Voor elck wat wils. Een voetreis door Albanië. Het bestrijden van wespen in boom gaarden. Gemengd Nieuws. Noodlottige vechtpartij te Berlijn. De lotgevallen van twee Duitsche dames nu ook van den wildeman een optater, met een bierpul, die er lang niet naast was en de begiftigde bloedend verwondde. De nachtelijke heibelschopper moest voor deze mishandeling heden terecht staan, doch was niet verschenen. Deze veel belovende heer is door de Haar- lemsche rechtbank voorw. veroordeeld met 3 proefjaren en aangezien die prieftijd nog niet verstreken is, wil de politierechter de kat eens uit den boom kijken en af wachten of de Haarlemsche rechtbank hem inmiddels zijn vet zal geven. De verdere behandeling zal nu op 23 September plaats hebben. Dag. Hoewel we in dat opzicht meestal te kortzichtig zijn, zou men toch geneigd zijn de wespen als absoluut scha delijke in ieder geval lastige dieren te beschouwen. De meeste dieren hebben een zoodanige rol in de natuur te spelen dat ze niet gemist kunnen worden in het inge wikkelde raderwerk der natuur. Om dat te demonstree- ren zouden we een voorbeeld willen aanhalen uit een van" de staten van Zuid-Amerlka, waar men veel last had van de reigers, die schade berokkenden aan den vischstand, tenminste, dat meende men. Men ruimde dus de reigers op, maar dit had tengevolge, dat de visch stand nog meer achteruit ging. Wat was nu het geval De reigers aasden hoofdzakelijk op de visch die zich aan de oppervlakte van het water bevond en die visch was dan heel dikwijls aangetast door een ziekte, die be smettelijk was. De reiger hielp dus het besmettingsge vaar verminderen door die besmettingshaarden weg te nemen. Al namen ze dan ook al eens een gezonde visch weg, dan bleven ze toch nog nuttig. Zoo zullen ook de wespen ongetwijfeld wel een rol te vervullen hebben, b.v. bij de beatuiving en vele wespen zijn nuttig, door dat ze parasiteerx op vijanden van onze gewaasen. Dat wil zeggen, ze leggen hun eieren in schadelijke dieren, die dan ten gronde gaan. Men denke slechts aan de sluipwespen, die de koolrupsen parasiteeren. Dit alles neemt echter niet weg, dat men bij sommi ge gelegenheden meer schade dan voordeel van wespen hebben kan en daarom zou het aangenaam zijn, als we een goed afdoend middel hadden om ze bij die gelegen heden (niet altijd dus) te dooden. Dat is echter niet zoo gemakkelijk. Het opzoeken en vernietigen van de nesten is wel het meest afdoende, maar dan moet men eerst die nesten weten te vinden en dat gaat niet altijd even gemakkelijk. Heeft men een nest gevonden, dan moet men in den avond, als alle bewoners er in zijn een doodende stof in de gaten gieten als het nest in den grond zit, zooals nogal eens gebeurt; is het nest te vinden in de takken van een boom, dan kan men het heel goed in den avond verbranden. Zulk een nest in een boom of op een an dere beschutte plaats is een heel interessant ding heel kunstig van houtstof vervaardigd, zoodat het op pa pier gelijkt Waar het nest gebouwd wordt hangt af van de soort wesp, maar over die soorten zullen we maar niet verder uitweiden. Voor nesten in den grond kan men wellicht het beste gebruik maken van zwavel koolstof, dat in het gat gegoten wordt, waarna het gat dicht gemaakt wordt. Voor hetzelfde doel zou men ben zine, petroleum, rlds, abis, flit enz. kunnen probeeren. Ook ciaancalsium, een stof die zeer gevaarlijk kan zijn, zou men kunnen probeeren. Het beste is bij een wespen- plaag even de hulp in te roepen van een ambtenaar van den Plantenziektenkundigen dienst, omdat vele van de EEN NIEUWE RAMP. DE ZEEMAN ALS SCHOEN MAKER. DE MOEILIJKHEDEN STAPE LEN ZICH OP. HOE WE NOG TE ETEN KREGEN. Tirani, Juli. (Particuliere correspondentie.) Inderdaad, hoogst pijnlijk was de toestand voor ons. in de Albaansche hoofdstad gestrande reizigers, al nam mijn reismakker de geschiedenis niet tragisch