r GEESTELIJK LEVEN. Dll 1 en ÏVIJK Derde Blad. De inbraak in de Berlijnsche kluis. I Van het westeiijk front geen nieuws". ,77'dat erveeI ïnderdat hli 8rgwaan ^g" Fransch militair dokter beschuldigd. ;en, ikba Gemengd Nieuws. vo Ontploffing in een potloodfabriek. Den weg over den grooten St Bernard versperd. Oceaan. Tornado in Nebraska. Het donker Berlijn. lor l maat laten, ovet. (lieren Zaterdag 27 April 1929. 72ste Jaargang. No. 8449 deruitspruitsels, als Kemmerich al lang niet meer bruüMUjke route», jd© leeft. Ik zie ze vóór me: ze zijn gedraaid als kurken trekkers en groeien en groeien; ook de haren op zijn uiteenvallenden schedel blijven groeien, zooals gras in goeden grond, net als gras, hoe is het toch mo gelijk Müller bukt zich. „We hebben je spullen meege bracht, Franz". Kemmerich wijst met zijn hand. „Leg ze maar on der mijn bed." Müller doet het. Kemmerich begint weer over zijn horloge, schappijen hebben orders gegeven la overeenstemming met deze waarschuwing. EN HAAR GEVOLGEN, Proces tosschen de bank en de safehoudars. Ijzen, Naar Wolff uit Berlijn meldt, heeft de Dl». lijden, tiet heatu vouiliaddcn. Müller duikt weer op met een paar vliegenierslaar- der schade, hun btj de inbraak In de kluls-inrichtlng Maar daarom hebben ze het in onze oogen juist zoo zen. Het zijn prachtige, Engelsche schoenen van zacht, berokkend, te weigeren, laten varen, leelijk afgelegd. geel leer, die tot de knie reiken en tot bovenaan toe Ba onderhandelingen met den juridisdhen raadsman De woorden, welke hierboven staan, zijn de titel Ze hadllen ™°r ons> achttienjarigen, de bereidde- dichtgeregen worden, een begeerlijk bezit. Müller is fvan een boek geschreven door den Duitscher Erieh iaars ei^ de Sids^n moeten zijn naar de wereld van er over in de wolken, hij 'houdt de zolen tegen zijn 1 men, dat zij, 60 pCt. der geleden schade zal vergoeden. Maria Remarque. Het is in het Nederlandsch ver- f taald door de befaamde schrijfster Annie Salomons, de groote menschen, de wereld van den arbeid, den eigen lompe schoenen en vraagt: „Wou je die laar- Zij heeft ln verband hiermede reeds 10.000 mark uit- plicht, de beschaving en den vooruitgang; naar de zen meenemen, Franz?" betaald. Remarque heeft zijn boek de wereld ingezonden met toe^omst. We lachten hen dikwijlsuit en hielden ze MR Zijm 2ns| uurj ipei chrfl een motto, dat de bedoeling van zijn werk verklaart. !IfDit boek", zoo zegt hij daarin, „wil noch een aan klacht noch een bekentenis zijn. Het wil alleen een poging wagen, een beeld te geven van een generatie, die door den oorlog vernield werd, ook als ze aan zijn granaten wist te ontsnappen'" Over dit boek wil ik een drietal artikelen schrijven. Ik heb het gelezen en het heeft me diep geschokt. Ik heb het gelezen in één ruk, omdat het mij vasthield, zóó vasthield dat ik me er niet van kon losmaken. En toen ik het neerlegde, stond voor me vast, dat ik er over moest schrijven. Want ik wil op die wijze er toe medewerken, dat het bekend wordt in wijden kring. Mijn waarde lezers, dit boek mèg u niet onbekend blijven. Dit rhoet ge koopen, lezen, laten lezen. Geeft het ook uw oudere kinderen, uw jongens vooral 1 Want dit is een boek, dat bestemd is om duizenden de oogen te openen voor wat zij nog maar altijd niet schijnen te beseffen, n.1. dat de oorlog een ramp is, zóó groot,, zóó ontzettend dat hij in niets wordt overtroffen. Hebt gij wel eens gehoord van het boek „De hut van oom Tom"? Het verscheen in Amerika vele tien tallen van jaren geleden. Het was een aanklacht te gen de toen nog bestaande negerslavernij. Het be werkte een zóó groote ommekeer in