Dun Uitvallend Haar BILLY BOO. De uitspraak. Kaft tonrechter: Uit het requisitoir van den amb tenaar is wei .af te leiden, dat deze geen liefhebber is van schaatsenrijden. In Groningen en Friesland zou zooiets zeer zeker niet getolereerd worden. Daar wórdt aljes gedaan om zooveel mogelijk aan de ijs- spórt tegemoet te komen. Hier in Noord-Holland is dit helaas niet het geval. Bij spreker is ook vrijwel komen vast te staan, dat de voorgenomen tocht van schipper Van Schóorl absoluut niet noodzakelijk was. Hét is dan ook zeer begrijpelijk dat dit bij de bowoners van de Burgerbrug groote ontstemming heeft gewekt. Het wettig en overtuigend beuijs van wat aan de verdachten, ook de beide, die meenen te moeten ontkennen, is ten laste gelegd, is niettemin bewezen, maar de omstandigheden in aanmerking genomen, waaronder het feit is gepleegd, zoo besluit de Kantonrechter, veroordeel ik elk van liien tot f4 boete of 4 dagén hechtenis. OVERTREDING VAN DE LEERPLICHTWET. De zaak tegen den heer K. te Winkel, wegens over treding van de Leerplichtwet, waarbij door ver dachte tot in hoogste instantie, recht is gezocht, maar, zooals bekend, de heer K. door den Hoogen Raad in het ongelijk is gesteld, schijnt nog steeds niet van de baan te zijn. Naar het schijnt, krijgt de heer K. nog elk oogen- blik een dagvaarding thuis gestuurd, waaraan naai de gemachtigde, mr. J. A Buiskool, hoopt, toch ein delijk eens een einde zal komen. Hij verzoekt den kantonrechter verdachte in deze wel schuldig te verklaren, maar hem geen straf op te leggen. -De ambtenaar is echter van meening, dat zooiets niet opgaat en na nog een dupliek van mr. Buiskool, bepaalt de kantonrechter de uitspraak in deze op heden over 14 dagen. De 40-jarige arbeider J. V. te Barsingerhorn moet eveneens terecht staan wegens overtreding der Leer plichtwet. Naar hij echter verklaart is buiten zijn weten zijn zoontje van school weggebleven, omdat deze van andere jongens op zijn „baaitje" zou hebben gekre gen en toen niet meer naar school durfde.' Tevens merkt hij op, dat hij dit den meester heeft verteld, maar dat die zeide zich daar niet mee te bemoeien. Naar aanleiding van dit laatste zal deze zaak tot d?n 18den Juli worden aangehouden, om alsnog den meester te hooren. Cornelis T., beurtschipper te Harenkarspel, is ook al in conflict gekomen met de Leeiplichtwet. Diens zoontje kon niet tegen schoolloopen, hetgeen later uit een medisch advies is gebleken, welk advies he den ter tafel komt. Maar het is mosterd na den maaltijd, want de gepleegde feiten dagteekenen van vóór de afgifte van dit medisch advies. Conform den eisch, waarbij bij de strafbepaling op de'omstandigheden, waaronder het feit is gepleegd, is gelet, wordt verdachte tot f4 boete of 4 dagen hechtenis veroordeeld. AAN DEN DOOD ONTSNAPT. -Den 23sten Maart jl. ging de 61-jarige. arbeider Gerrit Gr. in de Zijpe, met een wagen stroo, waar vóór 2 paarden waren gespannen, over den spoor wegoverweg bij Oudesluis, juist toen op dat moment een trein uit Den Helder naderde. De wagen werd door den trein gegrepen en verbrijzeld. Als door een wonder zijn de voerman en zijn beide paarden aan den dood ontsnapt. Verdachte verklaart, dezen overweg zelden te pas- seeren. Hij had wel een goed uitzicht, maar deson danks, heeft hij den trein niet gezien. Ooggetuigen zouden hebben verklaard, dat verdachte erg over stuur was, maar dat ontkent deze. Op het laatste ftroment'h-eeft hij de paarden nog aangezet, maar met 2«al niet.jonge beesten meer en dan J0Q0 K.G. stroo gaat dit zoo vlug niet. Ook de machinist, die den trein reed, wordt nog geboordi Op 70 meter afstand hadden ze den wagen op den overweg