op. De gezichten van de hoteleigenaars werden echter steeds somberder, de kellners steeds gereserveerder behalve mijn brave, steeds beleefde, steeds gedienstige kellner Kootsjoe (nadruk op de eerste lettergreep), die ons steeds bereidwillig op het terras vóór het hotel troos tende kopjes Turksche koffie bracht Hij scheen geen oogenblik het vertrouwen in ons te verliezen en be diende ons, alsof we de best betalende gasten van het heele café waren. Donderdags was er nog geen geld voor me gekomen. Ik moest telegrafeeren, dat was duidelijk, maar telegra- feeren kost geld en dat had ik niet. Iets moest er ech ter geschieden. Ik schreef om te beginnen een uitvoerig telegram aan den Nederlandschen gezant in Grieken land, waarheon mijn plan is te trekken, om hem' mijn toestand uiteen te zetent. Met dit telegram ging ik in mijn stukgeloopen schoenen en verflonste kleeren, naar het ministerie van buitenlandsche zaken, om daar te verzoeken mijn telegram naar den gezant in Athene door te zenden. De secretaris van den minister verwees me beminnelijk naar het persbureau van het ministerie van binnenlandsche zaken en daar kwam ik bij een collega, dien ik alles uiteen kon zetten en die mijn toe stand begreep. Hij voorzag mijn telegram van een stem pel en een handteekening en het kon zonder directe be taling worderf verzonden. Onderweg terug naar het hotel gebeurde een nieuwe ramp: het stuk zool, dat nog onder mijn meest kapots ten schoen zat, liet van voren geheel los, flapte mede, zoodat het den indruk maakte van een happenden haaienmuil. Door een aohterdeurtje sloop ik als een dief mijn ho tel binnen. „Nu kan ik in het geheel niet meer op straat gaan" zuchtte ik moedeloos, toen we op onze kamer waren. De zeeman beweerde echter kalm, terwijl zijn oogen zoekend door de kamer gingen: „Die schoen moet gerepareerd worden, dat is alles," Ik keek hem «enigszins verstoord aan, daar ik dacht, dat hij den spot met me dreef: „In heel de wereld is geen schoenma ker, die dien schoen nog kan repareeren." Mijn Deen- sche reismakker antwoordde rustig: „Ik zal hom repa reeren." Verbaasd vroeg ik: „Repareeren? en er is niets om mede te repareeren." De ander laohte schamper over zooveel onnoozelheld en meende: „Er is hier alles was wq noodig hebben. Trek dien schoen uit." In het geheel niet overtuigd, deed ik dat. Hij rukte intusschen een paar spijkertjes uit den muur, maakte een stuk zwart garen van één mijner beide jassen los (ons eigen garen hadden we den laatsten nacht in het vrije veld verloren), scharrelde uit ons pak bagage een paar naalden op èn ging aan den arbeid. Hij boorde in het leder gaatjes met een spijker, zat te werken met twee naalden, haalde draad door geboorde gaatjes en sloeg met het metalen doosje van mijn scheerzeep ten slotte een paar spijkertjes in de zool van mijn schoen en de zool hield weer. Wat zijn menschen, die eèn groot deel van hun leven met hun neus boven boeken en papieren hebben geze ten toch onhandig en hulpbehoevend naast zulke ras echte zwervers over landen en zeeën die van jongs-af alleen stonden, die slechts één verlangen kennen, den horizont; die slechts één belangstelling koesteren: voor het dadelijk noodige, voor het voor de hand liggende. Dien nacht sliep ik onrustig. De geschiedenis, het groote avontuur, begon me nerveus te maken. In het an dere bed snorkte zacht myn Deensche kameraad. N.