WIE I 1 Luidsprekerwagen van Telefunh JUBILEUMFEEST Twee makke paarden, DE MOORD TE GIESSEN-NIEUWKERK GRATIS. Binnenlandsch Nieuws. De Zuiderzeetentoonstelling te Enkhuizen. Motorfiets tegen autobus. Verdronken. Weer verlaging posttarieven. Twee meisjes door een auto overreden. De juweelendiefstal in Den Haag. Advertentiën. 8 Nederlandsche Spoorwegen 8 8 29 en 30 Sept. komt Donderdag in Schap. W. H. TIELROOY Loonploeger. BEZOEK! op Zondag 22 Sept. a.s. C.V. Autobusdienst „Noord-Holland". Van Alkmaar naar den Helder v.v. (Vervolg Ze blad.) Verdere behandeling van de revisie. zaak in Het gerechtsol heeft Maandagmorgen de rivisie-be- handeling van de moordzaak Giessen—Nieuwkerlc voortgezet. Ook thans, na de invrijheidstelling van de verdachten, was de belangstelling van het publiek onverminderd. De getuige rechercheur De Jong opnieuw gehoord. Na heropening van de zitting vraagt de verdediger, mr. Roobol, den president, om den getuige de Jong nog eens voor te roepen. Als dit gebeurd is, vraagt mr. Roobol hem: Hebt u wel eens direct of indirect invloed willen uitoefenen op een verklaring van Kleijn? Getuige de Jong: Ik wil nadrukkelijk zeggen, dat ik in deze zaak nooit iemand tot iets gedwongen heb. Mr. Roobol: Heeft de getuige aan Kleijn nooit op schrift gegeven of willen geven, wat hij, verklaren moest voor den rechter-commissaris? Getuige de Jong: Nooit. Mr. Roobol: Heeft getuige den agent Meintjes niet eens opgedragen, een door u geschreven briefje aan Klein te geven? Getuige de Jong: Absoluut niet. Mr. Roobol: Meneer de president, mag ik u dan het briefje overleggen? (Beweging in de zaal). De president laat het briefje aan getuige de Jong zien en vraagt of het zijn handschrift is. Deze ant woord hierop bevestigdend. Daarna zegt hij, dat hij dat kladje wel eens in de keuken van Meintjes bij ongeluk kan hebben laten liggen. President: Het is de tekst van een getuigenverkla ring die voor den getuige wordt achtergelaten om zijn geheugen op te frisschen. Getuige de Jong: Heb ik daaraan iets misdaan? Ik ben ten slotte ondergeschikt ambtenaar, ik heb mij niets te verwijten. Er ontstaat daarna een van alle kanten felle en scherpe woordenwisseling tusschen den advocaat-ge neraal, de verdedigers en den president eenerzijds en den getuige De Jong anderzijds. Laatstgenoemde on derbrak herhaaldelijk met een stroom van woorden den president, de raadsheeren die aan de ondervra ging deelnamen den advocaat-generaal. Laatstge noemde vroeg ten slotte categorisch: Hoe is het daar aanwezige briefje ontstaan? Zegt u het alsjeblieft langzaam! En ik verzoek u, mij niet te interumpee- ren mij geen onaangenaamheden te zeggen. Met al het andere wat u erbij haalt, heb ik niets te maken. U wordt verweten, dat ge papiertjes achterlaat, om het geheugen van getuigen op te frisschen. Daarom gaat het thans; en wat er verder gebeurt, daarover zullen we het nog wel eens nader hebben! De verklaring van De Jong omtrent de wijze, waar op het briefje met de verklaring van get. Kleijn tot stand is gekomen, wordt dan genotuleerd. Ze komt hierop neer, dat get. De Jong Kleijn in de keuken van Meintjes gehoord heeft, een notitie heeft gemaakt voor zijn rapporten, en deze bij Meintjes in de keuken heeft laten liggen. De president: Wij kunnen dit niet aannemen. Meintjes verklaart, dat ge hem het briefje, hetwelk heelemaal niet den