Jlpiiti Nitiws-
Ftllli!-
Uitgevers: N.V. v.h. TRAPMAN Co., Schagcn.
Eerste Blad.
Arrondissements Rechtbank
te Alkmaar.
.RM&MErLK
ZEtETP
MET tiErT AMKErR
D^bbelm^NN
Land- en Tuinbouw
hts over draaihartigheid in kool.
Woensdag 5 Juni 1929.
72ste Jaargang No. 8469
Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder
en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver-
tentiën nog zooveel mogelijk in het eerstuitlcomend nummer geplaatst.
POSTREKENING No. 23330. INT. TEÏ.EF. No. 20.
Prijs per 3 maanden fl.65. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN-
TIüN van 1 tot 5 regels f 1.10, iedere regel meer 20 cent (bewijsno.
inbegrepen). Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN.
Zitting van Maandag 3 JunL
BELEEDIGING DOOR WOORD.
De nlet-aanwezige verdachte Willem Nic. B. te Hens
roek heeft op 21 Augustus ten huize van den landbou-
rei' P. de Vries dezen beleedigd door hem toe te voe-
en, dat hij verdachte reeds voor f 5.50 had opgelicht.
Ir bestond tusschen de heeren een kwestie over bieten
aad. Na verhoor van den beleedigde en den medege-
uige P. Rens, boerenarbeider te H.-Hugowaard, verdert
Ie heer Officier f 15 boet of 15 dagen en wordt ver
lachte veroordeeld tot f 10 boete of 5 dagen.
VERDUISTERING VAN GASMUNTEN.
Voor dit feit staat terecht de gehuwde 23-jarige mej.
oh. Regina G. te Enkhuizen Volgens de controleur der
asfabriek heeft deze geconstateerd dat de gasmeter de-
ect was en telkens munten verdwenen waren. Zij heeft
ip die wijze pl.m. f 50 ten nadeele van de gemeente ver-
luisterd. Het reclasseeringsrapport heeft tot concluisie
dvies tot het opleggen eener voorw. straf.
De officier requireert in aansluiting daarmede 3 maan
len voorw. met 2 jaar proeftijd. Vonnis 2 maanden gev.
oorwaardelijk met 2 proefjaren en o.m. de verplichting
iet toegebrachte nadeel ad. f 50 te vergoeden aan de
[emeente Enkhuizen.
HUISVREDEBREUK.
)e lange vletschïpper Womke G., oud 24 jaar, wonende
e 't Zand, staat terecht op grond van het feit, dat hij
a den laten avond van 14 Maart wederrechtelijk is bin-
lengedrongen in de woning, gebruikt door het bejaarde
ichtpaar K. Bras te Callantsoog en bovendien, de be-
aarde vrouw met geweld bij de borst heeft gegrepen.
Volgens het verslag van den 76-jarigen Bras heeft
erdachte de deur, gesloten met een haakje, met geweld
ipengerukt, en drong hij binnen tegen den wensch van
en bewoner.
Verdachte, verdedigd door Mr. Buiskool van Schagen,
rweert, dat van dit alles niets waar is. Niettemin heeft
ij, zooals Bras beweert, 14 dagen later getracht het
.kje met geld af te maken. Hij erkent zulks te hebben
;edaan, doch alleen omdat hij liever van de zaak af
pas, doch hij blijft volhouden, dat hij het feit niet heeft
epleegd.
Bras zegt echter beslist, verdachte te herkennen. Ook
de vrouw zegt verdachte te herkennen uit het gezicht
dat zij door de glazen zag.
Op de vraag van verdediger, erkent de vrouw den vol
enden morgen gevonden te hebben een bagagedrager
pan een fiets en een broodzak.
De officier beschouwt het feit in hoofdzaak al3 een
dronkenmansdaad, doch acht het gebeurde ernstig ge-
loeg om f 100 boete of 100 dagen te vorderen.
