Alienei Nisiis-
Aiwtinüi- Lnlliiilltl
Uitgevers: N.V. v.h. TRAPMAN Co., Schagen.
Eerste Blad.
DE LANGENDIJKER
GROENTENVEILINGEN.
Ingezonden Stukken.
De wegen in Zijpe en Hazepclder.
Algemeene culhmrhygiënc.
Gemengd Nieuws.
Achter de haag.
Dinsdag 20 Augustus 1929.
Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder
dag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver-
tentiën nog zooveel mogelijk in bet eerstuitlcomend nummer geplaatst.
72ste Jaargang No. 8513
POSTREKENING No. 23330. INT. TELEF. No. 20.
Prijs per 3 maanden fl.65. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN-
TIcN van 1 tot 5 regels 11.10, iedere regel meer 20 cent (bcwij9no.
inbegrepen). Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN.
Nog slechtere uitkomsten van de vroege-
aardappelen-teelt dan in 1928, toen die ook
reeds zeer ongunstig waren. Tomaten betere
prijzen; slaboonen zelfde, bevredigende op
brengst. Groote aanvoer uien; goede prijzen
voor nep en drielingen. Achteruitgang in
prijs van witte, roode en gele kool; deze
nog bevredigend financieel resultaat; Bloem-
I kool door ziekte slechte uitkomsten. Aard
appels iets beter dan vorige week, doch zeer
onbevredigend.
i Al staan de veilingen niet uitsluitend meer in iiet
leeken van de vroege aardappels, toch spelen ze voor
den tuinbouwer nog een belangrijke rol. De uitkomsten
van deze teelt zijn tot heden, we hebben het herhaal
delijk in onze overzichten aangetoond, ver beneden het
bevredigende gebleven. De secretaris van het Centraal
Bureau uit de Veilingen schreef in zijn Jaarverslag over
1928: „Welk een weinig bevredigend financieel resul
taat de vroege aardappelen hebben opgeleverd, toonen de
.uitvoercijfers aan. Gedurende de maanden Juni, Juli en
Augustus 1928 werden 108 millioen K.G. vroege aard
appelen uit ons land uitgevoerd ter waarde van
•f 6.430.000, voor 1927 waren deze cijfers 105 millioen K.G.
ter waarde van f 9.148.000. De gemiddelde prijs van
vroege aardappelen bedroeg derhalve in 1928 slechts
1 595 per wagon van 10.000 K.G. tegenover f 871 per
wagon in het jaar tevoren. De secretaris der veillngs-
vereeniging te Grootebroek moest dan ook in zijn Jaar
verslag constateeren, dat de vereeniging na afloop der
aardappelencampagne 1928 bijna een millioen gu«den
achter was bij het vorige jaar, niettegenstaande de aan
voer van 700.000 baal in 1928 ruim 15 grooter was
dan In 1927". We zijn er bijna zeker van, dat de toon
in het Jaarverslag over 1929 nog pessimistischer zal
klinken, voor zooverre het de vroege-aardappelenprijzen
betreft, want men zal dit jaar op verre na niet komen
aan een prijs van f 595; als het f 400 is, zal men wel
tevreden mogen zijn, al kwam er in het midden der
week een kleine kentering ten goede. Ondanks de hoo-
gere invoerrechten, kwam er weer wat vraag uit
Duitschland en ook naar Zuid-Amerika blijken er be
duidende hoeveelheden aardappelen te worden geëxpor
teerd. Er werken zooveel factoren samen, om den
marktprijs van onze tuinbouwvoortbrengselen te bepa
len, dat de uitkomsten vaak heel anders zijn dan men
op grond van zich voordoende verschijnselen had ge
meend. Dit is de oorzaak van het wisselvallige bestaan
van onzen tuinbouwer; nooit is men zeker van een be
paalde uitkomst. En deze overweging is de allesbe-
heerschende oorzaak, dat velen naar een cultuur uitzien,
die wat meer stabiliteit verschaft, wat meer zekerheid.
We hoorden de laatste weken telkens weer van die ge
sprekken. Tomatenteelt en bloembollencultuur zijn tot
nu tot zeer bevredigend geweest, zoodat veler sympathie
in die richting gaat. Laten zij inmiddels niet vergeten,
dat ook daar wisselvalligheid en scherpe afwijkingen
vaak voorkomen, zoodat men weieens van den regen
in den drop zou kunnen komen. Echter zal een gewij
zigde cultuur nuttig zijn ter voorkoming van sterk op
tredende ziekten in de kool, die nu vaak groote verwoes
tingen aanrichten. Om b.v. kool te planten op een
akker, waar het vorige jaar in ernstige mate de draai
hartigheid optrad, is ten zeerste af te keuren. Afwisse
ling in de cultuur is er dus in elk geval noodig.
