Het Gasbedrijf Kon een Trinet boeken van f 2711.84X
nadat aan de gemeente een retributie van f4000.—
voor bet hebben van gasbuizen in gemeentegrond,
was betaald.
Het Eierveilingbedrijf levert volgens de rekening
f250.— verlies op, doch dit jonge bedrijf wordt bij
zonder gedrukt door de hooge aflossing van de geld-
leening, groot f2500.— voor de inrichting van het
gebouw welke leening in 5 joarlijksche termijnen
van f 500.wordt afgelost. Deze schuld zal in 1929
vervallen. Dit in aanmerking genomen, is het resul
taat van hei bedrijf naar de meening van de Com
missie gunstig te noemen.
De Commissie stelt voor de ingediende rekeningen
vuorloopig vast te stellen, zooals deze zijn inge
diend.
De Commissie voornoemd,
Jb. DE VRIES.
C. KOOIJ.
K. BAKKER.
Schagen, 24 Augustus 1982.
6. en W. beantwoordden het als volgt:
Naar aanleiding van het rapport, uitgebracht door
de Commüssie, belast miet het nazien der gemeente-
rekening en van de rekeningen der bedrijven over
het jaar 1927, hebben wij de eer, onder dankbetui
ging aan de Commissie voor het gehouden onder
zoek, het navolgende mede te deelen:
Volgnummer 260 der Gemeenterekening.
Kosten van ziekenverpleging.
Volgnummer 263 der Gemeenterekening.
Ondersteuning aan behoeftigen in geld.
De bij deze volgnummers gemaakte opmerkingen
hebben het College van Burgemeester en Wethou
ders onaangenaam' getroffen.
Aan het verleenen van een bijdrage in de kosten
van ziekenverpleging of aan het' verleenen van on
derstand gaat steeds een ernstig onderzoek naar de
gezinsomstandigheden vooraf, terwijl de grootst mo
gelijke zuinigheid in .acht wordt genomen. Gaarne
zal het College in de Comité-vergadering van den
Raad de gronden vernemen, waarop het oordeel der
Commissie, dat Burgemeester en Wethouders niet
„steeds oordeelkundig" dergelijke verzoeken hebben
behandeld, berust.
De Voorzitter van óns Collego is gaarne bereid in
die vergadering nadere inlichtingen te geven.
Naar de raeening van ons College beschikt het over
meerdere gegevens dan eventueel een Burgerlijk
Armbestuur. Bovendien acht het de meening. dat
een Burgerlijk Armbestuur, voor de gemeente voor-
deeliger zou zijn. onjuist.
Op groèd van het bovenstaande is van" Burge
meester ^cn Wethouders dan ook geen voorstel tot
instelling van een BurgerlijkArmbestuur, te ver
wachten.
Rekening Eléctriciteitsbedrijf.
Volgnummers 9 en 12.
Ton opzichte van de hieromtrent gemaakte opmer
kingen, wordt medegedeeld, dat een bedrag van
f917.21 uit het leidingboek is geboekt op den post
„onkosten", tei*wfjl beier ware geweest, dit te boe
ken op den post „onderhoud".
Voorgesteld wordt genoemd bedrag af te voeren
van den post „onkosten", waardoor deze terug wordt
gébracht op f 311.56/4 en te voegen hij den post „on
derhoud", waardoor deze komt op f 1277.70.
In verband met de opmerkingen over de gemeente
rekening gaat de Raad in comité. Na heropening
van Ie openbare vergadering wordt de gemeente
rekening zonder hoofdelijke stemming voorloopig
vastgesteld. Een resultaat vaa de besprekingen in
comité krijgpn we niet te hooren.
Wijziging kantooruren Gemeente-ontvanger.
B. en W. stellen het volgende voor:
Volgens mededeeling van den Gemeente-ontvanger is
de Dinsdagmorgen als zitdag van den Ontvanger van
geringe beteekenis. De meeste ontvangsten en uitga-
von worden Maandagmorgen en Donderdagmorgen ge
daan. In verband hiormode, achten B. en W. het beter,
dat deze tijd wordt benut voor werkzaamheden ter
secretarie.
Des Zaterdags werd van 12%2 uur zitting gehouden
voor het uitbetalen van onderstand en arbeidsloonen.
