IJzeren Grendelen. Dinsdag 12 Fef&rtmrt 1929. 72ste Jaargang No. 8407. Uitgevers: N.V. v.h. TRAPMAN &Co., Schagen. Eerste Blad. VOOR DEN KANTONRECHTER TE ALKMAAR. BESTEN NIET DUUR Spiraal Plaatselijk Nieuws. SCHA6ER Alctlltl Nitns- COURANT. iteltmi!- Linitniillii Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinadag, Woensdag, Donder dag en Zaterdag. Bij inzending tot 'amorgena 8 uur, worden Adver- tentiën nog zooveel mogelijk in het eeratuitkomend nummer geplaatst. POSTREKENING No. 23330. INT. TEI.EF. No. 20. Prijs per 3 maanden 11.65. Losse nummers 0 cent. ADVERTEN- TlëN van 1 tot 5 regels f 1.10, iedere regel meer 20 cent (bewijano. inbegrepen). Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. DIT NUMMtR BH8TAAT ÜJTT TWEE BLAfMB*. Zitting van Vrijdag 8 Februari 1928. EEN OPGEBLAZEN VERKEERSOVERTREDING. Dc strenge koude schijnt voordeellg te werken op de criminaliteit in dit kanton. Althans hadden we ook ditr maal weer een bijzonder slap zittinkje. Aangevangen werd met een aangehouden zaak contra den heer J. M. v. G„ autobusondernemer dienst Alk maarHaarlem aan wien ten laste was gelegd, dat hij op 26 Nov. te Castricum bij het voorbijrijden met een autobus van een vrachtauto, door te snel naar rechts over te steken, gevaar voor een aanrijding had teweeg gebracht Gehoord werd thans de bestuurder van de vrachtauto Bakker, die echter zelf moest verklaren, dat zijn motorrijtuig wel 26 meter achter waa toen de bus naar rechts uitweek om een passagier op te nemen. De verdachte schat dien afstand wel op 50 60 meter en gevaar voor eenige aanrijding bestond absoluut niet wat door een autobus-passagier, thans getuige a de- 'chargc volmondig wordt toegestemd. Dc heer v. G. verklaart echter, kwestie gehad te hebben mot Bakker over de betaling van reparatie kosten en toen had een broer tan B. hem al voorspeld, wij zullen je wel eens krijgen! Het was hem du® zeer aangenaam, dat deze zaak was aangebracht in de hoop dat hij in de toekomst niet meei wordt gedupeerd, Indien hij eens een enkele maal zelf de bus rijdt De voortgezette behandeling mocht dan ook een suc ces voor den verdachte worden genoemd, daar de amb- i tenaar in zijn requisitoir het ergerlijk noemde, dat lm een dergelijke futiliteit waarvoor niet het minste be wijs was geleverd, de politie was gemengd. Spreker requ Ir eerde dan ook vrijspraak, bij welke conclusie de ^Kantonrechter zich volkomen aansloot I T in d Jn d Patra: HET SLUITINGSUUR GENEGEERD. De 20-jarige arbeider J. S. te Noordsehnrwoude had In den avond van 6 Januari Driekoningenfeest gevierd de Dijk-herberg van Leegwater, wat op zich zelf niet fbaar was, doch hij waa ook nog na sluitingsuur in dit lokaal aangetroffen en voor dit feit moet hij zich heden verantwoorden. De verdachte was zoo be leefd de overtreding te erkennen, zoodat verdere moei te, do bewijslevering betreffende, kon worden bespaard. Hij voerde echter tot verontschuldiging aan, dat hij en zijn vrienden het café reeds hadden verlaten, doch later weer waren teruggekomen, om een schipper, die daar wachten moest, wat geselschap tehouden. Ja, zeide de kantonrechter met een knipoogje, Wê kermen dat, 'n gezellig praatje over de .politiek en zoo... Enfin, hot gebeurde werd niet al te zwaar geteld en da vriendelijke ©onverseur veroordeeld tot f 3 boete of 8 dagen. VAN EEN KOUDE KERMIS THUISGEKOMEN. Reeds meermalen werd de arbeider Jam O. te de Rijp 'n stevige baas, 's avonds lastig gevallem door opge schoten lummels, die de armzalige aardigheid