KS HOEKJE geheimzinnige huis. VOOR ONZE JEUGD 'Jj ov M d«n »<fvniljuuwBU b dikwijls oor- r i we niet «lagen. Menigeen, die aan twijfelde, heeft dit ondervonden. 1 i leeren vertronwen stellen ln onze i Men, en nooit «eggen: Jk «al dit rti innen leeren," of „li kan dit of dat ir «eker en vast moeten we geloo- terlwél kunnen. Ongeveer deze woor- het, die me troffen, toen lk on- bultenlandsoh tljdsohrlft voor oorbladerde. tden, vind lk, «Un niet alleen toe- Top meisjes, maar ook op jongens ip mannen en vrouwen. ier we zeggen: Jk kan <ttt erf dat hibben we niet eens den moed er eginnen en aal datgene, wat we wel n te doen, maar meenen niet te ïeier niet gedaan worden. Hertrouwen heeft ln zijn kunnen, met geestdrift „lk kan!" dan is al geschied, want dan begln- en als we volharding en Ijver iden we ook voL In het stukje, het begin overnam, stond verder, prettiger leeraren en leeraressen ld waren, dan zij, die er ln slaag- leerlingen dat heerlijke vertrou- in kunnen ln te boezemen. Jongen en meisjes zijn bang voor ten daarom onderschatten ze hun ze worden laksch en lauw en wer- We moeten flinke menschen in de pplj hebben, menschen, die kun- rtllen en durven. groot kantoor, waar vele mannelijke vrouwelijke bedienden werkzaam wam eens een nieuw meisje. Ze was Ite angst de inrichting binnengeko- it de overtuiging, dat ze niet zou at ze stellig haar werk niet goed zou was bang voor zichzelf. Ienl erdaad toen ze haar proefwerk naar joo! oon bracht, was het zoo slecht, dat lad willen schreien. Gelukkig was de een edel en goed mensch en boven- reep hij den toestand vepi zijn nieuwe ie! HIJ bezag haar werk, keek haar ijk aan en zei: „Ik geloof, dat u dit «tornt. U moet meer geduld met u rbo benl Begrijpt u me?" ledheid trof haar en zijn woorden otsellng een nieuw gevoel ln haar UJl l Daarom antwoordde ze: .Ik weet, aas floelt. Wilt u mij t werk terug geven, achten het beter te doen." B het werk mede naar haar lessenaar zeker zelfvertrouwen, dat ze nooit had, er» toen ze later weer bij haar er terugkeerde, zeide hij hartelijk: wel, dit ls reeds een begin. Geloof nt t nog veel beter. Als u zelf daar- ook maar gelooft, wint u het. Wees niet langer bang voor n «e»:" En t meisje werd een zijner fBnfcste be dienden. Zoo gaal hel mek allee ln de wereld. Zeg: ,4k kan," en ge zult kunnen. „Ik kan die som beellst niet uitwerken," zegt menige Jon gen zuchtend, terwijl hij nog niet eens be gonnen ls met het probleem, dat voor hem ligt. Zeg liever: ,4k kan en lk wü hek kun nen" en t zal zeker gelukken. „Ik krijg dat werk nooit af," roebt een ander moedeloos en «iet tegen de opgelegde taak op als tegen een hoogen berg. Nog een voorbeeld. Er waren eens twee meisjes, die trachtten te leeren fietsen op het rijwiel van een vriendin. Een van de twee tuimelde er af eer ze tien voet ver was en toen ze opstond zuchtte ae: „Ik wist wel, dat lk er af zou vallen." „Laat mij t eens probeeren! Ik kan hek. 21e maar, dat lk t kan!" zei het andere meisje naar de gevallen machine toeloopende. Ze richtte de flets op, sprong op en reed een heel eind ver, totdat ook zij tuimelde. Met een vroolljk lachje stond ze op, en sprong weer op de flets. Er was een klein stads- parkje ln de nabijheid en binnen een kwar tier reed ze t park om. Zij had zelfvertrouwen en werkeMJken moed. Ze bezat niets van den geest, die bang is voor