BENJAMIN DISRAELI.
Tutti Frutti.
V.
Toen Disraëll leider van zijn partij in het Lagerhuis
geworden was, kreeg hij meer en meer behoeft om een
eigen buiten/ te bezitten en daar in zijn vacanties en
week-ends naar hartelust zijn liefde voor boomen, plan
ten en bloemen te kunnen botvieren. Niet ver van het
vaderlijke buiten Biadenham kwam Hughenden te koop.
Maar het geld ervoor ontbrak ten eenenmale, vooral
doordat de schulden van Disraëll, als jonge man deels
door eigen schuld, deels door borgstaan voor anderen,
twintig duizend pond beliepen] en het vaderlijk erfdeel
slechts de helft daarvan bedroeg. Wel was broer Isaac
bereid hem met zijn helft bij te springen, doch de koop
som bedroeg vijf en dertig duizend pond. Waar kon
hij die vinden? Zijn vader kocht Hughenden voor zijn
zoon, maar na diens dood moest toch een groot gedeelte
terug betaald worden. Lord Qeorge Bentinck had de
belofte gedaan bij te springen, maar was overleden, doch
gelukkig bleken zijn broeders bereid diens belofte ge
stand te doen.
Dizzy voelde zich heel. gelukkig als Engelsch land
edelman en noemde zijn Mary Ann de chatelaine van
Hughenden. Beiden genoten er van om steeds verbe
teringen en verfraaiingen, vooral in het park, aan te
brengen.
Ofschoon Lord Melbourne verwacht had, dat Dis
raëli thans Premier zou worden, werd ook deze ambitie
van Dlsraëli, zooals al de anderen voorheen, geremd.
Lord John Russell, bood kort nadat Sir Robert Peel
tengevolge van een val van zijn paard gestorven was,
het ontslag van het Whlg-Kabinet aan en dus zou de
gewoonte bijna geëlscht hebben, dat de Koningin den
leider der oppositie deed ontbieden, met name Benjamin
Dlsraëli. Dit geschiedde echter niet, omdat de Koningin
en vooral prins Albert, wij weten het reeds, weinig
gesteld waren op Dizzy. Zij ontbood Lord Stanley en deze
slaagde er niet in een kabinet te formeeren, omdat
Oladstone en de andere aanhangers van wijlen Peel
weigerden zich bij de kleine groep van Stanley, Manners,
Smythe, Cocfarame en Dlsraëli aan te sluiten. Maar
niet lang daarop werd Stanley, inmiddels na den dood
van zijn vader Lord Derby geworden, wederom bij de
Koningin geroepen. Dlsraëli had intusschen de partij
goed georganiseerd en het gevolg was, dat er een Ka
binet-Derby tot stand kwam met Disraëll als Chancel-
lor of the Exchequer en slechts drie ministers, die reeds
tevoren een portefeuille hadden gehad. Het waren zulke
nieuwe namen, dat toen men ze aan den ouden, dooven
hertog van Wellington noemde, deze steeds vroeg: who,
who? Men noemde het kabinet toen spottend het Kabi
net Who, who!
Wat was die Dizzy trotsch op zijn positie en op de
prachtige bebroldeerde toga, die hem door een der rech
ters omgehangen werd. Die toga was Indertijd voor Pitt
gemaakt en vrij zwaar. De rechter meende, dat Dizzy
er onder zou bezwijken en zei: de toga is wel heel
zwaar! Dadelijk riep Dizzy, maar ik vind hem juist
ongelooflijk licht. Dat was echt Dlsraëli, hij kende geen
vrees, noch overgroote bescheidenheid. Hij bleef steeds
zich zelf gelijk, zoo kleedde hij zich nog altijd met bij
zonderen zorg, maar met minder opschik, hij had nog
steeds zijn nerveuse, vurige temperament, maar hij hield
het in gesprekken on vooral in de Kamer meer in toom.
Zijn rapporten aan de Koningin schreef hij precies zoo
als hij zijn boeken goschreven had en de Koningin
amuseerde zich daarmee kostelijk an begon behagen te
scheppen in den kanselier, mr. Disraëll (alias Dizzy)
zooals zij in een brief schreef
Een der personen, waarmede het ministerie rekening
had te houden, was Gladstone, die het Dlsraëli moeilijk
kon vergeven, dat hij hem tusschen de beenen was ge-
loopen. Sir Robert Peel toch had Gladstone als zijn
opvolger en/ toekomstig Premier genoemd en dat was
nu door Disraël en zijn vrienden verijdeld geworden.