De arbeiders, die om 12 uur naar hulB gaan, passeeren
het Raadhuis, doch moeten na half één terugkomen
om hun weekloon ln ontvangst te nemen. Meermalen
werd door hen de wenschelijkhold goopperd, dat do
loonen om 12 uur werden uitbetaald.
Ten einde aan dezen wensch tegemoet to komen, stel
len B. en W. voor, des Zaterdags van 912.30 uur door
den ontvanger zitting te doen houden, niet alleen voor
het betalen van onderstand en arbeidsloonen, doch ook
voor andere zaken.
In verband hiermede zou art. 8 van de Instructie
van den Gemeente-ontvanger als volgt kunnen worden
gewijzigd:
De Raad der gemeente Schagen;
Overwegende de wenschelljkheid van opheffing van
-don Dinsdag als zitdag voor dcif Gemeente-ontvanger,
ln verband met de geringo beteekenis van dezen zitdag;
Gelet op art 107, juncto art 103 der Gemeentowet;
besluit:
artK 3 van de Instructie van den Ontvanger der Go-
meente Schagen te wijzigen als volgt:
"Art. 3.
De Ontvanger is verplicht kantoor te houden ln het
Raadhuis op Maandag en Donderdag van des voor-
middags 9% tot des namiddags 12% uur en op Za
terdag van des voormiddags 9 tot des namiddags 12%
uur, met uitzondering van algemeen erkende feestdagen.
Indien de gewone wekelijksche markt op een ande
ren dag wordt gehouden, is de Ontvanger verplicht
om, ln plaats van op Donderdag, op den marktdag
zitting te houden op de voor Donderdag gebruikelijke
uren. Indien een der Kerstdagen of Nieuwjaarsdag op
Zaterdag valt, is de Ontvanger verplicht op den daar
aan voorafgaanden werkdag zijn zitting te houden.
Zonder bespreking wordt overeenkomstig het voor
stel van B. en W. besloten.
Wijziging Politieverordening.
B. en. W. stellen den Raad voor de Algemeene Po
litieverordening voor deze gemeente te wijzigen als
volgt:
le. Den naam van Hoofdstuk IX te veranderen ln:
Toezicht op levensmiddelen en te doen vervallen de
woorden: Af deeling I. Toezicht op levensmiddelen.
2e. JQn Hoofdstuk IX toe te voegen een nieuw artikel,
luidende als volgt:
Art. 103.
Overtreding van de openbare aankondiging van B.
en W., bedoeld ln art. 101 en van art. 102 zal gestraft
worden met een geldboeth van ten hoogste f 25 of
hechtenis van ten hoogste 6 dagen.
Wijziging uitbreidingsplan.
Naar aanleiding van do opmerking, gemaakt in de
voorlaatste raadsvergadering, betreffende de te groote
diepte der *bouwterreinen aan de ontworpen straat,
stellen B. en W. onder overlegging van een nader j
plan mot borokenlng. zoomede van het advies der Ge
zondheidscommissie den Raad voor tot wijziging vaii 't I
uitbreidingsplan dienovereenkomstig te besluiton, waar
door aan bovengenoemde bezwaren wordt tegemoet
gokomen.
De begrooting van een gedeelte bouwrljp-maken van
een gedeelte terrein ten Oosten van het Oudealot: 1795
M2. slootwerk, «trottoir root banden, beerputten enz,,
riolen, schoeiIngwerk, grondaanvoer, hokwek enz., j
totaal f 17300.—.
De oppervlakte -van het terrein voor bebouwing
Is 5335 M2., niet aan to leggen straat 180 M2., «ar» te
l®£Tgcn straten enz. 2575 M2., gedeelten te dempen sloot i
langs hot Oude Slot 110 M2.
Koopprijs terrein is 8100 M2. a f 1.60 is f 12150, kon-1
ten bouwrijp maken f 17300 is f 29410,
1 M2. bouwgrond kost dus f 5.68.
De Voorzitter zégt dat deze zaak gomakkelijk !n
openbare vergadering zou kunnen worden behandeld,
maar een der leden van het college van B. en W., do
meest bevoegde tot oordeelen, en die er bijzonder werk
van heeft gemaakt, heeft medegedeeld, dat een ander
plan was gerijpt. Spr, zou dus over willen gaan tot
comitévergadering, opdat de noodigo inlichtingen kun
nen worden verstrekt.
