HEERHUGOWAARD.
ANNA PAUL0WNA.
WINKEL.
WIERÏNGEN.
MASCHA.
Binnenlandsch Nieuws.
De Haagsche Conferentie.
De vergiftigingsverschijnselen op de
„Zeta".
Een benoeming, die veel ontstemming
heeft gewekt.
Bedrijfsvereeniging „Nationale Boeren
Onderlinge".
Ernstige aanrijding te Wassenaar.
Gemengd Nieuws.
Uit den loop der bevolking over 1929 blijkt, dat weer
heel wat wisseling plaats heeft gehad. Vestigden zich
hier in den loop des jaars 289 personen, niet minder
dan 201 vertrokken naar elders. Toch steeg het bevol
kingscijfer nog met 70. Ving het jaar 1929 aan met 2432
m. en 2302 vr., totaal dus 4734 inwoners, op het einde
waren er 2480 m. en 2324 vr. inwoners, totaal dus 4804.
Geboren werden totaal 124 kinderen, 69 van het mannel.
en 55 van het vrouwel. geslacht. Overleden zijn in 1929
totaal 42 inwoners, 18 m. en 24 vr. In den loop des jaars
werd 6 maal aangifte gedaan van een levenloos gebore
ne, terwijl 9 kinderen zijn overleden beneden den leeftijd
van één jaar. Op de 1000 inwoners ruim 26 geboorten en
•bijna 9 sterfgevallen.
De heer D. Keppel is door onderhandschen verkoop
eigenaar geworden van het huis van den heer C. de Vries
Molenvaart, alhier.
De rentenierwoning van den heer P. Pluister aan de
Strook is bij onderhandschen verkoop overgegaan op den
heer Kooijman, schilder te Kolhorn.
In de laatste weken .heeft bij den sluisbouw te Den
Oever het betonstorten niet plaats gehad. Gisteren is
men met die werkzaamheden weer begonnen. De arbei
ders voor dit werk zijn nagenoeg allen weer van hun
Kerstverlof teruggekeerd.
Ook is een begin gemaakt met het monteeren ter
plaatse van de 12 meter breede ijzeren schuiven voor de
uitwateringssluizen.
Het zachte winterweer bracht hier in verschillende
tuintjes de Primula-Verus in bloei. Hier worden ze ge
woonlijk Paaschbloempjes genoemd.
De zangvereeniging van de afd. „Toonkunst" te Ooster-
land, wordt wegens gebrek aan belangstelling ontbonden
De conferentie gaat kalm haar gang, ook al munten
de beraadslagingen zelf niet altijd uit door kalmte.
Rustig zijn vandaag de onderhandelingen geweest
tusschen Bulgaren en goallieerden. Met loven en bie
den, is men elkaar reeds dicht genaderd, maar nog
heeft men geen overeenstemming bereikt. Dit echter
is volstrekt niet verontrustend. Men weet reeds heel
goed hoe men het eens zal worden, maar de Bulga
ren kunnen zich niet zonder strijd gewonnen geven.
Die strijd echter heeft eenïgermate het karakter ge
kregen van een spiegelgevecht.
Tusschen de Duitschcrs en de andere „uitnoodigen-
de" mogendheden is een heftige discussie gevoerd.
De Duitschers beschuldigen hun tegenstanders, dat
wat zij nu nog eischen niets met geest noch met let
ter van het plan-Young uitstaande heeft. Als men
de discussies over het plan-Young zelf weer wil her
openen, zoo zeggen zij verder, hebben ook zij nog een
verlanglijstje. Heel woedend zijn zij geworden, toen
de anderen spraken over de offers, die zij op de eer
ste Haagsche conferentie hebben gebracht. De Duit
schers hebben geantwoord: Wie heeft dan alles be
taald? Zij betoogen, dat alles wat in het midden ge
laten was bij de opstelling van het plan-Young, ge
heel in hun nadeel is beslist. Dat is zoo de algemeene
strekking der discussies, die niet verzacht wordt
door het feit, dat men het over allerlei ondergeschikte
punten al eens is geworden en dat de Engelsche te
rugtochtgevechten leveren ten opzichte van de kwes
tie van het genatieve pandrecht, dat zij productief
willen maken.
Intusschen heeft men gister dc heele stof behandeld
en ofschoon men het woord crisis mijdt, spreekt men
toch met voorliefde van een moeilijken toestand.
Niettemin wordt aangenomen, dat gister aan de eer
ste lezing een einde gekomen is.
De bewaking op het Haagsche Binnenhof.
