Altmul Bitiws-
De Schoone Duivelin
Uitgevers: N.V. v.h. TRAPMAN Co., Schagen.
Eerste Blad.
Ingezonden Stukken.
C&COSROZ&N
ZErErP
MET ntTAMKER
D&BBELM^NN
Wat ons bespaard bleef!
Woensdag 17 Juli 1929.
AGER
72ste Jaargang No. 8494
Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder
dag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver-
tentien nog zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst
POSTREKENING No. 23330. INT. TELEF. No. 29.
Prijs per 3 maanden fl.65. Losse nummers 6 cent. ADVKRTEN-
TIcN van 1 tot 5 regels fl.10, iedere regel meer 20 cent (bcwijsno.
inbegrepen). Grootere lettors worden nnar plaatsruimte berekend.
DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN.
Mijnheer de Red.
Verleen mij een klein plaatsje In uw veelgelezen blad.
Bij voorbaat mijn dank.
Wü gaan den ouden weg weer op!
Maanden voor den 3en Juli j.1. is er een propaganda
gevoerd met Staatspensioen, als één der voornaamste
punten van het program ,van elke linksche partij, voor
de verkiezing van leden der Tweede Kamer. Elke po
litieke partij vas voor Staatspensioen, en deed
zijn uiterste best op vergadering, meeting, en door
den aether, 't woord staatspensioen te doen weerklinken
ten voordeele voor de ouden van dagen, of voor de, V.
D. Z. D. G. D.?? Met aandacht heb ik daar wel naar
geluisterd, die schoone woorden van eiken spreker, uit
elke linksche partij, de actie die zij voerden, om de
misdaad, zooals het op 't oogenblik is, dat ver over de
30.000 ouden van dagen verstoken zijn van ouderdoms
rente, en overgeleverd worden aan de genade, hetzij aan
liefdadige instellingen, kerk of armbestuur, eet.
Thans kunnen we toch weer constateeren, de verkie
zingsuitslag heeft weer geen verbetering gebracht voor
de ouden van dagen, een rechtsche meerderheid staat
voor 3 of 4 jaar weer vast. Mijns inziens is de schuld
aan de linksche partijen zelf; zij zijn het in politieleen
zin wel met elkaar eens, als zij zien er een voordeeltje
uit te slaan, maar och, na afloop hiervan, halen zij el
kander tot den grond toe af, uitzondering buitengeslo
ten.
Staatspensioen hebben wij toch alleen te verwachten
van de linksche partijen. De Christelijke rechtsche par
tijen, die gevoelen niet voor staatspensioen, omdat er
één gebod uit de tien geboden hun niet aanstaat, van
de volgende woorden: ..Hebt uw naaste lief als u zelf."
Bij den uitslag van de laatste verkiezingen, Is Floris
erin gekomen, en Pieter er uitgeduwd enz., daar schie
ten wij democraten niets mee op, onze partijen worden
aan stukken gescheurd ,niet uit de politiek, of demo
cratie, maar uitWel hebben de grootste partijen een
aantal stemmen behaald, maar dit is geen bevordering
geweest voor verbetering vanhet rechtvaardig bestaan
voor onze ouden van dagen. Er is misschien nog een
kleine hoop, de uitslag van ons nieuw kabinet!
Geachte lezeressen en lezers van dit blad, bondgenoo-
ten van de B. v. S., we staan nu weer hopeloos tegen
over het ideaal, dat wij hebben gevoerd vóór de verkie-
king. In het parlement is ons strijders voor premievrjj
Staatspensioen in de eerste vier jaren geen verandering
te wachten? Wat zal de groote bond van duizenden le
den doen, om haar strijd te volharden? Mogen wij den
ken: we wachten het maar weer af tot de volgende ver
kiezing? Neen, bondsvrienden. met een dubbele actie
zijn wij verplicht den strijd voort te zetten. Met een
grootere actie zie ik het hoofdbestuur tegemoet deze te
steunen. Als nu het hoofdbestuur in deze achterwege
blijft, dan verwacht ik deze actie van een Federatiebe
stuur, of afdeelingen, maar werkeloos mogen wij niet
■blijven zitten. Denk aan de meer dan 30.000 ouden van
dagen, die van het recht Staatspensioen verstoken zijn,
en dat hun als een onrecht wordt aangedaan; zij ver-
FEUILLETON
24.