De heer Overtoom wil dit punt dan als laatste
agendar-punt behandeld zien, opdat de hier aanwezlgo
belangstellenden niet opnieuw de vorgaderzaal behoo-
ven to verlaten.
De heer Van Erp gevoelt er niet voor om in comité
te gaan, vooral nu hij hoort, dat de wethouder, die dit
speciaal tot vak heeft uitgekozen, met andere plannen
komt. Spr. oordeelt, dat op deze wijze geen oordeel kan
worden uitgesproken, het is geen gezonde manier van
werken. Het is spr. te moeilijk en spr. betoogt, dat wat
de heer Schoorl voorstelt spr. goed onder de oogen wil
hebben, want het kan verkeerd wezen. Spr. herinnert
aan de argumenten van de heeren Overtoom en Gorter,
bij de bespreking over aankoop Heerenbosch en nu
we heel iets anders onder den neus krijgen en de
heer Schoorl nog weer iets anders wil, noemt spr.
dat geen manier van regeeren.
De Voorzitter antwoorde den heer Overtoom, dat hij
wel goedvindt, als dit punt 't laatst behandeld wordt,
maar na de bespreking in comitévergadering, zal de
zaak toch weer in openbare vergadering moeten wor
den gebracht.
De heer Overtoom zegt dat velen die deze vergadering
bijwonen, dan misschien niet terugkomen.
De Voorzitter meent, dat de raad daar geen reke
ning mee kan houden, mijnheer Schoorl dient toch ge
legenheid te worden gegeven, zijn plan toe te lichten.
Dat is toch een beleefdheid, die aan een lid van het
college van B. en W. dient te worden gegeven.
De heer Overtoom zegt, niet de bedoeling te hebben
Iets te kort te doen aan beleefdheid jegens het col
lege van B. en W. Als het noodig bleek, dat de raad
in comité ging, was spr. daar voor, maar dat een open
bare vergadering steeds wordt onderbroken door co
mitévergaderingen, daartegen meent spr. zich te moeten
verzetten. Dan moeten maar andere maatregelen wor
den getroffen.
De heer Gorter vraagt, waarom het plan van den
heer Schoorl niet aan het voorstel is toegevoegd ge
worden.
De Voorzitter zegt dat B. en W. het voérstel, dat nu
ter tafel ligt, Dinsdag hebben besproken, maar dat
de heer Schoorl Donderdag met een ander plan van
den gemeente-opzichter ls gekomen. Tegen het plan,
zooals het door B. en W. is Ingediend, had spr. eenig
bezwaar en toen heeft de opzichter iets anders bedacht.
Het is du3 niet de schuld van den heer Schoorl, maar
van den opzichter, als tenminste van schuld gesproken
mag worden.
De heer Van Nuland heeft niets gezien van het plan,
toen spr. de stukken heeft ingezien, was de teekonlng
niet aanwezig en zou dus willen, dat B. en W. het
voorstel terugnamen.
De secretaris licht toe, dat de teekenlng toon nog bij
don opzichter was.
De heer Schoorl deelt mee, dat hot nieuwe plannetje
niet van hem komt, maar tot spr.'s spijt het één dag
te laat door den opzichter bij spr, is gebracht. Het
was spr.s' voornemen om in comité toelichting te geven
en dan voor te stellen het punt -aan te houden tot de
volgende vergadering.
De heer Van Erp hoopt, dat zooiets niet meer ge
beurt. Hij begrijpt deze werkwijze niet, kan een on
dergeschikte dan maar bout portant een ander
plannetje Indienen. Spr. stelt er als raadslid prijs op,
dat de plannen eerst ter inzage liggen.
De Voorzitter zegt, dat B. en W. dachten, het plan
goed voor elkaar te hebben, maar als dan later nog
een beter plan komt
De heer Van Erp verwondert er zich voorts nog over,
dat de opzichter met zijn plan bij den heer Schoorl
komt inplaats van bij den burgemeester.
De heer Schoorl deelt nog mede, dat vanmorgen het
net-teekeninkje is ingekomen.
