NIEUWJAARS-A, B. C. KINDERMODE. No. I is een tolletje van taffetzijde in een Ier nieuwe pasteltinten. Lijfje en rok zijn met fijne rijgseltjes. De wijduit- taande rok is van achteren beduidend lan- ;er dan voor. Schouderbloem van crepe de in zachte bijpassende tint. IL Elegante avondjapon voor slanke figu- Het lijfje is van zijden kant. Kant in ille nuances en soorten is op 't oogenblik eer modern en wordt voor avondjaponnen gebruikt. De rok van deze japon is van tulle, welke in ruime volants boven elkaar gezet het rokje vormen. De strik van glan zend satijn in dezelfde kleur sluit het diepe rugdecolleté af. Van voren is de hals even eens puntvormig uitgesneden. Men kan ook het lijfje van brocaatstof nemen en het tulle rokje in bijpassende kleur. Da^r de tulle volants wijd uitstaan, kunnen alleen dames die op een slanke lijn kunnen bogen dit toiletje dragen. Het zal dan zeker voldoen! III. En nu een jurkje voor het kleine vrouwtje in den dop! Dit snoezige jurkje is voor de jonge dame van 610 jaar en wordt vervaardigd van taffetzijde of crêpe de chine. Het rokje bestaat uit drie ultge- schulpte vollannetjes, terwijl het kraagje ook een schulp je krijgt. Indien men dit jurkje bijv. van zacht roze taffetzijde neemt en er als garneering een bouquetje op bor duurt van rose bloempjes en zacht groene blaadjes, krijgt men een geheel, dat zeker wei bij ieder klein vrouwtje in den smaak zal vallen! KERSTKRANS Voor 't bedje heel stil, hield Moeder de wacht; Van ver klonk een lied van den Heiligen Nacht Met brandende oogen het kindeke keek, Een koortsblosje kleurde de wangetjes bleek. „En mag ook de boom bij mijn bed blijven staan? En steeekt u de lichtjes nu allemaal aan? En branden die aardige kaarsjes nog lang? Hoort moedertje ook wel dat mooie gezang? Hoe prachtig toch, moeke; ik voel me zoo blij, En is ook dat kransje van suiker voor mij? En moeder, die knikte het dochterke toe: Ga slapen nu liefje, je bent al zoo moe Ik blijf heel dicht bij je ik heb het beloofd En langzaam aan zijn toen de kaarsen gedoofd Ze ^at en ze wachtte een uur weer verstreek, Het kindje lag stil nu als marmer zoo bleeek. Op 't dekentje blank, om de vingertjes teer, Legde moeder een kransje van bloemetjes neer H. H. DE BRUIN—LéON. IEANE D'ARC. „La pucelle d'Orléans" onder dezen titel ischreef Voltaire zijn berucht werk over haar; „die Jungfrau van Orleans" aldus heet het beroemde drama van Schiller; ..St. Joan" velen van ons zullen genoten hebben van Ber- nard Shaw's prachtige schepping. ,n Zeldzaam merkwaardige verschijning Inde historie, dit meisje, geboren 6 Januari 1412 en ter dood gebracht 30 Mei 1431. 19 jaar oud geworden maar welk een heroïek in zoo geringe spanne tijds en wel een tragiek in dit hevig bewogen, korte leven. En, behalve dit alles, een nooit geheel op te lossen psychologisch probleem. Ze was 'n eenvoudig boerenkind, dat in Dom- rémy, 'n dorpje in Champagne, het licht zag. Van haar prille jeugd af kenmerkte zij zich door grooten ernst en door diepe vroomheid, misschien ietwat dwepend van gehalte. Reeds toen zij 13 Jaar oud was. hoorde zij of meende zij te hooren hemelsche stemmen, /die haar langzamerhand voor groote taak en weidsche roeping stelden. Zij moest haar vaderland, den heiligen grond van Frankrijk, zuiveren van de vijandige overweldigers, de Engelschen. Hoe was n.1. de toestand? Hevig woedde de oorlog, dien wij op school hebben geleerd als een hon derdjarigen oorlog, en allermlserabelst was de bevolking er aan toe: rooven en plunderen waren aan de orde van den dag. 'n Belangrijk deel van Frankrijk was in handen der vreem delingen. die in 1428 het beleg voor Orléans hadden geslagen. De stemmen der bovenaard- sche wezens wekten haar op, om haar vaderland van de indringers te bevrijden en hoezeer Jeanne zich aan die eischen poogde te onttrek ken, op grond van de feiten dat zij slechts een zwak meisje was en noch van paardrijden, noch van de krijgsmanskunst verstand had, onweer- standelijk was de aandrang der bovenzinnelijke wereld. Wie eenigszlns op de hoogte is van de ge schiedenis der profetische mannen en vrouwen, weet, dat hetzelfde proces zich daar altijd op nieuw afspeelt men zou bijna kunnen spre ken van een bepaald geestelijk procédé. Ook zij verzet zich, gelijk zoovclen voor haar en na haar hebben gedaan; zij poogt zich aan wat zich a. h. w. onmeedoogend aan haar opdringt, te onttrekken, maar vergeefs: zij eindigt met te gehoorzamen. 