Gladstone en Dlsraëli waren quasi goede vrienden,
in werkelijkheid rivalen, hetgeen spoedig bleek toen Dls
raëli als Chancellor of the Exchequer (Minister van
Financiën) zijn begrooting moest verdedigen. Het moet
hier gezegd worden, Disraëll was een dilettant in finan
cier-wezen en toen Gladstone. de leider der Peellisten,
hem dan ook in een zeer sobere, uitstekend gedocu
menteerde rede aanviel was het lot der begrooting be
slist Met 305 tegen 286 stemmen werd het kabinet-
Derby-Disraëli naar huis gestuurd.
Gladstone liep daarop met eenige andere Peelllsten
conservatieven naar de Liberalen over en een kabinet
met bij uitstek bekwame lieden kwam tot stand.
Derby en Dlsraëli waren jaren lang tot politieke werk
loosheid gedoemd en de leden hunner partij verweten
dat aan de leiding dezer beiden, die zij spotteno den
Jockey en den Jood noemden. De Jookey gold natuurlijk
het feit, dat Derby een groot paardenliefhebber en
renStal-eigenaar was.
Disraëll en Mary Ann reisden weer eens op het Vas
teland en waren nu weer de gast op de Tuileriën, vroe
ger waren zij dat van Louis Phlllppe geweest, thans
waren zij het van keizer Napoleon III en keizerin Euge-
nie. Zij gingen trouwens veel uit en natuurlijk maakte
Mary Ann hier en daar kostelijke opmerkingen.
Toen Dizzy en zij bij de Koningin te Wlndsor logeer
den, zei Mary Ann in het vuur van de conversatie te
gen een Koninklijke prinses: „maar dan weet U niet
wat het zeggen wil, een toegewijden echtgenoot te be
zitten".
Zijn vriend Smythe vroeg hem eens of hij het niet
onaangenaam vondt, dat zijn vrouw zulke dwaze op
merkingen kon maken? Dizzy antwoordde: heelemaal
niet! Nu, zei Smythe, dan zyt gij een man met buiten
gewone hoedanigheden. Maar, absoluut niet, ik ben, ant
woordde Dizzy, alleen maar een der heel weinige man
nen, die weten erkentelijk te zijn eni erkentelijk te blij
ven. Ik heb aan mijn vrouw bijna alles te danken, zij
heeft in mij geloofd toen geen mensch dat deed".
(Mary Ann en Dizzy waren heel gelukkig samen, on
danks het verschil in leeftijd, want zij was 72, toen
Dizzy zijn 60en verjaardag vierde. Zestig Jaar en nog
geen Premier. Zou hy het ooit worden?
Hij dacht aan zijn devies in zijn jonge Jaren: „Forti
nihil dlfficile", dat inmiddels plaats gemaakt had voor:
„Never explaln, never complaln".
Inmiddels waren vele oude vriendinnen en vrienden
hem door den dood ontvallen, doch hij had anderen ge
maakt. Zoo had zich een schatrijke dame te Torguai
als zijn bewonderaarster ontpopt en bij haar dood bleek
Dizzy haar universeele erfgenaam te zijn en wel van een
vermogen van dertig duizend pond sterling. Daar een
andere bewonderaar alle schulden had opgekocht, opdat
Disraëll niet meer door woekeraars zou worden ge
plaagd, kon hy een gedeelte van zyn schulden, die te
zamen zeven-en-vyftlg duizend pond bedroegen, afdoen.
Disraëll was inderdaad altyd een wanhopig slecht
financier en dus ook een belacheiyk minister van fi
nanciën geweest.
Zoodra kon hy een veer van den mond blazen of hy
ging Hughenden verfraaien. De oude vriendin uit Tor
guai had den wensch te kennen gegeven, om op Hugh
enden te worden, begraven en aldus was geschied, ter-
wyi Mary Ann en Dizzy zich afvroegen, wanneer zy
naast de lieve vriendin zouden worden bijgezet.
Dizzy genoot in die dagen van zyn mooie buiten, dat
weer geheel in den styi der Stuarts was teruggebracht.