De Voorzitter zegt dat B. en W. dit punt dus terug
nemen.
Verordeningen Grondbedrijf.
B. en W. bieden den Raad ,aan:
le. Besluit, houdende algemeene voorwaarden, waar
op de gemeente grond verkoopt,
2e. Verordening, betreffende het gemeentelijk Grond
bedrijf.
3e. Verordening op het beheer van het Grondbedrijf.
Dit laatste behoudens goedkeuring door Gedeputeer
de Staten dezer Provincie.
De Voorzitter merkt op, dat er een onjuistheid staat
in artikel 1. Daar staat in, dat de dagelijksche leiding
met Inbegrip van het geldelijke beheor, onder toezicht
van B. en W. wordt opgedragen aan den gemeente
ontvanger, als administrateur van het bedrijf. Het was
spr.'s bedoeling geweest, dat vermeld werd, dat de da
gelijksche leiding werd opgedragen aan een administra
teur, dus zonder de vermelding over den gemeente
ontvanger.
Het blijkt, dat de bedoeling van een door den Voor
zitter aangebrachte correctie niet goed was begrepen,
waarop de Voorzitter antwoordt, dat men het hem
had moeten vragen.
De heer Overtoom vraagt of bij verkoop van bouw
terrein een tijd voor bebouwing wordt aangegeven,
want anders zou speculatiezucht in de hand kunnen
worden gewerkt.
De Voorzitter acht deze opmerking juist en dankt
den heer Overtoom.
De heer Bakker vraagt, of, wanneer de verordening
en het voorstel ten aanzien van het uitbreidingsplan
zijn aangenomen, de leden een blauwdruk van het plan
thuis krijgen.
De Voorzitter zegt dit toe.
De heer Van Erp vraagt of in de volgende vergade
ring het salaris voor den administrateur van het Grond
bedrijf zal worden bepaald.
De heer Schoorl'zegt dat het wel de bedoeling was
eerlang met voorstellen dienaangaande te komen, maar
de gedachtengang was, dat de eerste maanden nog wei
nig werk aan deze zaak zal wezen. Als er werk van
beteekenis komt, dan zullen B. en W. met voorstellen
komen.
De Voorzitter beaamt dit en zegt dat het werk eerst
opgenomen zal worden in de werkzaamheden ter se
cretarie.
Geen motio van vertrouwen.
De heer Van Erp brengt ter sprake de bepaling, dat
een lid van het college van B. enW. wordt aangewezen
het geldelijk beheer te controleeren. Spr. meent, dat
het staat in artikel 3, over het teekenen van kwitan
ties en dergelijke dingen.
Waar de Voorzitter bedoelde bepaling niet kan vin
den, noemt de heer Van Erp dan a.rtlkol 7 of 8, maar
de bepaling blijkt voor te komen in artikel 6.
Op de vraag van den Voorzitter of de heer Van Erp
dan niet goed vindt, dat het lid van hot collego, dat
hiervoor wordt aangewezen, do qultantles enz. voor ge
zien teekent, zegt do hoer Van Erp, dat waar de heor
Schoorl deze bijzondere vakkundo uitoefent, hij wol
als bedoeld lid van hot college zal worden aangewezen,
en spr. vreest dat we dan in de naaste toekomst wel
eens voor feiten zouden kunnen komen te staan, waar
{van spr. de verantwoordelijkheid niet wil dragen. Spr. j
zou bet beter vinden de controle in meerdere handen
te geven.
De Voorzitter zegt, dat B. en W. uit hun college aan
wijzen een voorzitter van de commissie voor het
grondbedrijf. Spr. meent dat wat de heer Van Erp
zegt, een motie van wantrouwen in het college van B.
en W. is.
De heer Schoorl, lachend: het is tenminste geen
motio van vertrouwen tegen mij.
De heer Van Erp, tot den heer Schoort: Als U
denkt, dat hot togen U ls gericht, heeft U het goed
begrepen.
De Voorzitter begrijpt de redeneering van den heer
van Erp niet.
De heer Van Erp: Hoofdzaak te, dat ik het begrijp.
De Voorzitter: Maar wij moeten er toch een uitleg
aan geven, anders is het wartaal Maar laten wij over
gaan tot de orde van den dag.
