zegt, dat Bart 2 jaar geleden reeds heeft gevraagd of hij het huis van B. destijds in brand wilde steken, Iemand, die dit voornemen heeft, waarschuwt niet de politie, merkte de "president, mr. Van Houweningen den verdachte op. Bart ontkent er toen met verdachte over te hebben gesproken. Mr. Kusters zegt, dat verdachte hem omstandig heeft medegedeeld, dat Bart het geld van de assurantio noodlg had om huur en andere schuld te voldoen. Bij- de opgaaf door mr. Kusters hierbij gedaan, heeft getuige B. verschillende schulden, die niet zijn voldaan. Zij worden althans door Bart niet betwist. Getuige Rempt heeft te' voren reeds gehoord, dat het F huisje van Bart ln den brand zou worden gestoken. Op F den avond van de feestelijke inbrandsteklng had Rempt een Invitatie gekregen tot bijwoning. Nadat alles in mise en scène is gezet, is het gezin van Bart dien nacht gaan logeeren bij Rempt. Do politie werd daarop ge waarschuwd, waarop do voorstelling kon beginnen. De a:<ind is tijdig gebluscht Verdachte zegt dat Rempt en Bart bij hem zijn ge weest met de brandpolis. Hem is f 300 geboden, doch verdachte weigerde. Later is hem nog f 25 méér ge* boden en toen heeft verdachte toegeslagen. Gemeente-veldwachter Bleijendaal heeft 26 Mei van Bart mededeeling gekregen van de voorgenomen brand stichting. Het zou Maandag over een week gebeuren. Te voren had getuige daarvan niets vernomen. Volgens Bart zou M. hem hebben gedreigd met brand stichting of mishandeling. In overleg met den Offioier en medewerking van den Brigade-commandant Rob en de Rijksveldwachters Viseer en Geluk heeft men het feit afgewacht en daarna ingegrepen. De brand, ge sticht door aanwending van met petroleumk bevochtigd droog riet, greep zoo snel om zich heen, dat de veld wachters bij het blusschen brandwonden in het gelaat hebben opgeloopen. Verdachte is later op den weg door de politie aangehouden en naar het gemeentehuls gebracht De vrouw van verdachte heeft va veel te- genstribbelingen ten laatste erkend, dat haar man dien nacht was uitgegaan, om bij Bart brand te stichten. Majoor Rob, als getuige gehoord, heeft in deze in op dracht van den Officier gehandeld en geeft voorts een nadere uiteenzetting van het gebeurde, overeenkomen de met de verklaring van getuige Bleijendaal. Verdachte blijft beweren, omgekocht te zijn door Bart Daarop verkrijgt de Officier het woord, die, wijzende op erkentenis van verdachte en de op overige omstandigheden, het ten laste gelegde wettig en overtuigend acht en ten «lotte vordert, aannemende dat verdachte toerekeningsvatbaar is, 8 jaar gevange nisstraf. Spreker zal zich echter niet verzetten tegen een eventueel door verdediger aan te vragen psychia trisch onderzoek. Mr. Kusters zou schrikken van dezen eisch in dien verdachte normaal was. Pleiter toont echter nader aan dat deze verdachte niet toerekeningsvatbaar is. Ver dachte is een zonderling mensoh en heeft veel aan stulpen gelaboreerd. Het was hoogst moeilijk hem op te voeden, In dienst heeft hij zich al zeer onmogelijk gedragen en is ten slotte getroffen door een vlaag van waanzin van volslagen razernij. Pleiter verzoekt ln verband met een en ander een geestesonderzoek van dezen zenuwlijder, subsidiair een veel lagere straf. Volgt re- en dupliek tusschen Offioier en pleitredenaar. Uitspraak a.8, week. DIEFSTAL MET INBRAAK, De 24-jarlge en te Bergen op Zoom jgedomlclleerde schippersknecht Willem Marlnus van O., thans gede tineerd, staat terecht ter zake dat hij op X Juli heeft ontvreemd uit de woning van den heer P. Groot aan don Westdijk een gouden horloge, eenige sieraden, een revolver met doosje patronen en 'n knipmes. Het Jonge mensch had zich toegang tot de woning verschaft door het openschuiven van een raam. Juist toen de verdachte zich nog ln de woning ophield, arriveerde de heer Groot