Mary Ann was dol op het planten van boomen, zy liet
den vyver uitdiepen en er twee zwanen inzetten. Dizzy
noemde hen: Hero en Leander; Mary Ann vroeg zich
verbaasd af wat dat beteekende en evenmin begreep
zy waarom haar man zoo op de uilen gesteld was, die
hij de vogels van Minerva noemde.
Zoo kwam het jaar 1859. Derby en Dlsraëli deden een
aanval op het ministerle-Russell-Gladstone. Het ging
om de bepalingen van het kiesrecht. De Whigs wilden
iedereen, die 7 Pond huur betaalde stemrecht geven, de
Torles wilden dat op 10 Pond zetten. Verscheidene
Whigs luisterden na&r de schitterende rede van Disraël!,
die de houding van de ministers de zuiverste demagogie
noemde en met een kleine meerderheid won de opposi
tie. Een paar dagen later was Derby weer Premier en
Dlsraëli minister. Men voorspelde weer een kort leven
aan dit ministerie, dat geen meerderheid achter zich
had, maar het zou anders loopeiu en wel dank zy de kun
de van Dlsraëli.
Deze hield rekening met de steeds meer in het land
tot uiting komende wensch om meer uitgebreid kies
recht te hebben en stelde nu aan Derby een huismons-
kiesrecht voor.
HJet werd een stryd die tusschen Disraëll en Glad
stone werd uitgevochten.
Verscheidene liberalen bleken niet bereid om tegen
een verbetering van het kiesrecht te stemmen, daar hun
party immers voor elke verbetering was en het nieuwe
Kabinet kreeg een meerderheid van 21 stemmen.
Gladstone voelde het écheo geweldig. Voor Disraëll
was het een schitterende overwinning. De conservatie
ven brachten hem eenj ovatie, verscheidene leden gingen
in de Carlton-Club soupeeren, maar Dizzy ging naar
huls, hy wist dat Mary Ann daar op hem zou wachten.
Inderdaad had zy een heeriyk soupertje met champag
ne gereed en hy wist de attentie van zyn 77-jarige vrouw
te waardeeren.
De zon van Disraëll was opgaande. Het waa laat, want
hy was 65 jaar, maar nu zou hy dan toch ook dat
•hoogste ambt, hetwelk hy steeds geambieerd had, be
reiken.
Derby leed nameiyk zoodanig aan jicht en podagra,
dat hy zyn demissie Indiende en daarby zyn vertrouwen
in Dlsraëli uitsprak.
De Koningin riep Disraëll naar Osborne en zei even
later tegen hem: „you must kiss hands", dat is het
oude gebruik om als Premier door een handkus zyn
loyauteit tegenover den vorst of de vorstin te uiten.
Zoo keerde Disraëll als Eerste-Minister van Groot-
Britannië en Ierland naar Londen terug.
Enkele dagen late£. gaven, Mary Ann en Dizzy een
groot feest op het hun door Lord Stanley voor die gele
genheid geleende Ministerie Van Bultenlandsohe Zaken.
De Prins van Wales bood zyn arm aan Mary Ann en
Disraëll zyn arm aan de Prinses van Wales aan, toen
deze het feest met hun tegenwoordigheid vereerden.
Het was een grootsch moment. Later zei dan ook de
oude vriend Philipp Rose, hoe Jammer dat je zuster
Sarah dit niet heeft mogen beleven. Inderdaad hoe
trotsch zou Sarah op haar broeder Ben goweest zyn
Als Premier kwam Disraëli natuuriyk herhaaldeiyk
in aanraking met koningin Victoria. Gelukkig voor hem
waa de Prins Generaal overleden. Het ware zeer te
betwyfelen geweest of prins Albert. die nu eenmaal
voorheen een antipathie tegen Disraëll had opgevat,
die tegenzin zou hebben kunnen overwinnen. By de
Koningin was dit anders. Gedurende zyn geheele leven
had Disraëll veelal de antipathie van mannen en de
sympathie van vrouwen opgewekt. Hy had aan de
voorspraak der dames en aan de liefde van zyn Mary
Ann heel wat te danken.
Mrs. Austen had hem een uitgever voor zyn Vivlan
Grey bezorgd, de dames Sheridan, Cork, Londonderry
hadden hem in de uitgaande wereld geïntroduceerd;
Mary Ann had hem zyn parlementszetel en wat verder
al niet meer bezorgd.