gezien. Getuige had wel den indruk gekregen, dat verdachte er nog wel over had kun nen komen. De ambtenaar van het O.M. wijst er op dat door gelukkige opistandigheid hier geen groote ongeluk ken zijn gebeurd, maar dat door meer aandacht hier toch wel het ongeluk kon zijn voorkomen. Hij eischt tegen verdachte f25 of 15 dagen, doch uitspraak doende, veroordeelt de kantonrechter liem tot f 10 of 10 dagen. PLAKKEN. Gratis Joh. B., een 25-jarige arbeider te Zijpe, kon geen rentekaart met zegeltjes er op, aan den contro leur van den Raad van Arbeid toonen. Hij zegt de kaart te hebben opgestuurd, maar nooit te hebben teruggekregen. Hij krijgt den raad voortaan een bewijsje aan het postkantoor te vragen, wanneer hij de kaart opstuurt. De R. v.-A. heeft namelijk nooit iets ontvangen. B. wordt tot f 4 of 4 dagen veroordeeld. RIJKSDUINEN OF ZWANEN WATER. LourenS R., een jonge boerenknecht uit de Zijpe staat terecht, omdat hij door de duinen van de Mij. Zwanenwater zou hebben geloopen. Uit een brief, die Lourens van zijn vader heeft meegekregen, zouden Er was da firma een vreeselijk ongeluk overkomen, en een ongeluk, dat strikt geheim moest worden gehou den. Een mijnonderzoeker in Zuid-Afrlka, was, toen hij grondproeven nam in de buurt van de groote diamant velden van Kimberley, op een van de grootste steenen, dien hij ooit gezien had, gestooten. Hij was zóó groot, dat, als de kwaliteit in evenredigheid van zijn grootte was, slechts een mah van fabelachtigen rijkdom hem zou kunnen koopen. De mijn-inspecteur was blij, dat hU hem in ruwen, ongeslepen staat voor 100.000 pond aan een .sydicaat kon verkoopen. Dit bracht den steen naar Amsterdam, waar hij ruw geslepen werd .alleen om de kleur te kunnen keuren. Daar zag Carew hem en na zijn verslag be sloot zijn firma de kooper te worden. Van Buren, Pinto3 en Carew hadden verbindingen met schatrijke magnaten over de geheele wereld, met vermogende prinsen en deden zelfs zaken met Ooster- sche potentaten. Ze vermoedden wel een klant te kun nen vinden die hen 200.000 pond voor den steen zou willen geven en wanneer zij dus het syndicaat 125.000 pond betaalden, zouden zij een aardige winst maken. De steen was geslepen en het resultaat was overwel digend geweest Men had nog nooit een steen van zui verder water gezien. Hij was waard te wedijveren met de groote Russische diamant (eenmaal de voornaamste versiering van de scepter van Rusland) met de Pitt- diamant, de Kohi-i-noor, de Sanci-diamant, de Hoop- diamant, de Ster van Zuld-Afrika en andere steenen van den eersten rang. Een vertrouwd boodschapper was met den steen van Uit Amsterdam vertrokken. Van Buren en Co. hadden telegrafisch bericht gehad van zgn vertrek en Carew ging naar Parkeston om hem af te halen. De Amster- damsche stoomboot kwam op tijd aan. maar zonder koerier. Twee dagen later spoelde zijn lijk niet ver van de baai ven Parkeston aan, maar de diamant werd niet op hem gevonden. Het was duidelijk dat hij beroofd en vermoor,d was of dit aan boord of na de landing was gebeurd was onmogelijk uit te maken. Dit was het geheim dat op het gemoed van Carew en van "Buren drukte: want niemand behalve zijzelf en het hoofd van de diamantsnijdersfirma, wist, dat de Vermoorde man de diamant bij zich had. Christopher Pintos, die bfjna de geheel* koopsom had het echter Rijksduinen zijn,-waarin zijn zoon zou heb ben geloopen. Dit nu gaan wij den 18den Juli in de eerstvolgen de zitting uitvechten. VERGETEN AAN TE GEVEN. De 58-jarige veehouder,- W. J. in de Zijpe, had ver geten aangifte te doen van het overlijden van een zijner schapen, die zich te dicht aan den slootkant gewaagd had. Dit had hij toch volgens