Geestee-Sport en Hersen-Gymnastiek GRABBELTON. - EVENTJES DENKEN. VOOR ONZE SCHAKERS. VOOR ONZE DAMMERS. WARE WOORDEN. Een oud graf. Het zwijggeld. Wat kost een S. 0. S.? Slangenbezweerders. Vraagstuk No. 209. Vraagstuk No. 210. Vraagstuk No. 211. Vraagstuk No. 212. met Bet van bulten geleerde lied. Maar ft «da haar een» iets anders tooneru Wat zwoegde ik in die veertien dagen! Alle andere o.ü «rontaohtzaamd. Het was niet gemakke lijk eindelijk tot een oplossing van den eersten graad f.è komen, waneer men er op school nog niets van ge leerd had. Ik sliep niet, ik at nog nauwelijks, ik had mu.^en en was onverdrageJijk geworden. Maar tenslote kwam do groote dag. Triomfeerend rolde ik het groote Wad op. Hierop had Ik de oplos sing neergeschreven, of geloofde dit tenminste, van een der problemen, die in het leerboekje werden gesteld. Zoo ging ik naar Edith's huis en trad pinnen met den vastbesloten tred van den veroveraar. Nauwelijks zag Edith mij met het groote samen gevouwen blad, dat ik als een maarschalkstaf voor mij uitdroeg, aankomen of zij liep vroolijk naar de piano en begon de prelude te spelen van „Alï through the night! Komt hier!Hoort naar onzen beroemden tenor! Vooruit! Plechtig liep ik naar de plano en nu kwam Ik met mijne verrassing voor den dag. In plaats van het notenblad ontrolde ik het groote blad met cijfers, vlak voor haar gezicht en verklaarde haar met moedigen trots, hoe ik op mijn manier mijn eerste wiskundig probleem had opgelost. Plotseling sprong ze op, rukte mij het blad uit de hand en boog zich een oogenblik daarover om het te lezen. Maar reeds riep ze: „Ongeluksmensch! Reeds vier fouten in één regel! Vooruit, weg van hier! Ik wil je niet meer zien. Je wou het op jóuw manier doen. Nu zie je, hoe het gaat. Daar is de deur! Er uit! Ga weg! De deur is geen algebra-probleem, die zal je wel vinden! Het gelukte mij inderdaad met een verbluffende snel heid dit probleem tot oplossing ta brengen, zonder fouten en zonder moeilijkheid. Edith vergeeft me nooit Zij dulde geen rebellie. Zij was conservatief en ik was ln het beginstadium van mijn opstandigheid. Zij had een moeilijk karakter en ik had tot nu toe, noch muzikaal, noch wiskundig ge leerd met onze conservatieven om te gaan. Maar had ze misschien toch gelijk? Nu nog word ik dikwijls door twijfel geplaagd. Soms, als ik mij in de wildernis van getallen verdiepte, die staatsbalans heet, scheen het mij, alsof tusschen de getallen mijn eerste geliefde opdook en me toeriep: Neen, neen, als rekenaar ben je slechts een tenor!' En wanneer ik daartegenover voor volksvergaderin gen of in het parlement werkelijk den tenor tracht uit te hangen, zie ik nog dikwijls het strenge gezicht van Edith, die mij vertelt: „Neen, neen, als tenor ben Je slechts een nuchtere rekenaar! ^eel maar waarom droeg de tooneek speelster, die voor Marie Antoinette speelde, zulk een vreeselijk ouderwetsch costuum? (Buen Humor, Madrid.) Er .kan geen geestdrift zijn, waar minder geest lan drift is. o Zelfs het kleinste kind moet men een zekere per- -oonlijke vrijheid laten en 'het niet, om het geringste 'erbieden, daar zulks den lust aankweekt om in tilte datgene te doen, wat het openlijk niet durft lit angst voor maclitsaanwij zingen. Heb de eenzaamheid lief, maar ontvlied de eenzel vigheid, o De lente des levens gaat' voorbij, maar de ziel kan ong blijven tot in lengte van dagen. o Wanneer bet oordeel zwak ds, is het vooroordeel neestal sterk. o Winsten in een zaak worden niet gemaakt op de >erste orders maar op de orders, die volgen, die lit zichzelf komen en waarop geen