in een auto met zijn familie. De verdachte heeft de vlucht genomen en is later door de Alkmaarsohe politie opgespoord en aange houden. Van het ohtvreemde is een en ander terug gevonden. Vermoedelijk heeft verdachte of een even- tueele medeplichtige deze voorwerpen weggeworpen. Verdachte ontkent in de woning of op het erf te zijn geweest De heer Groot herkent verdachte aan zijn kleeren en gestalte. Hij heeft hem wel en profiel, doch niet en face gezien. Maria Lucia Groot dochter van vorigen getuige, verklaart een man gezien te hebben, die blijkbaar 'uit de woning kwam. Hij liep in de richting van het Kanaal. Het meisje is hem nageloopen en heeft nog iets tegen hem gezegd. Haar vader is naar den Om val gereden en heeft de politie opgebeld. Getuige herkent in den persoon van verdachte den door haar bedoelden Jongen man, die zij heeft nage zet. Het doosje met revolverpatronen lag op de plaats in de rietschoot, waar verdachte vandaan kwam. De 11-jarige Lucia Groot heeft op den toewusten dag, toen zij met vader, moeder en zusje thuis kwam, een man ln het voortuintje zien loopen. Hij Ib naar een naburige boerderij toegeloopen. Verdachte zegt dat zij achter in de auto zat, zij zat vooraan. Ten slotte wordt gehoord de inspecteur Van politie Zoll, die verdachte heeft aangehouden. Hij heeft gecon stateerd dat een voorruit in da boerderij van den heer Groot was gebroken. Verdachte blijft er bij, dat éen ander op het erf ia geweest. Hij erkent ln 1924 te zijn veroordeeld ter zake diefstal, gepleegd door middel van inkllmming door een raam. De heer Officier geeft een overzicht van het gebeurde op bedoelden Jull-dag. Hij brengt hulde aan de cor- daatheid van de dochters van den heer Groot, vooral aan Maria Lucia, die onvervaard den verdachte ach terna zette. Verdachte ataat zeer ongunstig bekend ln Bergen op Zoom. Wat hem ten laate wordt gelegd, wordt ateeda door hem ontkend. De Officier vordert ten elotte twee Jaar gevangenisstraf. Mr. Belonje, toegevoegd verdediger, ontkent dat verdachte pertinent la herkend, noch hem heeft bezig VERKRIJGBAAR BIJ ALLE ERKENDE RIJWIELHANDELAREN gezien. Het staat niet vast, dat hij den man is ge weest ln een blauw pak met een slappen hoed op. De mogelijkheid is niet uitgesloten, dat het feit door een ander is gepleegd, ook niet de mogelijkheid dat er een medeplichtige bestaat. Verdachte heeft aan verdediger ten slotte verklaard, dat hij heeft samengewerkt met een ander, die hij niet verraden wil. Verdachte is niet de hoofddader. Pleiter concludeert dus tot vrijspraak en zijn lnvrijheldsstelling. De Officier noemt de opheldering van verdachte een onaannemelijke naïviteit. Spreker neemt niets aan van die medeplichtige, die de hoofddader zou zijn. De Officier verzet zich tegen het verzoek tot lnvrijhelds stelling en persisteert bij zijn requisitoir. Geen te .Taan ipt invrjuheidasteelling. AM waak Uit spraak, DIEFSTAL BU EEN KANTOORHOUDER, Na de pauze stond terecht de 83-jarige stucadoor Muus EL, wonende te Alkmaar en thans in het Huls van Bewaring gedetineerd, Hij is ook bij de SchagezJ politie geen onbekende. Deze stucadoor wordt verdacht van een belangrijken diefstal, gepleegd 29 Juni bij den brievengaarder MooJJ te Egmond-Binnen, na een vooraf gepleegde insluiping. Verdachte heeft zich daarbij o.m, toegeëigend een bankbiljet van f 100, eenige bankjes van 10, de inhoud eener spaarpot f 25, en een gouden dameshorloge en 'n gouden tientje. Acht getuigen worden gehoord. In de eerste plaats de kantoorhouder MooiJ te Egmond-Bla- nen, Verdachte schijnt te zijn binnengekomen door hot kelderraampje. Hij heeft een week te voren als stu cadoor in het perceel gewerkt. Het geldkistje stond bij Mooij in het buffet. Het kistje was opengebroken. De vrouw van Mooij, Maartje Blokker, heeft den dief stal ontdekt en aan haar