het denken der ischen, het trof zóó machtig hun diepste gevoe- dat het daardoor een der oorzaken werd van de opheffing der slavernij. I Wat die hut van oom Tom is geweest ten opzichte van de slavernij, zou een boek als dit van Remarque ikunnen worden ten opzichte van den oorlog. Daarom wil ik er over schrijven om 'het onder uwe aandacht te brengen. Ik zal het bespreken, ik zal uit- We denken alle drie hetzelfde: zelfs als hij weer teN">n' d" j Le compromis met kunnen, vereenigen en processen aan- voor den gek, maar eigenlijk hadden we een groot gezond werd, zou hij er toch maar één kunnen ge- bangig gemaairt, waarbijvergöeding*'voor de "ge- vertrouwen in hen. Met het begrip „autoriteit", waar- bruiken; ze zouden dus voor hem toch geen waarde heele geleden schade eischen. van zij de dragers waren, hing in onze gedachten j meer hebben. Nu het er zoo mee staat, is het zonde,111 een der processen heeft de rechtbank de Disconto- samen dieper inzicht en echt jnenschelijlt begrip. als ze hier 'blijven; want de hospitaalsoldaten zul- "reed-wgen aan te toonen, welke speciale Maar de eerste doode, dien we zagen, deed die over- ien ze natuurlijk wegkapen, zoodra hij dood is. inrichting had'getroffen, V°°r er uis' tuiging ineenstorten. Wij moesten erkennen, dat onze Müller herhaalt: „Wil je ze niet hier laten?" generatie eerlijker was dan de hunne; zij overtrof- Kemmerich wil niet. Ze zijn het mooiste, dat hij fen ons alleen in phases en in handigheid. Het eer- heeft. ste trommelvuur maakte ons onze dwaling bewust HWe zouden kunnen ruilen", stelt Müller weer en tegelijk begaf ons de wereldbeschouwing, die zij voor, „hier in de loopgraven kun je zooiets niet ge- ons hadden bijgebracht. Terwijl zij nog schreven 'en bruiken". Maar Kemmerich is er niet toe te bewegen. Ik trap Müller op zijn voet; hij legt de mooie laar- redekavelden, zagen wij hospitalen en stervenden; j terwijl zij beweerden, dat het dienen van den staat WEGENS MISHANDELING ZIJNER PATIëNTEN. Draadloos wordt uit Parijs gemeld, d.d. Donderdag: Kolonel Léon, chef-chirurg aan het militaire hos- het hoogste is, wisten wij al, dat de angst om te ster- 7Pn nnwillie- weer onder het bed t - ven grooter is. We aioegen daarom nog niet aan hetWe praten nog een fceetje en nemen dan afscheid, nomen. 6 °nS' 66 °ntS &g Ult functie ge" muiten; we werden geen deserteurs of lafaards; „Houd je goed, Franz." al deze uitdrukkingen namen z ij zoo makkelijk in Dan verlaten de vrienden den zwaargewonden Kem- den mond; we hielden net zoo veel van ons vader- merich, die daar ligt met een afgeschoten been zon- De zaak, waarop in bovenstaand telegram wordt gedoeld, hield sedert eenige dagen de openbare mee ning bezig. Gedurende de jongste weken waren voortdurend land als zij en bij eiken aanval gingen we er moedig der het te weten. Een korte p00s daaraa de onge-1 emsüg^chten'Tn^ko^nveThet ontreden™" op los, maar we konden nu onderscheiden; we iukkige dood. En dan vervolgt de schrijver aldus: den kolonel Léon, die zijn patiënten op dusdanige hadden ineens leeren zien. En we zagen, dat er van gaan naar onze barakken terug. Ik denk aan gruwelijke wijze zou hebben behandeld, dat zij er hun wereld niets overbleef". den brief dien ik morgen aan de moeder van Kem- j ™raJr. liol?amelijk letsel door opliepen. Zijn chirur- Dat is de eerste ontgoocheling van den soldaat. Zoo- merich zal moeten sohrijven. Ik heb het koud, ik zou gtotaW gevolge tabbm Tüdra.d^om^M dra hij met de werkelijkheid van den oorlog kennis wel een borrei willen hebben. Müller trekt grasjes sprak de medicus zijn slachtoffers op hondsche wijze