SshagerCourant
Turkije, als stootblok tegen het
bolsjewisme.
De Fakir.
Zaterdag 25 Augustus 1928
71ste Jaargang. No. 8311.
wier bijeenkomsten vermaard rijn om hun luidruchtig
heid, hun exalteerende muziek «n de opwindende
lichaamsbewegingen, die daar gemaakt worden, zich
wonden toebrengen zonder zich te bezeoron ten einde
door hun onkwetsbaarheid Gods almacht to vertoo-
nen.
Er zijn ook nagemaakte fakirs, die bijv. in cir
cussen optraden. Soms zijn hot Brltsch-Indlörs dlo van
de echte fakirs de trucs en kunstgrepen hebben af
gekeken en daar nu verder ale varlétë artisten hun
kostje mee ophalen. Zoo'n Britsch-Indiër trad onlangs
op in een circus te Kofno, de hoofdstad van Litauen.
Hij was bezig met zijn toeren toen er iemand van
het publiek opstond en uitriep: wat gij kunt, kan lk I
ook on moor nog". Dit gozogd hefotoendo llop hij naar
de open rulmto in hot midden, nam een mos uit don
zak en stak zich het staal in de borst. Hij viel neer
in een bloedplas. De toeschouwers, denkende dat zij
den Mn of anderen truc aanechouwden, begonnen te
apla/udisseeren. Maar spoedig kwam men tot h".t be-
eef dat men hier met een poging tot zelfrtoii 'e
doen had, die maar al te goed geslaagd bleek. In den
zak van den doode vond men een briefje van den
volgondon inhoud: „Het was mijn verslaafdheid aan
cocaïno welkte imij tot zelfmoord heeft gebracht. Laat
dat eon los sijn voor eon ieder".
Fakir is de naam van Indische bedelmonnik, die
van aalmoezen leeft en zich allerlei wreede lichaams-
iwellingen oplegt, zooais aanstonds zal blijken. De
neesten zijn onwetend, onbeschaafd, vuil en lui. Er
lestaan onderscheiden klassen van Fakirs, en zij wor-
ien, in weerwil van hun bekende ondeugden, gewoon
lijk door het volk met eerbied bejegend. In sommige
rtreken van Azië oefenden zij vroeger een. hoogst
rerderfelijken invloed uit. De aanraking met de Wes-
tersche beschaving heeft hierin waarschijnlijk wel
eenige verbetering gebracht. Bij ons zijn de fakirs
vooral bekend door de buitengewone, ja onbegrijpe
lijke behendigheid, waarmee zij allerlei goocheltoeren
en schijnbaar bovenmenschelijke handelingen ver
richten, zooals het bijna geheeï naakt plaats nemen
op een plank met spijkers om zich zelve pijniging op
te leggen ter eere van den heer van de wereld, zooals
de Hindoe's Juggemaut of Vishnu, hun god, noemen.
Van de kwellingen, die hij zou lijden maakt men
üch overigens een wellicht wat te pijnlijke voorstel
ling. De zwaarte van het lichaam wordt zóó gelijk
matig verdeeld over een groot aantal rustpunten, dat
op iedere spijker maar een heel klein gewicht rust,
loodat zelfs de indrukken, die de punten in het
lichaam maken, maar zeer oppervlakkig zullen eijn.
Overigens (hebben de verschrikkelijke verhalen van
lelgrims, die zich zelf martelen of zelfs een wreeden
dood doen sterven tot grooter eer van hun God het
I jgrip: „Kar van Juggernaut', synoniem doen worden
aan de meest onbarmhartige opoffering van menschen-
leven'5.
De vereering van Vishnu heeft in het geheel niets
uitstaande met eenig bloedig ritueel en een druppel
bloede, die zelfs maar bij toeval verloren wordt in de
nabijheid van de godheid, wordt beschouwd als een
bezoedeling van de fungeerende priesters, het volk en
het geheiligde voedsel.
Het loont wellicht de moeite in velband hiermede
het nog even te hebben over die kar van Juggernaut,
onder welker wielen izidh in geweldige goddelijke ex
tase soms lieden hebben geworpen, om dan veelal
een wreeden dood te vinden.
De plechtigheden, waar- deze kar het middelpunt
van vormt, hebben in Juni of Juli 'plaats en de be-
teekenis van deze ritueele handeling is het brengen
van den god van den tempel naar zijn „buitenhuis",
een afstand van slechts een kleine mijl.
Die kar is vijf-en-veertig voet hoog en vijf-en-der
tig voet breed en zij wordt gedragen door zestien
wielen, van zeven voet in doorsnee.