I Aan de veiling te Noordscharwoude brachten tuin-
•boonen f 2.302.60 op. De tomaten, welke alleen te Broek
geveild worden, brachten het tot betere prijzen dan de
vorige week. Maandag werd voor A-kwaliteit al f 24
besteed, de hoogste prijs, die bij hooge uitzondering de
vorige week werd betaald. Dinsdag bracht die soort
zelfs f 32.40 op; in de tweede helft der week zakten de
prijzen in, zoodat Zaterdag nog slechts f 17.7018.60
werd betaald, intusschen een alleszins bevredigende
opbrengst. De prijzen der B-kwaliteit lagen tusschen
f 13.50 en f 31.10, die van C tusschen f 10.90 en f 33.60,
CC tusschen f 3.80 en f 15. In totaal werden nog een
25.000 K.G. aangevoerd.
Bieten werden nog in kleine hoeveelheden aangevoerd.
De prijzen waren slecht, n.1. van f 0.70 tot f 2.30 te
Noordscharwoude, f 1.203.60 aan de Broeker veiling,
i Voor slaboonen werden ongeveer dezelfde prijzen be
taald als de vorige week, hoewel de stemming in 't laatst
der week eenigszins loomer werd en de prijzen iets
minder. Zoo werd aan de veiling van de L.G.C. Maandag
f 13 besteed, Woensdag f 1217.50, Zaterdag f 8.40
13.70. Te Noordscharwoude waren de prijzen respectie
velijk f 9.30—14.80, f 9.2015 en f 4.90—8.70. Aan de
Broeker veiling werden rond 4000 K.G., aan die te
Noordscharwoude 21400 K.G. aangevoerd. Snijboonen
golden van f 10.8018; alleen Maandag was de prijs
minder, n.1. f 88.50 te Broek.
De uienaanvoer spande te kroon aan de veiling van
den Noordermarktbond, n.1. ongeveer 10 spoorwagens.
De uien brachten f 3.505.70 op, de drielingen f 5.70
8.70. De aanvoer van zilveruien beliep ruim 13 spoor
wagens. Groote golden van f 0.901.90, drielingen f 1.90
tot f 4.30, nep f 10.4017.90. Voor gele nep werd van
f 917.50 betaald, voor drielingen f 6.407.10, voor uien
f 3.706.60. Te Broek werden slechts 1 wagon zilver-
uien en 3% wagon gele aangevoerd, waarvan de prijzen
in doorsnee weinig afweken van die van den Noorder
marktbond.
De vroege koolsoorten werden in belangrijke hoeveel
heden geveild. Voor de roode kool liet de stemming
te wenschen over. De lagere prijzen, die reeds op het
eind der vorige week intraden, konden niet verbeterd
worden, integendeel viel nog een lichte achteruitgang
te constateeren. Voor groote kool kon aanvankelijk nog
f 4.50 worden gemaakt aan den Noordermarktbond, voor
kleinere tot f 5.60. Woensdag was de noteering f 2.60
f 3.90, op welk niveau de prijzen zich verder bewogen.
Weinig verschilden de noteerigen aan de Broeker vei
ling, waar 47 spoorwagens werden aangevoerd en aan
die te Noordscharwoude rond 12.
Gele kool liep ook in prijs achteruit, ofschoon deze
nog zeer voldoende kan worden geacht. Te vreezen is
het echter, dat bij grootere aanvoeren ook prijsdaling
zal intreden, gelijk dit bij witte en roode kool het geval
is geweest. Te Noordscharwoude lagen de prijzen tus
schen f 5.80f 8.70, een enkele partij ging voor f 4.40
van de hand. Aan de Broeker veiling werd Maandag
f 7.108.20 besteed, Woensdag f 4.706.20, Zaterdag
echter f 68.30. De aanvoer aan deze veiling bedroeg
14, aan die van den Noordermarktbond 2 spoorwagens.