DET. DUNN.
„Het speet me vreeselijk, Lady Lanchester, dat ik niet
op tijd bij Harvey en Rossiter kon komen om de ope
ning van het testament bij te wonen. Ik was in Nizza
ik moet 's winters altijd aan de Riviera zijn, dit
beestachtige Engelsche klimaat is fataal voor mijn
horst en ik vatte kou juist toen ik op reis wilde
gaan, en toen durfde ik de reis n iet aan vóór Ik beter
was. Het maakt geen verschil dat ik er niet was
dat kon toch niets aan het testament veranderen, niet
waar?"
Mylady sloeg de oogen neer en zuchtte. Toen leunde
ze achterover in den donkeren hoek van de auto en
bette elegant haar oogen met een miniatuur kanten
zakdoekje.
Bij laatste wil van den graaf was zijn geheele for
tuin aan zijn vrouw, Leonie, gravin van Lanchester,
nagelaten; de landgoederen, die onvervreemdbaar erf
goed waren, gingen met den titel aan William Trevor,
maar het huis in Park Lane niet, dat vermaakte hij aan
zijn vrouw. Tenzij de nieuwe graaf van Lanchester een
eigen fortuin had, zou hij Lanchester Court en de be
zittingen zooiets als een witte olifant vinden, want de
pachtopbrengsten waren nauwelijks voldoende om de
plaats in stand te houden volgens de waardigheid van
een graafschap.
Gerekend naar de tegenwoordige opvattingen was de
graaf geen bijzonder rijk man; hij liet ongeveer een
kwart millioen na. Toch zou dit geld den nieuwen
graaf geholpen hebben en hij voelde zich eigenlijk een
weinig te kort gedaan.
Dan was er nog het meubilair en de schilderijen.
Sommige schilderijen waren erfstukken en de graaf
sprak er aan de lunch met de gravin over.
„O, maar dan neemt U ze toch," zei Lady Lanchester
liefjes. „Ik denk, dat de adcocaten wel zullen weten
welke het zijn, ik weet het niet."
„Ik heb hier eèn lijst, maar ik geloof, dat ze bijna
allen op Lanchester Court zijn. En dan zijn er nog
de beroemde Lanchester diamanten en de andere ju-
weelen. Ik denk, dat die wel niet in Lanchester zullen
zijn."
Hij glimlachte een zlekelijken glimlach en boog zich
«ver het papier voor hem. Het was maar goed, dat hij
wachten mee onzen strijd om hun dat onrecht te ver
mijden!
Lezeressen en lezers, leden van den Bond, bedenk u
eens, en helpt mee om deze regeeringsmisdaad te be
straffen, in een premievrij Staatspensioen voor alle
ouden van dagen, die daar recht op hebben.
Mochten er wezen die hiervoor wat hebben tegen te
schrijven, deze staan ik gaarne ten antwoord!
Dankend voor de plaatsruimte.
P. Zeeman.
Kolhorn, 14 Juli 1929. Lid. B. v. S.
Geachte Redactie,
Mag lk naar aaleiding van het verslag der N.O.G.-
vergadering, voorkomend in Uw blad van 13 dezer,
enkele opmerkingen maken? Bij voorbaat dank. De
grootste onjuistheid, daar door den heer Schoorl ge
debiteerd is wel deze, dat de Bond van Nederl. Onderw.
is aangesloten bij een politieke organisatie en wel bij
een Sociaal-Democratische. De heer Schoorl meent hier
hoogstwaarschijnlijk het Nederlandsch Verbond van
NEEM ZOO'N HEER
LIJK STUK ZEEP
MEDE ALS U OP
REIS GAAT
OP GOEDE ZEEP STAAT:
zijn blik afwendde, want Leonie had op dat oogenblik
moeite haar gezicht in bedwang te houden. Ze was wit
van woede.
Ze had de beroemde Lanchester diamanten geheel
vergeten. Zij was ze gaan beschouwen als haar eigen
dom, zóózeer zelfs, dat ze er geld op had opgenomen
en een duplicaat-stel van valsche steenen had laten
maken.
