EVENTJES DENKEN.
Vraagstuk No. "82.
VOOR ONZE DAMMERS.
VERKIEZINGSFANFARES.
WETENSWAARDIGHEDEN.
HET ZONDERLINGE
AVONTUUR IN LONDEN.
WARE WOORDEN.
Vraagstuk No. 363.
VOOR ONZE SCHAKERS.
Vraagstuk No. 364.
Vraagstuk No.
365.
Bijvoegsel der Schager Courant van Zaterdag 29 Juni 1929. No. 8483.
„ZES EN TWINTIG".
De getallen 1 tot en met 12 moeten ln de vakjes
van het kruis geplaatst worden, dat onderstaande fi
guur aangeeft
Th2 en tenslotte bij den vierden zet Th7, waarna op
den vijfden zet mat volgt Dit thema vereischt beslist
vijf zetten, trouwens deze componist zou nimmer een
zet te veel gebruiken. Het idee, bestaat uit de omgroe-
peering van de verdubbelden toren en dame, zoodat de
toren vóór komt Die verdubbeling gebeurt door een
kritlschen damezet voorbereid door een ruimingszet
van den toren. Laat men den kritischen zet achterwege
en volstaat men dus met het omgroepeeren, dan is een
vierzettig oplossingsverloop voldoende.
Wat is begeerlijker voor een moeder dan zich om
ringd te zien door een gezond, blozend kroost? Welnu,
vertelt aan wie het hooren wil, dat een der voornaam
ste eischen om dat te bezitten is: zijn kinderen in rein
heid op te voeden.
o
De drukkendste eenzaamheid is die met z'n beiden.
o
De mensch, die zichzelve overwint bevrijdt zich van
de macht, die elk wezen gevangen houdt.
o
Zij, die vertrouwen dat zij in zaken zullen overwin
nen. kunnen het ook.
Handelingen, die getuigen van liefde, spruiten niet
voort uit zelfopoffering, maar uit een sterk en groot ik,
uit een volheid, die er genot in vindt over te vloeien.
Weer is het een merkwaardig jaar,
De politiek komt kant en klaar
Onder den hamer,
We liquideeren, rap van geest,
Op een spontaan verkiezingsfeent,
De Tweede Kamer!
Dit feest komt vol lawaai in 't zicht,
En wij. beseffen onzen plicht
Als trouwe kiezers,
We kijken dreigend om den hoek,
Staan qua partij niet graag te boek
Als de verliezers!
We trekken tor vergadering,
En weten Mj benadering
Reeds van te voren,
Wat we in eindeloos gezwam
Van het ons welbekend program
Weer zullen hooren!
We spitsen ons op een debat,
Op „goeie zetten" gaan we prat,
Applaudisseeren.
De eigen spreker is patent,
Daar hij z'n Pappenheimers kent,
Hij zal ze leeren!
Hij leert ze grondig, inderdaad,
Tot heil van land en volk en Staat,
Hij is geen Kloris,
Hij krijgt de lachers op zijn hand,
En heel vaak krijgt dan het verstand,
Hij leert ze mores!
Dan gaan we zeer voldaan uiteen,
De tegenstander kreeg er een,
Om op te knappen,
Och, onverdraagzaam zijn we niet,
Als men het politiek beziet,
Er vielen klappen!
We drukken op verkiezings-wijs
Elkaar den anti-oorlogseisch
Op het geweten,
We schermen met het vredeswoord,
Maar wat er feitelijk bij behoort,
Zijn we vergeten!
Juni 1029. KROES.
(Nadruk verboden.)
Is het U bekend:
dat ofschoon een bankbiljet van 1923 van
Ï.OÖO.OCC.OCO.OOO mark nu slechts c.a. 60 cer.t waard is,
er niet genoeg goud in de heele wereld testaat, om het
tegen nominale waarde in te wisselen?
dat het Royal York Hotel te Toronto (Canada) met
23 verdiepingen, het hoogste gebouw in het Britscho
Keizerrijk is?
dat men met behulp van ethyleen-gas groen fruit
en groenten in een paar uur rijp kan maken?
dat men in Ontario (Canada) een boerderij heeft,
waar een reuzenbroedmachine in gebruik is, welke
20.000 eieren tegelijk uitbroedt, daarmee de plaats van
meer dan 1000 broedkippen innemend?
dat in Amerika gemiddeld per dag 35 millioen 2--
cents postzegels gebruikt worden?
d a t de Midland Bank of England het grootste aan
tal bijkantoren "ter wereld heeft, n.1. 2450?