23 Februari 1429 weet zij door te dringen tot het hof te Chinon, waar het haar zelfs gelukt, zij het met de uiterste inspanning, velen, ook den lichtzlnnigen Karei VII. te over tuigen van de goddelijkheid harer zending. Zij was gekleed in manlijke wapenrusting en voor- loopig zal zij, tot kort voor haar dood, in deze travesti blijven Zij ziet zich het bevelhebberschap over een klein leger toevertrouwd waarmede zij het zoo benarde Orléans wist te ontzetten. Van deze ge beurtenissen af is zij voor het bewustzijn der talloozen een bovenaardsere verschijning, zij *t ook, dat zij de waarheid van het klassieke. „Heden Hossannah, morgen kruist hem" zal moeten ondervinden. Van Orléans af begint haar zegetocht langs de Loire en verre daar buiten. Maar nu is de verwerkelijking van het tweede punt, dat op haar programma stond, aan de beurt De Dauphin van Frankrijk, zou door haar tot Koning Karei VII van Frankrijk te Reims wor den gekroond. Aldus geschiedde inderdaad: daarmee heeft zij het hoogste punt van haar leven bereikt en niet lang zal 't duren of 't gaat bergafwaarts, tot in de diepste diepte der vertwijfeling naar den geest en der smarten des lichaams. Met een doodelyke haat haatten haar de Engelschen; schreven de Franschen haar won deren toe aan goddelijken invloed, de tegen partij was even hartstochtelijk overtuigd dat zij een instrument in de handen des Satans was. De middeleeuwen waren wel zeer simplistisch: voor de gecompliceerdheid der psychische struc tuur was 't oog nog niet open gegaan en dus was voor dezen Jeanne d'Arc een engel en voor genen een duivelin. Maar och het menschelijke, è.l-te-menschelijke zou zich als een factor in het gebeuren inscha kelen. Eerst viel haar nog belooning en eer ten deel. Belooning: de bewoners van Dennémy werden voortaan van alle belastingen vrijgesteld. Eer: zij en haar geheele familie werden in den adelstand verheven. Maar verder: afgunst en nijd gingen het hunne meespreken. Haar verdere plannen: het vaderland geheel van dg vijanden te zuiveren, zouden nu in ver vulling gaan. Jawel, maar volmacht had zij niet meer.. Waar voor waren anders generaals generaals, cn waar voor was anders de koning, koning? Die zouden voortaan met haar overleggen. Die zouden voortaan als gelijkgerechtigden met haar strijden. Haar leidende positie was dus uit. Haar door God-gezonden-zijn werd theoretisch door de grooten dezer wereld nog wel erkend, maar practisch wilde men zichzelf toch liever niet op het tweede plan laten plaatsen, temeer waar de toestand nu niet meer zóó précair was. Parijs was nu het doel. 8 September werd Parijs bestormd, maar bij den aanval liet men haar op een gegeven moment in den steek en zoodoende kon het geschieden, dat zij, gewond, onverrichter zake moest terug- keeren. Dit oogenschijnlijk geringe feit had de meest funeste gevolgen. Immers: daarmee was de betoovering verbro ken. Ook de Onoverwinnelijke was feilbaar geble ken. En dat was haar ondergang. Z. ONZE PATRONEN. Van de in dit nummer voorkomende modellen zijn geen patronen verkrijgbaar. A is de aanvang, of wel, het begin B de beloften, van 't jaar, dat zet in. C de couranten voor U en voor mij, D dat is deze, vooraan in de rij. E eensgezindheid - we kennen het wóórd, F is het Fatum, dat alles verstoort. G het Geluk, niet bestendig op aard, H de Herinnering, die wat lief is, bewaart. I idealen, die heeft iedereen, .T ammer genoeg, ik zie schudden van neen K is de kracht, die het Leven ons vraagt, L is de lach, waarmee men het draagt. Mis de Mode, die Vorsten regeert, N oem mij de vrouw,'..die haar voorschrift negeert? O is de Oorlog, het dutvelsche zwaard, P zijn de Psalmen, vy* Vrede op aard' Q is een quantum yan~-m ied en van kracht, R is de Rust, die wacht S zegt succes, in hejjg&ncnde jaar, T oon wat ge wilt. ook al valt het u zwaar. U utopieën, wie breekt er een lans V zijn de vrouwen, van vroeger en thans. VV zijn de wijzen, die weten steeds raad, X 't Onbekende waar ieder voor staat. Y ijd'le waan, dat Leed ooit verdwijnt, Z is de Zon, die toch altijd weer schijnt! H. H. DE BRUIN—LEON. Vroeger, cn wel een „vroeger" dat nog niet eens zoo heel lang geleden is, had elke familie zijn dokter. Hij was er reeds bij de geboorte der kinderen, hij waakte over grooten en kleinen hij kende het temperament van allen, hun lichamelijke zwakheden, hun levenskracht en uithoudingsvermogen. Hij