Ook de Koningin kreeg al spoedig sympathie voor
haar Eersten Minister. Zy was niet vergeten, dat nie
mand haar zulk een mooien brief geschreven had, nie
mand zoo mooi in het Parlement gesproken had na den
dood van haar beminden echtgenoot, dan Boniamin
Dlsraëli.
Daarby kwam dat én Koningin én Premier ongeveer
dezelfde idealen koesterden omtrent het groote Brltsche
Ryk. Beiden zagen steeds de machtige Indische bezit
tingen als een stabiel deel van Engeland. In den om
gang met de Koningin bleek Disraëli een gladde vogel,
hy wist steeds te ssorgen dat hy in kleine zaken tegen
sprak ,doch toegaf, en in groote zaken deed alsof zyn
wensch die der Koningin was. Op een goeden keer
kreeg Mary Ann uit Wlndsor door de Prinses Chrisi-
aan viooltjes gebracht met de complimenten, dat de Ko
ningin bemerkt had dat dit een lievelingsbloem van
haar man was. Disraëll bood aan Hare Majesteit zyn
roman aan en ontving van haar het boek: Dagboek
van ons leven in Schotland. Langs zyn neus weg sprak
Dlsraëli tegen de Koningin van: Wy schrijvenen
de Koningin kon niet nalaten te glimlachen..
Begon het er Sn Ierland leeiyk uit te zien, dan wist
hy een reis van den Prins van Wales te bf verken en
wel voor kosten van het Ryk. De zuinige Ko -.gin vond
dat best!
Gladstone. die heelemaal niet met de Koningin kon
opschieten benijdde zyn rivaal diens succes aan het Hof,
maar was overtuigd dat ook zijn tijd zou komen, het
geen geschiedde. De verkiezingen brachten Disraëli oen
échec, en Gladstone werd Eerste Minister.
Eerst had Disraëll zich uit de politiek willen terug
trekken, doch hy' bezon zich en bleef leider der Con
servatieven in het Lagerhuis. De Koningin bood hem
een Peerstitel aan, doch Dlsraëli prefereerde lid van
het Lagerhuis te biyven en stolde de Koningin voor om
Mary Ann tot burggravin van Beaoensfield te verhef
fen. hetgeen geschiedde.
Helaas zou Mary Ann niet lang haar hoogen titel
voeren, zy begon te sukkelen en den 15 December 1872
stierf zij. i
Daar haar vermogen haar slechts in vruchtgebruik
toebehoorde, was Disraëli arm achter gebleven. Het
huls aan Grosvenor Fate, waar-het paar 33 jaar geluk
kig geleefd had, ging In het bezit van haar familie over
en Dlsraëli nam intrek in een hotel.
Intusschen werd de Regeering van Gladstone met den
dag minder populair. In buJtenlandsche aangelegenhe
den had Gladstone een zeer ongelukkige hand en ln
een revue werd daar den draak mee gestoken. Men zag
hoe Gladstone een Chineesche missie ontving, die hem
verzocht Schotland aan China af te staan. Daarby
kwam, dat de koningin het absoluut niet eens was met
Gladstone's Iersche politiek en vond, dat hij de Katho
lieken voortrok en de Protestanten benadeelde, waarte
gen zU als goede Protestante in opstand kwam. Zij
hoopte zeer, dat het ministerie Gladstone zou vallen.
Disraëli werkte daar behoorlUk aan. Hij had de or
ganisatie der conservatieve party herzien en hi1 eP'e
buitengewone verkiezing hadden deze de meerderheid
behaald. Gladstone schreef nieuwe algemeone verkie
zingen uit. De conservatieve victorie was zeer beslist,
Plsraëli beschikte over een absolute meerderheid van
50 zetels. Enkele dagen later waa Dlsraëli opnieuw
Premier.
Hy had in de dagen na den dood van Mary Ann veel
troost gevonden by Lady Chesterfield en Lady Brad-
ford. De eerste, 62 jaar, was zeer belezen en ernstig, de
tweede. 55 jaar. was coquet en levenslustig. Er ging
geen dag voorby of Dizzy schroef aan een van beiden,
de omgang met vrouwen was voor hem even noodzake-
ïyk als het dageiyksch brood.
Zyn eerste stap na zyn Premierschap, was om Lady
Bradford, die zulk een uitmuntend vriendin in moelUj-
ke dagen gebleken was, een positie ln de omgeving der
koningin te bezorgen.
