Alititti Nieuws- COURANT. Hmitnilt- LuMlal Denk om baby's teere huid LUX DE R00DE - VINGERAFDRUK. BEHOED U 5 KORTING. Uitgevers: N.V. v.h. TRAPMAN Co., Schagen. Eerste Blad. De kanalisatie van West-Friesland. JAC. ZOMERDIJK - Hoogzijde - Schagen. Gemengd Nieuws. Twee huizen te Marseille ingestort. Dinsdag 3 December 1929. SCHAGER 72ste Jaargang No. 8573 Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder dag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver- tentiën nog zooveel mogelijk in het eerstuitlcomend nummer geplaatst POSTREKENING No. 23330. INT. TELEF. No. 20. Prijs per 3 maanden fl.65. Losse nummers 6 cent ADVERTLN- TIüN van 1 tot 5 regels f 1.10, iedere regel meer 20 cent (bewijsno. inbegrepen). Grootere lettors worden nnnr plaatsruimte berekend. DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN. Aan de mededeelingen van het lid van gedeputeerde 6taten, den heer Kooiman, in de vergadering der pro vinciale staten de vorige week bij de behandeling der provinciale begrooting, ontleenen wij nog het volgende: De nieuwbenoemde directeur-generaal van den rijks waterstaat de heer Ringers, heeft in het bekende in terview gezegd, dat naar hem met zekerheid bekend was, binnen enkele dagen een mededeeling zou worden gedaan omtrent bereidverklaring van het rijk tot het verleenen van geldelijken steun voor de kanalisatie en dat dan binnenkort met den aanleg van de kanalen AlkmaarKolhorn en SchagenStolpen kan worden aangevangen. Zoover is het echter nog niet. Deze mededeeling mag niet leiden tot te groot optimisme, want de bedoelde mededeeling heeft gedeputeerde staten nog niet be reikt. Wel mag de uitlating van den heer Ringers zeker als een gunstig vooruitzicht worden aangemerkt Omtrent den stand van zaken deelde gedeputeerde Kooiman het volgende mede. Ondanks herhaalden aandrang hebben gedeputeerde staten na de indiening der subsidie-aanvraag van 1926 het tot een bespreking met minister Van der Vegte nimmer kunnen brengen. Dadelijk na het optreden met minister Reijmer heb ben gedeputeerde staten dezen minister over de zaak geschreven en onlangs hebben de gedeputeerden Kool man en Bruch met den minister in zijn kabinet een uitvoerige bespreking gehad. Daarbij bleek, dat de rijkswaterstaat in het laatst van 1927 omtrent de plannen en het verleenen van rijkssteun gunstig had geadviseerd en het wachten nu was op het advies van de staatscommissie voor het vervoervraagstuk, de „commissie-Patijn". Het is den heer Kooiman gebleken, dat de minister persoonlijk krachtige pogingen aanwendde om het in dienen van dit advies zooveel mogelijk te bespoedigen, dat het vraagstuk 's minsters volle belangstelling had en hij er zeer sympathiek tegenover stond. Op het verzoek nog voor de vergadering van de pro vinciale staten eenig nader bericht te zenden, heeft de minister eenige dagen geleden medegedeeld, dat het advies der commissie-Patijn nu is ingekomen en de minister de zaak thans zooveel mogelijk zal bespoe digen. Een paar dagen later heeft de minister nog mede deeling gedaan van het door hem gesprokene bij de behandeling der waterstaatsbegrooting, waarbij tevens spoedige behandeling in het vooruitzicht werd gesteld. Al weet de heer Kooiman wel, dat men zich ln der gelijke zaken altijd moet hoeden tegen te groot opti misme, ook omdat de minister van financiën een woordje heeft mee te spreken, is hij niettemin van oordeel, dat de zaak er den laatsten tijd veel hoop voller is komen voor te staan. De commissie uit gedeputeerden heeft den minister gezegd, dat het wachten geheel was op het rijk, om dat zonder rijkssteun van kanaal-aanleg niets kan ko men. In de tegenwoordige situtatie zijn gedeputeerde staten van oordeel, dat er voor hen aanleiding is ten vervolge op de pogingen van de commissie-van Aalst zich tot de gemeente- en waterschapsbesturen, die voor het verleenen van bijdragen in aanmerking komen, te wenden, voor zoover zij deze bijdragen nog niet hebben toegezegd. Vooral zal daarbij gedacht moeten worden aan de kanalen AlkmaarKolhorn en SchagenStolpen, die