wist wanneer er erfe lijke eigenschappen te duchten waren of niet, hi,j nam bijtijds voorzorgsmaatregelen, hij was voor het gezin als het ware de loods voor de gezondheid. Veelal was hij bovendien huisvriend en deze verhouding tot de gezinsleden was zelfs zeer gewenscht, daar deze hem in staat stelde met een zeker overwicht op te treden, zonder welke een dokter nooit goede resultaten zal kunnen bereiken. De geneeskundige die zonder meer zijn diag nose stelt en op grond daarvan zijn geneesmid delen voorschrijft, kan daarbij niet anders dan onvolledig zijn. Hij heelt voor zich het lichaam van den patiënt, maar zijn geestelijk gestel is hem niet bekend. Zijn behandeling, hoe vol maakt ook, is slechts gericht tegen de waarge nomen ziektenverschijnselen. Maar het is hem onmogelijk de woorden te vinden die moeten opwekken en die hoop moeten geven omdat hij den zieke niet of slechts zeer oppervlakkig kent. En Juist deze moreele opwekking is zoo ge wenscht om een resultaat van volkomen herstel te verkrijgen, een resultaat dat met medicijnen alleen niet veel meer moeite of dikwijls nooit geheel verkregen wordt. Deze hoop op herstel, dit kleine lichtpuntje aan den hemel die er voor een zieke zoo gauw donker uitziet, deze kunnen slechts door den huisdokter gegeven worden. Deze jaagt zijn pa tiënt geen angst aan met onheilspellende vreemde ziektenamen, zijn glimlach vervroolijkt de ziekekamer en zijn handdruk geeft moed. Helaas, ae specialisatie der ziektes heeft in zeer vele gevallen den huisdokter doen verdwij nen. Wanneer gij ziek zijt staat er een .geheel leger van Specialisten klaar voor den aanval. De eerste onderzoekt uw keel, een tweede het zenuwstelsel. Numero drie doet een bloedonder zoek, een volgende neemt een raaio-photogra- phie enz. enz. Hebt gil maagpijn? Consulteer dr. Jansen. Kortademigheid? dr. Smit. Zeker met den huidigen stand der weten schap zijn deze Specialisten hoog noodig. Het zou een onmogelijkheid zijn voor een gewonen dokter om van alle ziektes zoo in de details door te dringen als een Specialist die zich tot een bepaald lichaamsdeel beperkt. Maar er is iemand noodig die de gegevens van deze Spe cialisten groepeert en die de behandeling in den goeden weg leidt, nadat de Specialisten voor dezen weg het noodige licht verstrekt hebben. Deze iemand kan slechts de huisdokter zijn. Meer dan ooit moet men tot het systeem van den huisdokter terugkeeren, anders voelt gij u in een doolhof. Want de diagnoses der Specia listen zijn zeer dikwijls niet met elkaar in over eenstemming, althans in het oog van den leek. De behandelingen die zij voorschrijven wijken van elkaar af. Wie moet dit alles in een goede baan leiden? Maar natuurlijk de huisdokter! De gevolgtrekking? Wanneer gij uw huisgezin vormt, in het volle bezit van uw jeugd en uwe gezondheid kiest dan een dokter in wieu gij vertrouwen stelt en behoudt dezen. Neemt hem vooral jong opdat hij uw leven met u volgen kan. Maakt er, indien mogelijk, een huisvriend van, een intieme vap de familie, ja zelfs iets meer. Laat hij bij u een bijzondere plaats in nemen tusschen vriend en een bloedverwant. Begrijpt gij? DE HANDSCHOENEN. De handschoenen zijn tegenwoordig evenzoo verzorgd als alle andere onderdeelen van het vrouwelijk toilet en de fantasie vindt er een ruim arbeidsveld. Zij zijn bijzonder lang meestal tot aan den elleboog. Geplisseerd op de polsen. Dikwijls zijn zij gezoomd met bont en bijna al tijd versierd met een borduursel. Groote modehuizen stellen er zich een eer tn hunne eigen modellen er op na te houden, die in zekeren zin een onderdeel uitmaken van een door hen gecreëerd ensemble. Als materiaal is peau de Suède wel het meest gezocht, in een zeer soepele kwaliteit en in teere kleuren geverfd. Voor sportkleeding of voor de auto, n.1. voor die vrouwen die zelf chauffeeren wordt dikwijls de voorkeur gegeven aan hand schoenen van dik leder met opgelegde stiksels. En dan is er natuurlijk ook weer een nieuwtje, namelijk de handschoen die tevens als taschje dienst doet. Of dit werkelijk zoo practisch is als de uitvinder beweert, zal nog moeten bla ken. Boven op den handschoen bevindt zich een klein zakje, waaruit een fijn zakdoekje te voor schijn komt. En behalve voor dit zakboekje is er een plaatsje voor het onontbeerlijke poeder- doosje en zelfs voor een kleine stift rouge.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1930 | | pagina 4