Disraëli waa geen ondankbare.
Gladstone waa woest. De conservatieven hadden eer
meerderheid van 100 zetels boven de liberalen en van
50 zetels, wanneer men andere partyen er bij rekende.
Gladstone. als Peellist, overgeloopen uit het Conser
vatieven Kamp naar het Liberale, zag nu hoe zijn me
dedinger ln dat Conservatieve Kamp een bijzonder
machtige positie verkregen had. Er was In ollt geval
nu een zuivere politieke atmosphqer geschapen; behal
ve dan een vyftig wilden stonden een grooto Conser
vatieve Party onder Benjamin Dlsraëli, cn een groote
Liborule Party onder Wllllam Gladstone, tegenover el
kaar en zouden jaren en jaren achteroen tegenover el
kaar staan, ook lang nog na don dood der belde emi
nente leiders.
Wy zullen zien, hoe de zaken zich nu verder ontwik
kelen en wy zullen, wanneer nu van den zomer ln En
geland de groote verkiezingen plaats hebben, beter da
actie der Conservatieven begrypen.
Wordt vervolgd.
DE POORTEN VAN HET PALAZZO LANCELOTTL
Nu dezer dagen in Rome de groote verzoe
ning tusschen Staat en Vaticaan tpt stand geko
men is, heeft ook het paleis Lancelotti zijn
poorten weer geopend, nadat zij bijna een zestig
tal jaren gesloten zijn geweest. Voor 59 jaar te
rug namelijk gaf prins Filippo Lancelotti bevel,
ze voor altijd te sluiten, als teeken van diepste
trouw aan den Hoiligen Stoel en het meest
heftig protest tegen den Staat. Nooit meer zou
den ze geopend worden. Niemand werd van
dat oogenbli'k af meer in het paleis toegelaten,
en wat voor velen zeker het droevigste ge
volg was niemand zou ooit meer de daar
bewaarde schitterende copie van den beroemden
discuswerper zien, welke de beste in haar soort
heet te zijn, de eenige, waaraan het hoofd niet
mankeerde. Tevergeefs smeekten de talrijke
archeologen en kunstenaars er om, dit meester
werk van Grieksche beeldhouwkunst een oogen-
blik te mogen zien. Niet eens op voorspraak
van den tegenwoordigen ex-keizer Wilhelm II,
die toch in dien tijd voor zeer invloedrijk gold,
gehikte het, den Italiaanschen vorst daartoe te
bewegen, voor een Duitsch geleerde een uitzon
dering te maken. Don Filippo bleef onverbid
delijk.
Na zijn Idood kwam de vorstin getrouw alle
genomen schikkingen van haar gestorven ge
maal natot voor eenige dagen terug. Toen
liet zij een mooie rood-wit-groene vlag koopen
met het wapen van het Huis Savoia er op, een
tweede wit-gele met de tiara (de drievoudige
pauselijke kroon) liet ze van den zolder te voor
schijn halen, waarna zij bevel gaf, de deur van
het paleis te openen.
En wanneer tot op het oogenblik een paar
bijzonder hardnekkige twijfelaar misschien
nog steeds niet mochten gelooven aan 'het won
der van de groote verzoening, dan zal ook deze
twijfel nu wel zijn gebroken, want elke Ro-
mein weet, wat het beteekent de poorten van
het Palazzo Lancellotte staan weer open.
o
DE ZINDELIJKE ZOON. Faverio de Biasse, bewo
ner van Argentinië's hoofdstad, Buenos-Aires,
is om zijn zucht voor zindelijkheid in het gek
kenhuis terecht gekomen. En dat kwam zóó:
Faverio de Biasse de naam klinkt als van
ouden adel afkomstig ver-halve-zoolde schoe- j
nen, verkocht veters en schoensmeer en verdien-
de trots dit eenvoudige ambacht geld. Zooveel
geld, dat hij aehtduixend peso» op da bank had
staan. Op deze bankrekening was hij met recht
trots, en hij liet zich geenszins wijs maken, dat
het geld hem van zijn verstand beroofd had,
was het dan ook, dat zijn gevoel van eigen
waarde er niet weinig door toegenomen was.
Dat hij vanaf den 13den December 1024 tot den
Oden April 1926 wegens geringe onregelmatig
heden in zijn denkvermogen eenige rust heeft
genoten, wist nauwelijks iemand. Bovendien
deed het niets ter zake, want hij was daaruit
als volkomen genezen ontslagen.