vermoedelijk voor partieele uitvoering der plannen het FEUILLETON e Uit liet Vuitsch van MATTH1AS BLANK 20. Hoogstwaarschijnlijk. Die broers moeten sprekend op elkaar geleken hebben, dat vertelde ik al, zoodat de mogelijkheid heelemaal niet buitengesloten is dat Theo- bald al eerder hier in de stad is geweest en dat de se cretaris hem toen gezien heeft. Bent u erin geslaagd om het hotel te ontdekken, waaruit de brief bezorgd is, waarover de secretaris ge sproken heeft, vroeg mevrouw Langenbach. Ja, maar dat was een geduldwerkje. Met een foto van den vermoorde en met een portret van Uw man zoo als hij er tijdens zijn leven uitzag heb ik een ommegang langs de verschillende hotels gemaakt Eindelijk, nadat ik al in een stuk of tien hotels geweest was, bleek de directeur van „Rheingold" zich te herinneren, dat hy een gast gehad had, die groote gelijkenis met deze beide foto's vertoond had en die zich had laten inschrijven als Siegmund Pollandt. Ik sprak den piccolo, die vertelde dat hij van die meneer Pollandt een brief gekregen had, dien hij naar meneer Langenbach moest brengen, den juisten datum wist hij niet meer te herinneren, maar wel dat hij naar de villa gegaan is en den brief afgege ven had. Dus dat klopt. Dus zou die Siegmund Pollandt de Australische tweelingbroer zijn geweest? vroeg Else. Waarschijnlijk wel, antwoordde dr. Freisen. Maar luister verder. In het hotel vertelden ze me dat Pollandt op den avond van den twintigsten April verdwenen is. Maar dat is de dag waarop de moord gepleegd is! Dat bedacht ik ook direct. Ik liet mij natuurlijk alle bijzonderheden vertellen en ik hoorde dat Pollandt tegen vier uur op zijn kamer belde. Toen de oberkellner binnenkwam, stond hij zóó bij het venster dat de kellner alleen maar zyn rug zag. Zonder zich om te keeren vroeg eerst in aanmerking komen. Daarvoor zijn reeds be langrijke bijdragen toegezegd en vanwege de kamer van koophandel voor Hollands Noorderkwartier en van Schagen uit worden sedert eenigen tijd pogingen aan gewend de nog ontbrekende toezeggingen thans ook te bekomen. Gedeputeerde staten vertrouwen, dat de zeer enkele gemeente- en waterschapsbesturen, die nog geen gun stige beschikking namen, in het algemeen belang daar toe thans ook zullen overgaan. Als bijna allen de finan- cieele bijdragen toezeggen, laat het algemeen belang niet toe dat zeer enkelen achterblijven en mag worden vertrouwd, dat dezen zich zullen voegen naar de meerderheid. Gedeputeerde staten zullen dus nu zeer spoedig nadere stappen doen. Ieder bestuur heeft binnen de grenzen van zijn huishoudelijke bevoegdheid zelf zijn standpunt te bepalen, maar het zou een groote verantwoordelijk heid op zich laden, deze nuttige zaken in afwijking van de groote meerderheid tegen te houden. In totaal is thans van de benoodigde f 136500 per jaar toegezegd rond f 75000 en misschien nog iets meer, dat aan gedeputeerde staten nog niet bekend is. Even als met de aansluiting aan de Noordhollandsche water- Wasch zachte kleertjes nooit met scherpe zeep. Dit veroorzaakt prikkeling van baby's teere liuid. Gebruik altijd Luxen Lux alleen. Lux is zoo zacht voor teere wol en fijn katoenen verwijdert het vuil zoo femakkelijk uit het weefsel. Én tevens zoo vlug! .lop een handvol Luxvlokken in een teil heet water tot schuim en koel het overvloedige sop wat af. Haal dan het kleedingstuk door het sop. Na het uitspoelen zult U zien dat het heerlijk frisch en zacht is bij uitstek geschikt voor baby's teere huid. K, V. DB LEVER'8 ZEEP MAATSCHAPPIJ, VLAAÜDINGEK, hij naar de rekening omdat hij 'savonds wilde vertrek ken. Hy betaalde ln de portiersloge met hoed op en jas aan en ging weg; hij riep zelf een kruier om zijn kof fer te dragen en wilde niet dat iemand van het hotel personeel dat deed; hij zei niet waar hij heen ging en niemand kon mij daarover nadere inlichtingen verstrek ken. In ieder geval, hy Is dien avond verdwenen. Maar sedert wanneer is Theobald Langenbach in hotel Fremdenhof ln Hamburg? vroeg Else von Matrei onmiddellijk. Sedert den drie en twintigsten