man medegedeeld, die bij den veldwachter het gebeurde heeft aangegeven. Verdachts beweert het dames-horloge eerlijk te hebben gekocht. Getuige Koopman te Egmond aan Zee heeft verdachte ln den morgen van 29 Juni ontmoet op den weg naar Alkmaar. Hij reed op de fiets. Verdachte ontkent Verdachte heeft te Helder de kermis besooht en In een logement zijn intrek genomen. Hij teekende in het hachtregister M. de Groot en hij betaalde zijn loge- mentsschuld met een gouden tientje. Verdachte heeft het ingeschonken bier aan den kellner gegeven, doch verdiende daarmede niets, Voorts heeft verdachte op Maandag 2 Juli zijn aldaar wonende gehuwde zuster bezocht. Zij heeft een dameshorloge van hem gekregem Ook nog een partijtje Dultsohe bankbiljetten. De echtgenoote van verdachte wordt els getuig» k decharge gehoord, doch maakt bezwaar den eed of te leggen. Later komt zij hierop terug, waarop zij als getuige wordt toegelaten. Zij verklaart, dat Muus den nacht van 28 Op 29 Juni thuis la geweest, maar zij weet niet hoe laat hij thuis is gokomen. Zij gelooft niet, dat hij dien morgen vroeg door Koopman op den weg naar Egmond Is gezien. Koopman blijft bij de verklaringen. De vrouw gelooft hot niet Getuige Hendrlka Prins, oen zuster van verdachte's vrouw, kan niet met zekerheid zoggen of verdachte dien nacht thuis is geweest Mej. v. d. Weelen, vorloskundige, behoeft oiet Bis getuige te worden gehoord. Verdachte blijft bij zijn ontkentenift, Hij heeft bet niet gedaan. .De president zegt, dat er veel fa, dat ln zijn nadeel pleit Ook het opgevon te Helder van een valsohen FEUILLETON Uit het Engelsch CHARLOTTE O'CONNOR ECCLES. HOOFDSTUK EL GRAAF MAO CARTHV DE BURGO. Een groot zwaargebouwd man, met een krijgshaftig *f°rltWr'en' breedgeschouderd, met een openhartlgen frdk, frlssche blozende gelaatskleur, roodachtig haar en een enorme hangsnor werd onder velerlei plichtplegin gen door Boyle binnengeleid. Hij droeg een licht zomer- pa*. een bolhoed en een wandelstok met gouden knop. Glimlachend kwam hij binnen, maar toen hij de neer slachtige uitdrukking zag op de gezichten der belde jongelui, verdween ook zijn opgeruimdheid. Vertel het vreeselijke maar eens, jö! riep hij uit op aianier v'an iemand die bereid is om alles, wat hem ®ok beschoren mocht zijn, te trotseeren. Zeg op, wat er_aan de hand? Ik ben op alles voorbereid, geloof ™e. draai er nu maar niet omheen! Zitten jullie aan een grond? scheelt het niet, zei Jack. die zich zoo JJooljjk mogelijk trachtte voor te doen. Wij zitten er juist de zaak te bespreken. di<T P? m^n woord> als je ook maar eenlgszins van nat kan zijn, Darracott, zei de graaf plechtig, dan n Je op mij rekenen. Als er Jets moet gedaan worden ninv,aardera buitenshuis te houden of te trachten ^we middelen te verkrijgen, dan ben ik je man. ij Z\?ov.e'r z^a 'we n°g niet, antwoordde Jack, flauw- dn»JBrllmlaf^end- Wanneer het daarop dreigt uit te alen, zal ik het Je laten weten. heh zTraa? 2111 «oed doen, zei de graaf érnstig. Ik o wel eenige ervaring ln dit opzicht aco«nfSpr een kepende, dooh niet onaangename volk n|Vfn een bereisden Ier, die het taaleigen van zijn 8p-ekïn ver?®ten of verloren heeft In zijn zangerig itoa™ dat vriendelijk aandeed en voor hem Ier dto r o°k een groote klove tusschen een ',wun"+''°ne. als, »wan" uitspreekt, en hem, die zegt: dle »anny" en hen die „iny" zeg- eten, 0 a y de Burgo behoorde tot de laat- Afnkaarache artikelen betreft, ging de hsbben kwam juist om te vragen of je ze wou ben bang, dat we ze niet kunnen aannemen, zei Jack. Waar en hoo wij maar kunnen, besnoeien we onze onkosten, en Zeg, denk je heusch, dat ik er voor betaald wil worden? Neem ze, wanneer Je ze gebruiken kunt; ik zond je de rekening wel wanneer Je in Je rijke dagen bent Maar beufleh, ik kan geen Geen woord meer of ik anaak xno