Sclager Courant
Uit een Balkan-staat.
WINKEL.
HARENKARSPEL.
CALLANTS00G.
SINT MAARTEN.
ZIJPE.
SCHOORL.
NT PANCRRAS.
LANGENDIJK,
HEERHUGOWAARD.
WIERINGEN.
ANNA PAUL0WNA.
Tweede Blad.'
Uit onze Omgeving.
Gemengd Nieuws.
Woensdag 3 Juli 1929.
72ste Jaargang. No. 8485
GEMEENTE WINKEL.
Ingeschreven gedurende de maand Juni 1929.
Geboren: Gerrit Fopma, zoon van Jelle Fopma Han-
Hema en Cornelia Bakker.
Huwelijken: Geene.
OVerleden: Maartje Joffer, weduwe van Pieter Mul,
83 jaar: Neeltje Esselman, weduwe van Pieter van
Groos, 70 jaar.
Bij de op Maandag j.1. gehouden Bestuursvergadering
van het onderlinge' Paardenfonds, bleek dat er over 't
2e kwartaal 285 verzekerd waren; het fonds had een
verlies van 6 stuks; de omslag werd bepaald op f 0.80
per f 100 verzekerde waarde.
Tot tijdelijk Commissaris van het fonds, in de plaats
van den heer C. Hoedjes, werd door het bestuur aange
beld de heer T. Grootes te Nieuwe Niedorp.
Politie. Gevonden op den Oosterdijk: een nikkelen
horloge. Inlichtingen bij den veldwachter.
GEMEENTE HARENKARSPEL.
Ingeschreven gedurende de maand Juni 1929.
Geboren: Jaantje, dochter van Cornelis Ploeger en
Grietje Schuïjt. Catharina, dochter van Willem Woes-
tenburg en Elisabeth Groothuizen. Simon Nicolaas,
zoon van Hendrikus Boon en Helena Stoop. Elizabeth
Jacoba, dochter van Fredepik van Schagen en Agatha
Dekker. Trijntje, dochter van Jacob Schoen en Maar
tje Zwaag.
Ondertrouwd: Martinus Hoek en Anna Petronella
Eommer.
Gehuwd: Johannes Petrus van de Kamer en Johan-
na Boekei. Johannes Korver en Maria Catharina van
der Stoop. Johannes Koomen en Anna Helena Hof.
Overleden: Janna Maria Groen, oud 16 jaren. Pieter
Boekei, oud 89 jaren, weduwnaar van Antje Burger.
Jan van Leijen, oud 63 jaren, weduwnaar van Vrouwtje
Waterdrinker.
Door verschillende omstandigheden heeft do heer
Lugtenburg van Den Helder bedankt als directeur van
het fanfarecorps „Callantsoog". In de op Zaterdag j.1.
gehouden ledenvergadering is thans tot directeur be
noemd de heer Steinroth, stafmuzikant bij de muziek
der Kon. Marine te Heider. De benoeming is voorloopig
voor den tijd van 3 maanden en zal, wegens detachee
ring van de muziek der Kon. Marine naar Rotterdam j
ingaan op 27 Juli a.s.
Voor rekening van den heer S. Kooger, wethouder van
Callantsoog, zal door den aannemer J. Toes, Groote
Keeten, een woning gebouwd worden aan den Abbeste-
derweg, op het terrein van den heer A. Vader.
GEMEENTE CALLANTSOOG.
Ingeschreven over de maand Juni 1929.
Geboren: Jan Cornelis, zoon van Dirk Vos en van
Immetje Viseer.
Getrouwd: Arie Kooger, oud 24 jaar, te Callantsoog,
en Johanna Petronela Roos, oud 21 jaar, te Den Helder
Overleden: Geene.
Voor Dinsdagavond was een openbare vergadering
uitgeschreven ter bespreking voor het zoo mogelijk te
houden schoolfeest der leerlingen van de openbare
school alhier. Een 12-tal personen waren opgekomen.