De heer Van Erp stelt dus voor, dat de commissie
bedoelde controle uitoefent, dan gevoelt spr. zich meer
op zijn gemak.
Het voorstel van den heer Van Erp wordt verwor
pen mot 9 tegen 2 stemmen, voor stemden do heeren
Van Erp en Gorter.
De heer Van Nuland heeft bezwaar- tegen een be
paling van artikel 8, cn wel dat voor de schatting van
de waarde der bouwgronden, B. en W. deskundigen
aanwijzen, maar welke deskundigen geen lid van don
gemeenteraad mogen zijn. Spr. wil de motieven van
B. en W. hooren.
De Voorzitter zegt, dat het geen voorstel van B. en
W. is, het is eigenlijk een voorstel van Samson. Het
is een algemeen geldende verordening, waar spr. enkele
aanmerkingen op heeft gemaakt.
De heer Schoorl zou het onpractisch vinden, als een
lid van den gemeenteraad als deskundige werd aange
wezen.
De heer Van Nuland oordeelt er anders over. Als
deskundige zou in de eerste plaats in aanmerking ko
men de gemeente-opzichter, maar in den gemeenteraad
kunnen zeer goede deskundigen zitten en spr, zou die
dan niet willen passeeren.
De Voorzitter wijst er op, dat dan geen belooning
vcor de schatting mag worden toegekend.
De heer Willemse meent, dat een meer objectieve be
oordeeling zal worden verkregen, als een onpartijdig
persoon wordt genoemd.
De heer Van Nuland ontkent dit, als raadslid heeft
zoo iemand het vertrouwen reeds en de raad heeft meffT
voeling.
De heer Schoorl handhaaft zijn bezwaar. Wanneer de
tijd tot hertaxatie is aangebroken, kan het van belang
zijn voor de gemeente; of al of niet doorgegaan zal wor
den met bijschrijving van rente en aflossing en om die
reden is het gewenscht, texateurs te benoemen, die
buiten den raad staan. De gemeenteraad moet geen
rechter in eigen zaak zijn.
De Voorzitter zegt dat dit volkomen juist is.
De- heer Gorter noemt het echter wel een bezwaar,
dat B. en W. de taxateurs benoemen. B. en W. kunnen
er belang bij hebben dat zekere menschen als taxateurs
worden benoemd. Spr. noemt bijv. het geval dat over
5 jaar, wanneer de gronden opnieuw getaxeerd moeten
worden, dit zelfde college nog aan gene zijde van de
tafel zit, wie geeft spr. dan de zekerheid dat geen taxa
teurs worden benoemd, die naar de pijpen van B. en
W. dansen.
De heer Schoorl zegt, dat deze opmerking niet van
grond is ontbloot. De raad zou de taxateurs kunnen be
noemen, op voorstel van B. en W.
Het voorstel van den hee» Van Nuland, om te schrap
pen de bepaling, dat de te benoemen taxateurs geen lid
van den gemeenteraad zullen mogen ï.ijn, wordt ver
worpen met 9 tegen 2 stemmen. Voor- stemden do hee
ren .Overtoom en Van Nuland.
De taxateurs zullen worden benoemd door den raad,
B. en W. zullen 3 personen aanbevelen.
De heer Van Nuland zegt dat blijkens artikel 8 de
rente zal worden berekend naar den maatstaf van 4
ton honderd. Spr. begrijpt niet dat B. en W. met een
dergelijk voorstel durven komen. De gemeente zal
voor de te 3lulten geldleening zeker 5 pet. moeten beta
len en er is dus geen enkel motief, om daar tegenover
met 4 pet. genoege te nemen.
Door den heer Schoorl wordt toegelicht dat het hier
betreft de rentevergoeding van wederzijdsche stortin
gen, het slaat op kasgeld.
Den heer Van Nuland is het nog niet recht duidelijk,
maar de Voorzitter geeft hem in overweging maar geen
voorstel te doen.
De heer Van Nuland: Ik zal dan vertrouwen stellen
in U.
De Voorzitter vraagt tenslotte of de raad de verorde
ningen kan goedkeui-en.
Do heer Van Erp antwoordt ontkennend.
De Voorzitter: Dus U stemt tegen alle verordeningen?
