Een praatje over de keuken. De Evolutie der Mode. Een praatje over bont. den voorkeur san de natuurlijke boren de kunstbloemen. Nooit nog was de wereld 100 rijk aan duizenden schoonheidsmiddelen, Crèmes, poeders en parfums als ln deze laat ste Jaren cn nooit heeft men zoo hooge elschen gesteld aan een correct gebruik van alle deze al naar het uur van den dag of de gelegenheid. De lijnen van het tollet zijn vrouwelijker geworden, maar nog veel hoogere elschen aan de vrouwelijke smaak stelt heden de keuze van al deze, de vrouwelijke lijn tot een geheel afrondende, kleinigheden. In het kort tezamen gevat kan men dus zeggen dat op het oogenbllk een mode heerscht die den details zeer vriendelijk ge stemd ls een stemming die wij overigens alle ln de St. Nlcolaas- en Kerstultstalllngen tot haar recht hebben zien komen I In een boek over gezondheidsleer bestaat er mijns Inziens geen artikel dat nuttiger is voor de gezondheid dan dat over de keuken. Helaas wordt deze afdeeling maar al te stief moederlijk bedeeld en er zijn zelfs schrijvers die dit onderwerp doodkalm weglaten! Maar meestal is de slotsom waartoe zij komen, deze, dat wij te veel eten. Aangenomen, wij eten te veel! Hoewel dat eigenlijk nog in lang niet alle gevallen waar ls. Hij, die een zittend leven leidt, eet te veel, maar hij die geregeld ln beweging ls en lichamelijke ar beid verricht, kan zich uitgebreide maal tijden veroorloven. Want zijn' spierarbeid herstelt het evenwicht, en hij verbrandt ln zijn lichaam wat hij verorberd heeft. De kwestie is eigenlijk niet zoozeer dat wij te veel eten, maar meer dat wij te veel slech te dingen eten. In de eerste plaats kan men niet genoeg letten óp de kwaliteit en de frischheid van de gebruikte grondstoffen. Alle vleesch bijv., dat niet volkomen versch is, voert in ons spijsverteeringsorgaan een vergiftig element, dat wil zeggen een extra arbeid voor de organen die dit verwijderen moeten. En extra arbeid dat wil zeggen ver moeienis en vergeten wij niet dat de ver moeienis van onzen lever, van onze nieren, van ons hart somtijds een schrede naar ziekte maar altijd naar eerdere ouderdom is. En voor vrouwen die gaarne lang hare schoonheid behouden willen, is de keuze van de spijzen van veel grooter belang dan welke massage of crème de beauté ook! Maar, goede grondstoffen is nog niet alles, men moet ze ook weten klaar te maken. En dat is een geheele wetenschap die naar mijn opvatting niet verwaarloosd mag worden en die een groote plaats ln de opvoeding der jonge meisjes moest innemen. Dat is heel wat nuttiger dan piano studeeren en stellig min der hinderlijk voor anderen! Bovendien be hoeven zij zich heusch niet te schamen om kooken te leeren, want dit is njet alleen een wetenschap, het is zelfs een kunst. Bij het bereiden van een schotel legt de maakster er hare geheele persoonlijkheid in. En iedereen weet dat twee koks, die met dezelfde grond stoffen denzelfden spijs moeten kooken, geenszins eenzelfde meesterwerk scheppen. De geneeskunde staat geenszins vijandig tegenover lekker eten en als dokter heb ik werkelijk medelijden met die menschen diè altijd met lange tanden eten en nooit iets anders drinken dan water. Maar opgepast! Men moet geen smulpaap of gulzigaard zijn want dat is een der hoofdzonden: men moet lekkerbek zijn in den goeden zin des woords, en wel men moet de kwaliteit boven de kwantiteit stellen. De goede lekkerbek kent zijn maat en leeft in het algemeen ln de beste verstandhouding met zijn maag. Dus, mijne dames, zorgt er voor