.T
dat er in New-York 3000 verkeersagenten zijn?
dat jaarlijks c.a. 350.000 buitenlanders Engeland
bezoeken, en 1.800.000 Frankrijk?
Een oorspronkelijk verhaal door SIROLF,
vrij naar een Engelsch motief.
(Nadruk verboden. Alle rechten voorbehouden).
We zaten juist thee te drinken, na het eten, toen
onze oude vriend Stuif malle stuif, werd hij door
ons altijd genoemd! binnenkwam met een geheim
zinnig gezicht. We zagen dus dadelijk dat er iets bij
zonders aan de hand was, en daar hij pas uit Londen
terug was, begrepen we dat het iets was, dat daarmee
verband hield.
De malle Stuif zat een oogenblik in gedachten aan
zijn kopje thee te tippen, toen hij eensklaps het kopje
neerzette en begon: „Londen is een éigenaardige stad,
waar allemaal vreemde, bijna onbegrijpelijke dingen
gebeuren en op elk moment van den dag"
Ik vroeg die malle Stuif, of hij soms iets bijzonders
had meegemaakt, waarop hij plechtig knikte en voort
ging:
„Ik zat op een middag in mijn hotel, het Carlton-
Hotel, want je weet, als ik reis, logeer ik uitsluitend
in de duurste hotels. Ik had 's morgens en een deel
van den middag wat zaken afgedaan en zat, in mijn
leeren clubfauteuil verzonken, in de hall wat te prak-
ltizeeren, wat ik zou gaan doen. Het was laat in den
middag, maar eigenlijk nog te vroeg om te gaan di-
neeren. Maar omdat ik het echte Londensche stads
leven wilde bestudeeren, besloot ik straks de straat op
te gaan en een eenvoudig restaurant op te zoeken om
daar te gaan eten.
Het merkwaardigste was, dat het restaurant er hee-
lemaal n iet opvallend of verdacht of argwaanwekkend
uitzag. Het was een restaurant zooals er duizenden zijn
en toen Ik binnenkwam, was het geheel verlaten. De
tafeltjes. De tafeltjes stonden al met keurig wit linnen
gedekt, doch er was nog geen enkele gast om te di-
neeren. Hier en daar liep een kellner rond. Ik koos
een tafeltje uit, bij een pilaar, vanwaar Ik de deur kon
zien en dus ieder, die binnen zou komen. En nauwe
lijks zat ik> of de deur zwaaide open en er kwam een
vreemde man binnen. Onwillekeurig begon mijn hart
sneller te kloppen. Waarom wist ik niet precies. Maar
de pikzwarte baard, die het gezieht van den man om
lijstte, gaf hem iets buitengewoon sombers. Achter
den man aan kwam een tengere vrouwenfiguur... het
hoofd in een sluier gehuld, zoodat ik vanuit de verta
haar gelaatstrekken niet kon onderscheiden. Dit alles
was op zich zelf natuurlijk feitelijk niets bijzonders.
Maar wat me koude rillingen over mijn rug bezorgde
v/as... dat ze regelrecht naar mijn tafeltje kwamen, en
tegenover mij plaats namen! Terwijl er zeker nog wel
vijftig tafeltjes leeg waren, omdat, zooals ik al zei,
abcdef gh
Wit: 5.
De diagramstand in cijfers behoort te zijn: Wit Kf3,
Da4, La3, Td6 en een pion op c4. Zwart Ke5, Lc8 en
vier pionnen op c7, d5, f5 en f4. Wit speelt en geeft
mat in drie zetten.
S
OPLOSSING PROBLEEM No. 360,
van F. K h n 1 e i n.