Mr. Buiskool tracht de mogelijkheid aan te toonen,
Jat zijn cliënt niet omtrent kwart voor elf in de woning
pan het echtpaar Bras is geweest, temeer daar de moe
ier van verdachte beweert, dat haar zoon te kwart over
reeds thuis was. De herkenning door de bejaarde
echtelieden acht pleiter niet vaststaande. Voorts brengt
pleiter ter sprake het vinden van een bagagedrager en
broodzak, en toont nader aan, waarom verdachte
leeft getracht de zaak geldelijk af te maken. Pleiter con-
ludeerde alzoo tot vrijspraak subsidiair een lichtere
FEUILLETON
DET. DUNN.
HOOFDSTUK L
HET LICHT IN DEN KLOKKENTOREN.
De Kerstklokken lieten hun laatste klanken weergal
men. Een donkere gedaante, snel voortsluipende in de
schaduw van den steenen muur, die de kerk van Lan-
chester omgaf, bleef luisterend stilstaan. Het was een
ellendige verhongerde man met holle wangen, de half
verschrikte, half wilde oogen van een vluchteling en
een gezicht bijna even wit als de sneeuw onder zijn voe
ten.
Zijn jas was één massa lompen. Zij hing hem tot op
e hielen en dq.t was maar goed ook, want daaronder
droeg hij gevangeniskleeren.
Hij wachtte slechts kort. Het volgende oogenblik rende
rj weer verder. Hij bereikte de kerkhofpoort. Weer
stond hij stil, aarzelde, duwde ten slotte de poort open
en zocht zijn weg tusschen de grafsteenen door naar de
kerk. Hij hurkte achter een der steenen neer en wachtte
Hij meende dat de dienst reeds geëindigd was en vree-
zende, dat de kerk gesloten zou worden, waagde hij het,
het portaal binnen te gaan. De gemeente lag op de
knieën, terwijl de zachte eentonige stem van den domi-
den zegen uitsprak. Hij wilde teruggaan, doch een
buiten hield hem tegen. De met rood baai overtrok
ken deuren, die van het portaal naar de kerk voerden,
stonden open. Hij glipte er achter. De geloovigen schui
felden naar buiten. Niemand bemerkte hem.
De klokken zwegen. De luiders kwamen naar beneden
langs de wenteltrap door de smalle boogvormige deur.
De laatste van hen liet die deur open
De verleiding van een onderdak was onweerstaan
baar. Drie nachten had hij onder den blooten hemel
geslapen, terwijl de ijskoude wind rondom zijn ver
kleumd, uitgehongerd lichaaam gierde; nu was er nog
sneeuw bijgekomen voor hem de gevaarlijke sneeuw
die eiken voetstap verried.
Hij had er daarom weinig zin in om de kerk te ver
laten. Hier wa3 hij ten minste beschut en dan was er
boete. Ook kon pleiter zich neerleggen bij een eventu-
eele verwijzing naar de instructie, waardoor meer licht
op de zaak kan worden geworpen.
De politierechter twijfelt echter en spreekt verdachte
vrij.
VERNIELING VAN EEN HEK.
De slager Klaas G. en de vrachtrijder Joh. K. te Wes
terblokker, zouden volgens dagvaarding op 20 Maart een
aan getuige Ott toebehoorend hek hebben omgetrokken
en daardoor vernield of althans beschadigd. De slager
Klaas G. woont in een gedeelte van het perceel door
Ott bewoond en er heerscht tusschen de buren eenig
verschil van meening over eigendomsrechten. Getuige
Ott probeerde nog de ramp te ondervangen, doch kon
het tegen de twee verdachten, die jonger en sterker wa
den dan hij, niet bolwerken. Verdachte G. is het abso
luut niet eens met den getuige en deelt dit den politie
rechter omstandig mede. Tweede verdachte zegt alleen
met een schop Ott te hebben bedreigd. Hij zeide dapper:
als je Gr. slaat, zal ik jou 'n opsodem... geven. Ott zegt,
dat K. veel meer zijn best heeft gedaan dan G., want die
was daarvoor te dronken.
Juffrouw Ott onderschrijft de verklaring van haar echt
genoot. Zij was erg zenuwachtig.
De officier vordert aanhouding der zaak, teneinde een
civiele beslissing af te wachten. De politierechter gaat
LICHT VAN KLEUL
EN FIJN VAN GEUF-J
OP SOEDE ZEEP STAAT:
nog iets de offerbus aan den muur dicht bij den in
gang van den klokkentoren.