hadden, den moegewerkten man ln zijn rust te storen door op de ruiten te tikken en meer dergelijke flauwiteiten. Tot het den geplaagden man tenslotte gruwelijk begon te' j vervelen en hij een zjjnro kwelgeesten een stevig pak slaag gaf. De executie sorteerde echter nog niet volkomen het beoogde effect en was hij nog telkens het slachtoffer van dergelijke straatschenderijen. Toen hij alamu bij den veldwachter zijn nood klaagde, raadde deze hem af, eigen rechter te spelen, doch liever te probeeren, de belhamels te betrappen en hen dan aan de politie te geven. De heer Obé was zoo verstandig dit advies te vol gen en bleef in den avond van Zondag 6 Januari op kousen de wacht houden. Toen dan ook herhaling van de plagerij volgde, wist hij twee ruitentikkers bij den knaag te grijpen. Hij drukte de overrompelde knapen tegen den muur en deelde hem mede, dat «dj nu hun dag maar moesten onthouden. Die dag waa dan nu voor hen aangebroken, doch de helden schitterden thans door afwezigheid. De ambtenaar bracht hulde aan het optreden van den getuige Obé en meende dat deze de zaak keurig en in goeden vorm had opgeknapt. Er was in hem een goeden rijksveldwachter verloren gegaan. De twee niet versohenen baldadlgen werden ter zake overtreding art. 422 W. v. S. ieder bij verstak veroordeeld tot f 7 boete of 7 dagen. DE LIEFELIJKE JACHTWET, GELIEFD BIJ DEN JAGER, GEHAAT DOOR DEN BOER Op grond dat hij op het jachtveld, dus bulten open bare wegen en paden was aangetroffen, op 5 Januari, in het bezit van een wildstrik, stond heden terecht de 25-jarige tuinder Barend L. te Castricum, ter zake deze overtreding, die hij edelmoedig genoeg was, direct toe te geven. De ambtenaar becrltlseerde scherp de handeling van verdachte, die als 'n strooper wordt ge- i signaleerd, vorderde niet minder dan 30 boote of 30 dagen, waarop de jachtwetovertreder repliceerde, dat bij absoluut goen strooper is, die er 's nachts op uit trekt om wild te bemachtigen en door de politie moet I worden nagezet Hij doet niets anders, dan zijn bollen- land te beveiligen, tegen de verwoestingen, die door het sohadelijk gedierte worden teweeg gebracht De kantonrechter zeide, dat hij volkomen op de I hoogte was van die jachtwet-voorvallen en veroordeel- I de verdachte bollenbouwer tot f 16 boets of 16 dagen, terwijl de in beslag genomen wildstrik werd verbeurd verklaard. EEN MOTOR- EN RIJWIELWETSOVERTREDER, DIE ZICH VERONGELIJKT ACHTTE. De handelsreiziger J. R., vroeger te Zaandam, thans te Arnhem woonachtig, waa door den kantonrechter streng gestraft met f 60 boete en ontzegging rijbe voegdheid voor den tijd van 1 jaar omdat hij te Be» gen met een door hem bestuurd vierwielig motorrijtuig bij het meme» vma den bocht bij de mg. Winderige hoek door roekeloos em snel rijden de veiligheid vnm het ver keer in gevaar had gebracht Dese automobilist werd destUdh bok nog verdacht van ernstige aanrijding van een motorrijder, die 's nachts bewusteloos aan den weg werd gevonden, doch de gehouden instructie kom voor deze tem laste legging niet het noodige bewijs bijeenbnenden em «pwrd dus van verdere vervolging afgezien. HtJ waa thans van het bij verstek gewezen vonnis in verzet gekomen en beweerde dat hij niet snel of roekeloos gereden had. Drie opnieuw gehoorde getui gen a decharge, die de manier van rijden door ver dachte hadden waargenomen, verklaarden eenparig, dat de snelheid zoo groot waa, dat de auto met 2 wielen van den grond ging, toen verdachte de bocht nam. Het was gelukkig dat zich