goed te kunnen kooken en vooral dat gij een paar lekkere schotels weet klaar te maken die Uw man steeds zal apprecieeren. Eten doen wij meermalen dagelijks. Vergeet dat niet! KLEINE MODE-NIEUWTJES UIT PARIJS. De kleur onzer kousen. De kousen wor den in overeenkomst met de winterkleeding donkerder in kleur gedragen. Voor daags is het nieuwe, grijs-beige „tourterelle" dat bij zwarte schoenen en ensemble gedragen wordt zeer gewild. Voor avondgebruik doet men het beste de kleur der kousen bij die van de huid te doen aanpassen. De zeer lichte kleuren ziet men nog slechts uiterst zelden dragen. Modekleuren voor het komende voorjaar. We zijn nog wel eerst ln het hartje van den winter, maar de nieuwe voorjaarsmode be gint zich reeds af te teekenen. Blauw, groen en allo beige nuances zullen de modekleuren voor overdag zijn. Ook combinaties van rood met blauw en bruin met beige zal men veel vuldig te zien krijgen. Maar voor den avond blijven zwart, blauwgrijs en wit de meest ge liefde kleuren. ENGELSCHE NURSE. Ze trok ieders aandacht, sooals ze zat op het bankje. Schattig zag ze 'r uit. Donkergroen t van dat mooie donkere groen, zooals jc alleen Engelsche nurses ziet dragen; mantel met pollerlen zoowel als het ho Dat toch al zoo flatteuse hoedje met witte randje en de witte brldes, zat al« vlinder, luchtig, boven op haar krul] En zij had w&t een oolljken krullebol, van die krulletjes u weet wel d steeds tracht weg te werken, maar die kens weer voor den dag springen. Of s erg trachtte weg te werken is *n vi wèl deed ze telkens *n gebaar alsof, wa: wist heel goed, dat die weerbarstige doi bruine lokjes leuk stonden. Zij gaven aardige omlijsting aan het fijne, ondet de gezichtje met de blauwe oogen. Dat Je alleen was op zichzelf al schildei Onder den grooten strik der keelba werd de blanke hals omvat door een 1 platliggend boord over den openhange mantel. Daaronder was een smettelooi schort zichtbaar. Hoe kan zoo'n ding i zoo kreukeloos en helder blijven, a werkt? Misschien werkte ze wel nool was het schort alleen maar versiering, hóórde in ieder geval bij het geheel; ai was dit niet compleet. Verder: sn gekousde voeten in lage lakschoenen groote gespen. O, ze wist het wat best dat ze er ai uitzag; dat kon Je wel merken. *n 1 guitig, stout klein ding; *n „gnuizebi zou '11 man gezegd hebben. Ze zat ijverig te haken aan een of c dingsigheidje. De wit-garen handschc lagen naast haar op de bank; de k handen uit de heldere, sluitende mam jes werkten, vlug en handig. Nurse ver de al haar aandacht tusschen haar 1 haar „charge" en de voorbijgangers; ontging aan het pientere meiske. Op de bank een rood boekje; natui Engelsch, dat kon je zóó zien aan for, en uiterlijk. „Lady Good-for-nothing". ze 't al uit hebben, of zou ze er nog moeten beginnen Er stak een papiertjt hor zou ze wel over den inhoud dei zoover als ze 't gelezen had? Maar ze had toch wel kunnen zorgen een boekje van andere kleur. Dat rood kleurde heelemaal niet bij het s mige donkergroen; het was te brutaal. V om niet rustig blauw, of donkerbruin? nursje, dat was geen goede keus. Dat was bepaald 'n fout in de compositie het zoo lieve prentje van nursü-op-!