indruk maakt van een kladje, gegeven hebt om het aan Kleijn te overhandigen. Mr. Roobol: Die heeft toen gezegd: Ik ben zijn loop jongen niet, en heeft het briefje onder zich gehouden. President: Dat kladje van u, die notitie voor uw gc- heim rapport, zooals gij het noemt, welke gij bij een anderen getuige achteloos in de keuken laat liggen, is de basis voor de verklaring, welke Kleijn voor den rechter-commissaris moest afleggen. Raadsheer mr. Wiarda: Deze verklaring ontstond dus nog voordat Kleyn bij den rechtercommissaris was geweest. Bij het verdere verhoor over deze kwestie, zegt de president, als get. de Jong hem onophoudeliik onder- i breekt: Probeer mij nu niet van de sokken te pra- ten! Dat lukt u toch niet. Het is nu toch duidelijk gebleken, dat de wapensmid Get. De Jong: Pardon, de hoefsmid! President: Goed, de hoefsmid dan. Deze heeft bij ver gissing Kroon ingelicht: Kroon lichtte daardoor u ver keerd in, en u de rechtbank en den rechtercommis saris. Daaruit blijkt, hoe gevaarlijk het is, als een recher cheur de instructieverhooren houdt aan de hand van geheime rapporten, die geen rechtskracht hebben. Get. De Jong interrumpeert verontwaardigd. President: Poseert u toch niet de verdrukte on schuld. Get. De Jong: Ik heb mijn onderzoek keurig net jes verricht! President: Daarover hooren we straks nog meer. Maar we hebben allerlei bewijzen, dat ge den getuigen verklaringen geinspireerd hebt, die ze aanvankelijk niet wilden afleggen. Het pestilente gevolg is. dat b.v. Klein nu nog onder uw suggestie anders ver klaart, dan hij vroeger altijd gedaan heeft. Get. De Jong: Ik beroep mij op de verklaringen van de fatsoenlijke getuigen. President: Ziet ge nog niet in, dat ge u vergist hebt? Get. De Jong: Ilc heb mijn onderzoek keurig net jes gevoerd. De rapporten behoefden niet naar den officier. President: Ge moet proces-verbaal opmaken van uw bevindingen. Rapporten kan men verheimelij ken, processen-verbaal niet! Advocaat-generaal: U'brengt de justitie op een dwaalspoor. In justitiezaken moeten alle woorden op een goudschaaltje gewogen worden en aan de feiten gebonden zijn; fantasie is misdadig in een strafzaak. Get. De Jong: Maar als ik opdracht had! President: Dan was het een misbruik, zooals er in deze zaak meer misbruiken zijn. Het incident was hiermede gesloten. Getuige Bessels had opdracht Klunder dronken te voeren. Gehoord wordt thans de get. Bessels, logement houder te Deventer. Deze verklaart, dat hij en zekere van Oosten, die politi©handlangers waren, in opdracht van de politie of de justitie verd. K. in zijn logement herhaaldelijk zeer dronken hebben gevoerd om hem dan in staat van dronkenschap uit te hooren. Vooral moesten zij van hem een uitlating zien los te krij- gen, dat» hij den sleutel van den vermoorden seinhuis wachter na den moord uit den zak van den ver moorde gehaald en hem er later weer net zoo ingesto ken had. Get. verklaart thans voor het Hof, dat verd. K. bij die gelegenheden steeds zijn onschuld had volgehouden, maar het bovenbedoelde over de sleutels toch wel gezegd heeft. De president: U moest rapport van het resultaat van dat uithooren van den dronken gevoerden K. uitbrengen aan de Jong. Ge zijt ook door de recht bank en den rechter-commissaris gehoord, maar thans voor het eerst verklaart ge, dat K. toen in den vorenbedoelden zin over den sleutel gesproken