maakt, voelt hij hoe alle verhevenheid daaraan ont- ui, den grond en bijt er opi opeens gooit de kleine toe. breekt en tot zijn bewustzijn dringt door waartoe Kropp zljn cjgaret weg, trapt 'm nijdig uit met een Toen het klachten begon te regenen, verwittigde ge- men hem heeft gevoerd, waarvoor opgeleid. Hij ultgeputi verwilderd gezicht, en stottert: „Verdomde f®rfaLCar®°C?l.Che' Van h,at mlUtalr f af weet zich een rampzalig slachtoffer van holle phra- roUool. di0 verdomde rotzooi.1. van oorlog er van.' Palnlevé ga' ses. Hij doorschouwt den leugen van het nationale j Wordt vervolgd in het volgende Zaterdagnuimmer. idealisme. Het wordt heel 'kort gezegd dit alles. Voor mij schuilt de geweldige kracht van dit boek juist hierin, dat er nergens ook maar een spoor te vinden is van pro paganda, van tendenz. Nergens poogt de schrijver ASTOR. Uil, zing em :hter \RTEl fOift oeteD er va Mei Luize foerige aanhalingen geven, om u te prikkelen naar een bepaalde meening met opzettelijkheid, met aan- het boek te grijpen. Want ik ben er absoluut van dranS te verkondigen. Juist daarom maakt alles des overtuigd dat de lezing van dit boek in breeden kring ta ™far indruk. &i ook daar waar hij de gruwelijk- een geweldige uitwerking moet hebben. Waarom? Omdat het zoo sober is, omdat het op elke bladzijde den indruk wekt van eerlijkheid en oprechtheid, van een streven om de werkelijkheid te laten zien zonder eenige poging tot overdrijving. Wij vinden in dit boek de beschrijving van het le ven aan het oorlogsfront, het leven van een gewoon soldaat. Al wat hij ondervindt maken we in gedach ten mee: zijn angst,, zijn ellende, zijn kleine genoe- order onverwijld den inspecteur van den geneeskun digen dienst, generaal dr. Toubert, naar C.halons te zenden. Deze keerde na enkele dagen terug en ver klaarde, dat de klachten weliswaar overdreven wa ren, doch dat niettemin een overplaatsing, of ter be schikking stellen van kolonel Léon gewenscht zou zijn. ii En we zijn nog niet ver gevorderd in het boek of dit staat al voor ons vast: van de romantiek van den oorlog blijft niets, niets, niets over. Dat onder vinden de soldaten al heel gauw. Dan komen ze tot de ontdekking dat ze misleid zijn door valsche leuzen en voorstellingen. Een groep soldaten zit bijeen. Ze waren op dezelfde school en de heele klas had zich door den leeraar Kaniorek laten bepraten om vrijwillig in dienst te gaan nog vóór zij naar hun leeftijd moesten opko men. Eén heeft een brief van Kantorek ontvangen en zegt „jullie moet de groeten hebben". En dan zegt de schrijver: „We lachen. Müller gooit zijn sigaret weg «n zegt: ,4k wou, dat die vent hier was". En dan gaat de schrijver door: Kantorek had bij de gymnastiekles zóó lang tot ons gesproken, tot onze klasse onder zijn leiding zich als één man bij Óen plaat.selijken commandant als vrijwilliger ging opgeven. Ik zie hem nog voor me, zooal9 hij ons door zijn brilleglazen heen met fonkelende oogen aanzag, terwijl hij met bewogen stem vroeg: „Jullie gaat toch mee, vrienden?" Die opvoeders hebben hun gevoel zoo dikwijls in hun vestjeszakje bij de hand zitten; ze geven het dan ook per lesuur uit. Maar daar dachten we toen nog niet bij. Een van ons weifelde weliswaar en wou eigenlijk niet mee. Dat was Jozef Behm, een dikke, gemoe delijke kerel. Maar hij liet zich overhalen; anders zou hij zich onmogelijk hebben gemaakt. Misschien waren er ook wel meer, die er zoo over dachten als hij, maar niemand kon er zich goed aan onttrekken, want het woord „laf" lag in dien tijd zelfs onzen ouders vóór in den mond. De menachen hadden er Boen van allen een flauwe