Voor witte kool werden nog eenigszins lagere prijzen
dan gepasseerde week. Kon in den aanvang nog f 3.40
tot f 4.10 worden gemaakt, Woènsdag was dit f 33.40,
Zaterdag f 2.803.70, welke prijzen in doorsnee voor
beide veilingen golden, aan welke in totaal rond 27
spoorwagens werden aangevoerd, aan ieder ongeveer
de helft.
Als de teelt van bloemkool gunstig was, zou men over
de prijzen niet klagen. Het is echter een zeldzaam
geval, als de teelt voor den bouwer een goed beschot
oplevert. Draaihartigheid en rotting verwoesten echter
veel. Voor eerste soort werd te Noordscharwoude van
f 5.30—14.10 betaald, te Broek f 5—13.60; Donderdag was
de prijs resp. f 9.9016.10 en f 1316.30. Voor tweede
soort werd aan de veiling van den Noordermarktbond
f 0.702.80, aan die van de L.G.C. f 1.406.40 betaald.
De aanvoer aan beide veilingen beliep 59.500 stuks,
waarvan te Noordscharwoude 20800.
Boswortelen worden weinig meer aangevoerd.. Del
prijzen lieten veel te wenschen over, n.1. f 1.703.80.
De aardappelenprijzen waren aanvankelijk dezelfde als
die van de vorige week f 2.603.60. In 't midden der
week werd van f 3.103.60 betaald, n.1. voor Schotsche
muizen. Zaterdag was de noteering aan de Broeker vei
ling f 2.804.20. Aan de veiling van den N.M.B. waren
de noteeringen gemiddeld iets lager. Voor blauwe Eigen
heimers werd van f 1.803.40 betaald, voor School
meesters f 2.403.10, Duken f 3.404.20, drielingen
f 2.304.40, Eigenheimers van f 1.903.70. Om eenig
inzicht te krijgen van de slechte financleele uitkomsten
dienen deze vergelijkende cijfers van de veiling te
Broek op Langendijk op 17 Augustus 1928 en denzelfden
datum van 1929: in '28 voor Schoolmeesters f 4.20, in
'29 f 2.60—2.80, Schotsche muizen f 4.70—6 en f 2.50—3.60,
Eigenheimers f 4.20 en f 2.203.40. Was in '28 de fi
nancleele uitkomst slecht, nu zal het dus nog veel on
gunstiger zijn, wat de vroege aardappelen betreft.
Wij Breien de Allerfijnste Wollen Kousen
zeer netjes voor U aan. JAAP SNOR.
Voor nieuw werk zijn wij nummer één. Tel. 251.
Depot voor Schagen: C. DE MOEL, Noord.
Mijnheer de Redacteur,
Wilt U mij eenige ruimte in Uw blad afstaan, zoo
ja, dan daarvoor mijn welgemeenden dank.
In de Woensdag 14 Augustus gehouden vergadering
van het bestuur van Zijpe en Hazepolder is de toe
stand van onze wegen besproken, een onderwerp
waarvoor ieder zich tegenwoordig interesseert, voor
al omdat nog voor niet langen tijd geleden de wegen
in onzen polder bij wielrijders en autobestuurders als
best onderhouden wegen bekend stonden, en men
nu niets anders hoort dan klachten over de slechte
wegen in onzen mooien polder. Wij lezen nu in het
verslag van die vergadering, dat het zoo erg is, dat
de Dijkgraaf erkent dat onze wegen levensgevaarlijk
zijn. Dus in dien betrekkelijk korten tijd dat de heer
C. Hooi Dijkgraaf is, zijn de wegen in onzen polder
van beste, mooie wegen, „levensgevaarlijke" wegen
geworden. Het oordeel over zulk een beheer van een
Dijkgraaf kan ik wel aan het publiek overlaten.
En wanneer zal hierin verbetering komen? Het
heeft er alles van dat de toestand nog erger moet
worden. De Dijkgraaf zegt toch, toen enkele Hoofd
ingelanden op verbetering aandrongen, dat het nu
geen tijd is om in te grijpen, want de natte tijd komt
nu. Dus maar weer op de lange baan schuiven.