Iedereen was nu weg iedereen, op den dominee na,
die nog bezig was in het koor. De oude koster had er
zoo naar verlangd om het Kerstfeest met zijn kleinkin
deren te gaan vieren en zijn Eerwaarde, Maurice Brad-
iey, had hem naar huis gezonden met de belofte, dat hij
zelf de kerk wel zou sluiten.
De vluchteling maakte zijn plannen. Hij zou den klok
kentoren binnensluipen en na een paar uur rust weer
naar beneden gaan, zich meester maken van den inhoud
van de offerbus en zijn zwerftocht voortzetten. De deur
zorgvuldig achter zich sluitend klom hij de wenteltrap
op.
De klokkenkamer was een vierkant vertrek, waarvan
de steenen muren er nog precies zoo uitzagen, als ze
een eeuw of drie geleden uit de handen van den bouw
meester waren gekomen. Aan den eenen muur hing
een bord waarop de heldendaden van gestorven of ver
trokken klokkeluiders waren vermeld. Door gaten in de
ruw houten zoldering hingen de klokketouwen, die tot
op een hoogte van twee voet omwondeq waren met vilt
om te voorkomen, dat de handen van de luiders zouden
ontvellen, en om te maken, dat zij een beter houvast
hadden.
In een soort van ijzeren mand op pooten smeulde een
vuurtje. Zijn doffe gloed gaf niet veel warmte en de
rillende bezoeker legde er hout bij en knielde neer om
de sintels weer in vlam te blazen.
„Dat vuur is lekker maar ik kan het niet eten,"
bromde hij. „Die klokkenluiers zullen ook wel niks heb
ben meegebracht."
Hij keek nijdig om zich heen. Zijn oog viel op een
deur ln een smalle nis onder een spits toeloopende boog.
Hij duwde de deur open. Er was een soort schacht ach
ter met een breede ladder tegen den muur. Het was de
opgang naar den toren. Een ijzige wind blies er door en
huiverend sloot de man de deur weer en sukkelde naar
het vuur terug.
Hij ging op den grond liggen, zoo dicht mogelijk bij
het kacheltje. De warmte maakte hem doezelig en hij
sloot zijn vermoeide oogen.
Intusschen liep de dominee door de kerk een lange
magere gestalte. Hij kon nauwelijks van middelbaren
leeftijd zijn, doch had reeds de diepgegroefde rimpels
van een zestiger. Die rimpels duidden op persoonlijk
leed en op ernstige diepgaande studie. Hij hield zijn
oogen gevestigd op den geruiten vloer en liep met den
langzamen stap van iemand die diep in gedachten ver
zonken is. Hij sprak in zichzelf.
„Juist vijf jaar geleden kreeg ik zijn brief, en Clement,
hierin niet mee met den officier en veroordeelt G. tot
betaling van f 10 boete of 10 dagen en spreekt K., van
wiens schuld ook de officier niet overtuigd is, vrij.
De politierechter raadt partijen aan den vrede te be
waren en onderling tot een vergelijking te komen.
BLOEDIGE MISHANDELING.
De Polderwerker Hendrik D., uit Eindhoven staat te
recht op grond dat hij op 8 April te Wieringen aan de
Haukes den uitvoerder Broersma met een schop op het
hoofd heeft geslagen, waardoor hij bloedend werd ver
wond.
Verdachte erkent Broersma met een schop te hebben
geslagen uit ontstemming, omdat deze beweerde dat het
werk van verdachte niet deugde. Getuige Broersma kan
zich met de verklaring grootendeels vereenigen. Hij
geeft een gunstige getuigenis van .verdachte, die blijk
baar was opgestookt. Er bestond ontevredenheid onder
de werklieden over het loon en het toekennen van vrije
Zondagen. Verdachte zegt spijt te hebben zich in drift
te hebben vergeten. Tegen hem pleit dat hij reeds meer
malen wegens mishandeling is veroordeeld.
Eisch nog voor dezen keer f '50 boete of 50 dagen.