verkoopsonkos- en drukken. o Hoe lastiger een werk is, hoe ernstiger men er ich aan moet geven. INTERESSANTE VONDST TE PRAAG. Bij de roinigingswerkzaamheden en de reparaties, .ie op het oogenblik aan den St. Veitsdom op het ïlradschin te Praag verricht worden, heeft men een eer interessante ontdekking gedaan: men vond nl. e graven van de heide bouwmeesters van den dom, l latthias van Arras en Peter Parler. De graven zijn edekt door groote steenen, waarop de beeltenissen an de heide bouwmeesters en het jaartal van hun ood. Het graf van Matthias van Arras draagt nog »er duicLaiijk het cijfer 52, terwijl het eeuw cijfer 13 niet meer te onderscheiden is. Op den anderen steen leest m ennog, dat Peter Parler op den dag van de Heilige Margaretha in 1399 hegraven werd. De ont duiking van deze heide graven is hierom van zoo veel cultuur-historische waarde, omdat het gaat om de grjiven van twee bouwmeester», die het middel eeuwsche Praag in den tijd van Karei den Vierde, do schoonste en volmaakste bouwwerken geschonken hebben. Matthias van Arras begon den bouw van den St. Veitsdom. Men zegt ook, dat hij de schepper is van den burcht Karlstein. Peter Parler, de Duit- sche bouwmeester, voltooide den dom. Hij was ook de bouwer van de beroemde Karlsbrug in Praag. De beide graven zullen binnen eenigen tijd door een wetenschappelijke commissie geopend worden. ANECDOTE VAN DE „OUDE FRITZ". Een aardige anecdote van Frederik den Groote is de volgende: Op een dag liep de koning op het marktplein te Potsdam. Hij drentelde kalm verder toen zijn oor op eens zeer onaangenaam getroffen werd door het wer kelijk afschuwelijk schreeuwen van een stokoud vrouwtje, dat met radijsjes ventte en dat haar waar op oorverdoovende wijze aan den man trachtte te brengen. Om het geschreeuw kwijt te raken, gaf de koning aan zijn adjudant een twintig mark-stuk en liet het hem aan het oude vrouwtje ter hand stellen, met de boodschap, onmiddellijk naar huis te gaan, geldelijk kwam zij nu niets meer te kort Verheugd verwijderde zij zich, jaloerach nagekeken door haar collega's. De koning had zich nog niet omgedraaid, om verder te wandelen, of van wel tien kanten kwam uit even zooveel vrouwenkelen de schorre, afschu welijke roep van koopvrouwen, die op slag allen versche radijs verkochten. Lachend wendde Frederik de Groote zich tot zijn adjudant en zei: I Daar heb ik me miooi ingewerkt. Dat gekrijsoh is eenvoudig niet om aan- te hooren, maar ik heb geen geld genoeg, om in het vervolg alle vrouwen, die me met radijs achterna zullen loopen, den mond te stoppen. en dat bezorgt den bezweerder een geheimzinnig» aantrekkingskracht. Overigens laat hij zich aan huis ontbieden. De Indische bedienden weten een voorstelling meestal te forceeren door de aandacht onzer kinderen, op het feit te vestigen dat de toove- naar zich in de buurt van het erf bevindt en dan moet ge sterk zijn om zijn komst te weerstaan. Meestal wordt de slang gemoedelijk in een mandje meegevoerd, waarin ze in oen akeligen knoedel ge kronkeld ligt. Begint de meester dan op zijn schede fluit te blazen, waarvan u de tonen door merg en been gaan, dan ontkronkelt zich de slang, richt zich een halven meter op, do griezelige muil gesperd en d1© verfoeilijke tong in tastende actie, om vervolgens zich langzaam om het lichaam van den bezweerder te winden, die al maar snerpende fluittonen te voor schijn brengt en met zijn glinsterend zwarte oögsn voor zich uit staart als ontleent hij aan een bepaald punt in de verte zijn magische kracht. Wij Europeanen in het Oosten hebben voor al deze vreemde vertooningen