Alec Helston had haar geholpen dit veilig te doen.
Er was niets wat Helston niet van diamanten wist.
Hij bracht de diamanten naar een zekere firma in Pa>
rijs, die bekend was om haar handigheid en stilzwij
gendheid en mevrouw de gravin droeg de nagemaakte
juweelen, in de overtuiging, dat niemand dan een des-
kudige en dan nog een expert, die zeer goed bekend
was met de origineelen, het verschil zou kunnen zien.
Dezelfde firma die de imitatie maakte, gaf ook het
geld voor de echte steenen, maar onder één voorwaar
de. Wanneer zij niet binnen het jaar waren ingelost,
werden zij het eigendom van de firma.
De bedoeling hiervan was duidelijk. De steenen in nun
oude zetting waren niet verkoopbaai dat wil zeg
gen. ze zouden stellig vroeger of later herkend worden
als de Lanchester diamanten en als dit gebeurde, zou
den er heel wat onaangenaamheden uit voortkomen.
Daarom, ofschoon ze ontegenzeggelijk het driedubbele
waard waren van het bedrag, dat de firma erop geleend
had, waren zij dood kapitaal wanneer ze niet van de
hand konden worden gedaan. Daarom zouden de stee
nen, als ze na een jaar nog niet waren Ingelost, over
gezet worden en konden dan gemakkelijk worden ver
kocht. Leonie deed haar best de termijn verlengd te
krijgen, maar de firma zei haar beleefd dat ze van
dezen regel zelfs niet voor den koning zouden kunnen
afwijken.
De dood van den graaf was op een zeer gelegen _ijd-
stip gekomen. Over een maand zou het jaar om zijn
en Lady Lanchester had reeds in gedachten 15000 pond
van haar fortuin besteed om de diamanten, waar haar
heele ziel naar hunkerde, los te koopen.
Het was nooit in haar opgekomen, dat de diamanten
tegelijk met de schilderijen en de landerijen zouden
heengaan en de woorden van den nieuwen graaf staken
haar als een mes.
De stilte die volgde op de opmerking, en waarin de
graaf zijn oogen op de courant gevestigd hield, gaven
haar tijd om na te denken. De woorden die haar zoo
hadden ontsteld gaven meteen een uitweg uit deze
moeilijkheid aan tijdelijk althans.
„O, maar ze z ij n in Lanchester," zei ze kalm. „De
arme Marmaduke bewaarde ze altijd daar, behalve na
tuurlijk de zeldzame gelegenheden dat hij me toestond
ze te dragen. U zult het misschien niet gelcoven maar
ik weet nauwelijks hoe ze eruit zien, zoo zelden heb ik
Vakvereenigingen. 't Spijt me werkelijk, dat iemand, die
zich voorneemt anderen de oogen te openen, zelf zoo
slecht opde hoogte is. Het N.V.V. is n.1. geen socialis
tische organisatie, maar een centrale van Vakbonden,
die in de moderne richting samenwerken aan één groot
doel: Verbetering van sociale toestanden en arbeids
voorwaarden, waarbij natuurlijk óók zorg voor het Open
baar onderwijs is inbegrepen. Ons lijkt 't beter, con
tributie te betalen voc^- dat doel, dan voor feestavondjes.
Blijkbaar is de heer Schoorl erg bang voor Rood. Maar
dat een vakbond als onze Onderwijzersbond, die het
heilig meent met de belangen van Onderwijs en Onder
wijzers, wel steun moet zoeken bij de meest linksche
partijen, om haar idealen verwezenlijkt te krijgen, be
grijpt de heer Schoorl misschien beter, als ik hem eens
wijs op ons pas ingevoerde zevende leerjaar: Zouden
we dat hebben gekregen zonder medewerking van de
S.D.A.P.? Wellicht heeft de heer Schoorl toch wat ge
merkt van de krachtige pogingen van Alberda ln de
Kamer? En als de heer Schoorl zoo graag fusie wil,
waarom komen dan niet die N.O.G.-leden in den Bond?