/v-b$| Of toch wèl goed, juist om het brutale"! Haar „charge" was een aardig blond i je, met lange lokken en gebruinde h beentjes, 't Kereltje vermaakte zich met paard-en-wagentje; was druk bezig en hoogst ernstig, al zijn aandacht bij het Maar de houten biek wilde niet al te was weerbarstig. Toen kreeg de kleine een inval; hij zou het paard wel leeren sjouwde met paard en kar van het pa de struiken in. Paard moest gestraft den, zou pu wel móéten doen wat zijn wilde. O wat leuk, dat scharrelen dal het groen tusschen de struiken, en het p dwingen dwars en over alles heen te i Daar verscheen 'n blauwe helm, hóó plechtstatig Nurse had het blijkbaar erg op Bobbies begrepen; je kunt mei heeren nooit weten. „Dicky, come here Gek, dat zoo'n enkel Engelsch zlni soms net als Hollandsch kan klinken. 1 .Dickey" en „Dikkie" klinkt precies eei en „here" en „hier" óók. Alleen dat „ci klonk wel 'n beetje anders dan ons En toch, je hoort wel eens een oude i ongeduldig, tegen zijn asthmatischen 1 die- zich niets van den baas aantrekt, i mandeeren: „Khum, hier! Khum, gai Maar wat nurse zei was natuurlijk gelsch. Zij sprak waarschijnlijk niet eej woord Hollandsch. 't Is voor Engelsche I den ook zoo moeilijk te leeren. De helm was genaderd, kéék, keek Dicky in de struiken. Nurse zag den bli werd onrustig: „Dicky"! Geen resultaat. Het ventje bleef dc met de afstraffing van het stoute paa „Dicky, here Maar Dicky was stevig Oosfcindisch i Nurse werd nu bepaald nijdig en schooi eens uit: „Asje nou nle dólik hier komp, salie! der, pak ik Je by Je lurreve 1" M. SANDWICHES. BIJ recepties en dergelijke gelegenl moet men niet alleen gebakjes, ijs, I fours of bonbons presenteeren. Vele B geven den voorkeur aan sandwiches, voor hierbij eenlge recepten volgen. ONZE PATRONEN. Patronen van de modellen van mantels en kin derjurken etfn verkrijgbaar bU onze mode redactrice, Mejuffrouw JL Berendes, Joan Maot- aayekorstraat 90, Den Haag. De patronen voor dames kosten l*—, die voor kinderen ƒ0.80. Het duurt ongeveer 10 dagen alvorens ws ln het beult komen van degenen, die patronen aanvragen. B. v. p. leeftijd op te geven bi) het bestellen van patronen voor kinderen. Aan de lezeressen, die een patroon bestellen, wordt beleefd versoeht bU de aanvrage het ver schuldigde bedrag in te sluiten ter voorkoming vao (i<f UDAcm. Met Ansjovis. Wrijft ln een mortl» deel gefileerde ansjovis met twee il boter. Neemt voor Uw sandwiches goed brood, en snijdt dit ln ongeveer 1 c.M, sneetjes van ongeveer 5 bU 9 c.M. Bi een sneetje met een laagje ansJovlsboM ongeveer oJd. en legt daarop een W sneetje. Met kaas. Neem. hiervoor «f Gruyèrekaas, en bedekt een sneedje flink laagje, welke men geraspt heel» het tweede sneetje er op en brewi sandwich een oogenbllk ln dm W? oven, sóó dat de kaas smelt cn ln 1>«1 trekt, maar daarbl) oppaeBen dal geroosterd wordt Warm of koud ov» In den beginne ls or steeds eerst strijd. Ten slotte komt de zege en dan komt alles langzamerhand weer in een rustig spoor, wanneer- de overwinningsroes voorbij is. Zoo ging het ook met de moderne vrouwenbewe ging. Na Jaren van een verbitterden strijd, allereerst van eenigo moedige pioniersters, vervolgens van alle vrouwen die met haren tijd meegingen, word ten slotte de zege be haald. Geestelijke, politieke en beroepsvrij heid der vrouw waren de krijgstrophaeën. Maar toen kwam ook bij haar de overwin ningsroes, en zij wilden nog manlijker zijn dan de man zelf. Gelukkig kwamen ook hier de gemoederen tot rust en kwam de vrouw tot de ontdekking dat het ook mogelijk is vrouwelijke eigenschappen met vrije zelf standigheid te vereenigen. De mode heeft deze ontwikkelingsperiode getrouw meege maakt en zoo ls zij heden ten dage weer vrouwelijk geworden. Zonder evenwel ook maar eenigszlns ln het onpraktische over te gaan. De vrouwelijke kleeding is weer gracieus en vrouwelijk van