onze theorieën klaar, de slang is haar giftanden kwijt en kan den man ni9t meer deren; het is er een van een ongevaarlijk soort (maar probeert u het zelf eens, als 't u blieftde slang wordt door de muziek in een staat van hyp nose gebracht of heeft ook wel tevoren het een of ander bedwelmend middeltje gesliktZegt ge zoo iets den bezweerder, dan grijnst hij en antwoordt niet. Hij behoedt zijn geheim en wacht zich wel het te openbaren. Op den Pasar Gambir, die groote jaarlijkscbe ker mis voor Westerling en Oosterling op het Konings plein te Batavia, kan men dergelijke slangenbe zweerders aan het werk zien. Lijkt reeds te veel op elkaar. Uit Londen wordt gemeld, dat er door Daventry onlangs doedelzak-muziek werd uitgezonden. Naar ver Luidt hebben honderden radio-amateurs dien u,,ond hun toestel uit elkaar genomen, om te kijken, wat er aan de hand was. Ook een verklaring. „Vader, waarom werd Adam 't eerst geschapen?" „Om hem gelegenheid te geven ook eenige woorden te zeggen." Het nieuwste middel tegen slapeloosheid. „Ik kan heel den nacht geen^og toedoen". „Boks 'n keer met Tunney". Controle. Moeder bezorgd: „Waar zou de kleine vent toch z'n mondharmonica gelaten hebben. Hij zal 'm toch niet ingeslikt hebben". Vader: /Blaas hein eens in z'n mond, misschien hoor je wat." Zegt genoeg. „Vader, da&r is 'n man, die den heer des huizes spreken wil". „Jongen, roep even je moeder." Aangeboren. Zij: Arme kerel! Hij werd zeker versuft door dien Yal? iHij0, nee, hij is zoo geboren. onder leiding van GEO VAN DAM. De boodschap S.O.S. (Save our Souls, redt onze zielen), wordt, zooals iedereen wel weet, op zee ge bruikt om de hulp van varende schepen in te roepen. In den laatsten tijd is deze noodkreet ook door vele oceaanvliegers geuit, om de opmerzkaamheid van stoomers op zich te vestigen. Zoo werd indertijd de oceaanvlieger Courtney, wiens vliegtuig bij een po ging om van de Azoren naar New-Foundland *e vliegen, in zee stortte, op deze wijze gered en zelfs verscheidene groote schepen voeren met de grootste snelheid naar de plaats des onheils om hulp te bie den. De reederijen echter, nemen zulk een S.O.S. met gemengde gevoelens op, omdat het voor hun schepen niet zelden een groot verlies aan tijd en dientengevolge voor do maatschappij een beduiden de geldschade beteekent. „Natuurlijk", zoo zegt een groote Ehgelsche ree- dersfirma, „is iedere scheepvaartmaatschappij altijd bereid op den roep S.O.S. hulp te verleenen, maar wanneer die roep geuit wordt door een Oceaanvlie ger, ziet het er toch «enigszins anders uit, dan wan neer een 3ohip in nood zijn hulpkreet uitzendt. De vliegers, die de gevaren van een Oceaanvlucht trot- seeren, hebben in de meeste gevallen niets dan hun eigen roem op het oog, wanneer hun tocht gelukt. Weinig denken zij aan ander er schade wanneer b.un een ongeluk overkomt. Op zijn roep komen verschil lende schepen., terwijl een genoeg zou zijn om hulp te verleenen. Deze schepen, die natuurlijk uit den koers raken, verliezen veel van hun kostbaren tijd, en dit tijdverlies brengt groote financieele schade. De vijf of zes groote stoomers, die op het S.O.S. van Courtney afkwamen, hebben hierdoor de maatschap pij duizenden dollars schade berokkend. OP DEN PASAR GAMBIR TE BATAVIA. Oostinjegangers leeren den engen Aziaat, die zich slangen als boa's om den nek windt, met hen stoeit, en dolt en hen griezelige kunstjes laat vertoonen, al in Colombo kennen, waar de Britsch-Indische slangenbezweerder meestal werkt in de ruime gale rijen der pompeuse hotels en altijd zeker kan zijn van een aandachtig en huiverend publiek. 