Blijkens een verklaring van een der N.O.G.- leden zelf,
n.1. den heer Lutjeboer, dié een ingezonden stuk in „de
Bode" vertelt, dat van de 5000 N.O.G.-leden er 4500 Rood
stemmen (Bode van 17 Mei 1.1.) en dat de wenschen
van 't Genootschap, uitgedrukt in haar program, nage
noeg in overeenstemming zijn, soms zelfs woordelijk,
met de onderwijseischen der S.D.A.P., behoeft de heer
Schoorl dus d a ar o m den Bondsleden de oogen niet te
openen. Trouwens, de mentaliteit der Bondsleden is over
't algemeen wel van dien aard, dat ze zelf nadenken
en zich maar niet willoos laten overhevelen, zooals de
heer Smit van Callantsoog wil probeeren. Veel eerder
acht ik 't noodig, dat den heer Schoorl en zijn medeleden
eens duidelijk wordt gemaakt, op welk standpunt Bond
en N.O.G. staan. Daarom stel ik voor, dat Bond en
N.O.G. in Schagen een openbare debatavond houden,
toegankelijk voor alle belangstellenden. Waar en wan
neer de heer Schoorl dezen avond wil houden, laat ik
geheel aan hem en zijn medebestuursleden over. 't Komt
mij voor. dat Ridderlijkheid en kollegialiteit beter worden
gediend door een openbaar debat, dan door 't opwekken
van verkeerde denkbeelden omtrent anderer streven
in een besloten vergadering, waar niemand der aange
vallenen aanwezig was, om dat streven te verdedigen.
Mag ik dus liefst vóór de vacantie antwoord van
den heer Schoorl ontvangen?
Met dank voor de plaatsing,
Het Bestuur der afd. Schagen B.V.N.O.
W. KRUL, voorzitter.
M. KRIEK, secretaris.
DE KEURINGSDIENST VOOR WAREN WAAKT
OVER ONZE GEZONDHEID.
Controle in alle mogelijke richtingen blijkt nuttig en
noodig.
Hetgeen wij hierboven neerschrijven is geenszins
denkbeeldig. Immers, toen voor enkele jaren terug de
Keuringsdienst voor Waren nog niet bestond, en op
alles, wat de menschen. zoowel tot noodzakelijke in
standhouding van hun lichaam als dat, wat we als
„tongstreelend en maagkussend" zouden kunnen betite
len, nog niet dat scherpe toezicht werd uitgeoefend,
zooals we dat tegenwoordig kennen voor dien tijd
dan vond misschien heel wat voedsel den weg naar
gelegenheid gehad ze te dragen."
Een handig leugentje, dat er met schijnbare eerlijk-
beid uitkwam. En wat betreft, het niet weten hoe ze er
uit zagen, er was geen van de dertien steenen, waaruit
ze bestonden, die ze niet nauwkeurig had kunnen be
schrijven. Vóór baar lastige modiste en hoedenmaak
ster, om nog niet te spreken van Alec Helston, wiens
honger naar geld nooit gesteld werd, haar noodzaakten
de steenen te beleenen, zat zij ze steeds in het geheim
te bestudeeren. Er was niets dat haar zulk een genot
gaf als het gezicht van diamanten.
„O, dan kan ik ze misschien na de begrafenis krij
gen tegelijk met de paarlen en de robijnen," zei de lord,
zijn lichte, fletsblauwe oogen naar haar opheffende.
„Harvey en Rossiter hebben me een lijst van de juwee
len en de schilderijen gegeven, dus als u er niets op
tegen heeft, zullen we alles samen nazien en kunnen
er geen misverstanden ontstaan. Ik haar misverstanden.
U niet? vooral onder familieleden.
„Jou mispunt!" was de opmerking, die mevrouw de
gravin in gedachten maakte. „Je verdenkt me dus, hè?"
Ze keek hem een moment weifelend aan. Ze vroeg
zich af of het de moeite waard zou zijn haar bekorings
kunsten op hem toe te passen hij was vrijgezel
maar ze verwierp dit idee weer spoedig. Hij was te
gewoon, te verachtelijk, te minderwaardig. De oude
graaf was een cgoist geweest op zijn manier, maar hij
was ten minste edelmoedig geweest in zijn zelfzucht.
Maar deze neef bah! Het was ternauwernood de
moeite waard om beleefd tegen hem te zijn.