heeft. Hoe zit dat? Uit uw verhooren krijgt men den indruk, dat ge hem iets in de schoen schoof, dat hij gezegd zoude hebben; dat ge trachttet hem erin te laten loopen maar dat u dit niet gelukt is. Van wien hadt ge de opdracht verkregen om K. dronken te voeren. Get. Bessels: Dat weet ik niet meer precies. De Jong is een keer of drie bij mij geweest en zeide, dat hij wist, dat T. en K. schuldig waren. Get. vond, dat de manieren tegen K. toegepast, smeerlapperij waren. Daarop zeide de Jong, dat hij zeker door de tegenpartij bewerkt was. President: Is uw vergunning ingetrokken, omdat de politie vond, dat ge niet goed hadt medegewerkt? Get. antwoordt hierop onverstaanbaar. Mr. den Hollander: De vergunning is door het ge meentebestuur van Deventer ingetrokken, omdat de vergunninghouder en diens vrouw van slecht levens gedrag waren. President: Hebt ge dezer dagen nog met den re chercheur de Jong gesproken? Get.: Ik heb hem Donderdag op het politieposthuis te Utrecht opgezocht. Hij zeide tegen me: Ze staan er goed voor; ze komen vrij. Ik heb hem toen gezegd, dat hij moreel verplicht was om mij te helpen. Hij was immers de oorzaak van mijn ongeluk, omdat ik door hem tot politiehandlanger gemaakt was. Ik wil de, dat hij den president van het Hof zou vragen mij aan een broodwinning te helpen. Of is het beter, vroeg ik hem, als ik het zelf doe? De Jong heeft mij dit toen ontraden; het hedpt toch niets, zeide hij. De president maakt get. er nog eens opmerkzaam op, dat in de rapporten van de Jong niets voorkomt van wat hij thans beweert over een uitlating door K. in dronkenschap gedaan, als zou deze den sleutel uit den broekzak van den vermoorde hebben gehaald en hem er later weer hebben ingestopt. Get. Bessels: K. heeft dit immers in dronkenschap gezegd. Ik dacht toen: dat is dronkenmanspraat. Ik hoorde immers, dat K. in verband met vroeger afgelegde verhooren kon weten, dat die sleutel een gewichtige rol in het onderzoek speelde. Ik heb er toen dus geen aandacht aan besteed en het daarom aan de Jong niet gerapporteerd. Raadsheer mr. Wiarda: Begrijp ik het wel( dan heeft K. dien tijd dagen lang aan een stuk door je never gedronken. Zijn toestand moet eenigszins het karakter van delirium hebben gehad. Heeft hij in dien toestand al de uitlatingen gedaan, welke gij ge rapporteerd hebt aan de Jong? Get. Bessels: Ja. President: Hebt ge van den getuige de Jong later een taart gekregen? Get. Bessels: Ja, voor mijn vrouw en kinderen, om dat K. in zijn dronkenschap den boel bevuild had. Get. de Jong: Vindt u nu, dat daar iets in steekt? President: U hebt te zwijgen, als u niets gevraagd wordt! Get. Bessels: Van Oosten heeft mij gezegd, dat hij er wel bij gevaren is; ik ben met die geschiedenis naar de verdommenis gegaan! Mijn zaak is weg, ik word als politie-handlanger algemeen veracht. President: Wie tracteerde bij die drinkgelagen? Gij hebt er toch wel aan verdiend als leverancier. Wie betaalde? Ik denk dat dat met rijksgeld gebeurde! Get: Bessels: Van Oosten betaalde altijd. Mr. Roobol, verdediger: Ik heb toch nog altijd den indruk, dat deze getuige een en ander van de waar heid achterhoudt. Is hij bang voor de Jong? Get..: Neen. Verdediger: Was de Jong nooit tegenwoordig bij die jenever-zwelgpartijen? Zat hij nooit achter een gordijn? Verd. K.: Och natuurlijk, de Jong of een ander. Ik kan immers