daar toen niemand op den weg bevond, want hij waa onherroepelijk verloren ge weest. De ambtenaar stelde opnieuw ln het licht het roeke loos rijden van verdachte. Hij vroeg bekrachtiging van het gewezen vonnis, doch zou gaarne de boete willen gesteld zien op 100 gulden. Verdaohto la alreeds ver oordeeld wegen® een te Helloo gepleegde overtreding der motor- en rij wiel wet De Kantonrechter noemde verdachte gevaarlijk en zal blijven zorgen, dat hij zoolang mogelijk van den weg blijft. Zeer onder den Indruk verzocht verdachte om een voorw. straf. Hij heeft zijn betrekking reeds verloren en als deze veroordeeling gehandhaafd blijft, is zijn leven gebroken. Is U gehuwd? vroeg de kantonrechter, waarop verdachte antwoordde, dat hü met zijn vrouw een echt scheidingsproces voert, waarin nog geen uitspraak ia gedaan. Nadat de kantonrechter naam en adres van den patroon van den verdachte, den heer Scholte, had genoteerd, bepaalde hij de uitspraak op 22 Febr. Finim Prikkelbaarheid Pest komt vaak" voort utt slechte spijsvertering. Alle spijsverterings- stoornissen moeten spoedig zwichten voor Foster's Maagpillen. het laxeermiddel bij uitnemendheid. r««as«r-« Maagpillen Alom verkrijgbaar f 0.65 per flacon. Zm J®ng nog ft* teek pijnigt Hem va* tijd tot tijd reeds de rheumatiek, omdat hij ■let lette op de eerste stekende pijnen. Daarom 1* hel 'I bette dadelijk In Ie wrijven met oplossing, Bij spothaken «a drogitUn verkrijgbaar. FEUILLETON Nasr het Engelsch van ETHEL M. DELL. 2. De slanke gestalte op (het pad maakte een gebaar van verslagenheid. „Maar u moet doornat zijn. Dat vergat ik heelemaal. Wilt u niet binnenkomen om u wat -te drogen?" Hij haalde welsprekend zijn schouders op. „Neen, dank u. Het waS mijn eigen schuld, zooala u zoo goed bent niet te zeggen. Ik moet terug naar de Abbey. Mijn grootvader wacht op me. Hij maakt zich zenuw achtig, a.ls ik laat ben." Hij bracht zijn hand naar zijn pet en zou weggegaan zijn, maar zij maakte een vlug gebaar van verbazing, dat hem tegenhield. „O, u bent de jonge Mr. Evesham! 0 pardon u bent Mr. Evesham! Ik dacht wel, dat ik U eerder gezien had." Hij bleef lachend staan. „Ik word ln deze buurt ge woonlijk „Jongeheer Piers" genoemd. Eigenlijk schan delijk niet? Ik ben bijna vijf en twintig en de hoofd opzichter heeft het in het geheim nog altijd over me ais over „die dulvelsche jongen!" Voor het eerst lachte zij. Mogelijk had hij „gevischt" n,vfr 'ac^1, een schande!" stemde zij toe. .Maar Sir Beverley is al vrij oud, niet? Het komt na tuurlijk door de tegenstelling." ..Hij is niet oud," antwoordde Piers Evesham vlug. is juist vier en zeventig. Dat is niet oud voor een jyvesham. Hij haalt er n-og wel twintig bij. Er is «en gezegde in onze familie dat, als we geen gewelddadl- heh n00d sterven- heelemaal niet dood gaan. En mu "eD Ik mijn naam en levensgeschiedenis verteld. Wilt u mq de uwe vertellen?" Zij aarzelde een oogenblik. Jk ben maar voor hulp huishouden op de pastorie," zeide zij dan. ..Dy Jupiter! Ik .benijd u niet!" Toch keek hij haar met openhartige belangstelling aan. „Dat doet u zeker or uw broodje. Ik voor mij zou lieveT straatveger zijn dezen babbelzieken dominee in hetzelfde huls Stil!" zolde zij, en haar lippen glimlachten, ter wijl zij het zeide. „Maar nu moet Ik naar binnen. Hier!