Veel besproken wordt de sterke mobilisatie der po
litie op en rondom het Binnenhof, in de hotels waar
de delegaties verblijf houden en overal waar een
buitenlander van gewicht te beschermen valt. De
waakzaamheid der politic is veel strenger dan tijdens
de eerste conferentie, waarschijnlijk is het gebeurde
te Brussel niet, zonder invloed. Zulke dingen blijken
soms besmettelijk en in ieder geval wil men verras
singen voorkomen. De dreigbrieven waaraan oen der
gelijke conferentie tegenwoordig nooit ontkomt, schij
nen iets talrijker te zijn geweest dan gewoonlijk. Ma
kers van ongepaste grappen, zullen daar stellig niet
vreemd aan zijn, maar voorzichtigheid in deze is toch
het veiligst.
DE STOOMTRAM ALKMAAR—BERGEN.
Geen electriiicatie.
Reeds langen tijd is aangedrongen op een vluggere
verbinding Alkmaar—Bergen aan Zee dan de nu be
staande per stoomtram. Icings dien weg immers wor
den de reizigers pas via Koedijk vervoerd, waardoor
een tochtje AlkmaarBergen aan Zee (pl.m. 10 K.M.
langs den gewonen weg) bijna even lang duurt als
een reis AlkmaarAmsterdam.
De Nederlandsche spoorwegen hebben dezer dagen
proeven genomen met het laten rijden van motor-
treinen op dit baanvak, zooals die ook loopen van
Alkmaar naar Hoorn cn naar Schagen. Tot een be
slissing is men nog niet gekomen, maar men is wel
van plan om uiterlijk in 1931 een kortere verbinding
tusschen Alkmaar en Bergen aan Zee gereed te heb
ben.
Het onderzoek naar de oorzaak nog in vol
len gang. Van vergiftiging door alcohol
geen sprake. Gevaarlijke gassen, die do
lading ontwikkelde.
Hot onderzoek naar de oorzaak van de vergiftigings
verschijnselen. welke zich aan boord van het Noorsche
s.s. „Zeta" bij studenten hebben voorgedaan en tenge
volge waarvan drie patiënten zijn overleden, is nog In
vollen gang. De sectie welke met toestemming van de
Noorsche regeering op één van de lijken wordt verricht,
zal voor het grootste gedeelte bestaan uit scheikundige
analyses, zoodat er gerulmé tijd mee zal heen gaan, voor
Iets van het resultaat bekend is.
Zoodra het schip met de patiënten hier aankwam en
toen bleek dat van zeeziekte zooals de kapitein aan
vankelijk dacht geen sprake was, meende men met
vergiftiging ten gevolge van het gebruik van methyl-al-
cohol te doen te hebben.
Het onderzoek wees toen uit, dat dc studenten zich voor
of kort na het inschepen niet aan gevaarlijke dranken te
buiten waren gegaan of zelfs ook geen kleine hoeveel
heid hadden gebruikt.
Toen werd aan worstvergiftiging gedacht, omdat de
jongelui een keer brood met worst hadden gegeten. Ook
deze veronderstelling moest van de hand worden gewe
zen, want van dezelfde worst en hetzelfde brood hadden
ook de leden van de bemanning gegeten, zonder dat een
hunner hierdoor ziek was geworden.
Pas toen een politie-inspecteur nauwkeurig naging,
welke de lading was geweest, bevond hjj dat de Zeta
ferro-siliclum in had gehad en dat deze stof opgeslagen
was geweest in een ruim, grenzend aan de 3e klasse af-
deeling, waarin de studenten verblijf hielden. Het schot
dat dit ruim van de verblijven scheidde, had kieren,
zoodat dé gevaarlijke gassen, welke deze stof kan ont-
wikelen, gemakkelijk in de afdeeling hadden kunnen
doordringen.
De quarantaine-arts Dr. Hoese, was, toen hij de mede-
deeling kreeg, dat het schip ferro silicium had ver
voerd, zeer verbaasd, daar hij niet beter wist of allo
schepen die onze haven aandoen ferro-siliclum reeds
jaren lang vervoerd hebben, zonder dat de quarantaine
dienst hiervan iets afwist.
Dr. Hoese en Dr. Jansen, directeur van den keurings
dienst voor waren, hebben een onderzoek aan boord
van het schip ingesteld en bevonden, dat de Zeta op
deze reis naar Rotterdam inderdaad ferro-siliclum heeft
vervoerd.
Mutaties bij de Arbeidsinspectie tengevolge
van den voorkeur van den heer Fruytier
voor Den Haag. De voorgeschiedenis.
In een kort bericht is reeds melding gemaakt, van
de ontstemming die bij een groot deel van het pu
bliek gewekt is, door de benoeming van ir. L. A.
Fruytier tot hoofdinspecteur van den arbeid in Den
Haag, waardoor andere verdienstelijke ambtenaren
het veld moesten ruimen.