nooit ergens komen, of ik had zoo'n ke rel achter me. Er ontstaat nu een moeilijk te volgen kruisver hoor over de advertentie in. de Zutfensche Crt. of het Deventer Dgbl., waarin timmerlieden voor Aruba werden gevraagd. Verd. K. zjegt, op die advertentie te hebben geschreven onder êen valschen naam, omdat hij wilde weten wat er achter stak. President: Die brief is eigenlijk je ongeluk ge worden. Verd. K.; Van Oosten had het me aangepraat. Get. de Jong antwoordt op een desbetreffende vraag, dat hij de advertentie had laten plaatsen om een handschrift van verd. K. in handen te krijgen in verband met een ander misdrijf, waarvan hij ver dacht werd. Het was niet zijn bedoeling om een be wijs van grond voor vrees van vlucht te construee- ren. Get. geeft niet met zooveel woorden toe, dat van hem de opdracht was uitgegaan, om verd. K. dron ken te voeren. Verd. Teunissen: Als zij alleen het handschrift van K. wilden hebben, had hij toch om een betrekking in Zutfen of Deventer kunnen adverteeren! Mr. Roobol: De get. de Jong zegt, niet de opdracht tot het dronken voeren te hebben gegeven. Heeft hij zich nooit afgevraagd, hoe het kwam, dat de poli- tiehandlangers zooveel geld stuk sloegen? Hoeveel geld heeft het gekost aan de justitie? ik bedoel geld, dat door de handen van de Jong ging, om T. en K. naar Leeuwarden te krijgen? De Jong: Wat heeft dat met de zaak te maken? Mr. Roobol: Er zijn drinkgelagen geweest, die f40 hebben gekost. Verd. Klunder (heftig uitvarend tegen de Jong): Je hebt .mij een gevaarlijk mensch genoemd. Kerel, jij bent heel wat gevaarlijker voor de maatschappij dan ik! Op de vraag, hoeveel rijksgeld er aan de zwelgpar tijen besteed is, waarvan de bedoeling was om verd. K. zich te laten vastpraten, was het antwoord nog niet gekomen, toen de president de zitting voor een uur schorste. Na de pauze verklaarde getuige, vrouw C. F. Bessels uit Deventer dat Klunder in het begin van 1925 herhaal delijk met Van Oosten ipn het logement kwam, dat zij met haar man dreef. Pres.: Werd er dan gedronken? Vrouw Bessels: Gezopen! Klunder was doorloopend dronken. Pres.; Wie betaalde? Vrouw Bessels: Van Oosten betaalde! Klunder was altijd gek als hij dronken was. Op oen keer, ging getuige voort, zei Klunder, dat ze hem overal achtervolgden en liet hij zich uit: „ik heb de sleutels der ultg ehaald en ze der net zoo weer In gestopt. Hij was toen dronken. Eens was Klunder „lazerus" van de trap gevallen. „Wat zie je der mooi uit," had getuige gezegd. Klunder antwoordde: „ja, juffrouw, het was net of ik den moor denaar Klunder zag liggen.' Wat voor rol haar man en Van Oosten in de zaak speelden, zei getuige niet te hebben geweten. Die hield haar overal buiten. Had zij 't geweten, zou ze Van Oos ten de deur ultged... hebben. Haar overtuiging Is, dat aan de woorden van Klunder geen waarde kan worden gehecht Die wist door zijn dronkenschap niet wat hij zei. De eenige belooning, die zij van De Jong kreeg, was een taart of liever een taartje, een klein dingetje, maar het smaakte goed. Getuige P. van Oosten, grondwerker te Groningen, ver klaarde van rechercheur De Jong opdracht te hebben gekregen om Klunder en Teunissen, die den moord be slist hadden gedaan, uit te hooren, door met hen uit te gaan. Veertien dagen, in Januari en Februari 1925, heeft hij toen In het logement van Bessels te Deventer gelo