„O, natuurlijk," zei ze, „als u er zoo'n haast mee
heeft."
Hij nam geen notitie van haar hatelijkheid. Hij was
te dikhuidig.
„Ik heb morgen het een en ander in de stad te doen
voor de begrafenis, maar ik zal in tijds zorgen in Lan
chester te zijn. Misschien breng ik Mr. Harvey wel mee
Als dè advocaat van de familie zooveel jaren lang, is
het niet meer dan billijk, dat hij er bij tegenwoordig is.
Hij heeft zich in dien geest uitgelaten."
Wat attent! Natuurlijk zullen de wenschen van
mijnheer Harvey de familie-advocaat; worden gehoor
zaamd."
Dezen keer trof de pijl doel. Een blos van de kleur
van steengruis kwam op de wangen van den jeugdigen
graaf. Hij keek op zijn horloge, bewoog zich zenuwach
tig en stond op. Hij had een afspraak in zijn club om
vier uur. Wilde de gravin hem excuseeren?
Dat wilde de gravin. Zoodra hij weg was besprenkelde
ze haar gezicht en hals met eau de cologne en wierp
het raam open alsof ze de lucht wilde zuiveren.
„Dus die ellendige bunzing wil er een advocaat bij
halen om zeker te zijn, dat ik geen van de dierbare erf
stukken zal stelen. Nu, we zullen zien."
onze maag, dat niet bepaald de eigenschappen van
deugdelijkheid en onbedorvenheid bezat terwijl het als
„versche waar" een „zekeren leeftijd" droeg, die toch
feitelijk het dragen van dien titel niet langer rechtvaar
digde. Maar thans bij de' tegenwoordige wet op den
Keuringsdienst voor Waren is dit gevaar voor het groot
ste gedeelte opgeheven, en kunnen wij met voldoening
constateeren, dat de Keuringsdienst jn dat opzicht in
den vollen zin van het woord over onze gezondheid
waakt.
Schagen en omgeving, waarbij ook Wieringen en ove
rigens al het land van de provincie Noord-Holland be
noorden de lijn Beverwijk—UitgeestMonnikendam,
behoort tot den Keuringskring Alkmaar .onder de emi
nente leiding van Dr. Mol met zijn staf van keurmees
ters en laboratoriumpersoneel.
Wij kregen van dezen keuringskring het jaarverslag
over 1S28, toegezonden en het is wel eens interessant
om dit door te bladeren en zoo hier en daar na te gaan
wat door tijdig ingrijpen van den Keuringsdienst aan
onze magen bespaard bleef.
De wijze, waarop de Dienst zijn werkzaamheden ver
richt is door de overzichten, in de jaren hierover gege
ven, overbodig geworden. Het groote nut van de gere
gelde inspecties der .Keurmeesters ter plaatse wordt
echter 4n het verslag nogmaals naar voren gebracht;
Juist omdat deze regelmatig, maar steeds op onver
wachte tijden plaats vinden, neemt het aantal aanmer
kingen, dat daarbij te maken is, geregeld af, doch te
vreezen zou zijn, dat als deze controle in beteekenende
mate werd Ingekrompen, in dezelfde mate het weer op
treden van ongewenschte toestanden zou plaats vinden*
Het werk der Keurmeesters.
In 192S werden 15329 inspecties gehouden, waaronder
wordt verstaan het aantal malen dat een keurmeester
bij een verkooper ter plaatse een onderzoek heeft ver
richt naar den toestand of de samenstelling of de be
handeling of de wijze van bewaren zijner artikelen. Ter
gelegenheid van die inspepties zijn 156911 voorraden
voedingsmiddelen en andere waren gekeurd.
Beschouw den Keurnigsdienst niet als een
dwarskijker.