Door het schoolhoofd werd deze vergadering geopend
en verder geleid. Na tot het besluit te zijn gekomen, dat
wederom feest zou worden gehouden, kregen wij eers.
door bedanken van het oude bestuur, verkiezing van
een nieuw bestuur, waarvoor werden gekozen de heer
P. Jonker en Mej. Heneweer, terwijl als vanzelfspre
kend het nieuwe schoolhoofd werd benoemd en door
hem aanvaard.
Besloten werd, zoo de financiën het toelaten, Woens
dag 10 Juli met de 5 laagste klassen naar Schoorl enz.
en 17 Juli met de hoogste klasse naar Amsterdam te
gaan, voor de eerste reis zijn 25 en voor de laatste 18
kinderen in totaal. De reizen zullen beiden per auto
bus geschieden.
Het huis, in eigendom bij Mej. B. Blok en bewoond
door den heer Van Oort, is bij onderhandschen ver
koop overgegaan op den heer A. Breebaart, alhier.
DE GESTORVEN STAD AAN HET FJORD. HET
EILAND DER DOODEN. HET HOTEL „VRIJ
HEID". NACHTELIJKE VISCHVANGST.
(Van onzen reizenden correspondent).
PERAST, 22 Juni 1929.
Als men jarenlang rondreist door verschillende landen
der wereld, als men telkens slaapt in andere kamers,
vertoeft in andere steden, die men, juist als men er
eenige kennissen heeft gekregen, weer moet verlaten,
ontwaakt Jn den zwerver het verlangen tenminste kor
ten tijd te wonen in een kamer, die iets van huiselijk
heid aan zich heeft; een kamer, waar men de weinige
boeken, die men met zich voert, neder kan leggen er
gens op een boekenhangertje; een kamer, waaruit men
niet na enkele dagen moet vertrekken en die men een
weinig lief kan hebben, omdat er niet is het onper
soonlijke van hotelkamers, die eiken dag van bewo
ners wisselen.
Nu ik, ter voorbereiding van mijn voetreis door Al
banië, ter verkrijging van een visum, ter regeling van
mijn financiën in Albanië, ter informeering, ter be
studeering van de geschiedenis van dat land, eenigen
tijd, ook in afwachting van post uit Nederland moet
blijven, ontwaakte in mij het verlangen dan tenminste
voor twee, drie weken een meer. huistelijke kamer te
bewonen.
Kotor is al meer een touristenplaats met zelfs één
nieuw, groot, volkomen modern hotel en vele andere
hotels en pensions. Tusschen, naar de laatste mode
gekleede, uiterlijk tot in de puntjes verzorgde toeristen
(waarom loopen dezen meestal met fotografietoestellen,
waarmede ze vrijwel nooit fotografeeren en met ge
weldige verrekijkers, die ze zelfs bij bezoeken aan ker
ken en musea medenemen?) voelde ik me bovendien
niet geheel thuis.
Op zoek naar zulk een meer huiselijke kamer, waar
ik eenigen tijd rustig zou kunnen werken, maakte ik
een wandeling langs het fjord, in gezelschap van een
Deen, die mijn begeleider zal zijn door Albanië, want
een voetreis door dat onherbergzame land, waarbij ik
herhaaldelijk den nacht onder den bloten hemel zal
moeten doorbrengen en bij gebrek aan restaurants voor
mijn eigen potje zal moeten zorgen, kan men moeilijk
alleen maken.
Wandelend tusschen den fjord-oever en hooge berg
wanden passeerden we eenige dorpen, tot we op 14
K.M. van Kotor kwamen in het langs het fjord ge
bouwde stadje Perast, een der zonderlingste, schoonste,
meest romantische stadjes van Europa.