Maar mijnheer de Dijkgraaf, mag ik uw geheugen
eens eventjes te hulp komen. In een raadsvergade
ring in Maart van dit jaar, (ik heb gelukkig alle
Schager Couranten van de laatste paar jaren met de
verslagen van raads- en poldervergadcringen goed
bewaard) werd door het raadslid Nannis ter sprake
gebracht de kwestie van het plaatsen van werkeloo-
zen in deze gemeente op uw wegen. Zooals ieder zich
nog wel zal herinneren, weigerden echter de werke-
loozen op de wegen te werken. Weet u nog wel wat
antwoord u toen aan den heer Nannis gaf? U was
toen nog raadsleden, zeide, dat het de plicht geweest
was van de werkcloozen om op de wegen te werken,
want dat was in het belang geweest van het alge
meen, want zeide u, de toestand van den weg te
't Zand is zoo, dat er een kind door doodgereden is.
Dus in Maart zegt u als beheerder van onze wegen
dat die levensgevaarlijk zijn, bewezen door het feit,
(zooals u zelf in die raadsvergadering mededeelt) dat
door den slechten toestand van den weg 't Zand een
kind wordt doodgereden.
En nu schrijven we Augustus en wat hebt U ge
daan om aan dien onhoudbaren toestand een einde
te maken, althans verbetering in te brengen? Niets
hebt U gedaan, neen de toestand is nog veel slech
ter geworden. U noemde toen de weg té 't Zand en
nu erkent U zelf dat onze wegen levensgevaarlijk
zijn, en dat is onder Uw beheer zoo geworden, is 't
niet? Steeds maar veel praats verkoopen en verder
zien wij onze wegen verwaarloozen. Of moeten mis
schien straks onze werkelooze arbeiders weer ge
prest worden om als het mogelijk is voor U op Uw
slechte wegen voor niemendal te werken?
Wij hebben als raadslid nooit anders van U gezien
dan een ander zijn werk becritiseeren en neerhalen,
nooit hebt U meegewerkt om iets tot stand te bren
gen, altijd trachtte U af te breken. Nu staat U aan
het hoofd van een belangrijken polder en nog steeds
is het veel geschreeuw, maar weinig wol. Wanneer
men als Dijkgraaf tot tweemaal toe zelf zegt dat de
wegen zoo slecht worden onderhouden, dat die we
gen levensgevaarlijk zijn of worden, en men neemt
dan als Dijkgraaf nog geen maatregelen tot verbe
tering, mij dunkt dan moet men zich afvragen, is
zoo iemand wel voor zijn taak berekend, en heeft zoo
iemand wel voldoende plichtsbesef om een zoo be
langrijke positie te bekleeden?
Heeren leden van het Polderbestuur, wij doen een
beroep op U, toont dat U uw plicht begrijpt, nood
zaakt Uw Dijkgraaf om in te grijpen, zorgt gij er
voor dat aan dezen onhoudbaren toestand zoo spoe
dig mogelijk een einde komt, zoodat onze wegen in
onzen welvarenden polder niet langer bekend moe
ten staan als „levensgevaarlijke" wegen.
Een inwoner van Zijpe en Hazepolder.
We zijn een zindelijk volk, tenminste, dat heeft
men ons altijd verteld en als we kijken naar alles
wat gewasschen en geschuurd kan worden, vooral
aan den buitenkant, waar het te bekijken is, dan
moet het ook wel zoo zijn. We schuren de klompen,
we kalken de boomen, de muren van de boerderijen,
we boenen de straten voor de huizen en wat niet al.
Of we nu echter wel zulk een grooten zin hebben
voor maatregelen die de gezondheid betreffen, of we
nu wel zulk een grooten zin hebben voor hygiëne,
staat te bezien. Hoéwei het de laatste jaren wel een
beetje in de goede richting gaat, zullen er nog vele
mensehen zijn, evenals het raadslid van een groote
Noord-Brabantsche gemeente die met een zekere
trots op de borst sloeg en zeide: „Hier is nog nooit
water geweest". Dit was in verband met het feit dat
er in den raad een voorstel ingediend was om een
volksbadhuis in te richten.
Hetzelfde, maar dan wellicht een beetje slimmer
vinden we in vele tuinbouwende streken ten op
zichte van de gezondheidsmaatregelen die te nemen
zijn op den akker, in den boomgaard of in den tuin;
ook hier is het alles zindelijkheid wat de klok slaat.
Men is er spoedig genoeg bij een buurman over den
hekel te halen, die niet, evenals de anderen, zijn land
schoon houdt van onkruid en andere ongerechtig
heden. In sommige streken zou men niet nalaten er
ook openlijk aanmerking op te maken als een buur
man teveel zaadvuil op het land had en o.i. met
eenig recht, want dat zaad waait natuurlijk gemakke
lijk over naar de zindelijke huren, die op hun beurt
last ervan krijgen.