Hij begon zijn vroegere leven van nieuw af
aan, verdiende geld, spaarde, en er was niets op
zijn gedrag aan te merken, behalve dat hij nog
ar eens met zijn oude moeder overhoop lag. Van
tijd en wijle kwam er zoo'n jammerlijk ge- j
schreeuw uit het huisje, dat moeder en zoon
bewoonden, dat de buren er van schrokken en
nieuwsgierig te hoop liepen. Maar het was nog
altijd met een sisser afgeloopen, totdat onlangs
in zijn woning Faverio met ettelijke messteken
in een bloedplas werd gevonden. Hij was niet
bepaald zwaar gewond en in een toestand, dat
hij gemakkelijk over zijn daad tot het plegen
van „hara-kiri" ondervraagd kon worden.
De oorzaak van het voortdurende gekibbel1
was eenvoudig deze, dat de 72-jarige, eerwaar
de moeder van Faverio, een bijna panischen
schrik voor water had. Vijf jaren waren er ver-
loopen, sedert zij voor de laatste maal haar
lichaam met water in oppervlakkige beroering
had gebracht. Zij was er toen volslagen ziek
van geworden, hetgeen ze dan ook niet anders
verwacht had. Of Faverio al met zachte woord
jes probeerde, het hielp niets, de eerwaarde
Mari Antonia had van een verschoonings-kuur
niets terug. Begrijpelijk, dat Faverio bij een van
zijn gerechtvaardigde zindelijkheidsbevliegin
gen zich wel eens niet langer in kon houden.
Hoe meer het tegen het einde van den zomer
liep, hoe meer werden zijn reukorganen op de
proef gesteld door de geuren, die het oudje dan
begon uit te stralen. Toen hij het tenslotte niet
langer kon uithouden, nam hij haar met zich
mee naar het klooster, waar hij den prior bad,
haar daar op te nemen. Maar de prior kneep
zijn neus dicht en stelde voor, „dat ze maar
eens „bij de volgende deur" zouden probeeren.
Ten einde raad besloot Taverio nu zijn moeder
dan desnoods met geweld en eigenhandig te
wasschen.
Het oudje schreeuwde echter, alsof ze aan het
spit boven het vuur hing. De bewoners van de
heele straat schoolde tezamen, de politie kwam
er bij te pas, en Paverio, die toch achtduizend
pesos op de bank had staan, zag de schande
zoo reuzengroot voor oogen, dat hij een keuken
mes nam, en er zichzelf verscheidene malen
mee in den buik stak. De politie er bij! Zooiets
kea hij niet dulden. Hij wist, wat hij aan da
eer van zijn vaderland verschuldigd was: „De
Argentijnen zouden weten, hoe een Italiaan
stierf".
De politie bracht Faverit) naar het ziekenhuis,
waar men zijn wonden verbond en tot de con
clusie kwam, dat hij toch nog te vroeg als „vol
komen genezen" was ontslagen, weshalve hij om
zijn streven naar zindelijkheid opnieuw in het
krankzinnigengesticht terecht kwam. Ondanks
zijn achtduizend pesos op de bank. Zijn moeder, BE
die, zooals uit het bovenstaande is gebleken, met
betrekking tot zindelijkheid een ander inzicht
had dan haar zoon, onderging hetzelfde lot en
is nu van staatswege sedert vijf jaren voor de
eerste maal eens grondig aan een behandeling
met boender en zeep onderworpen.
o I
HET OPHANGEN VAN DEN „SCHEUVEL". De
ouderwetsche, lange winter, heeft in de Drent-
sche dorpen een eigenaardig oud gebruik, ge
tuigende van sportieven zin, weer algemeen toe
passing doen vinden, wordt aan de N.R.Ct. ge
schreven. Wij bedoelen het ophangen van den
„scheuvel" of schaats in een naburig dorp, wat
een uitdaging inhoudt tot een wedstrijd van
dorp tegen dorp.
Aan een brug of in een herberg in het eene
wordt door een „scheuvellooper" uit een ander
dorp een oude schaats opgehangen en daarbij
wordt afgekondigd, dat men op nader te bepa
len dag en uur bereid is te komen kampen met
tien of vijftien dorpsgenooten tegen een gelijk
aantal van de tegenpartij. Soms geschiedt deze
uitdaging mondeling, is er niemand aanwezig,
dan wordt een briefje aan de schaats gebonden.
