ONZE JONGE MEISJES DE MOEDER" VAN MAXIM GORKI. in. Kent gij, lezeres ,dat fijnzinnige boek van >e Ligt: „De Wedergeboorte van Maria"? lij beschrijft daarin 'den ontwikkelingsgang er vrouw van zielewezen tot geesteswezen. In het boek van Gorki wordt ons de groei an de Moeder tot de Moeder geteekend, dat óók de ontwikkelingsgang van zielewezen ot geesteswezen. 'n Paar aanhalingen uit De Ligt ter ver- uidelijking van wat ik bedoel. Hij spreekt van de eindelooze smart van aoeder natuur die door het hart van de latuurlijke moeder gaat. „De moeder wil van nature het leven van .aar zoon eindeloos verheerlijkt zien." „Wat een mensch tot mensch maakt, is lat hij leeft en sterft voor een idee; is dat lij iets stellen gaat boven zijn leven." Maar wie dat aanvaardt en wie dat door pil zetten, die gaat pijn tegemoet. De geest oaakt zich van het natuurlijke niet los dan loor los-scheuring. Elke nieuwe ideaalvor- oing, elke nieuwe ideaal-verwerkelijking leeft altijd beteekend offer en bloed en ranen. En wie zich daartegen tot het uiterste ver- et, althans wie het eerst spontaan en krach- ens eigen innerlijkheid zich daartegen tot iet uiterste verzet, dat is de vrouw, dat is :e moeder in de vrouw. „De ziel als vrouw, de vrouw als ziel, die Iroomt van ongestoorde zaligheden, van lorie en geluk, onmiddellijk, uitwendig. Zij pil niet weten, dat dit op den duur onhoud- >aar is Altijd nog in blijde verwachting, oekt zij ongestoorde onophoudelijke vreugde" Dat is de vrouw als liefdewezen. Prachtig, maar één kant van den mensch. De andere kant wordt gerepresenteerd door len man, natuurlijk niet in absoluten zin, lat spreekt van zelf, maar beiden worden och naar wezen op deze manier niet onjuist langeduid. Nu merkt De Ligt op, en hij tracht dat tan de hand van de geschiedenis te bewijzen, lat die tegenstelling in den loop der eeuwen ;teeds meer wegvalt en dat de vrouw van ;enzijdig zielewezen op weg is om geestes- vezen te worden. Maar, kan vanuit dezen ïoek niet menig tragisch huwelijksleven wor- len benaderd van twee fijne menschen van vie de een uitsluitend vrouw, d.i. ziel is, en ie ander zeer geprononceerd man, d.w.z. na genoeg uitsluitend geest is? En kan vanuit dezen hoek ook niet ver- :laard worden zoo menig conflict tusschen noeder en zoon? De zoon, die zich in dienst hl stellen van een „beweging", onverschillig velke, en de moeder, die weet dat dat hem, n gewonen zin des woords, zijn geluk kan sosten? Hoe vaak is de moeder de sta-in-den-weg poor den opstrevenden zoon, voor den zoon, 5ie zich offeren wil voor ideaal, aan den ?eest? Dit nu is buitengewoon mooi ver-beeld in 5e verhouding tusschen Pawel en Pelagea •Jilowna, die beide hoofdpersonen in het boek lat ons heden voor het laatst bezig houdt. Deze vrouw heeft het leven leeren kennen oowel voor als tijdens haar huwelijk. Bestiale ..ïinelijkheid van haar man en drankzucht huis en overal hebben glans en glorie ten enenmale haar ontnomen. Vroeg-oud, zon-: r veel verwachting voor eenige mogelij k- n Jd die er voor haarzelve nog zou kunnen bestaan 't eenige geluk dat ze deelachtig wordt, is het sterven van haar man wijdt ze al haar moederliefde aan haar zoon. Als hij maar geen dronkelap wordt, als zijn vader; als ze van hem maar eenige liefde mag ontvangen, hoe weinig ook, liefde die ze haar geheele leven heeft moeten derven. Haar moeder-instinct is het, dat Pawel tracht te bewaren voor het gore en het leelijke waar mede bij wel haast alle anderen het leven ident is. Maar van idealisme is in dat srtre- yen verder geen sprake. Nog eens: het is haar prachtig moeder-instinct, maar daarboven uit komt ze niet. i_ft Wordt haar duidelijk, dat, onbegrepen, j Pawel zich een groote verandering gaat Strekken. Hij drinkt niet, hij loopt geen meisjes achterna, verkeert niet in het platte gezelschap van de dorpsjeugd en speelt niet. Hij wordt heel stil en leest maar boeken. Haar moederhart weent, naarmate het haar be wuster wordt, dat Pawel zich aan een vreese- lijk, gevaarlijk werk heeft gewijd. Hij gaat haar deelgenoot maken van zijn gedachten- wereld en opent haar oogen voor de ellende waarin ze altijd heeft geleefd en die toch geen noodzakelijkheid is, noch voor haar, noch voor anderen. Bang is ze en trotsch te gelijk. Ziedaar