Vonnis 40 gulden boete of 40 dagen.
VERNIELING VAN EEN CAFÉRUIT.
De niet verschenen verdachte Gert B. heeft op 7 April
een fietsrek geworpen door de ruit van het café van den
heer V. Oorschot te Alkmaar. De man miste geld en
was daarom kwaad. Hij verkeerde in staat van dron
kenschap.
Eisch f 25 boete of 25 dagen. Vonnis conform.
KINDERMISHANDELING.
De 36-jarige juffrouw Jans D., huivrouw van J. T. te
Harenkarspel, heeft op 7 April een 11-jarig knaapje,
Cornelis Jonker met een stok geslagen, voor welke mis
handeling zij thans terecht staat. De vrouw zegt gruwe
lijk door den jongen geplaagd te zijn en naar den jon
gen met een stok geslagen te hebben. Die stok brak, om
dat zij de fiets van den knaap raakte. De jongen zegt,
dat hij verdachte een „lillek kreng" heeft genoemd ,wat
de politierechter niet zeer hoffelijk vindt. Hij kreeg 3
slagen, alle drie raak. Verdachte zegt dat maar 1 klap
den jongen heeft geraakt. Haar man is boerenwerkman,
verdient 22 gulden en er zijn 6 kinderen.
De officier kan toegeven, dat de vrouw zich op dezen
jongen boos heeft gemaakt en eischt slechts f 10 boete
of 5 dagen. De politierechter meent dat verdachte zich
toten draai om de ooren van den jongen had moeten
bepalen en legt f 5 boete of 2 dagen op.
DIEFSTAL UIT EEN WINKELLADE.
De 21-jarige zwervende koopman in kleerenhangers,
Jelle K., bevond zich op 23 April met zijn negotei te St.
Pancras en zag daar kans uit de winkellade van de win
kelierster mej. Groen een bedrag van f 2.63 te kapen,
ter zake welk feit hij heden terecht staat. Verdachte
verdedigd door Mr. Thomas van Hoorn, erkent het feit.
Hij is een voormalig verpleegde uit het Rijksopvoe
dingsgesticht. Zijn moeder en stiefvader reizen met een
woonwagen. Hij oefent zich thans ln de kunst van scha
ren slijpen. De inlichtingen omtrent zijn persoon zijn
evenwel niet bepaald schitterend.
De officier prijst moeder en stiefvader van den ver
dachte als verstandige lieden en wil volstaan met het
requireeren van een geldboet, en wel f 20 boete of 20
dagen.
Mr. Thomas gaat volkomen accoord met het z.1. zeer
juiste requisitoir en sluit zich gaarne daarbij aan. Hij
verzoekt met het oog op de omstandigheden, een lage
boete.
Verdachte wordt veroordeeld tot 1 maand gev. voorw.
met 1 jaar proeftijd. De politierechter acht dit als cor
rectiemiddel voor den jongen meer doeltreffend. Het
kan voor hem preventief werken.
die arme lieve jongen, blijft ongewroken. Vermoord!
Ja, het was moord, al stierf hij ook door zijn eigen
hand."
Hij wrong in ontroering zijn handen. Maar hij herwon
zijn kalmte en een kleine, dunne leeren portefeuille uit
zijn borstzak nemende, haalde hij er een brief uit. Op
den sterfdag van zijn broer verzuimde hij nooit dezen
brief te lezen, waarin de schrijver zei, dat hij „er van
door ging" dat hij diep in de schuld stak door diners,
bals, theaters, cadeaux, speelcluba de oude, oude ge
schiedenis hoe hij een misdadiger was geworden en
besloten was zichzelf van kant te maken, liever dan
schande te brengen over zijn familie en vooral over zijn
broer.
„Je hoeft geen moeite te doen om inlichtingen over me
te krijgen. De kringen waarin ik terecht ben gekomen,
hebben me nooit bij mijn waren naam gekend. En daar
ben ik blij om. Ik heb mijn ware „ik" afgelegd toen ik
dol werd op dat meisje. Mijn dood maakt een eind aan
die krankzinnigheid."