April, ik heb me goed laten inlichten. Dat kan alles toch wel kloppen, meende Else. Den twintigsten April is Siegmund Pollandt verdwenen en den drie en twintigsten dook Theobald Langenbach ln hotel Fremdenhof in Hamburg op. Kan dat niet? Het kan natuurlijk. Maar zelf verklaart hij den twee en twintigsten April met het stoomschip „Vera Cruz" in Cuxhaven aangekomen te zijn en deze boot is ln derdaad dien dag uit Sidney in Australië daar binnen- geloopen. Maar ik heb bij de reederij laten informeeren of zijn opgave klopt. Dacht u dat die tweelingbroer er iets van vermoed heeft dat mijn overleden man zijn testament in zijn voordeel veranderd had? vroeg mevrouw Langenbach plotseling, in de veronderstelling dat een antwoord op haar vraag licht zou werpen op het motief tot den moord?. Het testament? herhaalde dr. Frlesen, maar voor hij verder kon gaan ving hij een waarschuwende blik van Else op; zij stond achter Kitty; zij legde den vinger op den mond en om te voorkomen dat het gesprek een wending nam, die haar blijkbaar niet aanstond, vroeg zij: Wat denk je verder te doen? Zooals ik al zei heb ik de passagierslijst van de „Vera Cruz" opgevraagd. Dan wil ik zien of ik iets na ders te weten kan komen over die verduisteringen. Mis schien is dat ook nog van belang. Als de hulp nog maar op tijd komt! zei Else. Mevrouw Langenbach zuchtte; zij begreep den samen hang niet O, daarvoor hoeven we heusch niet bang te zijn. Ik heb notaris Menzel laten weten dat hij die tweeling broer moet berichten dat de consul-generaal gestorven is en hem tot erfgenaam heeft benoemd en dat zijn per soonlijke aanwezigheid noodig Is, om de erfenis in ont vangst te nemen. Dus je twijfelt er niet meer aan dat we Bobble tij dig te hulp zullen komen, vroeg Else aan Dr. Friesen. Absoluut niet En ik weet zeker dat die kaarten, die ik zoo trouw in mijn schrijftafel bewaard heb, nog wel eens noodig zullen zijn. En voor de eerste maal na vele dagen lichtte een glimlach over Else's gezicht. Ze kon weer lachen; de dreigende wolken begonnen zich te verspreiden. Toen mevrouw Langenbach een oogenblik uit de ka mer was om naar huis te telefoneeren, dat zij bij haar vriendin bleef eten, greep Ernst Friesen Else's hand en vroeg haastig: Je hebt me daarnet gewaarschuwd. Dus ze heeft nog geen flauw idee? Neen! Ik heb haar niets durven zeggen van de stoute theorie die wij hebben opgesteld. Maar als die eens juist zou zijn? Dan hoort zij het nog vroeg genoeg. Ze zal dan in leder geval toch vrij zijn... Ik hoop het; ze heeft haar geluk wel verdiend... Zooals wij! voltooide dr. Friesen den zin. Ze zal wel schrikken als de mysterie opgehelderd wordt, als zy hoort dat haar waardigen echtgenoot Stil! viel Else hem in de rede, daar komt ze. En in het volgende oogenblik kwam Kitty de kamer weer binnen. HOOFDSTUK XXVI. Dus alles is goed afgesproken, meneer Menzel, zei de officier van justitie, dr. Friesen tegen den ouden no taris. Om redenen die U straks voldoende zullen blij ken, zult u de rechtelijke autoriteiten zeer verplichten door mij in de rol van plaatsvervangend notaris te la ten optreden en commissaris Kombasch als mijn klerk. Als de bezoeker strak aangediend wordt, zult u ons een groot genoegen doen door een poosje uw kan toor te verlaten en zoolang in een kamer te gaan, want de justitie heeft aanleiding om een ontmoeting tusschen u en den verwachte minder wenschelijk te vinden. De oude heer knikte toestemmend en Dr. Friesen wendde zich tot den commissaris, die voor deze gelegen heid als notarisklerk dienst deed: Hebt u op alle eventualiteiten gerekend? De commissaris schoof een lade uit van de schrijftafel leiding het geval is geweest, verwacht de heer Kooiman dat bij herhaalde overweging ook alle besturen ten slotte zullen willen medewerken en dat althans voor de kana len AlkmaarKolhorn en SchagenStolpen, waarvoor de verhouding nog iets gunstiger is dan hiervoren genoemd is voor het geheel, dit zeer spoedig het geval zal zijn. Maar dan zullen belanghebbenden zelf hierop vooral ook sterk moeten aandringen. voor