Wordt de uitdaging aanvaard, dan snijdt een
rijder uit de uitgedaagde plaats de schaats af
en plaats en tijdstip worden nader bepaald. Het
laten hangen van den scheuvel gold als be
wijs, dat men niet „duurst" (durft) en is een
schande voor het dorp.
De wedstrijd zelf is een gebeurtenis van de
eerste orde en heeft groote belangstelling. Win
naar is het dorp, dat het grootste aantal series
wint, strcekkampioen wordt het dorp, dat de
meeste andere dorpen verslaat.
Verliest de jongelingschap, dan trachten veelal
de ouderen de dorpseer te redden door gehuw
de „loopers" uit het dorp der winnende jonge
lingschap uit te dagen.
En ook heeft zich het geval voorgedaan, dat
een groep hardrijders uit Zuid-Barge verloor
van de Noord Bargers, waarop Zuid Barge een
„zwierscheuvel" (kunstschaats) in Noord Barge
ophing. De kunstrijders van Zuid Barge wonnen
en zoo was de dorpseer gered!
Er zijn groepen rijders die nu al een dag of
veertien dagelijks van huis waren om wedstrij
den te houden, met geen andere winst dan de
m I
Met geen anderen inzet dan die eer hobèen
doze wedstrijden, waarvoor do animo, ondanks
den langen duur van den winter, niet vermin
dert, iets zeer sympathieks.
En men zij er van verzekerd, dat hierbij niet
tevoren de uitslag wordt bepaald, zooals helaas
bij de groote gold-wedstrijden nogal eens het
geval schijnt te zijn.
o
RIDDER MET DE ROODE BLOEM. Onlangs
kreeg in Havanna de Spaansche zangeres, Pilar
Asnaz, bij het verlaten van haar auto een dolk
steek in de linker schouder. Dit pijnlijke voorval
zou nóch merkwaardig, nóch ongewoon zijn
in Havanna zeer zeker niet was het niet, dat
deze gebeurtenis een zonderlinge vóórgeschiede
nis had.
De schoone Pilar Aznar werd namelijk sedert
de laatste twee jaren als door een tweede scha
duw vervolgd. Waar zij ook was, in Madrid of
Barcelona, in Bogota of Mexico, en ten laatste in
Havanna overal dook in haar nabijheid een
stille man op, die haar met hartstochtelijk be
wonderende blikken aanzag, die genadiglijk
boog, wanneer zij voorbijging, geen concert ver
zuimde, waarin zij optrad, en steeds een roode
bloem in het knoopsgat droeg. Overigens was
hij altijd zeer 'bescheiden en terughoudend, en
Pilar Aznar zou hem waarschijnlijk nooit opge
merkt hebben, wanneer haar niet dagelijks bloe
men, bonbons of iets dergelijks werden gestuurd,
altijd met een begeleidend briefje, waarin ie
mand, die zich geheimzinnig „El Caballero con
la flor roja", „Do ridder met de roode bloem",
noemde, haar zijn liefde in vurige woorden be
tuigde. Maar altijd zeer hoffelijk, zoodat er niets
op aan te -merken viel. Pilar Aznar verheugde
zich over de bloemen, genoot naar waarde van
de 'heerlijke zoetigheden, las de briefjes, welke
zij misschien daarna in de papiermand wierp.
Allengs echter begonnen de liefdesbetuigingen
steeds meer hartstochtel ij kte worden, en ten
slotte zoo stormachtig, dat de zangeres vond,
dat het begeleidend schrijven voortaan wel ach
terwege kon blijven. En daar zij niet wensch-
te, den Caballero persoonlijk te ontmoeten, gaf
zij hem duidelijk te verstaan, dat hij zich verdere
moeite wel kon sparen. Waarop hij besloot,
haar te dooden
Dat zulks hem niet gelukte, was een ware ver
heugenis. Maar dat hij zich on-heroïsch een
poezie-loos door de politie liet gevangen nemon
en een jammerend klaaglied aanhief, nam men
hem zeer kwalijk. Van een romantischen „Rid
der -met de roocle bloem" had men -meer ver
wacht. Dat hij zichzelf na zijn daad direct had
doorstoken, of minstens in het klooster gegaan
was.