geerd. Zij namen hem mee naar andere café's, hij be taalde. In die café's trachtte men Klunder aan het pra ten te krijgen. Deze heeft echter nooit gezegd, dat hij 't gedaan had, integendeel zei hij 't niet te hebben ge daan. Wel zat hij over den moord te zwetsen, doch dan was 't steeds in dronkenschap. Pres.: Hoeveel hebt u van De Jong voor uw bemoei ingen gekregen? Get Van Oosten: t Kan wel zooveel als f 100 wezen. Dat waren de onkosten. Pres.: Bij de Rechtbank te Dordt en in het .stille verhoor" hebt u nooit gezegd, dat u alles gedaan had op verzoek van De Jong, maar deed u 't voorkomen, alsof u Klunder, een vriend, toevallig ontmoet had. Get. Van Oosten: De Jong was er altijd bij. Pres.: In het stille verhoor? Get Van Oosten: Ja. Pres.: Weet u dat zeker? Get Van Oosten: Ik weet zeker, dat De Jong bij het verhoor van den rechter-commissari3 tegenwoordig was Pres.: Weer wat nieuws! Sprak De Jong mee in de instructie? Get. Van Oosten: Niet veel. Pres. tot rechercheur De Jong: Ik heb u herhaaldelijk gevraagd of u meer dan eens in de instructie bent ge weest en u hebt toen geantwoord: neen, alleen ben ik tegenwoordig geweest bij de confrontatie van Teunissen en Klunder. Getuige H. ten Brinke, venter te Groningen, ver klaarde Klunder te Assen ontmoet te hebben. Zij trok ken samen al ventende naar verschillende plaatsen. Klunder vertelde hem, dat hij verdacht werd, maar 't niet gedaan had. In het procesverbaal van de zitting der Rechtbank te Dordrecht staat, dat Klunder 'hem verklaard had, dat hij weer gauw voor den moord ge pakt zou worden, doch dit waren volgens getuige „leu gens". Hij had 't niet verklaard. In het rapport van De Jong wordt getuige in den mond gegeven, dat Klunder een ruwe kerel was, die zei 't niet gedaan te hebben, maar er aan toevoegde: „al had ik 't gedaan, dan zou ik het toch niet zeggen". Verder: dat hij er van over tuigd was, dat Klunder en Teunissen ded aders /an den moord waren, althans in aanmerking genomen de gevaarlijkheid van beide personen. Dit alles verklaarde getuige niet verklaard te hebben. Heden requisitoir en verdediging. Nog een paar getuigen werden gehoord, maar bun verklaringen zijn van weinig belang. De resteerende getuigen, voor zoover van hen door de verdediging geen afstand werd gedaan, een twaalftal, zullen heden go hoord worden. De voormiddag zal besteed worden aan het getuigenverhoor. De namiddagzitting zal gewijd worden aan het requisitoir en de verdediging. Mr. Roo bol verklaarde slechts twaalf minuten voor zijn pleidooi noodig te hebben. ZICH MET INGANG VAN 1 OCTOBER1929 OPGEEFT ALS LEZER VAN DE SCHAGER COURANT, ONTVANGT DE NOG VERSCHIJ NENDE NUMMERS VAN SEPT. WAT ZIJ TE ZEEN ZAL GEVEN. Reeds meldden wij een ander over de groote Zui- derzee-tentoonstellinf welke in 1930 te Enkhuizen zal worden gehouden. Naar het Haagsche Pers bureau ons thans meedeelt, zijn sindsdien de plan nen in vaste vormen gekomen. Het voorloopig comité is opgeheven en in de plaats daarvan is een definitief bestuur gevormd. Het is vrijwel zeker, dat deze tentoonstelling een belangrijk evenement zal vormen in de laatste jaren van het bestaan der eeuwenoude Zuiderzee. Het rijk bezit, dat Nederland heeft in alles wat samenhangt met de Zuiderzee, zal daar worden geïnventariseerd. Er zal worden vertoond den rijkdom aan folklore, de schoonheid der volksgebruiken, de zeer eigen