Alienei Nisiis- Aiwtinüi- Lnlliiilltl Uitgevers: N.V. v.h. TRAPMAN Co., Schagen. Eerste Blad. DE LANGENDIJKER GROENTENVEILINGEN. Ingezonden Stukken. De wegen in Zijpe en Hazepclder. Algemeene culhmrhygiënc. Gemengd Nieuws. Achter de haag. Dinsdag 20 Augustus 1929. Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder dag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver- tentiën nog zooveel mogelijk in bet eerstuitlcomend nummer geplaatst. 72ste Jaargang No. 8513 POSTREKENING No. 23330. INT. TELEF. No. 20. Prijs per 3 maanden fl.65. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN- TIcN van 1 tot 5 regels 11.10, iedere regel meer 20 cent (bcwij9no. inbegrepen). Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN. Nog slechtere uitkomsten van de vroege- aardappelen-teelt dan in 1928, toen die ook reeds zeer ongunstig waren. Tomaten betere prijzen; slaboonen zelfde, bevredigende op brengst. Groote aanvoer uien; goede prijzen voor nep en drielingen. Achteruitgang in prijs van witte, roode en gele kool; deze nog bevredigend financieel resultaat; Bloem- I kool door ziekte slechte uitkomsten. Aard appels iets beter dan vorige week, doch zeer onbevredigend. i Al staan de veilingen niet uitsluitend meer in iiet leeken van de vroege aardappels, toch spelen ze voor den tuinbouwer nog een belangrijke rol. De uitkomsten van deze teelt zijn tot heden, we hebben het herhaal delijk in onze overzichten aangetoond, ver beneden het bevredigende gebleven. De secretaris van het Centraal Bureau uit de Veilingen schreef in zijn Jaarverslag over 1928: „Welk een weinig bevredigend financieel resul taat de vroege aardappelen hebben opgeleverd, toonen de .uitvoercijfers aan. Gedurende de maanden Juni, Juli en Augustus 1928 werden 108 millioen K.G. vroege aard appelen uit ons land uitgevoerd ter waarde van •f 6.430.000, voor 1927 waren deze cijfers 105 millioen K.G. ter waarde van f 9.148.000. De gemiddelde prijs van vroege aardappelen bedroeg derhalve in 1928 slechts 1 595 per wagon van 10.000 K.G. tegenover f 871 per wagon in het jaar tevoren. De secretaris der veillngs- vereeniging te Grootebroek moest dan ook in zijn Jaar verslag constateeren, dat de vereeniging na afloop der aardappelencampagne 1928 bijna een millioen gu«den achter was bij het vorige jaar, niettegenstaande de aan voer van 700.000 baal in 1928 ruim 15 grooter was dan In 1927". We zijn er bijna zeker van, dat de toon in het Jaarverslag over 1929 nog pessimistischer zal klinken, voor zooverre het de vroege-aardappelenprijzen betreft, want men zal dit jaar op verre na niet komen aan een prijs van f 595; als het f 400 is, zal men wel tevreden mogen zijn, al kwam er in het midden der week een kleine kentering ten goede. Ondanks de hoo- gere invoerrechten, kwam er weer wat vraag uit Duitschland en ook naar Zuid-Amerika blijken er be duidende hoeveelheden aardappelen te worden geëxpor teerd. Er werken zooveel factoren samen, om den marktprijs van onze tuinbouwvoortbrengselen te bepa len, dat de uitkomsten vaak heel anders zijn dan men op grond van zich voordoende verschijnselen had ge meend. Dit is de oorzaak van het wisselvallige bestaan van onzen tuinbouwer; nooit is men zeker van een be paalde uitkomst. En deze overweging is de allesbe- heerschende oorzaak, dat velen naar een cultuur uitzien, die wat meer stabiliteit verschaft, wat meer zekerheid. We hoorden de laatste weken telkens weer van die ge sprekken. Tomatenteelt en bloembollencultuur zijn tot nu tot zeer bevredigend geweest, zoodat veler sympathie in die richting gaat. Laten zij inmiddels niet vergeten, dat ook daar wisselvalligheid en scherpe afwijkingen vaak voorkomen, zoodat men