Perast was eens, anderhalve eeuw geleden, een koop
stad van beteekenis, rijk, met eenige duizenden bewo
ners. Nu wonen er hoogstens vijfhonderd menschen.
doch de resten van vroegeren bloei zijn gebleven. Vijf
kerken zijn er nu nog, één met een machtigen klokken
toren. Paleizen der vroegere patriciërsfamilies staan
er, maar de meeste zijn onbewoond; van enkele zijn de
daken in gestort; in andere zijn slechts twee of drie
kamers in gebruik bij een visschersfamilie. Er staat
een paleisje, dat in zijn bouwtrant sterk herinnert aan
het dogenpaleis te Venetië, maar er is geen ruit meer
in de vensters, de deuren zijn reeds lang verdwenen en
binnen worden de zolderingen gestut door balken, daar
gesteld door menschen, die reeds lang de oogen voor
goed sloten. Electrisch licht is er in dit stadje niet,
noch gas. Aan de huisdeuren zijn nog kloppers; aan de
hoeken der nauwe hoofdstraat ziet men hier en daar,
aan een muur bevestigd, een lantaarn, waarin lang
geleden zeker olielampjes hebben gebrand. Nu is er
niemand meer, die deze lantaarns ontsteekt.
In dit stadje van ruïne-achtige pracht stemmen voor
al de verwilderde tuinen bij de verlaten huizen droef
geestig. O, die verwilderde tuinen! Het is alsof de bo«>-
men, alsof de struiken weten, dat geen menschelijk
hart hen meer lief heeft, dat ze eenzaam zijn, en in de
gebaren van hun takken drukken ze stomme smart uit.
Hier, in dit stadje van stilte, vonden we een kamer,
een werkelijke, huiselijke kamer met het uitzicht op
het fjord, waarin twee eilandjes liggen, één met een
oud verlaten kerkje, half verscholen tusschen hoog-
opgaande, ernstige, slanke cypressen. Dit is het eiland
je, dat Böcklin gebruikte als hoofdmotief voor zijn
beroemd werk „het eila:»d der dooden", vertelde men
mij hier. Of het waar is, weet ik niet, maar zeker is,
dat het sterk aan Böcklins „Toteninsel" doet denken.
's Avonds, als ik voor mijn open venster, waardoor
de zilte lucht van het water en bloemengeur naar bin
nen dringen, werk, en de klokken reeds zwijgen, het
zilveren maanlicht geruischloos vloeit over het fjord,
wordt de oppermachtige stilte alleen verbroken door
het gekabbel der golfjes tegen den oeverkant Het is
als een nooit eindigend gesprek, als hadden de golfjes
elkander wondervreemde dingen te vertellen.
Ja, dat was hier wel de kamer, die ik gezocht had,
de kamer, waar ik me voor korten tijd kon wanen
thuis te zijn. Maar dan kwam de kwestie van het eten.
Bij onze verkenningstocht door het grootendeels ver
laten stadje vonden we een paar winkeltjes en café-
tjes, waar gerookt spek, ingelegde vischjes, brood en
kaas te koop waren. Koffie konden we in onze kamer
wel krijgen, maar... warm eten? Een warmen maaltijd
wilden we toch ook nu en dan wel hebben, doch een
restaurant was er in het stadje niet. 's Avonds naar
Kotor te gaan was te bezwaarlijk. De laatste bootver
binding Perast—Kotor is 's morgens half twaalf, de
laatste boot van Kotor naar Perast vertrekt reeds 's
middags om twee uur. We zouden dus, als we te Kotor
wilden eten, eiken avond 28 K.M. moeten wandelen,
wat toch wel iets te veel is. Maar aan de andere zijde
van Perast zou misschien iets te vinden zijn. Inderdaad,
men vertelde ons, dat vier K.M. van Perast aan het
fjord nog een werkelijk geheel bewoond stadje ligt,
Risan, vroeger Castelnuovo geheeten. Daar was een
hotel en vermoedelijk konden we daar eten.
Vier kilometers erheen, vier kilimeters terug, tezamen
acht kilometers, dat was te doen.