volks kunst, welke rondom de Zuiderzee in vele eeuwen is gegroeid, en die haar eigen karakter bewaarde tot op den huidigen dag; maar die straks gedoemd is te verdwijnen. Een visschersdorp met o.a. Marker, Vo- lendammer en Urker visschershuisjes zal worden gebouwd en de rasechte typen uit die plaatsen zul len in de hun eigene omgeving den rijkdom van hunne folklore toonen. Oude kleederdrachten zul len in bonte mengeling bijeen zijn, terwijl een fol- klorisisch zangspel zal worden opgevoerd en de Ur ker fanfare oude melodieën zal doen klinken. Voorts zal op deze tentoonstelling een overzicht worden ge geven van den aard en de wijze van visschen, de scheepstypen van vroeger en thans; in een reusach tig aquarium zullen alle mogelijke vischsoorten van de Zuiderzee worden bijeengebracht. Op de tentoon stelling worden alle bedrijven in het werk gesteld: het haringsteken ansjoviszouten garnalenpel- len blokken maken het fabriceeren van netten het breien en verstellen van vischwant. Echter, niet louter op hetgeen voorbijgaat, zal de Zuiderzee tentoonstelling de aandacht vestigen, ook van de nieuwe toekomst zal zij probeeren een beeld te ge ven. Van Rijkswege is onbekrompen medewerking toegezegd om op de Z.V.T. te laten zien wat er ko men zal op de plaats waar thans nog zoute golven spelen. Het machtig werk der drooglegging en de toekomst, welke den bewoners van het nieuwe land wacht, zal hier worden gedemonstreerd. een slachtoffer overleden. Op den Deventerstraatweg nabij Teugen kwam een motorrijder, leerling van de Landbouwschool te De venter, en wonende te Apeldoorn, in botsing met de autobus, welke van Apeldoorn op Deventer rijdt Doordat de motorrijder een groote vaart had, kwam hij te vallen en werd met zware verwondingen opge nomen. Hij werd naar het ziekenhuis te Apeldoorn vervoerd, waar hij aan de wonden is overleden. Zondagmiddag waren drie jongelui aan het Zuider- eind in de rivier de Eem bij Baarn gaan baden. On verwachts zonk een 'zeventienjarige jongeman uit Soesterberg. Pogingen om hem te redden waren vruchteloos. Het lijk werd later opgehaald. Te Alphen aan den Rijn is het dertienjarige zoontje van de wedeuwe Verbij bij het uitwijken voor een auto op zijn fiets in het kanaal gereden. De jon geman is verdronken. Overwogen wordt om, zoo mogelijk met ingang van 1 November a.s. over te gaan tot verlaging van het port voor brieven tot twintig gram in het binnen landsch verkeer van 7y2 tot 6 cent, alsmede van het minimum-port voor monsters in het binnenlandsch verkeer van 5 tot 3 cent. Het is de bedoeling deze verlagingen tevens toe te passen in het verkeer met Ned.-Indië, Suriname en Curagao, mits tijdig met de nostbesturen van deze gewesten overeenstemming wordt verkregen. Voorts wordt met de Ned.-ïndische postadministratie overleg gepleegd om op een nog nader te bepalen datum tot eenige verlaging te geraken van het port der pak ketten, welke met de zeepost naar Ned.