^ opgenoemde middelen niet zonder gevaar zijn als men ze niet kent. Van de wespen overwinteren alleen de bevruchte wijf jes, die men koninginnen noemt. Vangt men dus de wijf jes weg, dan heeft men ook geen of weinig wespen. Deze wijfjes blijven den winter over op beschutte plaatsen, in holle boomen enz. In het voorjaar vliegen ze veel op de bloemen van de sneeuwbes, die men in vele tuinen aan treffen kan (met witte bessen in het najaar). Het spreekt vanzelf, dat, als men die wijfjes wegvangt, het eieren leggen achterwege blijven moet. Doet men dit dus systematisch, en op grooten schaal, dan zal men de schade tot ongeveer nul kunnen reduceeren. Dat men er werkelijk veel schade van hebben kan, b.v. door vreterij aan peren, perziken, abrikozen, enz. blijkt wel hieruit, dat we dit schrijven naar aanleiding van een vraag van een kweeker uit Noord-Holland. Hier in is een deel van het antwoord verwerkt, dat de heer Schoevers van den Plantenziektenkundigen dienst gaf. Hierbij dient opgemerkt te worden, dat er sommige soorten peren zijn, die speciaal door de wespen gezocht worden. Volgens onze ervaring hebben William's Du- chesse, Noordhollandsche suikerpeer, b.v. veel last er van. Heeft men er plaatselijk ln zulke soorten veel last van, dan zouden we willen aanraden de peren er des noods iets voor het rijpen af te plukken en de vruchten noodrijp laten worden in de bewaarplaats. Laat men ze hangen, dan komt er heelemaal niets van terecht. VAN HERWIJNEN. St. Pancras. WATERGEBREK TE AKEN. Kranen in garages en baden verzegeld. Door de aanhoudende droogte is in verschillende ste den het watergebrek zeer groot, zoodat het stadsbe stuur zich in Aken genoodzaakt zag ingrijpende maat regelen te treffen. In alle huizen werden de badinstal laties verzegeld. Om het waterverbruik in garages on mogelijk te maken, zijn alle kranen in die inrichtingen afgesloten. De prijs van het water is verhoogd van 25 Pf. tot I Mark. WEER EEN ONGELUK IN IIRT ROMEENSCHE PETROLEUMGEBÏED. 5 Arbeiders levend verbrand. In het Romeensche petroleumgebied in de buurt van Campina ten noorden van Pliesci is Zondag een petro- leumbron in brand geraakt Twaalf arbeiders die niet bijtijds konden vluchten, werden door de vlammen ver rast. Vijf hunner zijn levend verbrand. De zeven ande ren zijn in hopeloozen toestand naar een ziekenhuis ge bracht DOODELIJK ONGELUK. In de buurtschap Albergen, onder de gemeente Tuh- bergen heeft een zeer tragisch ongeval plaats gehad. De 64-jarige W. en diens zoon, de 30-jarlge W. waren gezeten op een leegen hooiwagen, waarvan het paard schrok, terwijl het een turfwagen passeerde. Het dier sloeg op hol en rende ln volle vaart den harden weg Albergen-Zenderen op. De oude W. sprong van den wa gen, spoedig gevolgd door zijn zoon. W. kwam daarbij zoodanig te vallen, dat hij een schedelfractuur opliep, en eenige uren later stierf. Ook de zoon bekwam een sche delbreuk en verkeert in levensgevaar. zijn bed, op zijn nachtkastje had hij tabak, sigaretten papier en lucifers liggen. Alle duivels als je de zeker heid hebt den volgenden morgen een sigaret te kunnen rooken, is er toch niet de minste reden je van streek te maken! Gedurende den nacht bedacht lk dat ik naar het kan toor in Nederland, dat me een aangeteekenden brief had moeten zenden, zou kunnen telegrafeeren om te vragen of het geld al of niet was afgezonden. Den volgenden morgen, Vrijdag teekende en stem pelde de bereidwillige chef can het persbureau mijn te legram naar Nederland. Ik wachtte nu twee antwoor den. De hotelliers echter keken steeds somberder, al leen Kootsjoe, de kellner, bleef beleefd, hulpvaardig, droeg water en koffie aan, stond voor ons met een brandenden lucifer op te steken en deze brave ziel was, zonder dat hij het wist, me een troost en bemoediging. Er was er tenminste nog één, die volkomen vertrouwen in me had. 