Zoo gingen we 's avonds op marsch langs het fjord.
Sterren stonden aan den hemel en duizenden kleine
sterretjes vlogen om ons: vuurvliegjes.
Toen we te Risan aankwamen, heerschte bij het
kleine haventje leven en beweging, want deze zuide
lijke menschen leven meer op straat dan wij, menschen
van het noorden. Muziek van een Zigeunerkapel lokte
en toen we er op af gingen, kwamen we bij een tuin
vol menschen, een tuin, die bij een klein, gemoedelijk
hotel behoorde. Hotel Sloboda (Vrijheid), lazen we. Ja,
daar moesten we zijn.
Met uitzondering van touristen, die het stadje per
automobiel doorvliegen, zijn vreemdelingen hier zeld
zaam en onze komst baarde vriendelijk opzien. Be
halve ingezetenen van het stadje waren er toch nog
eenige vreemde gasten, zooals we later vernamen: een
gewezen Oostenrijksch zee-officier, een Sloveen, met
vrouw, een ingenieur en nog enkele menschen, die de
toestanden kennen en hier, eenigszins verwijderd van
het eigenlijke vreemdelingenverkeer, een rustige, goed-
lcoope vacantie doorbrengen.
We aten een uitstekenden, overvloedigen, warmen
maaltijd, die op 26 dinar (f 1.18) voor twee personen
kwam. Een liter smakelijke witte wijn kostte 12 dinar
(54 cent). De hotelier, een Tsjech, in hemdsmouwen,
bediende zelf en behandelde alle gasten alsof het oude
kennissen waren. Toen hij een oogenblik rust had,
werd hem de nieuwsgierigheid te machtig en kwam hij
met ons praten om te weten te komen wie en wat we
waren. Toen hij hoorde, dat daar een Nederlander en
een Deen op bezoek waren gekomen, was hij sterk on
der den indruk.
Twee menschen zoo ver uit het noorden!
Merkwaardig is, dat in het zuiden velen de Nederlan
ders, Denen, Zweden en Noren zoo ongeveer als één
en hetzelfde volk beschouwen, wat geografisch onjuist,
maar psychologisch nog zoo heel dwaas niet is.
Toen we betaald hadden en weg wilden gaan, kwam
de hotelier ons nog een liter wijn voor zijn rekening
aanbieden. We wezen vriendelijk af, maar de hotelier
liet zich niet ontmoedigen en verklaarde, dat hij zich
verplicht achtte ons nog iets aan te bieden, omdat
we van al zijn gasten de verst gekomenen waren. Toen
bogen we het hoofd.
Twee dagen later vroeg ik den hotellier of we nooit
eens visch bij hem konden eten. En h»t antwoord
luidde: „Zeker, als u mede gaat vannacht om ze te
vangen. We komen dan om drie uur 's nachts terug
en ik geef u kosteloos voor den nacht een kamer."
Zoo voeren we 's nachts op het fjord rond in gezel
schap van den waard, den oud-zee-officler en den in
genieur. Met een sterk licht vóór aan de boot werden
de visschen gelokt (wat hier bij den overvloed van
visch niet verboden is) en de hotelier prikte ze met een
lange vork (als een hooivork bijna) met scherpe tan
den op en den volgenden dag aten we visch, waarvoor
de hotelier geen betaling wilde aannemen, daar wij,
als deelnemers aan den tocht immers recht hadden
op een deel van de vangst.
Inderdaad, het hotel Sloboda (Vrijheid) in het kleine
stadje aan het fjord draagt zijn naam met eere.
J. K. BREDERODE.
ST.-MAARTENSBRUG.
Dinsdagmorgen is de boerenhofstede „Twist vlied"
bewoond door den heer G. Blaauboer Kz., tot den grond
toe afgebrand. Hoewel de brandspuit spoedig ter plaat
se was, kon niets meer gered worden. Als vermoede
lijke oorzaak wordt kortsluiting opgegeven.