kwaad. Niet meer erover spreken. Dus de zaken gaan nog altijd even be roerd? Neen, zoo mogelijk nog slechter. We loopen op on ze laatste beenen, denk ik. Dat doe Ik ook, Jö, dat doe ik ook. Voor een beetje geld zou ik op het oogenblik ik weet niet wat kunnen doen. Mijn geval is wanhopig. Maar bij mij is dat altijd zoo, zie Je, terwijl jij er nog niet aan gewend bent en dat kan ik meevoelen. Ja, waarachtig, dat voel ik mee. Die oude oom van je was ook een vent van niets om zoo roekeloos met een mooi bezit om te springen. Van je familie moet je het hebben, zeg ik altijd. Mijzelf hebben ze een landgoed nagelaten, waarvan geen steen onbe last was, alleen dan de naam, zie je, en het land, het armste dat in Ierland al is het seizoen ook nog zoo goed, te vinden is: geen snip kan het er op uithouden! Maar vertel mij eens, wat ben je nu van plan te doen? Misschien kom jij ons dat vertellen. Ik weet het tenminste niet We kunnen toch ook niet van de lucht leven. Dat is ook wel het moeilijkste vraagstuk, dat er bestaat: op te lossen hoe men van de lucht kan leven. Ik heb het mijn heele leven geprobeerd, maar ik heb geluk gehad wel, ik heb jaren achtereen van ongeluk ken geleefd. Ja, ik heb reusachtig gebofd met ongeluk ken! Met ongelukken? Heb ik je dat nooit verteld Toen ik een kennis van me bij gelegenheid van den dood van een tante eens om een beetje geld vroeg, raadde hij mij aan, mij tegen ongelukken te verzekeren. Op mijn woord, het was de beste raad dien ik ooit ln mijn leven gekregen heb! Jaren en jaren heb ik er op geteerd en Je houdt nog over ook. Hoe dat zoo? vroeg Hazlitt 1Wel, ik had nog geen twee termijnen van de pre mie betaald, of ik viel van de trap en brak mijn lin kerbeen. Twee maanden heb ik daarmede gelegen, terwijl ik tien pond per week uitbetaald kreeg. Vier maanden duurde het voordat ik weer heelemaal beter was. Ik heb ze een poot uitgeschroefd, destijds, dat verzeker ik je. Toen ik nog maar pas beter was, brak ik mijn rechterarm. Ze moeten wel gedacht hebben, dat je erg b*ooa was, zei Hazlltt Ja zeker, dat dachten ze ook, voordat ze van mij af waren! Achter elkaar brak Ik alles, wat maar eenlgszins breekbaar was en niet onherstelbaar. Het eind van het liedje was, dat ze one tot geen prijs meer wilden verzekeren, en daarin kan ik hun geen ongelijk geven. Ik bofte eigenlijk een beetje te erg. Op mijn woord! ik verdiende er... nu Ja, een hoop verdiende ik or mede; en nu zit ik weer, gozopd van lijf en leden, 1 zooals je ziet behalve dan oen tikje hinkend. I Dat noem ik rekor botton, zcl Jack. Maar Je kunt moeilijk anderen ook den raad govon Je voorbeeld to volgen, want hot kon met hen wel eens minder goed afloopen. 1 Dat is zoo; hot kon wol een» gevaarlijk worden. Ik hoop daarom ook niet dat ik nog maor moet bre ken, want er blijft nu niets andera over dan mijn nok, en die la kostbaar. Goede menschen zijn schaarsoh en i de boozen moeton zich in acht nomon. En bovendien: die ongelukkon zijn een schrik voor de oude vrouw. Zo wordt er zenuwachtig van. j Wie noem Je eigenlijk de oude vrouw? vroog Otto. Je vrouw? Stol Je voor! m'n vrouw! Nee, hoor, een vrouw is een woelde die Ik mij nooit heb kunnen veroorloven. Ik bedoel mijn moeder. Vier en zeventig jaar met Septem ber aanstaande, Ja, en nog zoo recht als een kaars. Waarachtig, lk ben trotsch op haar. Maar om op de j krant terug te komen. Ik stel er veel belang in, vooral nu het een bron van Inkomsten is, die dreigt geheel op 1 te drogen. Kunnen we niet iets bedenken om de zaak 'over het doode punt heen te helpen? Misschien wel, maar wat? zei Jack. Heb je het al eens met een verzekerings-coupon geprobeerd? Dan wou jij er zeker een koopen en zelfmoord ple gen en een duizend pond aan je erfgenamen vermaken? j Nee, dank je, Mac Carthy, dat is niets, i Ik dacht heusch niet aan