zichzelf. In andere zaken, die ze aan pakt, zal ze zich voordoen, zooals ze deed bij deze fietsproeven. Ze zal stellig succes hebben ln de wereld. Ik zie gaarne Jonge menschen die hun taa1: zonder vrees aanvaarden. Ik zie ze gaarne vol IJver en goeden wil om haar krachten te toonen. We moeten de gaven, ons door God ge schonken, zooveel mogelijk ln ons zeiven ont dekken en er mede woekeren. Zijt nooit bang voor Jezelf. Vereenigt zelfvertrouwen met geduld met Jezelf en Je zult tallooze moeilijkheden over komen en door eigen heerlijke ervaring, dat willen kunnen is, de vreugde smaken der overwinning. Menschen, die weten, dat ze noodig ln de maatschappij. Daarom, wat we kunnen en kunnen wat ze willen, hebben we moeten doen, gedaan met zelfvertrouwen en den vasten wil te slagen, dan zullen we ons doel bereiken en t stellig ver brengen ln de wereld! mï GEEN EZEL. „Oomoor I" scheldt de meester nijdig, Als hij Fletje's théma «let Weêr maak Je dezelfde fouten, „"n Ezel ben Je anders niet I" Pietje kijkt eerst heel beteuterd, Schudt dan met z'n' hoofd van „neen" En vraagt„Stoot zich dan een ezel. Tweemaal aan denzelfden steen H. H. DE BRUIN—LéON. HET RIEUWE HUIS. (Haverteld ut» bel EngeJaaW door H. H. de B. L. plano kon met geen mogelijkheid open. „Mijnheer hebt u een sleutel vroeg Bob aan den makelaar. Maar deze had de sleutel met. En toen riep ht) vader en «el Iets dat de kinderen niet verstonden. Vader keek even verbaasd en begon toen te lachen. JOat kan Immers niet I" zei hij. Maar toen keerde hU zich om en zei i Jongens de plano la niet te ge bruiken lk zoo maar gewone spelletjes ln huls doen ln het groote huls bedoel lk!" Maar de kinderen hadden eenmaal bun tinnen op bet tuinhuisje gezet en den vol genden dag zaten «tj er fijn te opeten. De piano oohter was en bleef gesloten. „Vadertje toe neem het I" zei Bob. „Toe, Moekle, toe f t" vroeg Mar. „t Is een héél mooi huls I" prees de ma kelaar aan, die hen rond leidde. En er la ook een klein tuinhuisje I" voegde hl) ar MJ, een zijpad Inslaand, terwijl de anderen hem volgden. Moeder en Vader vlak aohter hem aan. Bob en Mar volgden. En toen zij zoo een eindje hadden voort- geloopen, kwamen «IJ aan het bewuste plekje. Daar stond een klein huisje, met een schoorsteen en een kleine deur. Toen naar binnen gluurden, zagen elj een aller aardigst hokje, dat als zitkamer was Inge richt. „Oll" riep Mar „lk heb nog nooit soo iets leuks gezien I Toe, neem toch het huls, toe huurt U het Wat zal "t hier éénlg zijn als we vacantle hebben I Als t bulten giet, kunnen we hier pret en lawaai maken zooveel we willen. Toe, neemt n het I" „Goed I" zei vader lachend en ook de makelaar lachte. „Het ls een uitgezocht plekje 1" zol htj. De vorige bewoners hebben er bijna geen ge bruik van gemaakt I" Vader en moeder keken vergenoegd rond. Zeker het vooruitzicht, dat de kinderen hier vrij zouden kunnen spelen en rumoe ren, zonder dat het hinderlijk werd, beviel hen bizonder. „Ik huur het huls voorlooplg voor een maand. Don kunnen we verder zien", zet vader. „Hoera I I" riepen de Jongens. „Wat zullen we 'n pret maken." En Mar, die dol op mu ziek was, zei„We geven morgenmiddag een concert vader en moeder krijgen vrij plaatsen en we zullen ultnoodlglngen rond zenden. Laten we even de plano probeeren I" „Dat zou lk maar het allereerst doen I' zei Rob, die altijd