Huis en inboedel waren verzekerd.
ST.-MAARTENSBRUG.
Men deelde ons mede, dat de heer B. H. Wilbers ge
slaagd is voor 't einddiploma 5-jarigen cursus Hoogere
Handelsschool te Den Helder.
ZIJPE.
Uitslag van de op 1 Juli j.1. gehouden aanbesteding
van hét onderhoud der gemeente-eigendommen.
Timmer- en metselwerk. Ingeschreven is als volgt:
E. Roozing te Petten f 710, M. Schipper te Schager-
brug f 700, K. Ursem te *t Zand f 690, F. Schotten te
Schagen f 640, C. Dekker te Schagerbrug f 632.
Gegund aan den laagsten inschrijver.
Verfwerfe. Ingeschreven is als volgt: P. J. Renooij,
Schagerbrug f 860, J. Renooij, Burgerbrug f 859.
De gunning werd aangehouden.
GEMEENTE ZIJPE.
Ingeschreven van 29 Juni tot en met 2 Juli 1929.
Geboren: Johannes Antonlus, zoon van J. E. J.
Kramer en A. J. Schrama. Adriaan, zoon van Adriaan
Baken en N. Kalverboer. Arie Pieter, zoon van J.
Mosk en A. C. Rens. Cornelis Adrianus Antonlus, zoon
van C. Klaver en A. Conijn.
Ondertrouwd, Getrouwd en Overleden: Geene.
GEMEENTE SCHOORL.
Ingeschreven gedurende de maand Juni 1929.
Geboren: Jacob. zoon van Jan Schotvanger en van
Neeltje Jonker: Jannie, dochter van Petrus van Duin
en van Elizabeth Potgieser; Divere, dochter van Jo
hannes Timmer en van Marijtje Jonker.
Ondertrouwd en Getrouwd: Johannes Rose te Bergen
en Maartje Kaar
Overleden- Tr >obeek, 79 jaar, weduwe van
Rembertus Star Hoogvorst, 58 jaar, echtgenoot
van Euphemi der, weduwnaar 'van Grietje
Zwalcmar.; Kcle. 70 jaar, weduwe van Cornelis
Hoogland: T-'clon-: Elisabeth van Wiele, 79 jaar, we
duwe van r.ip, eerder van Jan Borst.
Uil
GEMEENTE SINT PANCRAS.
Ingeschreven gedurende de maand Juni 1929.
Geboren: Jacob Gerrit, zoon van Pieter Groen en van
Geertje Ploeger; Alida Klasiena, dochter van Gerbrand
Nleuwland en Egberdina Buscher; Trijntje, dochter van
Jan Wagenaar en Geertje Zeeman; Neeltje, dochter v.
Pieter Kooij en Maartje Bloem.
Gehuwd: Jan Keizer en Harmina Booi; Jan Gootjes
en Trijntje Koedijk; Dirk Bobeldijk en Jannetje Keizer
Overleden: Maarten Schuit, 59 jaar, echtgen. van Jan
netje Tegel.
GEMEENTE BROEK OP LANGENDIJK.
Ingeschreven gedurende de maand Juni 1929.
Geboren: Dirk, zoon van P. Paarlberg en van T.
Aarsen; Maartje, dochter van D. Bakker en van M.
Glas; Arie, zoon van K. Kok en van J. Nieuwenhuizen;
Hendrika, dochter van S. Koffeman en van N. Veen-
stra; Jacob, Pieter, zoon van W. Bruin en van W. van
Duijn; Dirk, zoon van M. Wiering, en van A. Smit.
Getrouwd: P. J. Stekelbos, electricien, wonende te
Bergen, en W. Stam; E. Smit, tuinbouwer en G. Leijen,
wonende te Amsterdam; W. Kliffen, transportarbeider
en M. Evers, wonende te Heerhugowaard; J. Norden,
venter, wonende te Haarlem en E. Engel; K. Bak, tuin
bouwer en E. Romeijn; M. Borst, koopman en J. Bij-
post, wonende te Alkmaar; T. Keizer, veiling-beambte
en S. Groen; J. Kok broodbakker en M. L. Klemkerk,
wonende te Bergen.