den ambte naar van het O. M. behooren te weten en deze eischt daarom tegen verdachte f 20.of 20 dagen. De Kantonrechter doet er de helft af, wat niet weg neemt, dat een „boodje" (zoo zou onze Westfriesche verteller zeggen) naar den keurmeester toch altijd nog goedkooper is. EEN „WOOLD-BE" VEEHOUDER. Zoo zou de Engelschman van iemand zeggen, die zich uitgeeft voor iets, waarop hij nauwelijks of geen aanspraak kan maken. Zoo ook is dit het geval met den 55-jarigen veehouder, H. de J. uit de Zijpe, naar de Kantonrechter veronderstelt. Ook de J. heeft ver geten aan te geven, dat twee van zijn koeien gestor ven waren. Maar hier komt nog meer. Naar geble ken is, £011 de stal van verdachte in een verschrikke- lijken toestand verkeerd hebben, en de beesten van honger zijn omgekomen, zoodat de Kantonrechter met een strengen blik op verdachte aan deze vraagt, of hij zijn plicht als veehouder wel kent. Voor dit laatste is verdachte reeds voor de rechtbank te Alk maar geweest, maar daarvan vrijgesproken. Veearts De Boer uit Schagen bevestigt, dat ver dachte geen aangifte van de twee gestorven koeien heeft gedaan. Ofschoon niet ter zake, heeft het getuige bevreemd, dat verdachte te Alkmaar is vrijgesproken. De arme dieren verkeerden in een wanhopigen toestand, mede door een ontzettende huidziekte, en verdachte was zedelijk verplicht geweest, om in dit geval deskundige hulp te raadplegen. Gehoord de verklaringen, zegt de ambtenaar van het O. M., dat het misschien maar het beste is, dat verdachte niet langer vee houdt, waar hij blijkbaar géén verstand van heeft. Hij eischt tegen hem, f40. of 40 dagen. De Kantonrechter is niet minder verontwaardigd en uit dit, door verdachte tot f60.boete of 30 da gen hechtenis te veroordeel en. D8 laatste gaat 'hiertegen in hoóger beroep. VEILIGHEID VAN HET VERKEER BOVEN ALLES. De landbouwer N. J. L. te Oude Niedorp had, op zijn fiets gezeten, een paard aan den teugel geleid. Dit is het in gevaar brengen van het verkeer en deswege wordt L. veroordeeld tot f5.of 5 dagen. De eisch was f8 of 8 dagen. KEER ZE MAAR! Reindert L., caféhouder te Winkel, is het slachtoffer geworden van de dansl listigheid der'Kedendaègéche jeugd. Op het laatst gehouden muziekconcours te Winkel had hij namelijk wel vergunning om in zijn café muziek te doen geven, maar niet om te laten dansen. En dus was er muziek. Maar niet zoodra was dé eerste klagende toon uit de saxophoon voortgekomen of reeds kwamen de beenen in beweging en bij de volgende werden de stoelen aan den kant gezet en ging het „lustig op en treur niet".. Nu, treurig ging het er lang niet toe en zelfs nu nog niet, want de kantonrechter merkte lachend op: „Keer ze maar, al3 ze dansen willen!", waarmee verdachte het roerend eens was. En voor een knaak je boete had L. dien middag dansen gehad. EERST DE POLITIE NOG MAAR EENS HOOREN. J. IC, een 24-jarige arbeider te Schagen, was in de Zijpe door veldwachter Homan aangehouden, om dat hij geen licht op zijn fiets had. Verdachte zou echter niet gehoord hebben, dat hem „afstappen" be volen was en bovendien was Homan in burger. Uw haar lioudt op uit te vallen en wordt dikker en voller, indien gij des morgens slechts een weinig Purol goed in de hoofdhuid wrijft en overigens stevig door- de haren uitstrijkt,. verstrekt, wist er ook niets van, en van Buren, oud en ontdaan durfde het hem niet.té zeggen en wilde ook niet dat Carew dit deed. De diamant moest, gevonden worden en Carew moest;dat doen, en dus toog Peter aan het werk. Maar zonder veel succes. De geheime politie van het vasteland, de knapste detectives van Scotland Yard, het beroemde Pinkertonbureau in New York, allen werkten