-Indië worden verzonden. Zondagavond tusschen negen uur en half tien wan delden op den Oosterhoutschen weg te Breda ter hoogte van het missiehuis vier meisjes aan de zijde der tramlijn. Er kwamen twee autos -aan, waarvan er een werd bestuurd door H. Deze auto heeft twee meisjes overreden, die in bewusteloozen toestand en gewond bleven liggen. Geneeskundige hulp was spoe dig ter plaatse. Het eene meisje, de 21-jarige mej. Snoeck uit Teteringen, is tijdens het transport naar Breda overleden, het andere, de 20-jarige mej. Schel lens, is in het Ignatius-ziekenhuis opgenomen. Haar toestand is bevredigend. Over de schuldvraag en de wijze waarop een ander is gebeurd, tast men nog in het duister. VERMOEDELIJKE DADERS GEVANGEN GEZET. Zooals men zich zal herinneren, is op den &voïid van. 17 Juni j.1. ingebroken in den juwelierswinkel van ftr-n heer V., aan de Spuistraat. De bewoners waren eenigen tijd afwezig en van deze gelegenheid hebben dieven gebruik gemaakt den winkel te plunderen. Voor vele duizenden guldens is toen ge stolen. Ondanks het zeer nauwkeurige onderzoek mocht de politie niet gelukken een spoor van de daders te vinden. Maar eenigen tijd later kreeg zij enkele mededeelingen, welke haar aandacht vestigde op een persoon, die met den toestand in den juwelierswinkel bekend was. Deze persoon werd nauwkeurig geobserveerd en het bleek, dat M. voor de inbraak bekend was met een zekeren J. B. en J. D., beiden goede bekenden bij de politie. Nog verschillende andere feiten kwamen ter kennis van de politie, welke hij haar meer en meer de over tuiging deden groeien, dst de twee laatstgenoemden den. inbraak hadden gepleegd en daarbij geholpen waren door den knecht. De aanwijzingen tegen dit drietal war^n. van dien aard, dat de politie Dinsdag j.1. tot arrestatie overgegaan is. Zaterdag zijn zij voor den Officier van Justitie geleid en vervolgens in het Huis van Bewaring opgesloten. Heden overleed, zacht en kalm, onze geliefde Moeder, Behuwd- en Grootmoeder D. Keppel, Wed. J. Blaauboer, in den ouderdom van bijna 71 jaar. Uit aller naam, P. BLAAUBOER Jnz. Breezand, 15 Sept. 1929. inplaats van kaarten. Verloofd: RIE JANMAAT en C. SMIT Cz. Barsingerhorn, 16 September 1929. QOOOQOGOQOOOOiOQO w Den 26sten September hoopt w s onze lieve Opa den dag te her- z denken dat hij voor 25 jaar in dienst trad bij de O te Noord-Scharwoude. Zijn liefhebbende Kleinkinderen, IJSBRAND en HENDRIKUS KLOS. CfOOsOCfOOsOCSOOOOOCSO J. A. Brouwer 6 Co., Huis-, Décor-, Reclame-Schilders en Behangers, vragen EEN BEKWAAM voor vast werk. Aanmelden werkplaats bij JOH. den DAS, Molenvaart, Anna Paulowna. De Floralia- en Huis- vlljt-tentoonstelling te Oude Niedorp, zal worden gehouden op De opgave voor inzen dingen van niet-leden wor den gaarne ingewacht vóór of op 20 September. Namens het Bestuur, F. LEEK, Secr. Wie nu eens iets bijzonder moois wil hooren op het ge> bied van Radio hij neme nota van deze demonstralie. Nadere inlichtingen in het Service-Station Molenstraat. Biedt zich aan als LOON PLOEGER D. HUISMAN, Balgweg, Breezand. het van het Fanfarecorps „Excelsior" te N. Niedorp. Uitgebreid afwisselend programma. Aanvang: des nam. in den Muziektuin 2 uur, bij ongunstig weer in de zaal. Avondfeest in de „Roode Een hoorn", 7'/2 uur. Fntrée Des namiddags vrij. Des avonds 35 cent. BAL NA. het bestuur. Vertrek van Alkmaar: 7.00, 8.15, 10.10, 11.05, 12.25, 13.50, 14.55, 16.00, 17.35, 18.50, 20.50. Vertrek van Den Helder: 6.35, 7.30, 8.55, 9.50, 12.10, 13.10, 14.20, 15.1a, 16.35, 18.30, 20.35. 11 j. lijnpaard en 4 j. merrie, f 285.— per stuk, bij G. W. WA1BOER, Klei weg, Anna Paulowna. TE KOOP: Mooie aardbeienplanten, Madame Matot, D. PORTEGIES, Kweekerij „Tuin- lust", Schagen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1929 | | pagina 2