's Middags laat ontving ik een telegram van den ge zant te Athene: „De verzending van geld van hier naar Tirane stuit op bezwaren; wendt u tot den gezant te Rome; deze is competent en heeft wel verbindingen met Italiaansche banken." Dat telegram bracht me geen schrede verder, wat niet de schuld was van den gezant. Inderdaad er is te Tirane waar het bankbedrijf nog zeer weinig is ontwikkeld, geen filiaal van een Grleksche (maar ook niet van een Italiaansche) bank en telegrafische postwissels kunnen van Griekenland naar Albanië niet worden verzonden. Dus schreef ik een uitvoerig telegram aan den Neder landschen gezant te Rome, dat nog denzelfden avond weg gnig. Veel hoop op een snelle oplossing van de moeilijkheden had ik niet, daar het Immers den vol genden dag, Zaterdag, beursvacantle was. Bovendien duurt, zooals me later bleek, een telgram van Tirane naar Rome of omgekeerd soms meer dan 20 uur, daar de lijn overbelast is. Het uit Athene gekomen telegram had toch de ho telliers hoopvoller gestemd, maar toen den volgenden morgen, Zaterdag, het telegram nog niet door gedl was gevolgd werden hun gezichten langer dan ooit. Ik was moedeloos en wilde 'a morgens zelfs niets te eten be-_ stellen, maar dit beviel Kootsjoe, den sympathieken kellner niet. Hij vroeg me iets, dat lk niet verstond en waarop ik, in gedachten verzonken, slechts bevestigend knikte en even later bracht hij ëen ontbijt Ik begon langzaam beter te begrijpen wat Anatole France bedoelde, toen hij sprak van „les aventures de la pauvrete" (de avonturen van de armoede.) 's Middags schenen de hotelliers weder opnieuw ver trouwen te hebben gekregen. Ik wilde niet meer in het restaurant eten en voorloopig wachtend hongeren, maar 's middags kwam de Engelsche sprekende hotelier in het café van het hotel waar Ik zat te schrijven, me de spijskaart voorleggen en zoo gingen mijn reismakker en ik weder eten. Later pas heb ik vernomen, waaraan die plotselinge (en tijdelijke) verandering in de stemming van den ho telier te danken was. Mijn reisgezel had, zonder dat ik het wist, met den Engelsch-sprekenden hotelier gepraat en hem allerlei wonderen van mij verteld. Ik was op bezoek geweest niet bij den chef van het persbureau, doch bij den minister en die had hij de tabak gegeven, de fijnste tabak van het geheele land, die we rookten. Ik was een zeer gefortuneerd man, die hem, den zee man, als begeleider op de voetreis behalve den kost twintig Nederlandsche guldens, ruim acht dollar per dag betaalde en dit verhaal had zooveel Indruk gemaakt, dat de hotelier weder nieuw vertrouwen had verkregen Ik wist van dit heele verhaal niets en zou me er ook tegen hebben verzet, dat de Deen zulke leugens ver telde, maar voor het oogenblik had zijn optreden een gunstigen Invloed op onzen toestand. Dien Zaterdag hadden we weer te eten en een onderdak, maar nog uit Nederland, noch uit Rome kwam dien dag een telegram J. K. B. DE INDIANEN STERVEN UIT Het Noodlot voltrekt zich met tragische zekerheid. Het noodlot van de oorspronkelijke bewoners van Amerika voltrekt zich met de tragische zekerheid. Eens de trotsch, strijdlustige meesters van de vrije prairiën, strijden de steeds meer samensmeltende Indianenstam men van Californië tegenwoordig hun laatsten wanhopi gen strijd tegen den honger. Een aandoenlijk beeld van den toestand dier Indianan geeft een bericht van het departement van gezondheid van de Californische regce- ring. dat na een zeer omvangrijk onderzoek naar de toestanden, waaronder de nog overgeblevenen van 85 Indianenstammen gedwongen zijn te leven, moet ver klaren niet ln staat te zijn iets te doen tegen de ziek ten, welke de Indiaansche bevolking teisteren, zoolang niet de verschrikkelijke wegbereider voor die ziekten, de honger is overwonnen. „Van de 827 families", zoo luidt het in de mededeellngen van den Californischon gezondheidsdienst, waarover zich het onderzoek uit strekt, hebben 22 een jaarlijksch inkomen van 200 tot 400 dollars, 128 families inkomen van 400 tot 600 dollars, en slechts 100 families hebben een jaarlijksch inkomen van 600 tot 800 dollars. De Indianen zijn al verder en verder teruggedrongen geworden, zoodat zij niet meer over bruikbaar land de beschikking hebben. Het voor naamste uit de mededeelingen zijn wel deze, dat de In dianen niet voldoende verdienen, en kunnen verdienen