De heer Van Erp: Alleen tegen die van het grondbe
drijf.
De verordeningen worden vervolgens goedgekeurd;
tegen stemde alleen do heer Van Erp.
Pensioengrondslag van den doodgraver.
B. en W. stellen den Raad voor onder intrekking van
het raadsbesluit van 4 April 1928, waarbij de pensioen
grondslag van W. Bijpost in de betrekking van doodgra
ver met ingang van 1 Januari 1922 is vastgesteld op
f 820, den pensioengrondslag van den genoemden amb
tenaar met Ingang van 1 Juli 1925 vast te stellen op
f 820. Aldus wordt besloten.
De rondvraag. De tuintjes in het Heeren
bosch.
De heer Van Erp vraagt of B. en W. hun aandacht
schenken aan de tuinders van de gronden ln het Heeren
bosch. In de volgende vergadering hooren we zeker net
idee van B. en W. opdat de menschen zullen weten of
zij met Kerstmis hun tuin zullen behouden of niet
De Voorzitter deelt mede dat dezer dagen B. en W.
de huur hebben opgezegd tegen 25 December. Wat er
dan. verder moet gebeuren zal In de volgende vergade
ring moeten worden behandeld.
Een tip?
De heer Gorter vraagt hoe B. en W. deze aanzegging
hebben doen plaatsvinden en waar dit is gebeurd op
aangeteekend briefje, vraagt spr. of B. en W. overtuigd
zijn dat dit voldoende is. Stel je voor, dat er menschen
zijn, die zich aan die aanschrijving niet storen, mis
schien zou de gemeente dan in moeilijkheden geraken.
De Voorzitter meent, dat de heer Gorter den ge
meente een slechte daad bewijst door deze opmerking
i in openbare vergadering te maken.
De heer Schoorl zegt, dat hij van den vorgien eige-
naar, den heer Roggeveen heeft gehoord, dat de ver
huring van jaar tot jaar geschiedt en een huuropzeg-
ging dus feitelijk overbodig was. Het had dan ook al
leen het karakter van een mededeeling. Het ligt in de
^bedoeling van B. en W. de tuintjes zoo goed mogelijk
le verdeelen onder de tegenwoordige huurders. Daarbij
zullen dan enkelen, die wat veel grond in gebruik heb
ben een gedeelte kwijt raken, teneinde andere gedu
peerden te kunnen helpen.
De heer Gorter vraagt of de tuintjes schriftelijk zijn
verhuurd en nadat de secretaris ontkennend had geant
woord, zegt de heer Gorter dat dan ook niet per jaar
wordt gehuurd. Hot is beter dat ledefe huurder een ver
klaring onderteekend dat hij afstand doet van de huur.
De heer Schoorl zegt dat het de bedoeling is voor 25
September a.s. een regeling voor elkaar te hebben.
De heer Van Erp deelt mede, dat dezo kwestie dan
naar zijn volle tevredenheid zal zijn opgelost.
De Voorzitter: Dat hooren we niet vaak van U
Do heer Van Erp: Ik ben wol oens aardig ook en dan
meen Ik (hot ook.
De heer Willemse zegt dat de arbeidors rechtstreeks
bovel krijgen zich voor keuring naar den geneesheer to
bogovon. Spr. zou hét voor do betrokken directeuren
prettiger vindon als dit voortaan geschiedde via het
hoofd van den betrokken dlenjtf»
De Voorzitter vindt de opmerking juist. Het was voor
B. en W. een geheel nieuwe materie, maar met de
wenk zal rekening worden gehouden.
Alweer een aannemerskwestie.
De heer Gorter informeert hoever do herstelling van
het Rapepad is gevorderd.
De heer Leguit zegt dat zoover spr. weot, zo aan het
werk bezig zijn. Hot werk wordt uitgevoerd in eigen be-
hdcr. De onderbouw van de schoeiing wordt door den
gemeentetimmerman verricht, die een paar dagen I
aan bezig geweest is en ook een paar arbeiders en yW
der is het werk besteed aan Koning.
De heer Gorter, die voorover is gaan zitten on dj
door slecht to verstaan is trouwens door de open
men en het verkeer op straat was het meerdere ma
zeer moeilijk de besprekingen te volgen wordt
mompeld van prakkelboel.