weieens van den regen in den drop zou kunnen komen. Echter zal een gewij zigde cultuur nuttig zijn ter voorkoming van sterk op tredende ziekten in de kool, die nu vaak groote verwoes tingen aanrichten. Om b.v. kool te planten op een akker, waar het vorige jaar in ernstige mate de draai hartigheid optrad, is ten zeerste af te keuren. Afwisse ling in de cultuur is er dus in elk geval noodig. I Aan de veiling te Noordscharwoude brachten tuin- •boonen f 2.302.60 op. De tomaten, welke alleen te Broek geveild worden, brachten het tot betere prijzen dan de vorige week. Maandag werd voor A-kwaliteit al f 24 besteed, de hoogste prijs, die bij hooge uitzondering de vorige week werd betaald. Dinsdag bracht die soort zelfs f 32.40 op; in de tweede helft der week zakten de prijzen in, zoodat Zaterdag nog slechts f 17.7018.60 werd betaald, intusschen een alleszins bevredigende opbrengst. De prijzen der B-kwaliteit lagen tusschen f 13.50 en f 31.10, die van C tusschen f 10.90 en f 33.60, CC tusschen f 3.80 en f 15. In totaal werden nog een 25.000 K.G. aangevoerd. Bieten werden nog in kleine hoeveelheden aangevoerd. De prijzen waren slecht, n.1. van f 0.70 tot f 2.30 te Noordscharwoude, f 1.203.60 aan de Broeker veiling, i Voor slaboonen werden ongeveer dezelfde prijzen be taald als de vorige week, hoewel de stemming in 't laatst der week eenigszins loomer werd en de prijzen iets minder. Zoo werd aan de veiling van de L.G.C. Maandag f 13 besteed, Woensdag f 1217.50, Zaterdag f 8.40 13.70. Te Noordscharwoude waren de prijzen respectie velijk f 9.30—14.80, f 9.2015 en f 4.90—8.70. Aan de Broeker veiling werden rond 4000 K.G., aan die te Noordscharwoude 21400 K.G. aangevoerd. Snijboonen golden van f 10.8018; alleen Maandag was de prijs minder, n.1. f 88.50 te Broek. De uienaanvoer spande te kroon aan de veiling van den Noordermarktbond, n.1. ongeveer 10 spoorwagens. De uien brachten f 3.505.70 op, de drielingen f 5.70 8.70. De aanvoer van zilveruien beliep ruim 13 spoor wagens. Groote golden van f 0.901.90, drielingen f 1.90 tot f 4.30, nep f 10.4017.90. Voor gele nep werd van f 917.50 betaald, voor drielingen f 6.407.10, voor uien f 3.706.60. Te Broek werden slechts 1 wagon zilver- uien en 3% wagon gele aangevoerd, waarvan de prijzen in doorsnee weinig afweken van die van den Noorder marktbond. De vroege koolsoorten werden in belangrijke hoeveel heden geveild. Voor de roode kool liet de stemming te wenschen over. De lagere prijzen, die reeds op het eind der vorige week intraden, konden niet verbeterd worden, integendeel viel nog een lichte achteruitgang te constateeren. Voor groote kool kon aanvankelijk nog f 4.50 worden gemaakt aan den Noordermarktbond, voor kleinere tot f 5.60. Woensdag was de noteering f 2.60 f 3.90, op welk niveau de prijzen zich verder bewogen. Weinig verschilden de noteerigen aan de Broeker vei ling, waar 47 spoorwagens werden aangevoerd en aan die te Noordscharwoude rond 12. Gele kool liep ook in prijs achteruit, ofschoon deze nog zeer voldoende kan worden geacht. Te vreezen is het echter, dat bij grootere aanvoeren ook prijsdaling zal intreden, gelijk dit bij witte en roode kool het geval is geweest. Te Noordscharwoude lagen de prijzen tus schen f 5.80f 8.70, een enkele partij ging voor f 4.40 van de hand. Aan de Broeker veiling werd Maandag f 7.108.20 besteed, Woensdag f 4.706.20, Zaterdag echter f 68.30. De aanvoer aan deze veiling bedroeg 14, aan die van den Noordermarktbond 2 spoorwagens. Voor witte kool werden nog eenigszins lagere prijzen dan gepasseerde week. Kon in den aanvang nog f 3.40 tot f 4.10 worden gemaakt, Woènsdag was dit f 33.40, Zaterdag f 2.803.70, welke prijzen in doorsnee