notie van, wat ons te wachten stond. Eigenlijk waren de armen en de een voudigste menschen het verstandigst; »ij beschouwen den oorlog al bij het eerste begin als een ongeluk; toaar de beter gesitueerden waren buiten zich zelf van blijdschap, ofschoon zij juist veel beter hadden kunnen weten, wat de gevolgen zouden zijn. Katczinsky (dit is een der kameraden uit de klasse) beweert, dat dat van de ontwikkeling komt; die aiaalct onnoozel. En wat Kat zegt, daar heeft hij goed over nagedacht. Het was eigenaardig, dat 'Behm een van de eersten was, die sneuvelde. Hij kreeg bij een stormaanval een schot in zijn oogen en we lieten hem voor dood liggen. Meenemen konden we hem niet, omdat we hals over kop terug moesten. In den namiddag hoorden we beni plotseling roepen en zagen hem tusschen de linies rondkruipen. Hij was alleen bewusteloos ge weest. Omdat hij niets zien kon en gek was van de Pijn, bekommerde hij zich niet om dekking en werd van den overkant neergeschoten, voordat iemand Vah ons er op af kon gaan om hem te halen. Ja kan voor dien dood Kantorek niet aansprakelijk stallen, waar zou het met de wereld heen moeten, ^'s je hier al van van schuld wilde spreken! Er zijn uizenden Kantoreks geweest, die er allemaal van ste dingen vertelt en beschrijft, blijft hij sober in zijn uitdrukkingen. Vreemd is hij aan alle effectbejag en daardoor bereikt hij het grootste effect. Laat ik een voorbeeld hiervan geven; men zal dan bemerken welk een kracht er schuilt in des schrij vers stijl. TALRIJKE DOODEN EN GEWONDEN. Wolff meldt uit Neurenberg, d.d. Donderdag: In de Mars-Bleistiftfabrik I. S. Stadtler had heden middag op de derde verdieping een ontploffing plaats. Een der vrienden, Kemmerich, is gewond. Eenige Terstond na den Ichal sloegen de vlammen uit de ramen der anderen gaan hem bezoeken. van deze etage. De brandweer was na drie kwartier „In het veldhospitaal is het druk; het ruikt er als het vuur in zooverre meester, dat er geen gevaar meer bestond, om halfzes kon zij inrukken. altijd naar carbol, etter en zweet. We zijn m de ba- Zes ^rsonen kwamea in"de vtemmen om, tien wer- rakken ook wel een en ander gewoon, maar hier zou den gewond, van wie velen zwaar. Twee dezer laatsten je toch misselijk worden. We vragen tot we Kem-1 zijn in het gasthuis overleden, zoodat het aantal doo- merich gevonden hebben; hij ligt in een zaal en ont- den a°ht bedraagt- Vier lichter gewonden konden naar huis terugkeeren. DOOR EEN SNEEUW-LAWINE. vangt ons met een zwakken glans van vreugde en hulpelooze opwinding. Terwijl 'hij bewusteloos was, I hebben ze zijn horloge gestolen. Müller schudt zijn hoofd: „Ik heb je altijd wel ge-1 Nadere bijzonderheden. De derde verdieping is grootendeels uitgebrand. Het personeel, 31 vrouwen en twee mannen, kon slechts met zegd, dat je zoon mooi horloge met meenemen moet, £oelt(J wordeI1 gered| vooraJ ten gevolge de sterk0 als je naar den oorlog gaat. i rookontwikkeling en de paniek, welke oorzaak waren, Müller is wat onbenullig en eigengereid. Anders fat Uitgangen bijna niet kon vinden. Hieraan is ook het groote aantal slachtoffers toe te schrijven, zou hy zijn mond houden, want iedereen ziet, dat Een 3prodg met braadeade mt het Kemmerich deze zaal niet meer uitkomt. Het komt raam en was op slag dood. er niet op aan, cf hij zijn horloge terug krijgt; op z'n 1 -00 dooden zijn onherkenbaar verkoold, zoodat de hoigst zou je 't naar zijn familie kunnen sturen. identificatie groote moeilijkheden oplevert. Tot dusver ara Tjr konden slechts twee arbeidsters door een verlovingsring „Hoe gaat het met je, Franz? vraagt Kropp. cn cen worden