'Vishnu's broeder en zuster hebben ieder een afzon
derlijke kar, die ook een weinig kleiner is.
Aan deze karren zijn een groot aantal koorden be
vestigd en duizenden pelgrims 'beijveren zich mede
de eer te mogen genieten, den god te mogen geleiden.
Ofschoon de afstand, dien men ai te leggen heeft,
zeer klein is, duurt de plechtigheid toch verscheidene
dagen, wat samenhangt met het mulle zand van den
weg, waar de zware wielen vaak geheel in verzinken.
Gedurende de plechtigheid zijn dikwijls ernstige
ongelukken voorgekomen.
In een zeer dicht opeengepakte menigte van hon
derdduizenden mannen en vrouwen onder de branden
ds tropische zon is het natuurlijk niet te verwonde
ren, als er lieden doodgedrukt worden.
Zooals wij reeds gezegd hebben: zonder twijfel heb
ben zich menschen, in goddelijke exaltatie onder den
zwaren wagen geworpen, maar deze voorvallen 'heb
ben zich toch zeer sporadisch voorgedaan en tegen
woordig komen zij zelfs in het geheel niet meer voor.
„Niets" zegt sir W. W. Hunter in de Gazeteer
of India „is meer voor tegenspraak vatbaar, dan
dat de geest die de Vishnu-vereering ademt er een
zou zijn die zelf-pijniging zou eischen, of zelfs maar
dulden."
Maar toch zijn er talrijke lieden die, mystici gewor
den, hetzij door bijzondere godsdienstoefeningen, het
zij door ascese nader tot hun God trachten te ko
en en het bestaan van fakirs die zich zelf verwon
den en *in godsdienstige exaltatie als onkwetsbaar
gelden is algemeen bekend.
Zoo heeft men gehoord van de daboesspelen, ver
tooningen, waarbij personen, vooral leden van Tarè-
kats, mystieke broederschappen die ook op onzen In-
dischen archipel tienduizenden aanhangers tellen en
RrMgir nor stofzulgtrftrtmx Koopt n «en
*tofzuiger, juffrouw.
J"(fr°uw: - Nee, dan heeft me mmtbofs bede-
maal mica te doen
DEFERENTIE VOOR HAAR MAK
pverybQdys WeeklyLonden^
SMYRNA.
Gezicht langs de kade en. baal naar de haven toe. Op
den voorgrond links ziet men pulnhoopen van ln 1922
verbrande hulzen. Bij den haven-Ingang de douane
gebouwen en die van de haven-directie. De meest
verste bergtoppen zUn de z.g.n. „Gebroeders". Wanneer
die een wolk vertoonen, krijgt men regen en slecht
weer ln Smyrna. Deze foto werd genomen kort
na de groote aardbeving.
Het plein voor den Honak regeerlngsgebouw te
Smyrna. Op den voorgrond ziet men de photographen
aan het werk om van leder, die een pas of een rels-
permlssle wenscht, de benoodlgde photographle te
maken. Deze photo werd genomen kort na de groote
aardbeving.
Het vorig artikel besloot ik met enkele woorden
over de financiën van Turkije. Feitelijk kan men
deze woorden niet zonder een glimlach en grim
lach neerschrijven. Turkije was altijd arm aan con
tanten.
Toch was Turkije betrekkelijk voorzichtig en had
een hekel aan buitenlandsche leeningen. In 1854 be
trad sultan Abdoel Medjid I dit glibberige pad eni in
Dec. 1876, onder sultan Abdoel Azis, moest Turkije
het met een bankroet bezuren en moest men nog
maals bij: het buitenland om steun aankloppen.
Ik herinner mij nog hoe er voor het geld, in mijn
spaarpot aanwezig, op aanraden van een vriend
van mijn v^der, een zeer bekend en geacht bankier
te Amsterdam en op wiens raad huizen gebouwd
werden, Turksche loten gekocht werden. Ik heb er
nog 6 waaronder éen geschonden, zooals door het
sappersmee'1 keurig, werd. aangeteekend de an
deren zijn reeds voor den oorlog uitgeloot, wat geen
merkbaren invloed op mijn geldbuidel bad.
Ik denk dat de brave bankier echter meende, dat
Turksche loten uiterst solide waren, omdat van
Constantijn den Groote af tot Abdoel Azis toe, de
hoofdstad aan de Bosphorus nimmer in staat van
.'aillis9ement geweest was. Dat is zeer zeker een
praestatie.
Noch het Christelijk Ocst-Romeinsche Rijk, noch
het Mahomedaanscho Ottomaansohe Rijk ooit te
kort geschoten, in het nakomen der verplichtingen.