De heer Van Nuland meent, dat die paar dagen h
erg rekbaar zijn gn ze wel uitgestrekt zijn tot een pj U
weken. Spr. meent dat het heter ls de zaak met oj k
deuren te behandelen en spr. vraagt later te mogen v
nemen wat dit werk heeft gekost.
De heer Van Erp: Dat komt woL
De heer Van Nuland: Dat komt niet, want Klerk r
in algemoenen dienst Maar aan de hand van 't rapp I
van den gemeente-opzichter ls na te gaan, hoeveel
aan het werk 13 besteed. F 5
De heer Leguit meent, dat men van B. en W i
kan verlangen dat ze eiken dag naar het werk ga
Do heer Schoorl zegt dat aan B. en W. nooit ls opf
dragen het werk publiek aan te besteden. Maar
Voorzitter zoowel als de wethouders zijn me.ermaf
naar het werk geweest om te' kijken hoe het vordert
De heer Overtoom acht het een werkwijze die h&
niet bevredigt, en wijst op de mogelijkheid dat een
gelijke wijze van uitvoering dient om een fout van
opzichter in de begrooting te verbergen.
De Voorzitter lacht.
De heer Van Erp merkt op dat de Voorzitter dit
begrijpt
De Voorzitter zegt zonder medeweten van de wethot
ders, zich van het geven van een antwoord te zuli^
onthouden.
De heer Schoorl zegt dat B. en W. van publieke *aj
besteding nu juist ook niet zulke schitterende reeulh
ten hebben gezien.
De heer Bakker zegt dat het van algemeene bekent
beid is 'dat de aannemers op dit werk 11X15 guldq
hebben gelegd. Ze kunnen zelf hun mond niet nouda
en dat B. en W. het werk in eigen beheer doen ultvo*
ren is vanzelf sprekend.
Het is den heer Gorter blijkbaar weer slecht naar dt^
zin, dat de heer Bakker deze opmerking maakt, un wi
hooren zooiets van „U neemt zelf ook wel aan, nietl'
Het aantal nieuwe leerlingen voor ord
UX.O.-sehooI. J
Den heer De Vries heeft getroffen het bericht ln 4
courant dat het aantal nieuwe leerlingen vcor on»
school sleohts 7 bedroeg. Spr. vraagt of B. en W. nol
Iets hebben gedaan om het bezoek aan de U.L.O.-schoJ
aan te moedigen.
De Voorzitter zegt, dat deze zaak door het vorig cd
lege reeds onder de oogen is gezien maar dat he- mot
lijk is resultaat te bereiken. De heer Gorter heeft toe
toegezegd, in dezen werkzaam te zijn en gedeeltelij
heeft hij dat ook gedaan, door ouders op te wekkl
hun 'kinderen naar de U.L.O.-school te zenden. In hoi
ver resultaten zijn bereikt, weet spr. niet. Bepaalt]
maatregelen te nemen is een zeer lastige zaak "3e
groote hinderpaal schijnt te zijn de zoozeer gewaai
deerde Landbouwhuishoudschool.
De heer De Vries zegt, dat toch iets gedaan moet wo
den, want onze U.L.O.-school loopt gevaar. Zeven is eei
heilig getal, maar het is een klein getal.
De heer Leguit zegt dat van die 7. door zijn bemiddt
ling er 2 zich hebben aangemeld.
De heer Van Nuland zegt, dat hij in AprilMei dez
kwestie aanhangig maakte, en toen tot antwoord kree|
dat de nieuwe cursus 1 September begon en voor dJei
tijd B. en W. hun aandacht aan de zaak zouden schen
ken. Tusschen de regels door meent «pr. te kunnen lezei
dat B. en W. er echter geen aandacht aan hebben ge
schonken. Spr. wijst op hetgeen ln Winkel wordt be
reikt, dank zij de krachtige medewerking van B. en "W.
Laten B. en W. zich daaraan spiegelen, dan spiegelen
zij zich goed.
De Voorzitter herhaalt dat het een lastige zaak ls.