voor beide veilingen golden, aan welke in totaal rond 27 spoorwagens werden aangevoerd, aan ieder ongeveer de helft. Als de teelt van bloemkool gunstig was, zou men over de prijzen niet klagen. Het is echter een zeldzaam geval, als de teelt voor den bouwer een goed beschot oplevert. Draaihartigheid en rotting verwoesten echter veel. Voor eerste soort werd te Noordscharwoude van f 5.30—14.10 betaald, te Broek f 5—13.60; Donderdag was de prijs resp. f 9.9016.10 en f 1316.30. Voor tweede soort werd aan de veiling van den Noordermarktbond f 0.702.80, aan die van de L.G.C. f 1.406.40 betaald. De aanvoer aan beide veilingen beliep 59.500 stuks, waarvan te Noordscharwoude 20800. Boswortelen worden weinig meer aangevoerd.. Del prijzen lieten veel te wenschen over, n.1. f 1.703.80. De aardappelenprijzen waren aanvankelijk dezelfde als die van de vorige week f 2.603.60. In 't midden der week werd van f 3.103.60 betaald, n.1. voor Schotsche muizen. Zaterdag was de noteering aan de Broeker vei ling f 2.804.20. Aan de veiling van den N.M.B. waren de noteeringen gemiddeld iets lager. Voor blauwe Eigen heimers werd van f 1.803.40 betaald, voor School meesters f 2.403.10, Duken f 3.404.20, drielingen f 2.304.40, Eigenheimers van f 1.903.70. Om eenig inzicht te krijgen van de slechte financleele uitkomsten dienen deze vergelijkende cijfers van de veiling te Broek op Langendijk op 17 Augustus 1928 en denzelfden datum van 1929: in '28 voor Schoolmeesters f 4.20, in '29 f 2.60—2.80, Schotsche muizen f 4.70—6 en f 2.50—3.60, Eigenheimers f 4.20 en f 2.203.40. Was in '28 de fi nancleele uitkomst slecht, nu zal het dus nog veel on gunstiger zijn, wat de vroege aardappelen betreft. Wij Breien de Allerfijnste Wollen Kousen zeer netjes voor U aan. JAAP SNOR. Voor nieuw werk zijn wij nummer één. Tel. 251. Depot voor Schagen: C. DE MOEL, Noord. Mijnheer de Redacteur, Wilt U mij eenige ruimte in Uw blad afstaan, zoo ja, dan daarvoor mijn welgemeenden dank. In de Woensdag 14 Augustus gehouden vergadering van het bestuur van Zijpe en Hazepolder is de toe stand van onze wegen besproken, een onderwerp waarvoor ieder zich tegenwoordig interesseert, voor al omdat nog voor niet langen tijd geleden de wegen in onzen polder bij wielrijders en autobestuurders als best onderhouden wegen bekend stonden, en men nu niets anders hoort dan klachten over de slechte wegen in onzen mooien polder. Wij lezen nu in het verslag van die vergadering, dat het zoo erg is, dat de Dijkgraaf erkent dat onze wegen levensgevaarlijk zijn. Dus in dien betrekkelijk korten tijd dat de heer C. Hooi Dijkgraaf is, zijn de wegen in onzen polder van beste, mooie wegen, „levensgevaarlijke" wegen geworden. Het oordeel over zulk een beheer van een Dijkgraaf kan ik wel aan het publiek overlaten. En wanneer zal hierin verbetering komen? Het heeft er alles van dat de toestand nog erger moet worden. De Dijkgraaf zegt toch, toen enkele Hoofd ingelanden op verbetering aandrongen, dat het nu geen tijd is om in te grijpen, want de natte tijd komt nu. Dus maar weer op de lange baan schuiven. Maar mijnheer de Dijkgraaf, mag ik uw geheugen eens eventjes te hulp komen. In een raadsvergade ring in Maart van dit jaar, (ik heb gelukkig alle Schager Couranten van de laatste paar jaren met de verslagen van raads- en poldervergadcringen goed bewaard) werd door het raadslid Nannis ter sprake gebracht de kwestie van het plaatsen van werkeloo- zen in deze gemeente op uw wegen. Zooals ieder zich nog wel zal herinneren, weigerden echter de werke- loozen op de wegen te werken. Weet u nog wel wat antwoord u toen aan den heer Nannis gaf? U was toen nog raadsleden, zeide, dat het de plicht geweest