om te kunnen rondkomen. Zij lijden aan ondervoeding en hun woningtoestanden laten veel te wenschen over. Het gevolg hiervan is, dat zij, in ieder geval, niet in staat zijn, zlekteaanvallen weerstand te kunnen bieden. Uit de gegevens van den gezondheidsdienst blijkt, dat van de 3184 kinderen, die gedurende een jaar in de 827 geobserveerde families werden geboren er 952, d,i. 30 pet., stierven, terwijl verder 872 kinderen niet volwassen werden. De Indianen van Californië, die tegenwooiVg in de districten Humbolt, Nel Norte, Siskyou Inyp, Mo no, Riverside, San Diego, Imperal, San Bernardino en Santa Barbara gevestigd zijn, samen 18000 zielen, zijn de laatste overblijfselen van 700.000 Indianen die in de eerste jaren van het bestaan van den staat Californië daar hebben geleefd. SCHATTEN DER AARDE. Enorme hoeveelheden arbeids vermogen aan waterkracht. De alpenwateren ln Noord Italië vertegenwoordigen een arbeidsvermogen van 6.000.000.000 P.K., waarvan 5.500.000 P.K. economisch te benutten is. De hydrogra- phische dienst maakt studies om deze energievoorraden te ontginnen. De electrische centrales in Zweden heb ben een capaciteit van 2.000.000 P.K., waarvan 1.250.000 P.K. van de watervallen afkomstig is. De in Zwitser land te winnen waterkracht kan veilig gesteld worden op 8.000.000 P.K. In Zwitserland is trouwens het electri- citeitsverbruik zeer hoog. Men produceert in dit land 1.000 K.W.U. per jaar per hoofd van de bevolking. De helft van de krachtinstallaties in Zwitserland is in han den van particulieren, de andere helft is staatseigen dom. In Noorwegen kan de waterkracht benut worden tot 16.500.000 P.K. Hiervan wordt op het oogenblik 12 pet. benut. Noor wegen is het land, waar in de toekomst die industrieën kunnen worden gevestigd, welke een zeer groot kwan turn energie voor hun bedrijven noodig hebben. Califor nië biedt een energievoorraad van 4.000.000 P.K., in haar waterkracht en men denkt die binnen tien jaar ook geheel te kunnen benutten. De plannen hiertoe zijn EEN REISGEZELSCHAP DOOR ROOVERS UITGEPLUNDERD. In Noord-Griekenland is Zondag een reisgezelschap, dat uit ongeveer honderd menschen bestond, in de na bijheid van de stad Triltkalla in een hollen weg door een rooversbende, onder aanvoering van den beruchten Balkanroover Tzatzas, overvallen. De roovers omsingelden het gezelschap, dat achter elkaar door den hollen weg trok. Na hen totaal te heb ben uitgeplunderd werden een afgevaardigde, een koop man en een dokter als gijzelaar meegevoerd. De roovers vragen binnen een week een losgeld van 4 millioen drachmen. Het. feit, dat de overval plaats had onder leiding van den beruchten Tzatzas, op wiens hoofd een hooge prijs stond, verwekt in de omgeving groote opwinding. De bandieten zijn ook ditmaal weer ongehinderd ontkomen EEN AL TE STERK STAALTJE VAN BOIvSKUNST In een café te Berlijn-Charlottenburg kregen Zaterdag avond vier bezoekers ruzie met den waard, die hen ten- slote verzocht het lokaal te verlaten. Twee der gasten voldeden aan het verzoek, maar de beide anderen gin gen den waard te lijf. In het lokaal zaten aan een ta feltje twee jongelieden, die zich onderhielden over het resultaat van den bokswedstrijd DienerCharles. Een hunner wilde klaarblijkelijk bewijzen, dat ook hij wat van boksen verstond en snelde den waard te hulp. Hij sloeg een der aanvallers met een vuistslag tegen de kin neer. De man, een 40-jarige architect, werd in bewuste- loozen toestand naar het ziekenhuis gebracht, maar overleed onderweg. Het bleek, dat hij bij zijn val een schedelbreuk had gekregen. Zijn lijk werd door de po litie in beslag genomen. De dader had in de algemeene verwarring het lokaal verlaten en wordt thans gezocht. DIE HUN VACANTIE IN ITALIë DOORBRACHTEN. Protest wegens ergerlijke mishandeling. De Duitsche regeering heeft te Rome diplomatieke stappen ondernomen naar