herkend. Kemmerich laat zijn hoofd hangen, ,,'t Gaat nogal; I De oorzaak der ontploffing is nog niet vastgesteld. ik heb alleen maar zoo'n verdomde pijn in mijn voet". We kijken naar zijn voeteinde. Zijn been ligt onder een vlechtwerk van ijzerdraad; het dekhed bolt Het ijsbergen-geVaaT ill den Atlantisrhpn er dik overheen. Ik trap Müller tegen zijn scheen, want 'hij zou in staat zijn tegen Kemmerich te zeg gen, wat de hospitaalsoldaten ons in den gang ook al verteld hebben: Kemmerich hééft geen voet meer. j Het been is afgezet Hij ziet er vreeselijk uit, geel en vaal; in zijn gezicht zijn al die eigenaardige lijnen, die wo zoo goed kennen, omdat we ze al honderd- i maal hebben gezien. Eigenlijk zijn het geen lijnen,1 ZOO HOOG ALS SKYSORAPEBS» Hachelijke oogenbUkkeu voor de „Pennland". In het Noorden van den! Atlantischen Oceaan drijven nog steeds veel ijsbergen rond. Een Engelsoh stoonu- het zijn meer merkteekens. Onder de huid klopt het schip is Woensdag met een vertraging van 24 uur te leven al niet meer; het is al naar buiten gedrongen I New York aangekomen, daar het onderweg in een tot aan den rand van het lichaam; de dood werkt ™,d van. terecht was gekomen. Enkele .A I bergen steken tot 80 meter hoog boven het water uit. zich van binnen uit naar buiten; de oogen heeft hy De groote Engelsche scheepvaartmaatschappijen willen al in zijn macht. Daar ligt onze vriend Kemmerich;gedurende de eerstvolgende wek^n haar schepen een kort geleden heeft hij nog paardevleesch met ons ge-meer zuidelijke route laten volgen om hen' niet aan braden en dekking gezocht in denzelfden granaat- het gevaar van de ijsbergen bloot te stellen. De weg over den grooten St. Bernard aan de Zwit- sersch-Italiaansche grens is door een lawine over een lengte van ongeveer 75 meter versperd. De sneeuw ligt op dit gedeelte 6 a 7 meter hoog. Of ook personen door de lawine bedolven zijn, i%op het oogenblik nog niet bekend. De Zwitsersche regeering heeft terstond troepen gezonden, die Woensdagnacht een smallen weg door de sneeuw hebben gegraven, zoodat het verkeer thans in beperkten omvang weer mogelijk is. NIEUWE OVERSTROOMINGEN IN HET MISSISSIPPLDAL. Reuter meldt uit New York: Door tornado's, welke den staat Nebraska teister den, is groote schade aangericht aan den landbouw. Er zijn verscheidene gewonden. Nieuwe overstrooraingen in het dal van den Mis- sissippi hebben ongerustheid gewokt en als de was sterker wordt.vreest men, dat' de dijken onder den druk van het water zullen bezwijken. INVALLEN IN VERDACHTE HUIZEN; TWEE ARRESTATIES. trechter; hij is er nog en toch is hij er niet meer; zijn beeld is uitgewischt en onduidelijk geworden, als een photografische plaat, waarop twee opnamen over elkaar heen zijn gemaakt. Zelfs zijn stem klinkt uitgebrand. Ik denk er aan, hoe we indertijd vertrokken zijn. Zijn moeder, een goede, dikke vrouw, bracht hem naar het station. Ze huilde zonder ophouden, haar gezicht was er dik en gezwollen van. Kemmerich geneerde er zich over, want ze hield zich het minst goed van allemaal, ze loste heelemaal op in vet en water. Bovendien had zij het op mij voorzien; tel kens weer greep ze mijn arm en smeekte me, een beetje op Frans te letten. Hij had dan ook een ge zicht als een kind en zulke weeke botten, dat hij, na vier weken met een ransel te 'hebben geloopen, al platvoeten kreeg. Maar hoe kan je nu in den oor log het oog op iemand houden 1 „Nu zul je naar huis mogeij", zegt Kropp; „anders Tusschon de U «bergen. Omtrent het avontuur van het passagiersschip de „Pennland", dat op weg was van Antwerpen naar Amerika, maar het toen te