De heer Van Nuland zegt dat het ls een kwestie van
.aanpakken. Laat men zich wenden tot hoofden van
scholen in de buitengemeenten die weten wel welke
kinderen ln aanmerking komen voor het bezoeken vai
de U.L.O.-school en dan kunnen de ouders bezocht wor
den. Anders gaan ze naar een soortgelijke school ln
andere gemeenten.
De Voorzitter verwacht dit laatste niet Het is wel ge
makkelijk als men aan den anderen kant van de tafel
zit, dit te zeggen, maar de oplossing is niet zoo gemak
kelijk.
De heer De Vries wijst er toch op dat leerlingen van
Barsingerhorn naar U.L.O.-school te Winkel kunnen
gaan. De heor Willemse zou het van belang achten dat
da leeftijdsgrens voor de toelating tot de landbouwhuls-
ïnudschool werd gewijzigd. 12 Jaar voor een huishoud
school is een veel te jonge leeftijd en dat oordeelde een
deskundige ook.
De heer Gorter betwijfelt of de menschen de kinderen
dan een jaar naar de U.L.O. school zullen zenden, waar
op de heer Willemse wijst op het zevende leerjaar.
De Voorzitter zegt, dat B. en W. zullen overwegen,
wat te doen. Aan het hoofd van de U.L.O. school zal
advies worden gevraagd.
Van allerlei
De heer De Vries zegt dat hoewel de mazelen ge
schrapt zijn van de officieele lijst der besmettelijke ziek
ten, dit hier nog niet is gebeurd, en daardoor de laatste
mazelenepidemie zeer storend op het onderwijs heeft
gewerkt.
De Voorzitter zal advies vragen aan den geneeskun
dige.
De heer*Van Erp vraagt of we nu 'in de eerstvolgende
vergadering een voorstel tegemoet kunnen zien omtrent
het bouwen van een nieuwe woning voor den gasdireo-
teur.
De Voorzitter zegt dat het schrijven van de S.D.-
raaösfractie dn handen gesteld is van B. en W. om prae*
advies.
De heer Van Erp: Dat zou ik maar voor kennisge
ving aannemen. Die hebben zich voor stroopoppea laten
gebruiken.
De heer Willemse, tot den heer Van Erp: Je moet
jo hoofd eens onder water houden, daar knap je van op.
Den heer Schoorl verbaast het, dat men blijft per-
sisteeren en vergelijkt het met het stukslaan van
iemands beenen om hem daarna te verwijten dat hf}
niet loopen kan.
De heer Van Erp noemt dit een argument, bij gebrék
aan een ander.
De heer Willemse meent dat men tracht de zaak be
lachelijk te maken.
De heer Gorter vraagt hoe het gaat met het onder
wijs in lichamelijke oefening, gaat het goed?
De Voorzitter zegt dat tenminste geen bemerking van
hoogerhand is gekomen, de lesrooster ls goedgekeurd
door den Inspecteur en we zijn 1 September begonnen.
De heer Gorter zegt dat het dus bangmakerij is ge
weest, en vraagt of het dan B. en W. niet bekend ls dat
In de Gemeentestem gevraagd is of niet invoering van
dit onderwijs, Intrekking van de rijksvergoeding mogelijk
maakte en dat deze vraag ontkennend werd beantwoord
in do Gemeentestem.
De Voorzitter zegt, dat de Inspecteur bij zijn bezoek
hooft gezegd, dut we evengoed dlonen door te gaan met
d*n bouw van hot lokaal.
De heer Van Erp: Ja, ja, we gaan evengoed door.
Do heor Van Nuland vraagt of do raad nu inKtke do
kwestie Kogor mededeeling ontvangt van den gemeente
ontvanger.
De Voorzitter zegt dat er bij vorlgo collego's altijd de
gewoonte was dat de reclames omtrent schoolgeld door
B. en W werden behandeld. Want deze aanslag wordt
gewoon geregeld naar don aanslag ln de gemeentelijke
Inkomstenbelasting.
Do secretaris merkt nog op, dat hot hier geen re
clame betrof, maar een medodoellng dat adressant ver
minderd was 4n den aanslag voor de GJ.B. en daardoor
ook recht had op vermindering van achoolgeld&anslag,
ea dat ls toegestaan.
Do heor Van Erp: Er ls dus geen kou aan de lucht.
Hierna volgt sluiting.