de eerste symptomen van den strijd moeder-Moeder „Je gaat te gronde", zegt ze tot hem met èen zucht, maar ook haastig en zacht, met een warmen blik: „God zij met je! Leef zooals je wilt; ik zal je niet storen". Nu eens heet het: „Je bent gevaar lijk veranderdach God!" Dan noemt ze hem: „mijn lieveling, mijn verlorene!" Het offer kost haar ontzettend veel strijd: „Vrou wenliefde is niet zuiver!Wij beminnen datgene wat wij>noodig hebben Ik hou van datgene wat me nabij is. wat het mijne is". aar ze komt toch verder: „De ziel heeft haar oogen opgeslagen en kijkt om zich heen i het wordt haar wonderlijk te moede. Ik begrijp veel dingen niet Jullie hebben een moeili.jk leven voor het volk. voor de waar- eid op je genomen Jullie waarheid heb ik wel begrepen". Uiteraard kan ik slechts aanstippen. Maar voortreffelijk wordt geschilderd, hoe ze langzamerhand in hun milieu wordt op genomen hoe ze zich daar gaat thuis voe len, hoe ze die menschen allemaal lief heeft, hoe ze zelf voor het eerst op straat gaat ge- Hierbij volgen een achttal toiletjes voor alle gelegenheden voor jonge meisjes van onge veer 14 a 15 jaar oud. Tè oud wil men ze niet kleeden, maar ook zijn zij op dien leeftijd geen kleine kinderen meer en weten te veel van de mode af om er niet graag volgens gekleed te gaan. 1. Allereerst een jurk ln marineblauw kasha de rok geplooid en een dasje met moesjes. 2. Vervolgens een trois pièces in wit wol len stof, afgewisseld met rood en wit geruite wollen stof. 3. Haar vriendinnetje draagt een ensemble in beige en bruin tweed met een blouse in beige tussor. 4. Daarop volgt een mantel en wel in beige crepella met naad en een sjerp. Van onderen Is dit manteltje afgerond. De volgende jurk is geknipt voor 't tennis spel. Deze i$ in rose shantung en zonder mouwen met een rose dasje met zwarte moesjes en gestikte plooien. Dan een aardige jurk voor de theevisite, want ook daaraan doen reeds onze jeugdige meisjes. Als stof hebben we hier marineblauw tussor gekozen met hemelsblauwe bloeme tjes. De jurk is aan bei de zijden van 't boven lijf gegarneerd met een rij fijne plooitjes die cp deze wijze een bolero vormen. Ook de zoo in aan de onderzijde van den rok bestaat uit deze fijne plooitjes. 7. En daarop volgt een avondjaponnetje, want onze vriendinnetjes ontzeggen zich geen enkel genoegen. - Dit is in z.g voile rodelie, in mooi nattier blauwe k-eur me' kleine genaaide plooitjes ,twee volants ploo" den rok onder de fijne plooitjes. Wervel-' acn alleraardigst geheel 8 En eindigen we de serie met een per- in appelgroene shantung, bezaaid mei settes. Alle records behooren niet aan de Amerikanen, er zijn ook nog enkele Europeesche landen die ei bezitten. Zoo kan Frankrijk er zich op beroemen de oudste typiste onder haar onderdanen te tellen Madame Talegrand was 21 jaar oud toen zij een betrekking kreeg bij de rechtbank in Parijs In dien tijd kende men daar nog geen schrijfmachines en net jonge meisje met de lange blonde haren noest alles oppennen. Zestig jaren zijn sindsdien verloopen en madame Talegrano of ent nog steeds haar beroep uit. Ondanks haar 81-jarigen eftijd heeft zij nog zeer vlugge vingers en haar arbeidslust is, .og steeds even groot, terwijl haar geest steeds frisch gebleven' s En de heer Glard. de rechter van instructie in de groote <;wendelzaak van de Gazette du Franc, heeft gemeend geen oetere keuze te kunnen doen van een privé-secretaresse dan dooi iit ambt aan de geroutineerde madame Talegrand op te dragen I Patronen van de modellen van mantels en kinderjurken zijn verkrijgbaar bij onze mode redactrice Mejuffr. L. Berendes, Joan Maetsuykerstraat 96, Den Haag. De patronen voor dames kos ten f 1.die voor kinderen f 0.80. Het duurt ongeveer 10 dagen alvorens ze in het bezit komen van degenen die patro nen aanvragen. HET OUDE LIED. Stil ligt de tuin en door de open deur Dringt zwoele lucht van zoete bloemengeur. Gebogen zit een vrouw, in d'avond- t schemering, Strak staart ae voor zich uit als in [betoovering. Een lang vergeten klank een oude melody Gedragen door den wind, ging éven weer [voorbij. En wekt met tooverslag opnieuw on stuimigheid van 1 oude liefdelied in blijden lentetijd. Doorlééft ze weer, dien wild verrukten stond Wéér bloost als