den strengen winter. DONDERDAG geven wij wederom op alle CONFECTIE Door het zachte najaar is onze sorteering nog groot en mooi Voor St. Nicolaas-Cadeaux HET adres. ONTPLOFFING IN EEN VUURWERKFABRIEK. Uit New York wordt gemeld; Een vuurwerkfabriek op het Stateneiland is Zaterdag in de lucht gevlogen. Zeven fabrieksgebouwen, waaron der een groot magazijn, werden vernield. Bij de blussching van den na de ontploffing ontstanea brand, die, doordat steeds nog vuurwerk ontplofte, zeer gevaarlijk was, zijn 7 brandweerlieden gewond. VERSCHEIDENE DOODEN EN GEWONDEN Te Marseille zijn Zaterdagochtend twee huizen in gestort. Men vermoedt, dat zich ongeveer 20 perso nen in de huizen bevonden. Bij de opruiming van de puinhoopen, heeft ir.en 1 doode en 6 gewonden gevonden. Later werd gemeld: Tusschen de puinhoopen zijn tot nu toe 3 dooden gevonden; twee van hen waren oude dames, die de bezitsters der huizen waren. Ne gen gewonden worden vermeld. Men is nog in onze kerheid over het lot van 7 of 8 kinderen. Nadere bijzonderheden. Omtrent het ernstig ongeluk te xMarseille wordt nader gemeld: Twee drieverdiepingen hooge huurwoningen, door ongeveer 40 personen bewoond, stortten plotseling in Luide kreten om hulp klonken op uit de puin hopen, waaronder 20 inenschen bedolven lagen, meest vrouwen en kinderen, de mannen hadden zich reeds naar hun werk begeven. De politie, brandweer en militaire troepen vingen den opruimingsarbeid aan. Tegen den middag waren twee dooden en zes gewonden geborgen. Steeds moes ten nog de muurresten worden ondersteund, zoodat het reddingswerk hierdoor ernstig werd belemmerd. Het eerste lijk dat gevonden werd was dat van een 60-jarige vrouw, wier man zich onder de zwaarge wonden bevindt. De instorting was van te voren al bemerkt door een der bewoners, toen hij bij het den trap afgaan een luid gekraak waarnam. Men geloof- waaraan hij zat en liet zijn supereur een revolver en een paar handboeien zien. Zyn de getuigen in de kamer hiernaast? informeer de de commissaris. Ja, antwoordde dr. Friesen, het slotbedrijf van het drama kan beginnen. Een jeugdige bediende kondigde aan: Daar is meneer Theobald Langenbach uit Hamburg Laat meneer bninenkomen, antwoordde de oude notaris en toen de jongen de deur weer achter zich ge sloten had, verdween hij ijlings door een zijdeur, zicht baar opgelucht dat de justitieautorlteiten hem vrijstel den van een onderhoud, waaraan wellicht revolver en handboeien te pas zouden komen! Weet u zeker dat hij u niet kent? vroeg Kombash aan dr. Friesen. Ik geloof dat we daar wel gerust op kunnen zijn.- We zijn wel eens een enkelen keer ln eenzelfde groot gezelschap geweest, maar nooit aan elkaar voorgesteld. Neen, dat kunnen we er gerust op wagen. Met Menzel is het natuurlijk een ander geval. De commissaris knikte en op hetzelfde oogenblik werd de bezoeker de kamer binnengelaten. Bent u meneer Theobald Langenbach? vroeg Frie sen onmiddellijk aan den binnentredende die een beetje verwonderd do kamer rondkeek. Die ben ik. Ik ben besteld. U hebt mij meegedeeld dat mijn broer dood is en dat ik voor de regeling der erfenis persoonlijk komen moest. Juist, antwoordde Friesen, ik moet er u alleen op attent maken, dat notaris Menzel, die U geschreven heeft, door andere bezigheden verhinderd is om hier te zijn, en dat ik als zijn oudste medewerker het kantoor waarneem. Ik ben dr. Erlangen, advocaat en plaats vervangend notaris. Deze mededeeling scheen den bezoeker niet buiten gewoon te interesseeren, het eenige wat hij zei was: De hoofdzaak is toch dat we de zaak kunnen af handelen, nietwaar? Theobald Langenbach had dezelfde eenigszins gedron gen gestalte als de Consul-Generaal; zijn gezicht was ook gladgeschoren, de oogen waren toegeknepen en de lippen smal en dun. Alleen was zijn schedel kaalgescho ren en zijn gezicht niet zoo frisch en blozend als dat van Rlchard Langenbach. Dr. Friesen begon zijn mededeelingen aan den cliënt. Allereerst moet ik u mededeelen, dat uw broer, de

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1929 | | pagina 1