aanleiding van de lotgevallen van twee Berlijnsche dames, die hun zomervacantie te Abazzia, ln Italië hadden doorgebracht. Nadat zij daar vier weken hadden vertoefd, werden zij op hun terug reis te Postumia uit den trein gehaald en daar in de gevangenis en vervolgens ln een gevangenis te Triest opgesloten. Zij hebben daar elf dagen doorgebracht, sa men met dieveggen, kindermoordenaressen en smokke laars ters. Men weigerde haar de toestemming te geven zich in verbinding te stellen met den Duitschen con sul te Milaan. Eerst nadat zij er in waren geslaagd haar bloedverwanten te Berlijn te waarschuwen, kon den stappen ter bevrijding van de beide dames worden ondernomen. De Italiaansche autoriteiten hebben niet meegedeeld, waarom tot haar arrestatie werd overge gaan en ook geen verontschuldigingen aan de dames aangeboden, toen deze in vrljhedl werden gesteld. EEN ONDERAARDSCII MEER ONTDEKT. In een Engelsch myndlstrict. Bij bet graven van nieuwe mijngangen in Yorkshlre op de grens van het Penninische gebergte Is een onder- aardsch meer ontdekt van bijna 200 M. lengte en 60 M. breedte. Voorloopige proeven om de diepte te bepalen mislukten, daar wegens de klaarblijkelijk zeer groote diepte de electrische kogeltjes, die bij aanraking van den bodem ontploffen, dezen niet bereikt hebben. reeds gereed. De kosten hiervan zijn geraamd op 100.000.000. De ontwikkeling van de waterkrachtinstal laties in de Vereenigde Staten is reusachtig groot. In acht jaar steeg de capaciteit van 7.800.000 P.K. tot 12.000.000 P.K. Concessies zijn verleend voor verdere be nutting van 5.500.000 P.K. Aanvragen zijn verder bin nengekomen voor economische winning van 15.000.000 P.K., waarvoor nog geen concessies zijn verleend. In Canada wordt de waterkracht ook op groote schaal economisch benut. Aan de ontginning van deze energie- ►voorraden werd van 19241927 alleen reeds 40.000.000 ten koste gelegd. De economische winbare waterkrach ten in Duitschland worden geschat op 1.800.000 P.K., waarvan momenteel reeds een vierde benut wordt Nieuw Zuid-Wales heeft in haar rivieren een winbare energievoorraad van 250.000 P.K. Het tropische Nieuw Guinea bezit een bijzonder groote energievoorraad in haar rivieren, deze wordt geschat op 20.000.000 P.K. HENRY FORD IN OVERTREDIN G. Hij schrijft een cheque uit van twee centen, wat hij bij de Ame rikaan sche wet verboden is. Door de geheeel wereld ging onlangs de verplette rende mededeeling, dat Henry Ford, de Amerikaansche autokoning, van een kennis twee centen moest leenen, omdat hij niet genoeg geld bij zich had om een jubi leum postzegel te koopen, wélke uitgegeven werd ter gelegenheid van het vijftigjarig bestaan van de gloei lamp. Om zijn schuld te voldoen schreef hij een chequé van 2 centen uit. Onder de Amerikanen die dezen laat sten grooten daad van Henry Ford lazen, bevond zich ook een New-Yorksch advocaat, Deze nuchtere jurist herinnerde zich plotseling een geheel in het vergeetboek geraakte wetsparagraaf, welke ongeveer luidt als volgt: „Niemand mag een cheque uitschrijven, waarvan de waarde minder is dan één dollar. Overtredingen worden gestraft met een geldboete van 500 dollar of gevange nisstraf van ten hoogste zes maanden." De rechtsge leerde deelde zijn ontdekking natuurlijk aan de couran ten mee: „Ik wil den heer Ford. natuurlijk niet de minste moeilijkheden in den weg leggen, maar het ver heugt mij te constateeren, hoe gemakkelijk een Ame rikaan over een wet kan struikelen, welke aan het pu bliek niet bekend is." In Amerika is men nieuwsgierig of er een advocaat is, die den euveldaad voor het ge recht brengt. EEN ANECDOTE VANCARUSO. Waarom hij eens bij een milllonnalr werd uitgenoodigd om te zingen. De Geneva Tribune publiceerde een aardige Caruso- anecdote. De beroemde tenor werd eens uitgenoodgid om te zingen in het huis van een millionnair. Het hono