Veelal gaat het hiermede echter als het in sommige
landstreken gaat, b.v. in sommige gedeelten van
Zeeuwsch-Vlaanderen, waar men het vuil in de ka
mer in een hoek of onder tafel veegt; het is meer een
tijdelijke verplaatsing dan wel een definitieve oprui
ming.
Aangezien het onze taak is te schrijven over plan
tenziekten en wat daar mede verband houdt, heeft
men wel begrepen waar we heen willen. We willen
er op wijzen, dat het niet voldoende is, dat men het
vuil en allerlei afval in de slooten gooit of op hoopen
op het land. Op die manier verplaatst men slechts
het gevaar dat er van dat onkruid of dat afval uit
gaan kan en meestal ook wel degelijk uitgaat. Men
moet het vernietigen.
Hoewel er in de meeste gemeenten een verbod be
staat om afvalstoffen van welken aard ook te water
te werpen, wordt er hoegenaamd de hand niet aan
gehouden, met het gevolg, dat de slooten in den zo
mer stinken van de rottende stoffen. Dat is niet in
het belang van het aspect van het landschap; dat is
toch ook in onzen materialistischen tijd nog wel
van belang, vervolgens stinkt het, dat is onaange
naam voor de menschen en het inademen van fris-
sche lucht zal allicht zoo gezond zijn. Plantenziek
ten gaan weliswaar nog niet op de menschen over,
maar voor de planten is het anders. Die rottende
stoffen bevatten de sporen, of hoe die dingen ook
heeten mogen en die zorgen ervoor, dat we volgend
jaar weer genoeg narigheden in onze gewassen heb
ben. Dit alles geldt ook ten opzichte van het afval dat
los komt b.v. bij het pellen van tulpenbollen, die be
zet zijn met de sclerotien van het vuur en nog an
dere,gevaarlijke zwammen. Sclerotien zijn juist li
chaampjes, die bestemd zijn den winter over te blij
ven en ze zijn erop gebouwd, dat ze veel narigheden
verdragen kunnen; met te water werpen, of op een
mesthoop worden ze dus niet gedood. Verbranden
of begraven is de eenige weg waarlangs ze vernie
tigd kunnen worden.
Wat hier gezegd is betreffende zwammen gaat na
tuurlijk ook op ten opzichte van insecten en andere
dieren; slakken, rupsen, aaltjes (wortel- en stengel
aaltjes) muggen en vliegen (koolvliegen, uienvlie-
gen), de muggen die de draaihartigheid veroorzaken,
enz. enz.
Wie twijfelen mocht aan de waarde van zindelijk
heid op dit gebied neme eens de proef om op de
plaats waar afval van aardappelen enz. gelegen
heeft, hetzelfde gewas weer te zetten; hij zal zien,
dat cultuurhygiënische maatregelen dubbel terugbe
taald worden.
VAN HERWIJNEN.
St Pancras.
Uit 't Verloren Hoeksken van Het Laatste Nieuws:
Van achter den haaghoek, van op het weidegras,
van over de stoppels, de klaver en den landweg, zoo
vlak naar mij toe:
die meisjesstem.
Een stem voor Mascagni of Mozart. Een stem met
harpsnaar- en met beiaardgeluiden er in. Een stem
vol zuivere, geheele, halve en kwarttonen; met heu
vels en met dalen. Een Brabantsch landschap. Een
doek van Teniers.
Een stem voor Juliette, Ophelia, Manon of Gret-
chen.
Ik hoorde die stem op Halfoogst, in het land van
Dilbeek, waar de bron van St .Alena tusschen vier
oude boomen te zien is. Alle menschen die daar kwa
men bedevaarten lieten hun paternosters wat trager
glijden, en luisterden.
Het was een van die liederen, waarvoor er zou
moeten zijn zonsondergang, maan, een bosch en een
hut aan den zoom. met een licht.
Waarom kwam daar niet gelijk in de romans, een
groot artist van de muziek voorbij, geen bestuurder
van conservatorium of tooneel?
Die mannen zijn ook nooit waar ze eigenlijk
moesten zijn.
'tls misschien een geluk.
Nu zingt die stem voor de menschen, die onder
strooien daken wonen, voor koeien en voor paarden,
voor de boomen van Sinte Alena, voor vermoeide pel
grims en verbaasde wandelaars.