in het-geheim, maar koortsachtig en konden niets vin den. De autoriteiten konden alleen tot de conclusie komen dat het juweel, evenals Gainsborough's beroemd schil derij van de gravin van Devqnshire, ergens verborgen was, en daar elke poging om zulk een enormen steen van de hand te doen onvermijdelijk op het ontdekken van de dieven moest uitloopen, zou er eenigen tijd voorbij gaan eer hij op- de markt zou komen. Of de steen zou in drie öf vier stukken worden ver deeld en opnieuw geslepen, of- later, als het veilig scheen te kunnen worden gewaagd, zouden in het ge heim onderhandelingen worden aangeknoopt, was de meening van de experts. De eerste theorie was niet goed vol te houden. Al leen bekwame vaklieden zouden deh steen künnen snij den zonder de waarde ontzettend te verminderen, en er was geen ^expert in Europa of Amerika die niet voor uit gewaarschuwd was. Terwijl Peter Carew over al deze dingen nadacht en niet voor de eerste maal stak Peck, de klerk mét het uitgedroogde gezicht, na een klopje zijn hoofd om den hoek van de. deur. „Er is een dame voor U, mijnheer Carew. Ze wil geen naam opgeven." „Wat voor soort dame, Peck?." „Ik kan 'naar gezicht niet zien, mijnheer. Lijkt een volbloed, mooie gang." Peck had neiging voor de paardensport. Zijn be schrijving van de dame moest daaraan worden toege schreven. De deur ging open en Peck -liet een dicht gesluierde, eenvoudig, doch met buitengewonen smaak gekleede dame binnen. Peter Carew boog en zétte een stoel voor zijn bezoekster neer. Ze dankte zwijgend voor zijn beleefdheid, ging zitten en, toen ze gewacht had tot Peck's .verdwijnende voet stappen geheol weggestorven waren, lichtte ze haar Het een en ander zal den 18den Juli nader worden onderzocht. De ambtenaar had reeds f4 en f 15 boete geëischt pf een gelijk aantal dagen hechtenis. EVENGOED AANSLUITEN. N. F. Tr., landbouwer te Oudkarspel, is bezitter van een perceel aan de Kroonstraat aldaar. Nu is de Kroonstraat particulier eigendom, ofschoon een open bare weg. Met betrekking dus tot den aanleg van waterleiding, valt verdachte's perceel onder de bepa ling, dat elk perceel moet aansluiten, dat 40 meter of minder uit de as van den openbaren weg ligt, waarin een hoofdbuis is gelegd. Dit laatste is nu het geval, al is dit eerst gebeurd toen een deel der per- ceelen aan die straat besloten waren om het water te betrekken. Tr. zal er dus moeilijk aan ontkomen, al gaat hij tegen het vonnis van den kantonrechter ad f3.of 3 dagen in hooger beroep. EEN GOEDE, MAAR NOGAL KOSTBARE RAAD. Het is min of meer een moeilijke kwestie, dat iemand, die proef moet rijden, ter verkijging van zijn rijbewijs voor auto of motorrijwiel, voor dien tijd eigenlijk niet op zijn eentje uit rijden mag. Dies kan hij ook moeilijk alleen naar de plaats gaan met zijn motor, waar hij examen moet doen, op gevaar af een bekeuring op te loopon, omdat hij nog geen rijbewijs heeft, Maar dat is niets, zegt de ambtenaar van het O.M., dan laat je een ander rijden en je gaat zelf op de duo zitten, of je huurt een autoInderdaad, de raad is wel goed, maar o.i. nogal kostbaar. Maar hoe dan ook, Piet K. uit Harenkarspel was tegen de lamp gevlogen, (één op de honderd, die er wèl doorrollen) en dat de prijs van zijn rijbewijs, (dat toch al geen koopje is) met f2 zal verhoogen. Als de ambtenaar zijn zin had gekregen, dan was het er met drie geweest. WOONSCHUITEN-MISèRE. Fred. B. was met zijn woonschuit in Anna Pau- lownapolder's wateren voor anker gegaan, niet we tende, dat in de politieverordening van die gemeente een bepaling is opgenomen, die zulks verbiedt, ten zij aangifte wordt gedaan. Art. 31 van de Woonsche- penwet