Overleden: Baafje Vredenburg, oud 75 jaar, echtge-
noote van K. de Geus.
GEMEENTE HEERHUGOWAARD.
Ingeschreven gedurende de maand Juni 1929.
Geboren: Maria Hillegonda, dochter van Simon Borst
en Anna Maria de Jong. Nicolaas Petrus, zoon van
Petrus van Stralen en Martha Dol. Adrianus, zoon van
Jacob Groenveld en Catharina Margaretha Does. Joseph
Maria, zoon van P. A. van Schaick en M. C. M. Loo-
mans. Hendrika, Wilhelmlna, dochter van H. W. Post
en H. Klingeler. Johannes, zoon van Petrus Bleeker
en Catharina Tamis. Geertruida Johanna, dochter van
F. Hink en E. M. Broersen. Maria, dochter van Johan
nes Oudhuis en Neeltje Groen. Geertruida Catharina,
dochter van Gerrit Brink en Catharina Mul.
Overleden: Antje Wester, oud 80 jaar, weduwe van
Jan Stoop. Dirk Mourlts, oud 76 jaar, echtgenoot van
Neeltje Spekken.
Gehuwd: Pieter Mooij, alhier en Ursula Emma Oude
man, alhier.
De machinst van de stoomsleepboot „De Zaan", in
dienst bij de Zuiderzeewerken kwam met zijn arm tus
schen een krukas der machine. Het lichaamsdeel werd
geweldig geschaafd en verbrijzeld De man, welks naam
wij niet te weten konden komen) werd eerst in het
M.U.Z.-magazijn verbonden en is toen naar het zieken
huis te Alkmaar \ervoerd om ter verpleging te worden
opgenomen.
De oudste kinderen der O.L.-school te Oosterland,
hadden j.1. Dinsdag hun schoolfeest Begunstigd door
buitengewoon mooi weer gingen de kinderen per auto
bus naar Schoorl, Bergen, Bergen aan Zee en over Alk
maar. Dat er genoten is, kan men zich indenken. Speel-
duin, speeltuin en strand, en dan de mooie reis, wat een
vermaak op zoo'n dag.
Maandagavond kwam het 13-jarig dochtertje van den
hee£ W. de G. alhier, terwijl zij voor de haar aan den
Amsteldijkweg achteropkomende auto van den heer P.
J. W. wilde uitwijken, zoodanig te vallen, dat zij juist
voor de auto terecht kwam en beide wielen over haar
heen gingen. Den heer W., die zeer kalm reed, trof geen
schuld.
Onmiddellijk naar dr. Olree vervoerd, bleek het kind
niet ernstig bezeerd te zijn en slechts eenige ontvellin
gen en lichte kneuzingen te hebben opgeloopen. Moge
lijk is dat hiervan een gevolg, dat het stuur der fiets
juist over haar heen is gevallen en den sterksten schok
heeft gebroken.
Aan J. Polet werd te Den Helder het einddiploma
Hoogere Handelsschool uitgereikt.
Vergadering yan de Holl. Mij. van Landbouw.
De voorzitter, de heer C. D. Rezelman, heet de aan
wezigen welkom, alsmede den landbouwstudent, den
heer De Jong, die als gast tegenwoordig is.
De secretaris, de heer N, Raap, leest vervolgens de
notulen, welke onder dank worden goedgekeurd.
Ingekomen zijn: Verslag over 1928 van de Onder
linge Brandverzekering voor de leden der Maatschap
pij, alsmede Rekening en Jaarverslag der verzekering
over 1928. De premie is 20 pCt. verlaagd.