toen, haar bleeke rozen- [mond. Dan ziet ze zich een zuiver maagdelün, Als op dien dag in glanzend, blank satijn* Wéér schrijdt ze voort in 't hooge kerk- gebouw, Door God gebenedijd een aangebeden [vrouwM; Stil ligt de tuin in kille avondlucht Versterft het lied met rits'lend wind- [gezucht.... H. H. DE BRUIN—León. (Nadruk verboden). tuigen van de waarheid die langzamerhand bezig is te worden haar eigen waarheid. „De kinderen, ons beste vleesch en bloed, geven hun vrijheid en hun leven en gaan met vreugd te grondehoe zou ik dan als moeder mogen aarzelen?" Daar is zij de Moeder. „De kinderen zijn onze rechters, ze veroor- deelen ons er terecht voor dat wij hen op dezen weg in den steek gelaten hebben" zegt ze tegen den officier,, die, na de arresta tie van haar zoon, bij haar thuis huiszoe king komt doen. Ten slotte brengt zij met vreugde het offer van haar zoon. Offert ze op de moeder aan de Moeder. De kinderen gaan de wereld in! Dat is het wat ik begrijp, de kinderen gaan de wereld in over de gansche aarde, allen, van alle kanten komen ze hetzelfde doel tegemoet. De beste harten trekken voortdu rend op tegen het kwade, trekken tegen al het kwade te velde. Ze vertrappen de leugen met al hun kracht jong en gezond stellen ze hun ongebreidelde krachten allen in dienst van dat ééne, de gerechtigheid. En als zij er tenslotte zelf op uittrekt met een koffer vol pamfletten, waarop de verde digingsrede van haar zoon is afgedrukt, dan zegt ze: „Ik breng het woord van mijn zoon, van mijn eigen vleesch en bloed. Dat is im mers alsof het mijn eigen ziel was!" Ook zij wordt onder mishandelingen gear resteerd. Maar het is met blijdschap dat ze deelt in het lot van haar zoon. „Men kan de waarheid niet in bloed smo ren" ook zij heeft zich geofferd nu aan het ideaal. De waarheid is meerder dan het moeder-zijn. De waarheid is tot haar nu ook gekomen in de gedaante van den zoon. Be reidwillig heeft ze haar zoon gegeven. Nu geeft ze ook zichzelf. Niet smart lijden als de natuurlijke moeder dus om het leed van den zoon, maar zich verheugen in eigen en in zijn pijn ter wille van de waarheid. Ik meen, dat men deze gedachte breed kan en moet zien. Zelfs dat men ze kan en moet losmaken van het speciale ideaal waarvoor deze vrouw en haar zoon hebben gestreden. Doch dat het de elsch is dien elk ideaal stelt, speciaal aan de moeders. Die kunnen zijn de grootmachten van behoud en weer stand op den weg naar een hoogere wereld, maar, zich verloochenend, kunnen ze zijn van onschatbare waarde, wijl liefhebbend en begrijpend en stimuleerend dan, met onge kende kracht, 't Komt me voor, dat ook ln onze dagen in deze failliete wereld en sa menleving de beteekenis van de moeder- Moeder onvergelijkelijk is. Aan de lezeressen die een patroon bestellen, wordt beleefd verzocht bij de aanvrage het verschuldigde bedrag in te slui ten, ter voorkoming van admini stratiekosten. REDACTIE. RAADGEVINGEN VOOR DE VROUW DES HUIZES. Wanneer iemand bloemen voor u meebrengt legt ze dan niet zoo maar ergens neer als ware bet iets geheel onbelangrijks maar neemt direct een vaas met water en schikt ze daarin zoo goed mogelijk onder het oog van den gever om te toonen dat ge met zijn geschenk ingenomen zijt. Brengt iemand bonbons voor u mede, zoo maakt het pakje los en open de doos en pre senteert aan de aanwezige personen. Neem er daarna op uw beurt ook een van en maak een compliment over de goede keuze van den ge ver. Wanneer gij de doos niet open maakt zou dit bij dezen het vermoeden kunnen opwekker dat gij deze bewaart om hem weder aan e*r; ander over te doen. Brengt men u een geschenk bedank dar allereerst met hartelijkheid. Vervolgens zegt gij: U permitteert? om uw nieuwsgierigheid tf toonen, maakt de touwtjes los, neemt het pa pier weg en wanneer het cadeau te voorschijn komt denkt er dan aan hoe teleurgesteld gij misschien ook zijt uit te roepen dat dit eet' van uw hartewenschen was. Maakt nooit misbruik van den tijd dien g! betaalt: zij het dat het een leeraar, een da? naaister, een werkmeisje of wie ook betref Nooit moet gij probeeren hen langer te late werken dan waarop gij redelijk recht hebt. d zou leelijk en oneerlijk zijn.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1929 | | pagina 20