Ge ziet niet wie zingt. Wat zou er met die stem
gebeuren als 't voetlicht er zou schijnen, in een zaal
van bloote vrouwenruggen en bleeke mannengelaten?
Ge zoudt ze zien komen uit een zwoegende borst,
uit een vertrokken, geverfden mond, op bevel van ccn
orkeststok. Pijnlijk spektakel.
Nu klinkt ze onverwacht, onbetaald, vrij en zuiver
gelijk de wind over Brabant.
Op uw wandelingen wensch ik u toe. dat die stem,
van over den landweg, de klaver en de stoppels, van
op het weidegras, van achter den haagstok, u tege
moet klinken zal.
Gelijk de paternosters van de Alenapelgrims trager
gleden, zullen uw voeten trager schuiven, en zoolang
die stem het wil, zult ge luisteren.
Want zoo kunnen de meisjes zingen, van ons volk.
STUW IN HET INDUS-DAL DOORGEBROKEN.
Groote verwoestingen aangericht.
Reuter meldt uit Rawalpindi:
De Siyok-Stuw in de Indus-vallei, welke een water
massa van honderd voet hoog tegenhield is doorge
broken. De watermassa's zijn het dal ingestroomd en
hebben overal verwoesting gezaaid.
De autoriteiten hebben de getroffen bevolking hulp
gezonden.
DE ASCHPLAAG VAN DE BROMO.
Aneta meldt uit Malang:
De aschregcn, veroorzaakt door de werking van de
Bromo, valt thans bij tusschenpoozcn. In het Ma-
langsche en tot zelfs in Wlingi en Bltar heeft men er
ergen hinder van. Men moet de huizen zooveel mó
gelijk gesloten houden. De Bromo stoot nog voortdu
rend dichte rookwolken uit, afgewisseld door hoog
opschietende vuurtongen.
TYFHUS IN BEIEREN.
Sedert 7 dezer heerscht te Weissenburg in Beieren
een typhus-epidemie. Tot nu toe zijn 52 personen door
de riekte aangetast. Een kind is gestorven.
Twee beambten van de gezondheidspolitie die te Weis
senburg waren, hebben de gemeentelijke autoriteiten er
opmerkzaam op gemaakt, dat de epidemie zeer ernstig
is, daar men de oorsprong nog niet heeft kunnen vinden.
EEN BEGRAFENIS NA 14 JAAR.
In Juni 1915 stierf te Berlijn tengevolge van een
verkeersongeluk een 21-jarig Turksch student, afkom
stig uit Konstantinopel. In opdracht der familie werd
het lijk gebalsemd en in een zinken kist gelegd, om
naar Turkije te worden vervoerd.
De begafenisonderneming die voor een en ander had
gezorgd, heeft echter daarna de opdracht vergeten en
zoo is het lijk al die jaren in de kelder der onderneming
blijven staan. Dezer dagen is het daar, in volkomen
gemummificeerden toestand gevonden en door de zorgen
van de overheid op het kerkhof te Marzahn ter aarde
besteld.
LANGDURIGE ZWIJGZAAMHEID.
In de St. Lazaire, de vrouwengevangenis te Parijs,
brengt een gedetineerde haar medegevangenen en het
gevangenispersoneel in verbazing door haar zwijg
zaamheid. De vrouw is sinds drie maanden in de ge
vangenis en van het oogenblik af, dat zij er is geko
men, heeft niemand haar stem meer gehoord; de
vróuw spreekt niet. Twee rechters van instructie heb
ben getracht, de vrouw, die voor 30.000 frank juwce-
len heeft gestolen, te ondervragen. Zij konden geen
woord uit haar krijgen. De advokaat, die haar moet
verdedigen, is daar evenmin in geslaagd en de ge
vangenisdokter heeft gezegd, dat de vrouw over vol
komen normale geestvermogens beschikt.
VOGELS IN FUIKEN.
Uit verschillende streken van ons land ontvangt de
Nederlandsche Vereeniging tot bescherming van Vo
gels bericht, dat kleine vogels in fuiken, welke te
drogen staan, gevangen worden. In den regel zijn dit
insecten-etende vogels, zooals fitissen, rietzangers, enz.
Het hoofdbestuur der Nederlandsche Vereeniging tot
bescherming van Vogels zal het zeer op prijs stellen,
indien de Nederlandsche visschers het vangen van vo
gels willen voorkomen door een bosje gras, hooi of
riet in den toegang van de fuik aan te brengen.