'In ons Indië vertoont hij zich ook, en de. inheerrt- sohe bevolking is overtuigd dat de slangenbezweer der alleen door toovenarij zijn macht over het ook door haar gevreesde addergebroed heeft verkregen WAAROM Hij HET SPANNEND VONU Zwart: 15. Vindt u visschen geen saai werkje i Integendeel, ik vind het spannend. Och kom! ja» ik heb geen verlof om hier te visschen. abcdef gh Wit: 5. De diagramstand behoortte luiden: Wit Kd6, Lf8, Pf6, Pf3 en een pion op gö. Zwart Kf5 en een pion op f4. Wit speelt en geeft op fraaie wijze mat in drie zetten. Een der weinige werkelijk mooie voorbeelden van de mogelijkheid een tempo-probleem drlezettig te doen «tja, inplonta van aoooJ» steeds Itetttf. „EEN KNOOP-PUZZLE". Haal van een dubbel geslagen touw de luseinden van dat touw door een der handvaten eener schaar, haal dan de tegenovergestelde einden van het touw door de lus heen, vandaar door het tweede handvat en ten slotte bindt men de einden vast om een stok. Hoe kan nien nu de schaar los krijgen zonder het touw los te maken, door te knippen, van den stok te laten glijden of iets dergelijks? EEN „VIERKANTE" GELD KWESTIE. Indien men een zeker aantal centen in rijen opstelt, zóó dat zij een vierkant vormen, dan houdt men 146 centen over. Indien men eohter langs twee der 4 zijden van het vierkant nog éóin rij centen zou willen aan brengen, zou men er nog 31 centen bij moeten heb ben om aldus weer een vierkant te construeeren. Hoe groot is het bedoelde aantal centen? OPLOSSINGEN DER PUZZLES uit ons vorig nummer. No. 205. „De GEKETENDEN". Laat de heer de lus van zijn eigen lint, van den arm, naar buiten door de lus halen die den pols der dame omgeeft; dan over de hand heen en weer terug, waar na beide personen bevrijd zijn van de bindende ketenen. Het is een opgave, waarmede men steeds zeer veel succes zal oogsten. No. 206. „EEN EIGENAARDIGE BREUK". De gevraagde breuk is 240/253; om tot dit antwoord te komen neemt men drie noemers: één pond, één shilling en één penny; herleid ze alle tot pennles en voeg ze te samen. Het totaal (240 en 12 en 1) 253 geeft ons den noemer van de vereischte breuk, ter wijl de waarde van één pond^ in pennies 240 zal zijn. Langs algebraïschen weg is deze oplossing gemakkelij ker te vinden. van F. H. J. Ortmans. Zwart: 2. PROBLEEM VAN HENRI RINCK, (met oplossing). De diagramstand moet zijn: Wit Ke6 en Ta6. Zwart Kh8 en vier pionnen op c3, d2, f3 en f2. Wit forceert op de volgende keurige wijze de remise: Wit Ke8f7 (Kh8h7)Ta6—al (Kh7—h6); Kf7—f6 (Kh6—h5); Kf6tf5 (Kh5h4)Kf5—f4 (Kh4—h3); 'Kf4><f3 (Kh3— h2)Kf3c2 (Kh2—g2); Tal—flü (c3—c2); en TflX f2! van Mr. C. Blankenaar, Rotterdam. Zwart: 2, Wit: 4. De diagramstand in cijfers moet zijn: Zwart 1 dam op 25 en 1 schijf op 38. Wit twee dammen op 6 en 11, voorts twee schijven op 17 en 35. Wit speelt en forceert de winst! PROBLEEM van Ir. W. VRLJLANDT, te Dordrecht De diagramstand in cijfers moet zijn: Zwart 1 dam op 3 en een schijf op 15. Wit drie schijven op 23, 35, 47 en een dam op 5. Wit speelt als lokzet 2319, zwart verleidende tot 38, waarna zou volgen 514 en 1420 met winst Een eenvoudig mjaar zeer leerzaam vraagstukje. EEN SCHITTERENDE SLAGZET. De heer P. Visser te Emmer Erfscheidenveen ver vaardigde den onderstaanden stand, waarin met ge heel bezette zwarte damlijn de volgende diep ver borgen combinatie mogelijk is: Wit 15—10 (zwart 4X 15 gedw.); 44—40, 33—28 (zw. ad libltum); 47—41 (zw. wederom naar keuze); 41—36 (dito); 34—30, 4540, 50X10!, 32—28, 27X38, en 31X4!! Wit: 15.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1928 | | pagina 20