bet voorzichtigst was. „Stel Je voor dat zo afschuwelijk klinkt 1" Toen kwam de eerste teleurstelling. De Maai wat was dat; Ze waren zoowat een uurtje aan den gang, toen Mar van schrik opsprong en risp: „Stil I hooren Jullie dat De anderen luisterden gespannen. Ze had den ook het bizonder vreemde geluld ge hoord klanken, die uit de gesloten plano kwamen I" Mar vloog het huisje uit, gevolgd door de anderen. „Vader moekle het spookt 1" gilden ze en toen vader allereerst verscheen, trokken ze hem mee naar het tuinhuisje. „We zijn niet aan de plano geweest an we hooren er daldeUJk muziek ln 1" fluisterde Rob. Vader stond stil, gespannen luisterend. Er Ja I daar had Je het weer „Heelt de makelaar toch gelijk hoor den ze hem zeggen. Maar vader bleef niet lang stil verbaan staan. „De plano moet open zei hij besliet hij liep naar huls, en kwam even later ma een beitel terug. Het deksel sprong los eneen kleii hagedisje liep over de toetsen het diertj had blijkbaar toevlucht gevonden ln dl houten omhulsel en maakte ook nu wee een avondwandeling. Het raadsel was opgelostalle vreetr de voorstellingen verdwenen hiermee e sinds dien tijd weid er ménig concert gegt- ven ln het aardig vertrekje, dat door ri kinderen het „Hagedissen Huisje" gedooj. wnn zusje. Ik heb een snoezig zusie Met kljkere blauw en klaar, En kuiltjes ln de koontjes En beeldig krullend haar. t Ie een ondeugend schelmpje, Een schalksche, kleine guit; Als Je op haar knort, dan lacht ie. Dan schatert ze het uit. Zo kan «oo schattig keuvlen. En vragen, die «e doet Je weet soms heusoh niet, wat Je Ten antwoord geven moet. 1 Is net een zonnestraaltje Een vroolljk vogelljn. Wat zou het zonder zusje Thuis sta en somber MJnl O, ze Is ons aller vreugde, En Ieders lieveling; En hier ls het portretje Van t zoete, kleine ding! oeU iter (Yxty Daar bet Ëngttificb). Vervolg. I en Billy begonnen tegelijk schril te J was duldeiyk, dat Het Huls en" zUne 611 Cashman geen nadeeligen f £e Jongelui hadden gehad. De Heer en Holland verheugden zich natuurlijk spraken aan het ontbijt alleen schert st voorgevallene. Heer Holland had alvorens zich te bed ten eenzame wandeling naar het dorp o daar vernomen, dat die motor, die wist had, behoorde aan een gezelschap Overblijf hielden In het district. Men of driemaal door de straten zien hu Helena na het ontbijt de Jas. die had aangetrokken in handen of ze haar terug mocht brengen. J ouders er niet bepaald op tegen, dat o. aaar er geen ernstige reden tot be- elk geval vreesde men Cashman -Het Huls" m*u ®eegaan 811 eigen Jas terug ei nelene, die zag, aat hare Moeder VS geloof, dat ons niets kan overkomen. 2JT *®rvolgde se stch tot den Heer «Mend. „o denkt toch niet dat „de Fa- uJ®,?p.helderlicht€n Allee ls ln ik ben er zeker van. En de fïïS ver *08-" Ze lachte en Dennis, tin* toonen- dat hij even dapper was m 2'0ndemeunde naar verzoek. l Billy, „ln ieder geval gaan we naar Helene- we ontmoetten Je op achter „Het Huis", nadat Je de Jas Dan zijn we bU Je. als de motor Je ^gesproken en Helene en Dennis gin- «net de jas op weg. Even daarna Noel uit de kelders, met ver stokken. die ze noodig hadden by 'Jasspel, en ook zij gingen, vergezeld b iin *onnl8en, purperen heuvel, 1rriendeUJk wenkte. BOENDE HOOFDSTUK. fJoo* *warte afgrond. voort. totdat zU den kddin ^ht€r M Huis" *">nkelde. Bitiv 'uT beklommen zij den eteenen reken. 