was van de werkcloozen om op de wegen te werken, want dat was in het belang geweest van het alge meen, want zeide u, de toestand van den weg te 't Zand is zoo, dat er een kind door doodgereden is. Dus in Maart zegt u als beheerder van onze wegen dat die levensgevaarlijk zijn, bewezen door het feit, (zooals u zelf in die raadsvergadering mededeelt) dat door den slechten toestand van den weg 't Zand een kind wordt doodgereden. En nu schrijven we Augustus en wat hebt U ge daan om aan dien onhoudbaren toestand een einde te maken, althans verbetering in te brengen? Niets hebt U gedaan, neen de toestand is nog veel slech ter geworden. U noemde toen de weg té 't Zand en nu erkent U zelf dat onze wegen levensgevaarlijk zijn, en dat is onder Uw beheer zoo geworden, is 't niet? Steeds maar veel praats verkoopen en verder zien wij onze wegen verwaarloozen. Of moeten mis schien straks onze werkelooze arbeiders weer ge prest worden om als het mogelijk is voor U op Uw slechte wegen voor niemendal te werken? Wij hebben als raadslid nooit anders van U gezien dan een ander zijn werk becritiseeren en neerhalen, nooit hebt U meegewerkt om iets tot stand te bren gen, altijd trachtte U af te breken. Nu staat U aan het hoofd van een belangrijken polder en nog steeds is het veel geschreeuw, maar weinig wol. Wanneer men als Dijkgraaf tot tweemaal toe zelf zegt dat de wegen zoo slecht worden onderhouden, dat die we gen levensgevaarlijk zijn of worden, en men neemt dan als Dijkgraaf nog geen maatregelen tot verbe tering, mij dunkt dan moet men zich afvragen, is zoo iemand wel voor zijn taak berekend, en heeft zoo iemand wel voldoende plichtsbesef om een zoo be langrijke positie te bekleeden? Heeren leden van het Polderbestuur, wij doen een beroep op U, toont dat U uw plicht begrijpt, nood zaakt Uw Dijkgraaf om in te grijpen, zorgt gij er voor dat aan dezen onhoudbaren toestand zoo spoe dig mogelijk een einde komt, zoodat onze wegen in onzen welvarenden polder niet langer bekend moe ten staan als „levensgevaarlijke" wegen. Een inwoner van Zijpe en Hazepolder. We zijn een zindelijk volk, tenminste, dat heeft men ons altijd verteld en als we kijken naar alles wat gewasschen en geschuurd kan worden, vooral aan den buitenkant, waar het te bekijken is, dan moet het ook wel zoo zijn. We schuren de klompen, we kalken de boomen, de muren van de boerderijen, we boenen de straten voor de huizen en wat niet al. Of we nu echter wel zulk een grooten zin hebben voor maatregelen die de gezondheid betreffen, of we nu wel zulk een grooten zin hebben voor hygiëne, staat te bezien. Hoéwei het de laatste jaren wel een beetje in de goede richting gaat, zullen er nog vele mensehen zijn, evenals het raadslid van een groote Noord-Brabantsche gemeente die met een zekere trots op de borst sloeg en zeide: „Hier is nog nooit water geweest". Dit was in verband met het feit dat er in den raad een voorstel ingediend was om een volksbadhuis in te richten. Hetzelfde, maar dan wellicht een beetje slimmer vinden we in vele tuinbouwende streken ten op zichte van de gezondheidsmaatregelen die te nemen zijn op den akker, in den boomgaard of in den tuin; ook hier is het alles zindelijkheid wat de klok slaat. Men is er spoedig genoeg bij een buurman over den hekel te halen, die niet, evenals de anderen, zijn land schoon houdt van onkruid en andere ongerechtig heden. In sommige streken zou men niet nalaten er ook openlijk aanmerking op te maken als een buur man teveel zaadvuil op het land had en o.i. met eenig recht, want dat zaad waait natuurlijk gemakke lijk over naar de zindelijke huren, die op hun beurt last ervan krijgen. Veelal gaat het hiermede echter als het