De diagramstand was: Wit Kgl, Dh5, Th2 en twee
pionnen op f2 en g6. Zwart Kh8, Dg8, Pa8, Ph7 en vijf
pionnen op c7, d7, e6, f6, en g7. Wit speelt als sleutel-
Eet Th2g2ü Vervolgens Dhl daarna als derden zet
Men beweert, dat moed een eigenschap is, die overal
wordt gevonden; maar de onbegrensde eerbied, dien
men haar toedraagt, bewijst, dat de eigenschap zeld
zaam is.
o
Wie eenmaal het oogenblik gezien heeft onder het
licht der eeuwigheid, hij kan niet meer opgaan in zelf
zuchtige, angstvallige koestering van het tijdelijke.
DE BEDACHTZAME VADER.
(Napels Lustige Welt).
Mijnheer, mijn voorstel komt enkel en
alleen voort uit liefde tot uw dochter. Iedere
andere gedachte is verre van mii.
Ta., zelfs de gedacht aan uw eigen wel-
EEN LIEFHEBBERIJ.
Wit: 3.
De oud-voetba/.ler als uitsmijter aan het
werk.
Dit moet evenwel zóó geschieden, dat op niet minder
dan zeven verschillende manieren 26 kan worden ge
teld en wel door de getallen in de twee verticale
.(III en HlTV) en die in de twee horizontale rijen
(VVI en VIIVIII) op te tellen; vervolgens door
de getallen voorgesteld door de letters AAAA, BBBB
en tenslotte CCCC op te tellen. In al deze gevallen moet
men 26 tot som krijgen!
DE GEVANGENE.
Men vroeg eens aan een gevangene wie hem toch
altijd bezocht en hij antwoordde: „Broers en zustera
heb ik niet en had ik niet, maar da vader van mijn
bezoeker is niettemin toch de zoon van mijn vader en
moeder!"
Wie geeft hiervan een logische, wettige verklaring?
OPLOSSINGEN DER PUZZLES
uit ons vorig nummer.
No. 358. „DE MUNT EN DE KAART".
De beste manier is als volgt: Geef met Uw rechter
wijsvinger op zóódanige wijze een knip tegen de kaart,
dat deze al draaiend wegvliegt en de munt op Uw
vinger blijft balanceeren.
No. 359. „EEN FUZZLE VOOR NIET-DAMMERS".
Gesteld, dat de rij damschijven van links tot rechts
aldus genummerd is: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10. We gaan
dan als volgt te werk: Plaats 4 op 1; 6 op 9; 8 op 3;
2 op 5; en 10 op 7; of plaats 4 op 1; 7 op 3; 5 op 9,
2 op 6 en 10 op 8.
Hoewel er meer oplossingen mogelijk zijn, zijn ze niet
zoo gemakkelijk te vinden.
van Dr. E. L a s k e r.
Zwart: 6.
OPLOSSING PROBLEEM No. 390,
van J. Groenteman, Amsterdam.
De diagramstand in cijfers was: Zwart 8 schijven op
4, 10, 12, 13, 15, 22, 25 en 26. Wit 8 schijven op 23, 30,
31, 37, 42, 44, 46 en 48. Wit speelt hier 2318, zwart
12X23 gedw.; 31—27, zwart 22X31 gedw.; 42—38, 44—39,
en 48X8 wint op een zeer aardige manier.
Een leerzaam eindspeHetje,
van H. J. A. van Gelder, Rotterdam.
De diagramstand luidt: Zwart twee schijven op 26 en
31. Wit drie schijven op 39, 42, en 46. Hoewel wit een
schijf meer heeft, staat zwart toch ook voordeelig
door zijn ver vooruit gedrongen positie. Niettemin kan
wit hier momenteel de winst foroeeren en wel als volgt:
42—38, zwart 31—37 de beste; wit 39—33, zwart 26—31;
wit 33—28, zwart 31—36, wit 28—22, zwart 36—41, wit
3832, zwart 37X17 en wit 46 X 37 wint op tempo! Een
der vele voorbeelden hoe men een schijnbare remise
stelling vaak nog tot winst kan brengen als men slechts
de juiste voortzetting weet te berekenen.
Zwart: 2.
van
Wit: 16.
De diagramstand in cijfers behoort te zijn: Zwart
3, 4, 6—8,-11, 12, 14—19, 21, en 23. Wit 25—29, 31, 32,
34, 37, 38, 4143, 45, 46 en 48. Wit speelt en wint hier
door een fraaien slagzet.
Eenri Marchal,
Zwart: 16.
Den Haag.