011 de oorl°gstaktlek met Noel aobeidsrechter benoe- faretL aIlQ bijzonderheden vastge- beellst teleurgesteld uit Scheids rechter wezen, vond ze heelemaal niet aantrek kelijk. „Waarom, waarom mag ik ook niet verspie den vroeg ze. Dat kan ik evengoed als Noel." Deze opmerking werd met verwondering ont vangen. Zoo iets was immers ongehoord. Noel lachte. „Je kunt niet verspieden, Madge," zei hfl. „Noem mU de vier hoofdregels der verspiedingskunst Vooruit Madge schudde het hoofd. „Die weet lk niet P zei ze. .Maar Jullie kunt niet eens met regels verspieden. En ik zou niet weten, waarom ik niet voortkruipen kon en me verstoppen Laat me t eens probeeren." Billy was, dank adj het fraaie weder, zeer groot moedig gestemd. .Nu goed dan," antwoordde ht) knikkend. „Je kunt het wel, als Je wilt. denk ik. We beginnen met naar den heuveltop te klimmen." HU keerde zich om en de anderen volgden hem op den voet, totdat ze ver boven den weg waren, die de purperen heide als een witte franje om zoomde. Ze ontdekten, dat het land. ln plaats van vlak te zijn. zooals ze dachten, hoogten en laag ten had en over de geheele oppervlakte op en af liep. „Wel. dat is prachtig!" riep BUly geestdriftig uit. „Dit ls Juist de plek. die we noodig hebben. Tk zal Je vertellen, wat we zullen doen. Madge. We geven Noel tien minuten om zich hier of daar te verschuilen." Dan gaan we hem opsporen en we zullen zien wie hem van ons tweeön hem vindt Maar t is niet zoo gemakkelijk als Je denkt, dat zeg ik Je." Dit voorstel werd als een uitnemend plan aan genomen en spoedig ging Noel weg en verdween eindeiyk tn een diepte, zoodat de verspieders hem niet meer zien konden. Nadat hij ongeveer tien minuten weg was. stakte Billy zijn onderzoekin gen en sprak „Ik zie hem niet meer, we moeten dus opbreken. Madge. Ga JU den eenen kant uit en lk den anderen, want natuurlijk ls hfl van richting veranderd." Madge knikte toestemmend en ze gingen op weg. Billy rechts en Madge links afslaande. Een poos ging Madge rustig voort en om de waarheid te zeggen, wUdde ze meer aandacht aan de helde dan aan haar werk. Maar elndelUk be gon ze meer belang te stellen ln het zoeken naar Noel en kroop voort met de behendigheid van een Baden Powell, want ze dacht aan Bllly'se woodeh en ze nam zich voor zich een betere ver spiedster te betoonen dan haar broeder. Toen zij Juist den kruin van een kleinen heuvel bereikt had. deed *tJ haar eerste entdekking. Links van haar bevond «leb de weg langs de helde, en reeht tegenover haar of liever beneden haar wac tftn soort iRfjjfrn, wmf «Lcti upsdüöoo- de kleine boschjes bevonden. En het was vlak bU een dezer boschjes, dat ze met verwondering een grooten, blauwen motor ontwaarde. Er was niemand in, zoo op t eerste gezicht was hij onbeheerd, en zeker een vreemd voorwerp zoo midden op de hei. Maar toen zo scherper toekeek bemerkte ze beweging ln de struiken en een oogenblik daarna verscheen een man, die lang zaam naar den wagen liep, terwUl hU een touw achter zich aansleepte. Een andere man volgde hem fluitend een houweel dragende, dat in het zonnelicht schitterdebeiden gingen naar den motor, en zochten er iets ln. Juist toen Madge over hare verschansing heen staarde, hoorde zU ter rechterzijde een scherp gefluit, dat zU her kende als het met Billy afgesproken signaal Het beteekende, dat ht) Noel