in sommige landstreken gaat, b.v. in sommige gedeelten van Zeeuwsch-Vlaanderen, waar men het vuil in de ka mer in een hoek of onder tafel veegt; het is meer een tijdelijke verplaatsing dan wel een definitieve oprui ming. Aangezien het onze taak is te schrijven over plan tenziekten en wat daar mede verband houdt, heeft men wel begrepen waar we heen willen. We willen er op wijzen, dat het niet voldoende is, dat men het vuil en allerlei afval in de slooten gooit of op hoopen op het land. Op die manier verplaatst men slechts het gevaar dat er van dat onkruid of dat afval uit gaan kan en meestal ook wel degelijk uitgaat. Men moet het vernietigen. Hoewel er in de meeste gemeenten een verbod be staat om afvalstoffen van welken aard ook te water te werpen, wordt er hoegenaamd de hand niet aan gehouden, met het gevolg, dat de slooten in den zo mer stinken van de rottende stoffen. Dat is niet in het belang van het aspect van het landschap; dat is toch ook in onzen materialistischen tijd nog wel van belang, vervolgens stinkt het, dat is onaange naam voor de menschen en het inademen van fris- sche lucht zal allicht zoo gezond zijn. Plantenziek ten gaan weliswaar nog niet op de menschen over, maar voor de planten is het anders. Die rottende stoffen bevatten de sporen, of hoe die dingen ook heeten mogen en die zorgen ervoor, dat we volgend jaar weer genoeg narigheden in onze gewassen heb ben. Dit alles geldt ook ten opzichte van het afval dat los komt b.v. bij het pellen van tulpenbollen, die be zet zijn met de sclerotien van het vuur en nog an dere,gevaarlijke zwammen. Sclerotien zijn juist li chaampjes, die bestemd zijn den winter over te blij ven en ze zijn erop gebouwd, dat ze veel narigheden verdragen kunnen; met te water werpen, of op een mesthoop worden ze dus niet gedood. Verbranden of begraven is de eenige weg waarlangs ze vernie tigd kunnen worden. Wat hier gezegd is betreffende zwammen gaat na tuurlijk ook op ten opzichte van insecten en andere dieren; slakken, rupsen, aaltjes (wortel- en stengel aaltjes) muggen en vliegen (koolvliegen, uienvlie- gen), de muggen die de draaihartigheid veroorzaken, enz. enz. Wie twijfelen mocht aan de waarde van zindelijk heid op dit gebied neme eens de proef om op de plaats waar afval van aardappelen enz. gelegen heeft, hetzelfde gewas weer te zetten; hij zal zien, dat cultuurhygiënische maatregelen dubbel terugbe taald worden. VAN HERWIJNEN. St Pancras. Uit 't Verloren Hoeksken van Het Laatste Nieuws: Van achter den haaghoek, van op het weidegras, van over de stoppels, de klaver en den landweg, zoo vlak naar mij toe: die meisjesstem. Een stem voor Mascagni of Mozart. Een stem met harpsnaar- en met beiaardgeluiden er in. Een stem vol zuivere, geheele, halve en kwarttonen; met heu vels en met dalen. Een Brabantsch landschap. Een doek van Teniers. Een stem voor Juliette, Ophelia, Manon of Gret- chen. Ik hoorde die stem op Halfoogst, in het land van Dilbeek, waar de bron van St .Alena tusschen vier oude boomen te zien is. Alle menschen die daar kwa men bedevaarten lieten hun paternosters wat trager glijden, en luisterden. Het was een van die liederen, waarvoor er zou moeten zijn zonsondergang, maan, een bosch en een hut aan den zoom. met een licht. Waarom kwam daar niet gelijk in de romans, een groot artist van de muziek voorbij, geen bestuurder van conservatorium of tooneel? Die mannen zijn ook nooit waar ze eigenlijk moesten zijn. 