Voorts zijn ingekomen een brochure over toepassing
van electriciteit bij de pluimveeteelt, het rapport der
pluimveecommissies van Noord- en Zuid-Holland,
waarbij wordt medegedeeld, dat de secretaris, volgens
opdracht in de vorige vergadering, aan verschillende
pluimveehouders te Breezand heeft geschreven, terwijl
op diens informatie bij het Hoofdbestuur als antwoord
is ontvangen, dat alleen leden der Maatschappij leden
van een pluimvee-commissie mogen zijn.
Verder kwam de gewone jaarlijksche vragenlijst van
het Hoofdbestuur in, die beantwoord wordt; en een
brochure, waarin de mogelijkheid wordt uiteengezet om
bij brand van buitenaf alle deuren te openen en al het
vee tegelijkertijd los te doen staan.
Na deze mededeelingen worden opgaven gedaan voor
de aanbesteding klaverruiters, waarvoor monsters wa
ren ingekomen.
Van de Algemeens vergadering heeft reeds een ste
nografisch verslag in het Landbouwblad en van die van
Hollands Noorderkwartier een zeer uitvoerig verslag in
de Schager Courant gestaan, waarom de afgevaardigden
meenen, dat hun verslag thans overbodig is geworden.
De secretaris is het daarmee echter niet eens, hij meent,
dat de afgevaardigden eigen Indrukken en opmerkin
gen omtrent de bijgewoonde vergadering zouden kun
nen weergeven.
De heer Rezelman brengt nu eenige der belangrijkste
onderwerpen van hèt op de algemeene vergadering be
handelde naar voren, waarna de heer Van Balen Blan
ken hetzelfde omtrent de vergadering van Hollands
Noorderkwartier doet. Een en ander geeft aanleiding
tot een zeer geanimeerde bespreking, hetgeen de se
cretaris doet opmerken, dat het toch wel wenschelijk
blijkt, dat de afgevaardigden verslag uitbrengen, óók
al is er reeds uitvoerig een in de pers verschenen.
De heer Raap zet vervolgens uiteen, wat men onder
standariseering van de melk heeft te verstaan, daarbij
op den voorgrond stellend, dat hij geen andere gege
vens heeft kunnen verkrijgen dan hetgeen J. C. Blink
daarover geschreven heeft, waarom hij het niet onmo
gelijk acht, dat zijn uiteenzetting wellicht wat eenzijdig
kan zijn.
Volgens het Melkbeslult, zegt spr., is melk het vocht,
zóó als het uit de koe komt; alles wat daaraan wordt
toegevoegd wordt als vervalsching beschouwd. Het
spreekt dus wel vanzelf, dat daardoor de eischen, aan
melk te stellen hee laag moesten blijven en dat het vet
gehalte niet hoog behoeft te zijn. Nu zijn er echter
veehouders, die door fokken, voedering enz., het vet
gehalte hunner beesten van 2.75 tot 3.50, ja tot 4 pet.
hebben weten op te voeren. En deze veehouders nu
roepen thans om maatregelen, dat zij daarom meer geld
voor hun melk zullen krijgen. Zij vragen levering op
gehalte of wijziging van het Melkbesluit in dier voege,
dat zij het recht zullen krijgen melk af te leveren op
de melkgrens en deze daarvoor dus pasklaar te mogen
maken.