*' I Zij gaf hem zijn zweep terug. .Goeden avond! Rijd gauw naar huls en trek andere kleeren aan!" Hij keerde zich half onwillig om; bleef dan staan. „In ieder geval zoudt u mij uw naam kunnen zeggen." j Zij was reeds vlug als een vogeltje weggetrippold, maar bleef nu ook staan. I „Ik heet Denys." Hij bracht zijn hand weer aan zijn pet. „Miss Denys?" I „Neen. Mrs. Denys. Tot ziens!" Zij was weg, hij hoorde haar vlug het natte kiezei- steenpad oploopen en heit opengaan van een deur. Deze ging onmiddellijk weer dicht en hij stond alleen in de winterachtige schemering. Caesar kroop naar hem toe en krabbelde bang in de modder. De jonge man artond roerloos naar het pas torie-hek te kijken; zijn voorhoofd rimpelde zich eenig- zina Hij was niet groot, maar hij had de losse houding van een athleet en het optreden van een prins. I Plotseling keek hij naar zijn kruipenden vriend en barstte in lachen uit. „Sta toch op, Caesar, dwaze hond! i En wees blij, dat je nog een paar heele beenderen over I hebt. Als ik mijn zin gehad had, was je nu tot moes go- slagen!" Hij bukte zich en streelde den „misdadiger", dan j ging hij naar zijn paard. „Arme oude Pompey! Schande jou zoo te laten staan. Allemaal de schuld van den hond." Hij sprong ln den zadel. „Maar zij durfde, waarachtig! Ik mag graag een j vrouw die durft." Hij gaf zijn paard de sporen en in een oogwenk ga loppeerden zij door de toenemende duisternis. Pompey verlangde er even hard naar thuis te komen als zijn meester en had geen nieuwe „aansporing" noodig. Hij wachtte nauwelijks om in het hek van het park te ko men en vloog als de wind. De ruiter lag voorover In den zadol en schreeuwde als een Indiaan. Caesar lieo achter hen aln een haas. Het dolle drietal ging als een bliksemflits langs den ouden, Marshall, den hoofdopzichter, die met zijn; ge weer aan zijn schouder bij het hek van zijn woning stond en hem met een afkeurenden blik nakeek. „Die drommelsche jongen! Waar dient dat harde rij den voor?" bromde hij. „Hij zal zich dezer dagen nog dood rijden. net als zijn vader." Het was precies vijf en twintig jaar geleden, dat Piers' vader dood in Marschall's woning gedragen was en MawfoaJl de om. HET N. O. 6. Den 9den vergaderde de afd. Schagen van het N.O.G. ln de Posthoorn alhier. Wegens het mooie ijs en het heerlijke weer werd de vergadering slechts door een zevental leden bezocht Toch waa ze.eene belangrijke, want de hoer Bijlsma, directeur van de N.O.G.-spaar- bank was overgekomen uit Amsterdam, om het nut het doel en het voordeellg® van die «paarbank uiteen te zetten. Dit deed hij in een aangename causerie, waaruit we oa te weten kwam, dat er reeds bijna 8 mlllloen la Ingelegd, dat de rente de hoogste ls, die ooit een spaarbank geeft, dat de soliditeit boven alles la verzekerd en het beheer zoo goed als niets kost. Van daar vooral de hooge rente, in 1928 4.61 De afd. Schagen denkt er over hier een hulpbank te stlohtcn, omdat er reeds Inleggers zijn en het vooruitzicht be staat, dat er meer zullen komen. De heer Bijlsma werd door den voorzlter, den heer Van der Laan, hartelijk dank gezegd voor zijn interes sante en duidelijke uiteenzettingen. De rekening en verantwoording van den penning meester, den heer K. Schoort, werd nagezien en ln orde bevonden door moj. Harder en den heer Speets. Ze gaf als eindcijfer een bedrag aan van meer dan f 500. Daarna werd „de avond" weer verder besproken.. De dames Harder en Watertor en de heeren Van der Laan en Brouwer werden verzocht de nadere regeling het aan Slr Beverley mede te deeleau Piers was nu on geveer «ven oud als de andere Plera geweest was en Marshall had geen lust om weer een rol ln een derge lijke tragedie te spelen.. Het was een zware