brengt in deze geen uitredding, zoodat Fred. genoegen moet nemen met het vonnis van f2 boete of 20 dagen hechtenis. EEN AANRIJDING OP HET NOORD. Den 21 sten Februari j,l. stond de heer Prins met zijn melkwagen op het Noord, het was 's mor gens een uur of 7, toen zijn wagen van achteren werd aangereden door de vee-vrachtauto van Gebr. Kaan van Wieringen, die bestuurd werd door den 22-jarigen chauffeur Jan de Gr. Getuige Prins meende dat het een quaestie was van niet goed uithaLen en diende een eisch tot scha devergoeding in van f 15.30, waarover reeds al veel te doen geweest was, maar omdat de verzekering niet uit wilde keeren(?), was het een en ander niet in der minne geschikt en volgde een proces-verbaal Heden wordt De Gr. veroordeeld tot f 10 boete of 10 dagen hechtenis en verplicht tot betaling van de f 15.30 schade. HONDJES MOETEN WORDEN INGESCHREVEN. Willem Jac. P. te St. Maarten had een hond, die wel was goedgekeurd, maar die nog niet was inge* schreven in zijn eigen gemeente. Hij had het beest elders gekocht. Dit verzuim komt hem te staan op f4 boete of 4 dagen hechtenis. NIET OP HEETERDAAD. Hendrik Willem M. had den 4den Jun met een auto gereden zonder dat hij reeds in het bezit was van een rijbewijs. Ofschoon hij niet was aangehou den, werd hem later wel netjes een proces-verbaal thuisgestuurd en nu meende hij nog wel ,te moeten aanvoeren, dat hij niet op heeterdaad was betrapt, maar dat neemt niet weg, dat hij evengoed vandaag tot f4 boete of 4 dagen hechtenis wordt veroordeeld. Wegens niet-verschijnen worden bij verstek ver oordeeld: Voor overtreding van de Motor- en Rijvvielwet: St., f5 of 5 dg.; N., f4 of 4 dg.; J. M. f2 en f4, of 2 dg. en 4dg.; Sch., f4 of 4 dg.; BI. f4 of 4 dg.; W., f7 of 7 dg.; H., f4 of 4 dg.; D., f3 en f5, of 3 dg. en 5 dg.; W. Zw., f8 of 8 dg.; B., f5 of 5 dg.; Jb. de Gr., f4 of 4 dg.; v. d. W„ f10 of 10 dg.; J. de Gr., f4 of 4 dg.; J., li of 4 dg.; W., (tevens het opgeven van een valschen naam) f 4 en f 12 en 4 dg. of 12 dg.; J., f4 of 4 dg.; D., f5 of 5 dg.; O., f3 of 3 dg.; M., f4 of 4 dg.; St., f4 of 4 dg.; H., f3 f5, of 3 dg. en 5 dg.; N. f4 of 4 dg. C. B., overtreding pol.verord. Callantsoog, f3 of 3 dg.; J. K., overtr. Ongevallenwet, f4 of 4 dg.; Jb. Pr., idem f4 of 4 dg.; P. A. de W., overtr. Invalidi teitswet f 4 of 4 dg.; T. B., overtr Veiligheidswet, f 15 of 15 dg.; Sp., overtr. Trekhondenwet, f2 en f4, of 2 dg. en 4 dg.; De J., idem, f5. of 5 dg.; SI., overtr. max. snelheid, Oudkarspel, f6 of 6 dg. „Dat kan ik je niet bezorgen, Het spijt me voor jou, beste vent. Jullie mogen niet vergeten, Dat jullie niet op d'aarde bent. Een kikkerbil kun je krijgen, Met 'n paddestoel klaar gemaakt. Of misschien, dat onze hutspot Jullie toch nog beter smaakt. „Geef maar, wat je kunt missen, Als het onzen honger stilt, Doch wil het ons daad'lijk brengen." „Best," zeide de dwerg, zooals je wllL" Schotel op schotel kwam binnen, En na niet te langen tijd, Zeide Bil, op zijn buikje kloppend „Dat was een heerlijk, fijn ontbijt. Ze schijnen genoeg te hebben om een heel leger te voeden. sluier langzaam op. „Sapperloot!" riep Carew, diep ademhalend, „Leonie Marras." Voor een man van de wereld was Peter Carew be paald overstuur. Hij sprak alsof hij haif bang was voor zijn bezoekster. Hij trok aan zijn boord, was verlegen en nerveus. Ondertusschen zat de dame daar volkomen meester van ziohzelf. Niets van de gedachten, die in haar om gingen was op haar gezicht te lezen. Ze toonde geen ontroering over zijn herkennen, maar wachtte rustig af wat hij verder zou zeggen. „Je bent Leonie. daar wil ik een eed op doen," zei hij eindelijk. „Je bent haast niets veranderd