De medewerking, die een verkooper bij de inspectie
aan een keurmeester verleent, is steeds teekenend voor
de wijze, waarop zulk een verkooper den Keuringsdienst
beschouwt. Wordt die medewerking in hooge mate ver
leend en toont 3e betrokkene de komst van den amb
tenaar van den dienst op prijs te stellen, dan blijkt daar
uit, dat hij de bedoeling van dezen dienst begrijpt, die
toch allereerst in opvoedenden zin wil werkzaam zijn
en er geen prijs op stelt het aantal processen-verbaal
zoo hoog mogelijk te voeren, doch. integendeel met zoo
weinig mogelijk vervolgingen zoo goed mogelijk aan zijn
doel tracht te beantwoorden. Verleent de verkooper
echter weinig of in het geheel geen medewerking, dan
blijkt hij in den dienst slechts den dwarskijker te zien,
die vooral genoegen zou scheppen in het maken van
aanmerkingen in meer of minder scherpen vorm. Ge
lukkig kan worden geconstateerd, dat het aantal der
laatsten afneemt ten gunste der eerstgenoemde soort
verkoopers en dat de verhouding tusschen het contro
leerend deel van het personeel van dien dienst en da
verkoopers een goede mag worden genoemd, ondanks
dat de controle steeds scherper wordt.
Gunstige teekenen, die een al te groote ver
rassing blijken te zijn.
Het aantal partijen, dat dit jaar, hetzij op grond der
directe bevinding ter plaatse of na onderozek aan het
laboratorium moest worden afgekeurd, bedroeg 640, het-
Ze stak een sigaret op en stond een paar minuten
voor het vuur te staren in de gloeiende diepten. Toen
ging ze naar haar schrijftafel en krabbelde een briefje.
Het luidde als volgt:
„Liefste Aubrey, ik moet je vanavond spreken. Maak
je vrij. Van het hoogste belang. Ik kom om negen uur.
Met innige liefde Leonie."
Ze bracht dezen brief zelf naar het postkantoor en
verzond hem per expresse. Ze kwam weer thuis en ging
naar haar eigen kamers.
„Zoodra de begrafenis voorbij is," zei ze halfluid in
zichzelf, „zal ik die haaien van advocaten afdanken
en dat kwart millioen in eigen handen nemen. Natuur
lijk zullen zij wel een voorschot geven. Duvivier en Mo-
rand moeten betaald worden en dan heb ik mijn dia
manten weer. Ze moesten eigenlijk de steenen kosteloos
weer terugzetten, maar ik denk dat die gierige vrekken
dat wel niet zullen doen."
Duvivier en Morand was de firma in Parijs, die do
erfstukken in bezit had.
Ze ging naar een kast, die inderdaad een safe was,
want onder de buitenste laag van sandelhout was het
hardste, fijnste staal verborgen, en nam er een tamelijk
groote juweelen kist uit. De valsche diamanten, als een
pendant geschikt, lagen schitterend in een bed van
paars fluweel. Zij nam ze in de hand en bekeek ze aan
dachtig.
„Wie zou zeggen, dat ze niet echt z\jn?" mompelde
zij. „Alec heeft gezworen, dat hij nooit zulke prachtige
imitaties heeft gezien en niemand is een beter kenner
van die dingen dan hij. Ik heb ze aan het hof gedragen,
in de opera en op verschillende bals en ze deden niet
voor de echte onder.
„Die ellendige boonestaak van een graaf is niet ge
trouwd en zal ook wel nooit trouwen," ging zij voort.
„Hij ls te onbeduidend. Hij zal het nooit merken. De
robijnen, de parelen en de rest zijn echt en hij zal den
ken, dat de diamanten het ook zijn. Ik waag het er op,"
haar wangen schitterden en ze wierp het hoofd in
den nek. „Als het bedrog piocht worden ontdekt, zweer
ik, dat ik er niets van wist. Mijn overleden echtgenoot
had heel wat dameskennissen voor hij me trouwde,
waarom zou een van hen niet eens de juweelen kunnen
hebben afgezet om eens te dragen en de steenen ver
wisseld hebben? Ja, ik doe het."
Natuurlijk zou ze om haar woord aan den graaf ge
stand te doen naar Lanchester Court moeten gaan en
de juweelen in de kast leggen, waarin het gouden eet
servies werd bewaard, dat de vader van denoverleden
graaf gebruikte toen hij de „eerste van Europa" ont
ving, die bij gedenkwaardige gelegenheid, dat de Prins
Regent een week op Lanchester Court verblijf hield.
Maar dit kon ze alleen doen op doen op den morgen
van de begrafenis. Wordt vervolgd.