Zoowat 16 eeuweD Jang. Zelfs de oudste beursman
nen konden niet.8 op de soliditeit afdingen, ondanks
eerst overgroote Christelijkheid en later overgroote
harembevolking. Eindelijk kregen degenen, die liet
altijd wel gezegd hadden, echter gelijk en Abdoel
Azis zat in de misère omring door zijn weenende
vrouwen en dito eunuchen.
Maar zelfs dit feit kon het vertrouwen in Turkije
bij de steunpilaren van de Amsterdamsche beurs
niet schokken en de bankier adviseerde mijn vader:
koop voor de spaarduiten van je jongste telg Turk
sche loten.
Zoo geschiedde. Men cijferde weg de mogelijkheid
dat door aankoop van loten mijn speculatiegeest wak
ker geschud zou kunnen worden, hetgeen' echter
niet geschiedde.
Ik speel niet, ik wed niet, dw.z., toen ik in Enge
land was, dwong men mij vrijwel om bij do Grand
National een pond sterling op Sargeant Murphy te
zetten enik won. Toch, lieve lezeressen en brave
lezers, ondanks het feit dat ik geen speelzucht be
zit, raakte ik toch mijn duiten kwijt. Brrr, die oor
log, leve de vrede!
Maar wat zijn die ellendige weinige duiten, welke
ik bezat, vergeleken bij de Staatskas van het Otto-
maansche Rijk? Er is echter een ovoreenkomst, nl.
de oorlog! La dettc ottomane, de Turksche staats
schuld, noem die woorden nooit wanneer U to eten
is bij een bankier. U verspeelt zijn sympathie.
De rogeoring van de Turkacho Republiek heeft
nog niet de Ottomaansche schuld betaald en dat is
een hard gelag.
Het zal in orde komen, de regeling is om zoo to
zeggen tot stand gekomen en dan zal er weer veel
vergeven worden. Wel drommel wie denkt er nu nog
onder de bankiers aan de grappen uitgehaald door
onze Oostelijke Naburen? Niet betalen en toch geen
Staatsbankroet. Daar moei, je handig voor zijn en
brutaal. Of er niets gebeurd is leenen ze weer links
en rechts. De bankiers noemen Duitschland on
Duitsche fondsen gezond en Jan (Publiek) slikt het.
Totdat! nu ja wie dan 'leeft, wie dan zorgt!
Neen, die Turken, daar moet je mee oppassen!
Toch hebben die Turken niets verkeerds gedaan.
Men beeft hun heel veel land, dus veel bronnen
van inkomsten afgenomen, waarop de Ottomaan
sche Staatsschuld gebaseerd was en eischte van het
Gezicht op Consfcantinopel vanaf de reede. Hechts de
Aja Sofia. In het midden de toren van Galata.
belangrijke plaats en door de Grieken geplunderd en
verbrand.
De Turken -werpen zich nu met den moed, welken
men van een Moestapha Kemal en een Ismet Pacha
en van de andere groote figuren van het nieuwe Tur
kije mag verwachten, op de oeconomische verbetering
van Klein-Azlë. Spoorwegen worden aangelegd, havens
gebouwd, rivieren zullen worden beteugeld, valeien
vruchtbaar gemaakt. Dan zal de uitvoer nog stijgen.
In ronde cijfers bedraagt die thans: tabak 87 milli-
oen, rozijnen 12 millloen, katoen 11 mlllloen, aardnoten
11 millloen, opium 8 mlllloen, tapijten 7 mlllloen, vij
gen 6 millloen.
Vooral de katoenuitvoer kan eenige malen verdubbe
len, want zoodra de condities In de groote valeien ver
beterd zal wezen, kan de katoenbouw uitgebreid wor
den.
Twee oogsten geeft het land. Wanneer de eerste
oogst, bijv. gerst binnen Is, kan de volgende bijv. ka
toen of tabak volgen.
Voor havenplaatsen als Smyrna en Merslna zou die
grondverbetering groote beteekenis hebben omdat do
producten daardoor verkregen, vooral over die havens
verscheept zullen word en.
Smyrna met 250.000 Inwoners neemt als haven met
van alle uit- en Invoer de eerste plaats In, Merslna
met 44.000 Inwoners wist reeds de derde plaats te be
machtigen. Constantlnopel met 700.000 zielen bezet de
2e plaats als haven.
Men moet bij de beoordeeling van Turkije vooral met
twee factoren rekening houden: de geringe bevolking
en geldgebrek.