sedert ik je het laatste zag. Ik geloof niet, dat er nog zoon vrouw al3 jij bent. op de wereld bestaat en toch zag ik laatst ln de opera een dame, die sprekend op je leek. Ik heb daardoor een verbazende bok geschoten." „Ja?" „Ja, ik was zoo onder den indruk, dat ik in een taxi sprong en de auto van de dame volgde. Toen ze voor een huis in Park Lane uitstapte, aarzelde ik met ver der te gaan. Ik was overtuigd, dat jij niet de gravin van Lanchester kon zijn." „O, dus je ontdekte wie ze was?" „Ja, dat was niet moeilijk toen ik eenmaal wist waar ze woonde. Eerst gooide ik het idee, dat de gravin een en dezelfde kon zijn met Leonie ver weg, maar er stond zooveel op het spel, dat ik ln ieder geval verplicht was ieder spoor te volgen, hoe onmogelijk het ook scheen op het eerste gezicht." „Wat voor spoor?" vroeg Leonie met dien eigenaar- digen onderzoekenden blik In haar oogen, die reeds het geheim van menig man doorgrond had. „O, dat kan ik je niet vertellen. Dat gaat mij alleen aan. In leder geval, ik-mocht niet twijfelen en ik belde aan b"t huis in Park Lane aan en vroeg om mevrouw Lanchester te spreken. Ze was uit en de bediende die mijn kaartje binnen had gebracht zei me, dat de graaf me wenschte te spreken. Ik heb hem gesproken en toen heb ik die flater gemaakt. Hij was vreeselijk boos." „Allicht," zei Leonie haar schouders ophalend. „En wat gebeurde er verder?" „Niets, behalve dat lk het huls verliet met het gevoel of ik er eigenlijk was uitgegooid. Maar laten «ve er niet meer over praten. Het is me te onaangenaam. Ik wil veel liever wat met jou babbelen. Vertel me eens waarom kom je me opzoeken?" „Om een heel geldige reden. Ik ben de gravin van Lanchester. En ik wou natuurlijk wel eens weten waar om je jezelf en mij zoo belachelijk hebt gemaakt" Peter Carew was eerst overbluft, maar herwon spoe dig zijn zelfbeheersching. „Dus lk had toch gelijk. Ik begrijp niet waarom je dan excuses van mij verwacht. Ik wil ze onmiddellijk maken tegenover de gravin van Lanchester maar voor Leonie Marras heb ik alleen maar gelukwenschen. Wan neer ik denk aan de omstandigheden waarin ik je voor het laatst gezien heb kan ik niet anders doen." Opeens werd hij in de rede gevallen door een zenuw- achtigen snik. Leonie bette haar Oogen met een minia tuur, met kant omzoomd zakdoekje. „Goeie hemel, wat heb ik gezegd?" riep Carew. „Ik had niet de bedoeling je verdriet te doen met mijn be zoek waarlijk niet" „Geen verdriet, Peter? Je had me niet erger kunnen beleedigen. Het was onvriendelijk, wreed van je. Toege geven, dat je met herkende, waarom achtervolgde je me dan op een wijze, die natuurlijk onaangenaamheden tusschen den graaf en mij moest veroorzaken? Ik heb vroeger gemeend, dat ik in jou een waren vriend ge vonden had; ik heb nooit opgehouden met dankbaar heid terug te denken aan wat je voor me gedaan hebt toen ik arm was en in bitteren, bitteren nood; en en ja, ik de gravin van Lanchester, zou zoo graag die heerlijke ontmoetingen weer hebben hernieuwd, zoolang als wat moet je wel van deze bekentenis denken onze vriendschap geheim had kunnen blijven. O, Peter, Peter. Waarom heb lk je zoo lief gehad?" Haar gansche lichaam schudde door de heftigheid van haar emotie. Ze draaide zich in haar stoel om, legde haar armen rechtuit op de tafel en begroef haar ge laat ertusschen een pathetisch beeld van verlaten heid en wanhoop. Peter Carew stond er verbluft, bijna bevend, geheel In de war gebracht bij. Het is waar, dat hij eens verliefd op Leonie Marras was geweest, maar hij dacht dat hij die passie overwonnen had. Hij had zich vergist. Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1929 | | pagina 6