taak ge weest Sir Beverley te zeggen, dat zijn eenige zoon dood was, maar hem hetzelfde te moeten mededeelen om trent zijn kleinzoon zou nog veel zwaarder geweest zijn. Want Sir Beverley had zijn zoon ln diens hard, onstui mig leven nooit liefgehad; maaT zijn kleinzoon was zijn oogappel, zooals iedereen wist ondanks zijn1 krach tige pognlgen, om dat feit te verbloemen. Neen, beslist, Marshall had er niiet de minste lust ln den ouden man te moeten mededeelen, dat jongeheer Piers iets overkomen was, en de rimpels op zijn voor hoofd werden dieper, toen hij zijn tuintje op en neer liep en de gillende stem en de galoppeerende hoeven in de verte hoorde wegsterven. i „De jongen Is nog doller, dan zijn vader," prevelde hij. „Slecht ras! Slecht ras!" Hij schudde zijn. hoofd en ging naar binnen. Hij waa de eenige nog op het landgoed, die zioh de mooie Ita- liaansche bruid herinneren kon, welke Sir Beverley eens medegebracht had, om daar te regeeren. Het was slechts een korte, korte regeering geweest en niemand sprak er thans meer over het allerminst de oude, ge bogen man, die als de feodale lord over Rodding Abbey regeerde en voor wien zelfs de gevreesde Marshall ont zag had. Maar Marshall herinnerde zich haar heel goed en juigt bij die herinneringen vertoefden zijn gedachten, toen hij uiting gaf aan dat geheimzinnige verdriet. Want was jongeheer Piers haar eveubeled niet? Had hij niet dezelfde vorstelijke 'houding? Stroomde het Evesham bloed niet dea te vuriger ln zijn aderen door de vermenging met het hartstochtelijk zuidelijk bloed*' Marshall vroeg zich soms af hoe Slr Beverfey met zijn ruwe onverdraagzaamheid de sprekende gelijkenis van den Jongen met de vrouw, in wier bittere nage dachtenis hij alle vrouwen haatte, verdroeg. Het waa niet aan te nemén, dat hij daar blind voor waa. Daar voor sprong zij te veel ln het oog. „Een chronische oog kwaal", noemde Marshall het voor zichzelf. Maar die „hooge oomee" waren ook niet te begrijpen. Marshall beweerde dan ook niet, dat 'hij ze begreep. Hij waa, op zijn brommerige manier, aan zijn meester gehecht en vermeette zich nooit zijn doen of laten te critiseeren. Hij verwonderde er zich slechts over. Wat jongeheer Piers betreft, hij persoonlijk had hera niet kunnen uitstaan van aX bat ©ogenblik, dat dm van den feestavond op zioh te nomen, wat do aanwe zigen zeiden gaarne te willen doen. Op voorstel van dom heer M. Visser werd mot op eon na algemeens stemmen besloton als punt van behan deling op den beschrijvingsbrief voor de algemeen© vergadering het volgende voorstel te brengen: Aan het hoofdbestuur van het N.O.G. wordt opgedragen te onderzoeken of hot wenachelljk ls in elke onderwijs inspectie vanwege de daarin gelegen af deelingen van het N.O.G. gezamenlijk jaarlijks een vergadering uit te schrijven voor alle daarvoor in aanmerking komende onderwijskrachten. WEDSTRIJDEN VAN DE SCHAGER IJSCLUB. Zondagmiddag hield de Schagor IJsclub een wedstrijd op de 500 Meter, met een regeling die iets anders te zien gaf dan het tot nu gevolgde systeem. Jammer dat er veel wind stond. Geen baan die zich kan verheugen in zoo'a mooie oppervlakte, waarop ln een ovaal-vorm de banen zijn aangelegd. Zooals gezegd, er reed een schitterend stel jongens, die den strijd in tegen den wind èn onderling aanbonden. De aangifte was ook verheugend; 67 deelnemer* bekampten elkaar om de 60 „pietermannen". De prijsuitreiking had plaats bij den heer J. Peet oom door don voorzitter, dea heer Keesman, die de bijeenkomst