Is dat mogelijk, is dat noodig en bovenal is dat
wenschelijk? De boeren die in den regel melk leve
ren aan de groote steden, vooral de consumptiemel
kers rond Amsterdam, zouden daardoor natuurlijk
zwaar beconcurreerd worden door de boeren, die ge
woonlijk aan de kaasfabriekou leveren en alleen
maar in den zomer consumpticmelk, zooals b.v. de
fokkers in Friesland, vanwaar trouwens de bewe
ging is uitgegaan. Maar bovendien, wanneer de
laatstgenoemde boeren hun zin kregen,- zouden daar
groote belangen van de consumenten mee gemoeid
zijn, die niet bepaald worden naar het vetgehalte,
maar naar eischen van hygiëne enz Niets is gevaar
lijker, dan met melk te scharrelen en dat toch zou
moeten worden gedaan, om de melk met een hoog
vetpercentage tot de melkgrens te brengen, mogelijk
zeer ten nadeele van kwaliteit, gezondheid en sma
kelijkheid. Daarenboven, als het Melkbesluit in dien
zin veranderd werd, zouden nieuwe maatregelen te
gen fraude getroffen moeten worden, terwijl nu al
leen geëischt wordt, dat het te leveren product
melk is. De Friesche boeren zouden op die manier
geweldige concurrenten dqr consumptiemelkers
rondom de groote steden woiVlen, terwijl zij toch
maar een tijdelijke voorziening kunnen bewerk
stelligen. En d&&rom zou dan nu de heel© ««eik-
voorziening van Amsterdam enz. op losse schroeven
worden gezet!
De voorzitter dankt den heer Raap voor zijn uiteen
zetting en daarna is beproeving van aardappel-rooi-
machines aan de orde. Na eenige bespreking wordt
besloten, enkele fabrikanten tot demonstratie uit te
noodigen, doch daarvoor de hier gebruikte merken,
en die, welke de leden in Noord-Brabant gezien' heb
ben. uit te sluiten, wijl ze niet bevredigend werken.
Vervolgens komt de excursie naar Friesland ter
sprake. Besloten wordt, dat deze over 2 dagen zal
loopen, terwijl zij wordt vastgesteld op Donderdag
11 en Vrijdag 12 Juli.
Nadat bij de rondvraag nog een en ander naar vo
ren komt, wordt de vergadering gesloten
GERED DOOR EEN VALSCHERM.
In de nabijheid van Johnston (Ver. Staten), kreeg een
groot verkeersvliegtuig, op weg van St. Louis naar
Long Island, een panne aan een motor. Het gelukte
den piloot zijn eenigen passagier en zich zelf te red
den door met een valscherm omlaag te springen. Het
vliegtuig vloog onbestuurd nog eenige honderden
meters verder en stortte toen naar beneden.
LINDBERGH'S EERSTE ZEIL VLUCHT.
Voor meer dan tienduizend toeschouwers, maakte
overste Lindbergh gisteren op het vliegveld Lambert
bij St. Louis met een motorloos vliegtuig zijn eerste
zeilvlucht.
SPRINKHANENPLAAG OP CORSICA.
Alles kaal gevreten.
Het eiland Corsica wordt op het oogenblik, naar
uit Parijs gemeld wordt, geteisterd door een sprink
hanenplaag. De sprinkhanen-zwermen zijn van de
Afrikaansche kust gekomen en hebben de dalen in het
Zuiden van het eiland geheel verwoest. Akkers, wei
den, wijnbergen en olijftuinen zijn geheel kaal gevre
ten. Het vee moest naar de weiden op de bergen wor
den gebracht, daar op de vlakte geen voldoende voed
sel meer voorhanden was.
DE REIS CM DE WERELD MET DE GRAF
ZEPPELIN.
Dr. Eckener is MaandagavQnd van Friedrichshafen
naar Berlijn vertrokken om onderhandelingen te voe
ren nopens de reis om de wereld met de Graf Zep
pelin.
TIEN JAAR DRANKVERBOD IN DE VER.
STATEN.
Een ongewcnscht resultaat.
Eergisteren was het tien jaar geleden dat het drank
verbod in de Ver. Staten werd afgekondigd.
Het feit wordt door de meeste bladen niet van veel
waardeerend commentaar voorzien. Er wordt de aan
dacht op gevestigd dat er in Juni 1919 in New York
7069 hars en 689 wijnlokalen bestonden. Op het oogen
blik bedraagt het aantal „speakeasies"... 30.000! Al
thans volgens schatting van den hoofdcommissaris,
Grover Whalen.