lijn en al die beminnelijke kleinigheden, die een toilet eerst tot een com pleet geheel maken, hebben weer hun on bestreden bestaansrecht ln de garderobe der vrouw, teruggekregen. Zoo draagt men weer een mof inplaats van de handen diep in de mantelzakken te verstoppen. De waaier is weer modern ge worden. Men draagt weer kleine diademen bij de feestelijke avondjapon en ragfijne groote avondzakdoeken van chiffon en kant. Shawls, voile, sluiers en kleine doeken geven elke Japon weer een vrouwelijke noot. De moderne avondtasch is weer een week bui deltje geworden, dat weliswaar niet meer als vroeger, aan een koord bengelt, maar aan een kostbaar gedecoreerde beugel bevestigd is. Bloemen zijn nu eens meer, dan weer minder modern, maar zij voegen zich zóó volkomen naar de tegenwoordige modelijn, dat zij ln de laatste jaren nooit geheel ver dwenen'zijn. Op t oogenblik geeft de mode Praten over bont is iets dat reeds ver warmt, zou ik bijna zeggen. Over bontman tels kunnen we kort zijn. Ieder onzer weet dat zij zwaar, maar ook mooi zijn. Wie dat niet toegeeft is als de vos met de druiven. En we weten ook, dat de mooiste bontmantels, maar uit een oogpunt van prijs, ook de duurste, zijn van chinchilla, van Zibeline, Vison, breitschwantz, petitgrls, Astrakan, enz. En hermelijn zult gij vragen? Mijns inziens komt hermelijn niet in be tracht. Evenmin b.v. als ik edelweiss bij de bloemen zou rangschikken. Maar spreken we dus niet van geheele bontmantels, doch lie ver van mantels met bontgarneeringen. En dan komen wij op een terrein, waar ook een eenvoudiger beurs toegang heeft. Des te meer, waar tegenwoordig menig eenvoudig dier ons zijn huid geeft voor bont, een huid die onze grootmoeders nog niet voor haar schoeisel hadden willen gebruiken. Maar nemen wij eens een kijkje bij de groote Parijsche kleermakers om te zien hoe deze zich van bont als garneering bediend hebben. Zoo vinden we ln de collectie van Ger- maine Lecomte een zwart fluweelen mantel, gegarneerd met zomer-hermelijn. Jean Patou vindt weliswaar niets nieuws uit, maar per- fectionneert op handige wijze een beige dra- pella mantel met luipaard bont. Jeane Régny ls er in geslaagd een mantel te maken die eigenlijk een cape is, of een cape die eigen lijk een mantel is zooals U t noemen wilt het geheel gegarneerd met caraculbont. Jenny heeft een lijn die hare specialiteit la en die, hoewel getrouw blijvende aan de tradities, toch volkomen modern is. En zoo toont zij ons een redingote van zwart fluweel die van boven tot onderaan gezoomd is met hermelijn en die een volmaakte soepelheid toont. Jean Ptaou, waar wij toch Juist van fluweel spreken, combineert bruin fluweel met vison. Platte, over elkaar gelegde volants verwijden den mantel naar onderen toe, ter wijl de ze8r ruime vison-kraag den mantel boven verwijdt. Geschoren lammetjesbont vindt men veel op sportmantels. Suzanne Talbot toont evenwel dat men het ook voor meer gekleede mantels kan gebruiken en garneert er goudkleurig fluweel mee. Maar dit Is een combinatie die niet iedereen zou kunnen dragen. Een tenslotte Bernard. Bij dezen vinden we een mantel van grijze Engelsche wollen stof gegarneerd met mollenbont, en hij schept op deze wijze een kleedingstuk dat tegelijkertijd Russisch en Chlneesch, maar niet minder „Parisien" is. Dat zijn zoo ongeveer de Ideeën die men bij de groote modekunstenaars vindt. Maar zij laten nog genoeg plaats over voor per soonlijke opvattingen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1929 | | pagina 20