opende met eea woord van Van Riems dijk: Wat la het koud op die baam, maar ondanks die koude is onise wedstrijd geslaagd. Ingeslagen bij het publiek en bestuur. Wat kan de man, die ons dit plan voorstelde en nel „en zoo en zoo had ik mij gedacht" er trotach op zijn, dat zijn gedachte zoo'a succesvolle ls geweest. Ware*. In 't verleden de bestuurder©* wel eens laksch, men kan nu zeggen, dat ze wel eens te voort varend rijn. Dat we gelukkig rijn, kn* echter minder worden beweerd, want als er geld moet rijn dan regent en dooit het of het waait een zoodanige Zuid-ooster. dat onze kwartjes bij de kachel Wijven, maar deson danks de tegenspoeden, gaat het beataa* door „op groot lef", want onze kas Ls leeg. Spreker bad zich voorgesteld: tnod* banen, muziek van Schsgon's Hhrmonlokapel, geheel vrijwillig aange boden, mooi weer gelijk Zaterdag, wni KO kei een prachtdag rijn. Voorzitter brengt nogmaals dazdc aam Ce Harmonie voor den betoonden moed, om toeb neg muziek te wfl- had leeren loopen. Marshall had nooit iets ra.n hem wil len weten en haatte Vlctor, den Franschen kamerdie naar, die hem van zijn wieg af grootgebracht had. Toch was er, ondanks dit alles, in rijn gemelijk oud hart een zekere brommerige toegenegenheid voor hem. Die jon gen had innemende manieren en zonder zijn haat voor Victor, die iets vrouwelijk zachts over zich had, zou hij graag medegeholpen hebben aan rijn opvoeding. Doch zooals het nu was, kon hij slechts uit de verte toekij ken en de kuren van „dien drommelscfren jongen" ver- oordeelen; telkens als hij hom zag, voorspelde hij een ongeluk en hoopte bij, dn. sir Beverley dat niet meer De leven zou. Zeker leek het alsof Pier» «en betoeterd le ven leidde, want evenals zijn vader riskeerde hij het feitelijk dagelijks. Met prachtig zelfvertrouwen lacht* hij om iedere waarschuwing. Toen hij den donkeren Novemberavond het erf voor den stal opgaloppeerde, gloeide zijn gezicht van opwin ding alsof hij koppigen wijn gedronken bad. Zijn paard was met schuim bedekt en danste een veerkTachtigen dons op de steenen. Caesar volgde hem met rechtop- staanden staart en een breeden glimlach van voldoe ning op zijn gevlekten snuit, ondanks de bloedige streep in z:jn nek. „Bliksems, ik ben laat," zeide Piers, terwijl hij zijn baen over den hals var. het paard «loeg. „Allemaal de schuld van dien beroerden hond! Kijk hem eens grinni ken. Een van jullie moet hem even wassohen. Zoo kan hij nJet binnenkomen," Hij sprong op den grond en stampte met zijn natte voeten. „Ik ben er zelf niet veel beter aan toe. Wat een gemeen weer ook!" „Ja, u bent nat slr," zeide de groom, die Pompey's kop vasthield. „In het water gevallen, slr?'' „Neen, ik heb een kan water over me gehad lachte Pier». „Caesar zal er Je alles van •vertellen. Hij heeft den heolen weg naar hier loopen grinncken. Waarach- I tig," zeide hjj tegen den hond. Jk zou niet zon kunnen I giebelen als ik een pak slaag gehad had als jij. En ik j zou ook de hand, die het gedaan heeft, niet kunnon [kussen. Je bent een gentleman, Caesar, en lk maak ne derig mijn excuus. Zorg 'JU voor hem, PhJpps! Hij heeft een pak rammel gehad. Goeden avond! Wel te rusten. Pompey.' Je hebt kranig geloopen." Hij streelde den besohuimden nek van het paard en liep weg. Terwijl hij het erf verliet, floot hij lustig; Phipps knipoogde tegen een van zijn coldga'e. „Ik zou wel eiiio wiiien weten wie met die kan water bezig geweest ls!" zeide hij. Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1929 | | pagina 1