Maurice Bradley vouwde den brief op en stak hem
weer in de portefeuille. Zijn toch reeds ernstig gezicht
stond nu strak en vastberaden. Hij geloofde in de oude
Joodsche wet van wraak, in „oog om oog ,tand om
tand een leven voor een leven." Hij was legerpredi-
kant in Frankrijk toen Clement's brief hem bereikte.
Zoodra hij verlof kon krijgen ging hij naar Engeland en
ondanks zijn broers verzoek bezocht hij de nacht- en
speelclubs en zelfs de gelegenheden waar men zich kon
bedwelmen aan verdoovende middelen, clubs, die zeer
geheim waren en een vreeselijke reputatie hadden. Hij
ontdekte niets beslists over zijn broer, maar wel veel
dat hem vermoedens gaf. Hij kon deze aanwijzingen niet
volgen. Hij moest terug 'naar zijn plicht in Frankrijk.
Sinds dien tijd was het geheim van de droevige historie
van zijn broer een gesloten boek voor hem geweest.
Maar iederen Kerstavond trachtte hij dat boek te
openen, stond hij zijn gedachten toe te verwijlen bij de
lage tooneeien, die hij had bijgewoond, bij de onsamen
hangende verhalen van de dwaze motten, die waren on
dergegaan in de felle vlam van genotzucht, verhalen, die
soms verband schenen te houden met het lot van zijn
broer.
„Ik ben niet in stemming voor vroolijkheid vanavond,"
zei hij in zichzelf. „Eerst naar de klokkeluiders in de
Roode Leeuw en dan naar Lanchester Court. Ik kan
van geen van beiden af. De arme kerels zouden vreese-
lijk teleurgesteld zijn en wat het tweede bezoek betreft
ik ben veel verschuldigd aan Lord Lanchester of
althans aan mijn ouden leeraar Basil Laurence."
Dat was waar. Na den oorlog was Maurice Bradley
DIEFTAL VAN EEN VAARBOOM.
De 19-jarige Joh. Jac. Z. te Sint Maarten staat terecht
ter zake diefstal van een vaarboom of kloet, gepleegd
op 16 April, welke vaarboom toebehoorde aan den ge
tuige, den landbouwer P. Schot te Warmenhuizen.
De vader van verdachte, de arbeider Jacob Z., wordt
op verzoek van verdachte als getuige a decharge ge
hoord en zegt dat de jongen bij vergissing een verkeerde
kloet heeft medegenomen. De kloet is neergelegd op een
erf.
De politierechter begrijpt de bedoeling van dit verhaal
niet. Vader Z. zegt dat de bedoeling is aan te toonen,
dat het niet de bedoeling was zich dien kloet toe te
eigenen.
Eisch f 10 boete of 10 dagen. Vonnis f 7 boete of 7
DIEFSTAL VAN EEN WITTE SHAWL.
De verdachte B. J. B. heeft niet van eenige belang
stelling blijk gegeven nu hij te recht moet staan wegens
diefstal van een witte heeren-shawl, welk kleedingstuk
het eigendom was van een 21-jarige schoenmaker, mede
bezoeker in de danszaal van Loos te Enkhuizen. Het
feit is aldaar gepleegd op Zondag 17 Maart. Eisch f 15
boete of 15 dagen. Vonnis conform.
VERNIELING VAN EEN GLASRUIT.
De arbeider Jan A. heeft in staat van dronkenschap
op 21 April een glasruit stukgeslagen in het perceel, be
woond door den getuige Kaper, caféhouder te Enkhui
zen. Verdachte, die niet is verschenen heeft de schade,
begroot op heelemaal f 1, niet vergoed.
Eisch f 20 boete of 20 dagen, vonnis f 15 boete of 15
dagen.
Niets meer aan de orde zijnde, volgt sluiting.
Over het verschijnsel dat onder de tuinbouwers
bekend is als de draaihartigheid bij de kool zou heel
veel te vertellen zijn, al zouden we dan ook weinig
nieuws vertellen. Trouwens, nieuws vertellen is toch
niet zoo gemakkelijk, voldoende is het als men wat
te vertellen heeft dat niet aan een ieder bekend is.