kwaad heeft gekregen! met ijsbergen en dientengevolge een meer Zuidelijke route heeft moeten kiezen, worden) neg de volgende nadere bijzonderheden ln de Engelsche bladen, aangetroffen. Hieruit blijkt dat de „Pennland", die vierhonderd pasagiers aan boord had, op een gegeven oogenlbllk doorreusachtige Ijsbergen omringd was, waarvan het gekraak ln de duisternis kon worden gehoord, wan neer fragmenten in den vorm van skyscrapers van de ijsbergen zelf losscheurden, .hetgeen! dikwijls leek op het dreunen van kanonnen. Urenlang bevond zich het stoomschip in direct gevaar te worden vernietigd, zoo dat de passagiers een slapeloozen nacht doorbrachten. De kapitein verklaarde dat één Ijsberg een' uitgestrekt heid had zoo groot als Hydepork en glinsterende pieken had van wel zeventig meter hoogte. De „Pennland" was verplicht vaart te minderen tot een vierde van haar gewione snelheid en tenslotte geheel te gaan stil liggen. Het schip ontliep de ijsvelden tenslotte door had je nog wel drie of vier maanden op verlof moe- j zeer voorzichtig met halvekracht er door heen te ste- ten wachten". Kemmerich knikte. Ik kan niet goed naar zijn han- I venen. De ijsbergen kooien bijna een maand vroeger uit de Noordelijke IJszee afdrijven dan gewoonlijk. Het Hy- De Berlijnsche crimineele politie is door een toe val een misdadigersbende op het spoor gekomen, die uit het rijk en uit Berlijn zelf jonge, onervaren meisjes in handen van Berlijnsche koppelaarsters, die haar vak onder den naam van „massage-instituut" uitoefenden, trachtte te brengen. Twee van zulke „instituten", een in één huis aan de Friedrichstrasse en één in een huis aan de Win- terfeldstrasse zijn door de crimineele politie met een groote politiemacht gesloten. In heide huizen werden minderjarige meisjes, onder wie een uit een ver- beteringsgesticht weggeloopen meisje aangetroffen. Twee mannen, die er ernstig van verdacht worden, de aanvoerders van zulk een bende van meisjeshan delaars te zijn, zijn gearresteerd. EEN SNELLE REDDINGBOOT. Voor in zee gevallen vliegers. De Engelsche reddingsmaatschappij deelt mede, dat een nieuw soort snelle reddingboot gebouwd zal worden, die 17 18 knooperï zal loopen en bestemd is voor het Kanaal. De kosten bedragen 7 8000 pond en de stand plaats zal Dover zijn. Deze boot zal speciaal bestemd zijn voor het red den van de inzittenden van vliegtuigen,, die op zee hebben moeten dalen. De afmetingen zullen 60 bij 14 voet zijn. Eir zullen twee hutten aan boord zijn, waarin ongeveer 50 menschen kunnen worden onder gebracht. Het schip wordt voorzien van twee machi nes, ieder van 375 P.K. en van een draadlooze instal latie met zendinrichting. DE DOODSTRAF IN DUITSCHLAND. Vodzoekschrift om af te schaffen. Naar de „Koln. Ztg." meldt, heeft een aantal kun- den kijken, ze zijn als was. Onder zijn nagels zit nog BuTn ™™c°hVt7" hfit. vuil van rlp.n 1nnno-r«flf- io Klmiur.>n>rna 1richten, ontvangen, van. het .natrcnllleRftMn TomM" IZIJ, m verband met de het vuil van den loopgraaf; het fs blauw-zwart, alsof het vergiftig was. Ik moet er aan denken dat deze nagels zullen blijven doorgroeien tot spookachtig kel- rlchten, ontvangen van het patrouilleechip „Tampa" en van andere schepen, de waarschuwing aan de scheepvaart doen uit gaan, „de extra Zuidelijke route" te nemen, die veertig mijl Zuidelijker ligt dan de ge- a.s. beslissing over behoud of afschaffing van de doodstraf, met klem protesteeren tegen de handha ving van deze strafen er o.a. op wijzen, dat ook het Ooatenrijksche strafrecht haar niet meer kent

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1929 | | pagina 9