mijzelf hoor, zei Mac Carthy met een vroolijken lach; maar elke krant doet tegenwoordig van die aardigheden en dan ga je allicht denken, dat het wat kan Inbrengen. Wat wij noodig hebben, is een pakkende reclame, zei Hazlltt nadenkend, iets, wat de menschen over het blad spreken en ze het doet lez9n, want wij zijn er beiden van overtuigd, dat, wanneer ze het eens le zen, ze het blijven doen. Dat houd ik ook vol, zei Darracott. Het is het lezen waard en dat zou het publiek ook gaan inzien, wanneer ze het maar een keer probeerden. We moeten j nu een lokaas zien uit te werpen, om het publiek te vangen. Hoe zullen we dat aanleggen? j Ik zou zoo zeggen, zei Mac. Carthy, dat het het I beste was om de vrouwen erover aan 't praten te krijgen. 1 Alles goed en wel, maar hoe moeten we dat ge daan krijgen? Wat zou je denken van een origlneele wedstrijd met prijzen? zei Hazlitt. .Iets wat in de eerste plaats de vrouwen aantrekt? vroeg Darracott. Uitsluitend en alleen voor vrouwen, als je wilt Laat eens kijken, zei Otto Hazlitt, wat hebben vrouwen in de eerste plaats noodig? Waarin stellen zij het meeste belang. Waarnaar verlangen zij voor alles? Nu, ik zou zoo zeggen, dat een vrouw het aller meest naar een goeden man verlangt «ei Mao Carthy met zijn aanstekelijken lach. Eureka! Bravo, bravo! Een reuzen-idool Een göed echtgenoot als prijs! riep Hazlitt uit Dat zal ze pakken! Goof me oen stuk papier, don zal ik het eens uitwerken. Kletst toch niet, zei Jack. Darracott Je bent een echte John Buil. Je bent voor niets zoo bang als voor oen nieuw idee, zei de graaf. Graaf, zcl Hazlitt let maar niet op hem. Wij ztfn Je voor je goeden raad tot eeuwigen dank verplicht Be, tenminste, b6n er wel dankbaar voor. Die raad heeft ons op het goede spoor gebracht on nu wanhoop ik er niet meer aan, dat we voor al onze moeilijkheden een bevredigende oplossing zullen vinden. Op mijn woord ,ik ben biy om dat te hooren, zei de graaf. Ik stel er ook belang in. „De Komeet" is mij altijd trouw gebleven sinds zij in Darracott's handen overging, en ik wil haar nu ook trouw blijven. Wanneer zij te gronde gaat, ga ik mee. We varen in hetzelfde schuitje, zei Hazlitt en het zal niet aan mij liggen, wanneer de krant niet bo ven water blijft Maar je zult haar, denk ik, niet boven water hou den, door den grooten hoop een echtgenoot voor te werpen, riep Jack uit En waarom niet? antwoordde Hazlitt. Dat zul Je eens zien. Waarachtig, Darracott! je mag nu litterair nog zoo bij zijn, maar van journallstiék snap Je geen steek. Je zoekt je kracht in goed Engelsch, ik in een handigen zet. Blijf Jij nu maar bij ja boeken, en laat mij met de krant betijen. Jij hoeft dan alleen maar het geld op te strijken. Wel, zei de graaf, ik wensch jullie beiden veel succes, en dat jullie er in slagen zullen een plan op touw te zetten dat onze hoofden boven water houdt Dat klinkt als een heildronk, zei Hazlltt Dat la de bedoeling ook, antwoordde de graaf, alleen is 't maar jammer, dat ik niets heb dan water om jullie toe te drinken. Darracott speelde lusteloos met zijn vouwbeen, ter wijl Hazlitt het hoofd in de handen liet rusten. Wel, zei Jack, waarom zeg je niets? Zanik niet, ouwe jongen; ik ben bezig er over na te denken. Zeker nog over dat idiote idee. Dat kun je toch niet meenen? Niet meenen! riep Hazlitt enthousiast uit Het Is de kiem van een vermogen. Ik zie het eerder in dan jij, wanneer Iets te gebruiken is. De graaf heeft den spijker op den kop geslagen. Natuurlijk moet er over ons gesproken worden, natuurlijk zijn het de vrouwen die praten, en natuurlijk is de beste manier om ze aan de praat te krijgen ze iets aan te bieden, dat ze noodig hebben. Wij zullen den hoogsten prijs der wereld aan bieden: een goed echtgenoot

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1928 | | pagina 1