'tls misschien een geluk. Nu zingt die stem voor de menschen, die onder strooien daken wonen, voor koeien en voor paarden, voor de boomen van Sinte Alena, voor vermoeide pel grims en verbaasde wandelaars. Ge ziet niet wie zingt. Wat zou er met die stem gebeuren als 't voetlicht er zou schijnen, in een zaal van bloote vrouwenruggen en bleeke mannengelaten? Ge zoudt ze zien komen uit een zwoegende borst, uit een vertrokken, geverfden mond, op bevel van ccn orkeststok. Pijnlijk spektakel. Nu klinkt ze onverwacht, onbetaald, vrij en zuiver gelijk de wind over Brabant. Op uw wandelingen wensch ik u toe. dat die stem, van over den landweg, de klaver en de stoppels, van op het weidegras, van achter den haagstok, u tege moet klinken zal. Gelijk de paternosters van de Alenapelgrims trager gleden, zullen uw voeten trager schuiven, en zoolang die stem het wil, zult ge luisteren. Want zoo kunnen de meisjes zingen, van ons volk. STUW IN HET INDUS-DAL DOORGEBROKEN. Groote verwoestingen aangericht. Reuter meldt uit Rawalpindi: De Siyok-Stuw in de Indus-vallei, welke een water massa van honderd voet hoog tegenhield is doorge broken. De watermassa's zijn het dal ingestroomd en hebben overal verwoesting gezaaid. De autoriteiten hebben de getroffen bevolking hulp gezonden. DE ASCHPLAAG VAN DE BROMO. Aneta meldt uit Malang: De aschregcn, veroorzaakt door de werking van de Bromo, valt thans bij tusschenpoozcn. In het Ma- langsche en tot zelfs in Wlingi en Bltar heeft men er ergen hinder van. Men moet de huizen zooveel mó gelijk gesloten houden. De Bromo stoot nog voortdu rend dichte rookwolken uit, afgewisseld door hoog opschietende vuurtongen. TYFHUS IN BEIEREN. Sedert 7 dezer heerscht te Weissenburg in Beieren een typhus-epidemie. Tot nu toe zijn 52 personen door de riekte aangetast. Een kind is gestorven. Twee beambten van de gezondheidspolitie die te Weis senburg waren, hebben de gemeentelijke autoriteiten er opmerkzaam op gemaakt, dat de epidemie zeer ernstig is, daar men de oorsprong nog niet heeft kunnen vinden. EEN BEGRAFENIS NA 14 JAAR. In Juni 1915 stierf te Berlijn tengevolge van een verkeersongeluk een 21-jarig Turksch student, afkom stig uit Konstantinopel. In opdracht der familie werd het lijk gebalsemd en in een zinken kist gelegd, om naar Turkije te worden vervoerd. De begafenisonderneming die voor een en ander had gezorgd, heeft echter daarna de opdracht vergeten en zoo is het lijk al die jaren in de kelder der onderneming blijven staan. Dezer dagen is het daar, in volkomen gemummificeerden toestand gevonden en door de zorgen van de overheid op het kerkhof te Marzahn ter aarde besteld. LANGDURIGE ZWIJGZAAMHEID. In de St. Lazaire, de vrouwengevangenis te Parijs, brengt een gedetineerde haar medegevangenen en het gevangenispersoneel in verbazing door haar zwijg zaamheid. De vrouw is sinds drie maanden in de ge vangenis en van het oogenblik af, dat zij er is geko men, heeft niemand haar stem meer gehoord; de vróuw spreekt niet. Twee rechters van instructie heb ben getracht, de vrouw, die voor 30.000 frank juwce- len heeft gestolen, te ondervragen. Zij konden geen woord uit haar krijgen. De advokaat, die haar moet verdedigen, is daar evenmin in geslaagd en de ge vangenisdokter heeft gezegd, dat de vrouw over vol komen normale geestvermogens beschikt. VOGELS IN FUIKEN. Uit verschillende streken van ons land ontvangt de Nederlandsche Vereeniging tot bescherming van Vo gels bericht, dat kleine vogels in fuiken, welke te drogen staan, gevangen worden. In den regel zijn dit insecten-etende vogels, zooals fitissen, rietzangers, enz. Het hoofdbestuur der Nederlandsche Vereeniging tot bescherming van Vogels zal het zeer op prijs stellen, indien de Nederlandsche visschers het vangen van vo gels willen voorkomen door een bosje gras, hooi of riet in den toegang van de fuik aan te brengen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1929 | | pagina 1