rarium was natuurlijk in overeenstemming met de om standigheden. Toen de zanger aankwam zeide de Croe sus: „U ziet ik ben alleen. Er is niemand behalve mijn hond. Dat hindert evenwel niet, zingt U maar." Nauwe lijks begon Caruso te zingen, of de hond begon heftig te blaffen. Caruso ging echter tot het einde door. Na afloop kreeg hij een uitleg van den millionnair. „Ziet U," zeide deze, „wanneer mijn vrouw zingt, gaat mijn hond altijd heftig te keer. Ik meende dat de oorzaak hiervan te zoeken was in de stem van mijn vrouw. Ik heb mij blijkbaar vergist want Uw stem geeft hetzelfde effect. Ik ben voldaan, en dank U in naam van mijn vrouw. DAVERENDE DINGEN. Groote mannen. Ik lees in de krant: De gezondheidstoestand van Poincaré blijft bevredigend. De oud-premier most het bed houden, doch eet normaal. Hij eet normaal! Treft U niet de diepe logica van dit schijnbaar zoo eenvoudig bericht. Zoo lang men eet kan er immers van sterven geen sprake zijn. De gezondheidstoestand blijft dus bevredigend. Toch blijft hij in bed, maar hij eet normaal. Wat prettig moet het zijn als zelfs de kleinste voor vallen uit je dagelijksche leven in d.e krant worden ver meld, en ter kennis van het publiek worden gebracht. Heel wat menschen zijn het daarmede natuurlijk niet eens, onder ons gezegd en gezwegen enkel en alleen omdat er van hen nooit iets in de krant staat. Dat Is jaloerschheid, anders niets en dat is heel erg leelijk. Maar zij vergeten, dat zij geen Poincaré zijn, niet eens lid van den gemeenteraad om van Minister maar niet eens te praten. Zij zijn maar gewoon krantenschrijver of kapper of bij het museum van natuurlijke historie of kellner of behanger en stoffeerder of student, al, sinds lange en vele jaren, maar héélemaal geen Minister- President. Wat moeten zulke menschen nou ln de krant doen? Dat gaat toch niet, dat Is niks, dat is ontsierenda reclame en daar staat boete op. Maar Poincaré dat is wat anders, dat ls een baas, die maar één woord behoeft te kikken en het heele Fransche leger gaat in het Rijnland in het gras liggen. Zij doen dan niks, maar dat hoeft ook niet, zij gaan maar gewoon liggen kijken. Zoo maar kijken „lns Blaue hinein!" Trouwens kijken is op den duur ook een moeilijk werk, vooral als je in het gras ligt en de zon schijnt, dan krijgen je oogen als maar aanvechtingen om dicht te vallen en als je oogen dicht zijn, kan je niet kijken. Zoodat ik alleen maar zeggen wil dat kijken, alleen maar kijken heusch niet zoo gemakkelijk is als het wel lijkt. Bovendien Poincaré behoeft maar één kik te geven en ze scheiden weer uit met kijken en dat is maar geluk kig ook. Die lui zouden d'r eigen kleurenblind kijken. Dat zoo'n man nou om de anderhalve minuut in de krant komt is toch heel gewoon. Hij is een baas. Als de kranten dus van zo iemand schrijven, dat zijn toestand bevredigend is, dat hij desalniettemin in bed moet blijven en toch ook weer normaal eet, dan moest ons dat eigenlijk verheugen, dan moesten wij bij het lezen daarvan eigenlijk even de krant neerleggen en ln de handen klappen ons verheudeng over het feit, dat Poincaré normaal eet. Want het zou toch wat zijn als zoo'n man eens abnormaal ging eten, lederen middag een kilo aardappelen bijvoorbeeld met een half tuintje snijboontjes en een biefstuk van drie pond. Maar bovendien hebben zulke berichten in 't alge meen groote paedagoglsche waarde. Je wordt geprikkeld om ook in de krant te komen, om ook Minister-Presi dent te worden. Zulke berichten moeten de kranten meer publiceeren, dan worden we vast allemaal beroemd. En dan leest U later in de krant, als lk eenmaal een beroemd auteur geworden ben: Bij den bekenden schrijver Daniël ls hedenmorgen in de keuken van zijn villa „Schrijflust" de melk over gekookt. Persoonlijke ongelukken kwamen niet voor.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1929 | | pagina 2