had gevonden m dat Madge moest terugkeeren. Ze keek nog eens naar de mannen beneden haar. ZU waren stellig nog niet van plan heen te gaan en zeker, dat ze de plaats terug zou kunnen vinden, sloop ze weg en liep hard zoo hard haar beenen haar dragen wilden naar de Jongens. Ze vond hen spoedig. Ze lachten er om, dat ze zoo „groen" was en dat ze zoo ver gezocht had, en Noel natuurlijk had gemist. „Nu, ln leder geval heb Oc let» ontdekt, waar Hl noch Noel van gedroomd hebben, en ook door verspieden," lachte Madge. „Echt waarl" „En wat was dat dan?" vroeg BUly nieuws gierig. ,Als Je meegaat, zal lk H Je laten zien," ant woordde ze triomfantelijk. „Maar je moet ver bazend voorzichtig wezen 1" Noel snoof verontwaardigd. ,Nu dat kunnen we," bromde hfj. „33c verwacht natuurlllk een hutje of Iets anders van dien aard" Behoedzaam vergezelden ze haar over de helde en toen ze tot op den heuveltop gekropen waren, kreeg Madge ruimschoots vergoeding voor den spot, die haar deel was geworden. De motor en de mannen waren nog op dezelfde plaats, waar Madge hen gezien had, maar ze konden zich niet verklaren, waarom ze zich daar bevonden. „Wel," zei BUly door de struiken heen glurend, „wat ter wereld moet die automobiel hier „ZU moet van den weg ginds gekomen zftn een vreemde rit, vind Ik. Zeg Madge, JU ver staat de bespiedingskunst, hoor, of geloof je me niet V Madge lachte. Plotseling wees Noel, die alleen een beetje geknord had, met zUn stok naar de overzU en stootte Billy met «Un beenlgen elleboog ln de ribben. „Kijk!" riep htj uit. „Wat is dat?" ZUn oogen schitterden van opgewondenheid en zUn bruine wangen werden rood. Want hier was een geheim, of lete wat een geheim kon worden Terwijl zU praatten had do man met het hou- v*tl to M bcwuB. «B nlnasrrthasrhjs tb wroet, terwUl hU het werktuig diep in 't gebla- dorte stak en het weer terugtrok met ranken en bladeren. TerwUl Noel sprak deed de man op nieuw een poging en haalde het heele boechje omver. Met dikke aardkluiten aan de wortels viel het om en toen zagen zij de zwarte, open holte van een diepen kuil. HU had een oppervlakte van verscheidene voeten en het was duideiyk, dat de verwU derde struiken hem niet geheel hadden bedekt, maar slechts gediend hadden als een soort scherm om hem te verbergen. BUly floot. „Groote Caesar, een spelonk r riep hU uit. In sommige streken van Engeland vindt men zulke door de natuur gevormde holen. ZU zUn dikwijls zeer diep en gevormd door rots en kalksteen en met mossen en struiken bedekt. Sommige gelUken op kleine mUnen, die naar on deraardse*» groeven van groote uitgestrektheid lelden. BU gelegenheid dalen menschen, die 1 klimmen naar de toppen der sneeuwbergen moe geworden zUn, voorzien van de takels en werktuigen da» Alpentoeristen, er in af En met zulko werktuigen schenen de beide man nen in dit dal te zUn gekomen. NauwelUkaa had den zU den ingang blootgelegd of degene, die het touw droeg, stapte vooruit en een hamer, die op den grond lag, opnomende, begon hij een zware kram in de steenen te drijven. ZUn metgezel hielp hem en de kinderen hoorden het rinklnk der slagen zeer duidelijk. Toen de kram bevestigd was en de sterkte beproefd, werd het touw op genomen en er aan vastgemaakt en se zagen nu, dat het een ladder was. Nu werd de ladder in de groeve neergelaten en de grootste der twee mannen leunde