Als ieder lezer b.v. de mededeeling No. 54 van den
Plantenziektenkundigen dienst gelezen had zouden
we gevoegelijk dit artikeltje achterwege kunnen la
ten, maa.r gezien de hoeveelheid verkochte exempla
ren, mag men wel aannemen dat het niet het geval is.
Die mededeeling dan is geschreven, nadat door den.
heer Spithorst op kosten van de Veilingsvereeniging
te Grootebroek en voor den Plantenziektenkundigen
dienst een nauwlettend onderzoek gedaan was van
het verschijnsel.
Voor dat dit onderzoek en deze proeven genomen
werden, was reeds lang genoeg bekend, hoedde draai
hartigheid ontstond, want, dat was reeds uitgemaakt
door Prof. Quanjer, die in 1905 en 1906 proeven daar
mede genomen had. De draaihartigheid wordt ver-
oorza'akt door de larve van een galmug, die in het
wetenschappelijke jargon bekend is onder den naam
van Contarinia torquens en zusje van de galmug,
die de bekende dikkoppen in de peren veroorzaken
kan. Deze larven zijn tot 2 m.M. lang. Door de ver
wondingen die deze larfjes aan de koolplanten en
vooral in het hart veroorzaken hebben tot gevolg,
dat het hart van de kool als het ware een kwart
slag maakt en soms gaat ook dit hart rotten, soms
ook worden inplaats van een hartknop, zooals bij een
goede kool, meerdere zijspruiten gevormd, zoodat het
zonder betrekking. Basil Laurece kende den graaf van
Lanchester zeer goed. De predikantsplaats van Lan
chester kwam opon, de graaf, wien het niet veel kon
schelen, wie er dominee was als het maar een heer was
en hij zich niet al te druk maakte over de zielen van zijn
parochieanen, was dadelijk bereid zijn vriend Laurence
dit genoegen te doen.
Maurice Bradley werd dus dominee van Lanchester
en in die kwaliteit had hij een dringende uitnoodiging
van den graaf en de gravin gekregen om de Kerstvie
ring op Lanchester Court mede te maken. Bradley had
zijn beschermheer en diens vrouw nog nooit ontmoet.
Toen hij beroepen werd, waren Lord en Lady Lanches
ter pas eenige maanden getrouwd en nog op reis en ze
waren nu eerst in Engeland teruggekeerd.
„Het zou onbeschoft zijn als ik niet ging," zei de
dominee. „Ik hoef niet lang te blijven nadat ik kennis
heb gemaakt. Ze zijn ook heel royaal geweest met gif
ten aan de kerk en de armen. Neen, er is niets aan te
doen."
De dominee liep langzaam het middenpad door -iaar
het voorportaal en verliet de kerk, nadat hij de deur,
zooals hij den koster geloofd had, achter zich had ge
sloten.
Hij bereikte de kerkhof poort. De wind was gaan Mg-
gen en de sneeuw zweefde meer dan dat ze viel. Plot
seling hoorde hij een geluid, dat maakte, dat hij zich
snel omkeerde. Hij zag niets.
Het was wel vreemd, dat men bij deze windstilte het
ritselen van doode bladen zou hooren. Maar misschien
was de sneeuw, die hoog op de takken van de groute
taxis boomen lag, gevallen en had zoo het geraas ver
oorzaakt.
De dominee keek om zich heen en toen naar teven.
Een flikkerend licht scheen door het puntige raam van
de klokkekamer.
„Hoe onvoorzichtig", mompelde hij. „Zoo is al menige
kerk op Kerstmis afgebrand. De vuren zijn al van gis
terenmorgen aan, en het houtwerk is oud. Het zou bran
den als tpnder. Ik zou geen oogenblik rust hebben als
ik eerst niet eens ga kijken of alles veilig is."
Hij verhaastte zijn tred en liet de buitendeur van de
kerk op een kier staan. Hij ontdekte een armer bewijs
van vergeetachtigheid in de open deur van don klokke-
toren en de nauwe opening doorgaande, klom hij de
wenteltrap op.
Hij ging de klokkenkamer binnen en toen
Wordt vervolgd.