Het zou natuurlijk een klein kunstje zijn om al die
rijke valeien tot groote welvaart te brengen door de
rivieren te beteugelen en de terreinen te irrigeeren.
Maar men moet geld hebben om de werken uit te
voeren en volk om er de vruchten van te plukken.
Men begrijpt dadelijk, dat het hier slechts geleidelijk
kan gaan en niet verder te springen dan de stok lang
is. De nieuwe Turksche regeering heeft een zeer goede
financieele politiek gevoerd, n.I. „het budget kloppend
maken".
Het budget, in 1925 met een tekort sluitende, is thans
ln evenwicht Moeilijke problemen wachten op oplos
sing. Ten eerste de meer genoemde oude Ottomaan
sche schuld, waarvan Nieuw-Turkije, wijl het zoo ge
amputeerd is, slechts 40 pet zal behoeven betalen.
Die Ottomaansche schuld door Abdoel Hamld II na
het staatsbankroet onder Abdoel Azis aangegaan, gaf
aan den Zieken Man een bittere pil te slikken. Immers
wisten de bankiers, door hun regeeringen geBteund,'
door te zetten, dat zij de controle op de Turksche fi
nanciën kregen.
Het Is begrijpelijk, dat Nieuw-Turkije huiverig ls voor
eennieuwe en de waarschijnlijk geëischt wordende
buitenlandsche Inmenging.
Het ls Immers juist de gehate capitulaties kwijt.
Roeds bij het- uitbreken van den oorlog had Turkije
de capitulaties opgezegd, doch eerst bij het verdrag
van Lausanne werd door de mogendheden erkend, dat
de Turk baas ln eigen huls mocht zijn en dat voor
taan, de consulaire rechtspleging en de daarmede ver
bonden uitwassen tot de geschiedenis zouden bohooren.
Weliswaar zijn er tot het jaar 1930 nog enkele Bui
tenlandsche Rechters als een soort toeziende voogden
aangesteld, maar het zijn Hollanders en Zweden, dus
neutralen, hetgeen de pil eenigszlns verguldt.
De Turksche regeering is doodsbang voor vreemde
inmenging in haar zaken on voor nieuwen oorlog.
Een Turksch minister geneert zich niet, om U kalm
te vertellen, dat men doodsbang is voor de Groote Mo
gendheden. Het zijn me dan ook Hevertjes!
Toch zal de Turksche regeering noodgedwongen bui
tenlandsche leeningen moeten aangaan.
Verkapte leeningen bestaan er reeds, want Duitsche
en Zweedsche banken hebben Turksche schatkistbil-
nieuwe geamputeerde Rijk precies hetzelfde alsof
het oude groote rijk nog bestond.
Bankiers logica!
Nu is het waar, dat Dultsohland 75 millloen men
schen telt en Turkije, dat bijna even groot ls, slechts
14 millloen.
Nu is ook waar, dat Duitschland veel hulpbronnen
heeft en die geducht exploiteert en Turkije wel flinke
hulpbronnen bezit, maar die niet of bijna niet exploi
teert. Nu is het waar, dat Duitschland officieel geen
leger heeft en alle kosten op militair oefengebled op
de departementen van onderwijs, volksgezondheid enz.
kan budgeteeren, terwijl Turkije 69 millioen T.P. der
begrooting op het hoofd Oorlog doet verschijnen, met
32 millioen voor openbare werken en 6 millioen voor
onderwijs.
Ontegenzeggelijk is het bedrag voor oorlog besteed,
veel te groot tegenover dat voor onderwijs uitgegeven,
maar men moet niet vergeten dat Turkije door vijan
den omringd is.
Allereerst Rusland, sedert Czaar Peter de erfvijand
van het Ottomaansche Rijk.
Dan Perzië, dat onder den Invloed van Rusland staat.
Verder alle Balkanstaten. Zoudt U, lezeres of lezer,
Griekenland durven vertrouwen, of Servië, of Roe
menië.
De Turken willen niets lever dan vrede.
Zij hebben nu feitelijk slechts één bezit, Klein-Azië
en dat bezit is 600 Jaren lang verwaarloosd en uitge
mergeld en heeft dertig jaar lang zijn zonen moeten
sturen In zich steeds opvolgende oorlogen.
Van dit Kleln-Azië ia de grootste stad Smyrna en die
ls ln 1922, tijdens den Grieksohen oorlog, vrijwel geheel
ln de asch gelegd.
Van dit Kleln-Azië zijn de meeste belangrijke en on-
Oude moskee te Aldin ln het Zuid-Westen van Klein-
Azië. Het eenige Turksche gebouw dat niet door de
Grieken verwoest werd.