over den kant, terwUl hU waarschijnlijk met zUn begeleider de diepte besprak, want hy wierp kleine steentjejs ln den afgrond en scheen te luisteren naar hun val Nu legde do tweede zUn houweel neer, en naar den motor gaande nam hy een boek en de kinderen zagen de bladeren bij het omslaan be wegen; hy scheen een bepaalde bladzijde op Ie zoeken. Toen bogen beiden het hoofd over het boek en lazen. Vervolgens richtte de grootste zich op en naar de groeve toegaande, zette hij een voet op de ladder. En zich stevig vasthoudend, daalde hij langzaam en verdween. ZUn metgesel wachtte een poos, rondziende alsof hU «loh vergewissen wilde, dat niemand na derde. Toen stapte ook hU op de ladder en ging omlaag, terwUl de motor verlaten bleef staan. „Jlngol" riep Billy, terwUl hy behoedzaam zt)n hoofd ophief achter het vriendelijke boechje, dat hem al dien tUd tot bedekking gediend had. „dat ls leuk! Wat zouden a» tn hun schild voeren. Ze daalden behoedzaam genoeg I*" op Inbraak en roof uitgingen!" ver- W» MB M» fll dte(M afwendde. Maar ledereen kan tn de groerve gaan," wie; Madge tegen. Het ls hier geen privaat bezit, da ben lk zeker van. Ze overtreden geen enkele v, met ln dat hol te klimmen!" Jk zei ook niet, dat ze kwaad gingen doan." Noel kortaf. „Alleen, dat ze er precies zoo ultz gen alsof zo niets goeds in den zin hadden. keken zoo dikwijls om zich been. Ik denk, d ze HU zweeg plotseling en fronede de wenkbra wen. „Het zijn smokkelaars," besliste hfl na even hebben nagedacht Dat geloof fit zeker." JLandsmokkelaars?" zei Billy, schuddend rt t lachen. 3een, dat kan niet Ik zal Je eens te zeggen, en fle begrUp niet dat ik daar niet eerd aan gedacht heb. De motor lijkt precies op auto van gisteravond. Noel floot en richtte zich opgewonden op. „Ja, ja. je hebt go! Uk en de twee mannen het ook. Ze keken elkander een oogenbük twijgend ae Vreemd genoeg was geen hunner eerder op de gedachte gekomen. En nu te het geval goed b schouwden, vonden ze het geheim grooter at ooit Waarom was de motor hier, en wat ded< de mannen, die hen op het landgoed van M> vrouw Gcorges bespied hadden, daar !n de diept» Naar hun doen en laten te oordeelen, waren hui ne bedoelingen niet goed. Het was een. raad» dat ze allen gaarne wilden oplossen, te meer da het scheen, dat ze eenigermate in de zaak b trokken waren. Maar Madge was beangst en tot Billy na ecnige oogenblikken geaarzeld te hebbt zei, dat hU de plek eens wilde gaan cmdertoeko wüde ze hem tegenhouden. „Qa niet Billy I" zei ze, zUn arm vasthouden Je weet niet wat Je kan overkomen. Ze zullt kwaad zijn als ae bemerken, dat Je bebt b spied." HU lachte op de vrije, leuke manier, die hc op school zulk een naam bezorgd had. „Nu en wat zou dat?" vroeg hU- Jk geloof nit dat ze Iets goeds uitvoeren en ze moeten word» tegengehouden. Gashman ls in ieder geval i niet bU hen en ze zullen me niet opeten als me mochten zien. Ik ga tn ieder geval eens nai het hol kUken." TerwUl hU sprak liep hU den heuvel alen ro1 den motor toe, en met den "ikarakterlstleK korpsgeest die hen bezielde, stonden Madge i Noel op en volgden hem. Ze kwamen vroolUk 1 den zwarten afgrond en bekeken de kram naast elkander luisterden ze nauwkeurig of ook tets konden vernemen van de twee onderzo ken tn de diepte. IWordl vor^W

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1928 | | pagina 19