Het Vaderland meldt naar aanleiding van het be
richt, dat de oud-gouverneur van Curagao, ir. L. A.
Fruytier, benoemd zal worden tot hoofdinspetceur
van den arbeid in Den Iiaag:
De aanstaande benoeming van ir. Fruytier, een be
noeming, welke eenige overplaatsingen noodzakelijk
maakte, heeft een lange voorgeschiedenis.
Toen de heer Fruytier niet herkozen werd als lid
der Tweede Kamer in 1925, heeft hij reeds alle moge
lijke moeite gedaan om een standplaats bij de ar
beidsinspectie in den Haag te krijgen. De heer Kooien
was toen minister cn onderzocht het verzoek, dat af
gewezen werd. Hij meende, dat er geen reden was om
den heer Huygens van hier over te plaatsen. De heer
Fruytier zou dan ook te Groningen geplaatst worden.
Deze plaatsing was echter nog niet officieel afgekon
digd, al was er toe besloten, toen het kabinet aftrad.
Van deze gelegenheid maakte de heer Fruytier ge-
briuk om nog een kans te wagen bij minister Slote-
maker de Bruine. Maar deze bewindsman kon zich
volkomen verecnigcn met het besluit van zijn voor
ganger Kooien, zoodat de heer Fruytier den heer Huy
gens toen niet heeft kunnen wippen en naar Gronin
gen moest.
Na zijn roemrijken terugkeer uit Curagao, toen hij
drie weken in het land was, heeft hij een bezoek ge
bracht aan den directeur-generaal van den arbeid,
den heer Zaalberg, en verzocht om bij den dienst te
mogen terugkomen.
Do heer Zaalberg stelde welwillend voor om den heer
Fruytier in Dordrecht te plaatsen en dus den functiona
ris van Dordrecht over te plaatsen naar den centralen
dienst
De heer Fruytier, daarmee blijkbaar niet tevreden,
heeft, naar wü vernemen, buiten den directeur-generaal
om verder gewerkt en toen de Tweede Kamer een sup-
pletolren post van f 8000, buiten de formatie om, op de
arbeidsbegrooting bad aangenomen, kon de heer Fruy
tier, met minister Verschuur verder werken aan de ver
wezenlijking van zijn plan: plaatsing in den Haag.
Dat een zeer verdienstelijk en algemeen geacht ambte
naar als ir. Huygens daarvoor tegen zijn zin naar
Maastricht moet worden overgeplaatst, heeft veel ont
stemming gewekt.
De Vereeniging van hooger technisch personeel bij de
arbeidinspectie heeft dan ook, zoodra zij van de voor
genomen overplaatsingen kennis kreeg, d.d. 30 December
een adres aan minister Verschuur gezonden, waarin er
op gewezen wordt, dat de overplaatsing van den heer
Huygens zeer tegen den zin van dien hoofdinspecteur is.
Bovendien bestaan er geen redenen voor; noch in het
vervullen van zijn taak ls hij tekort geschoten, noch
eischte het dienstverband die overplaatsing. Er moeten
dus andere redenen gegolden hebben. Aan den heer
Fruytier, die uit eigen belang tijdelijk de arbeidsinspec
tie had verlaten, had een standplaats moeten worden
aangewezen na overleg met zijn ambtgenooten. De
overplaatsing van thans is voor de eene partij als een
hatelijke verdringing te beschouwen en bovendien niet
in het belang van den dienst De zekerheid omtrent
het behoud van de standplaats is voor de inspecteurs
geheel ...verloren. Het adres besluit met het dringend
verzoek om ir. Huygens niet tegen zijn zin en anders
dan in het belang van den dienst uit Den Haag over
te plaatsen.
Welke overplaatsing intusschen geschied is.
(Uitvoering Land- en Tuinbouwongevallenwet 1922.)
Utrecht. 7 Januari 1930. Heden werd alhier in Hotel
,.1'Europe" de Algemeene Vergadering gehouden van de
Bedrijfsvereeniging „Nationale Boeren Onderlinge".
Voorzitter de heer T. van Delden te Terwolde; Direc
teur de heer H. Zeeman te Alkmaar.
Het Jaarverslag gaf aan, dat gedurende het boekjaar
1 Mei 192830 April 1929 bij de leden 1515 gevallen waren
voorgekomen, welke als ongeval of bedrijfsziekte werden
aangegeven, waarvan 1496 als zoodanig werden erkend,
ZIJN MISDAAD.
(Lastige Kölner Zeltung.)
li stal een pak van uw vriend? Bekend
U. at u mis-deed?
Ja, want dc jas is te wijd en de broek is
te kort.
terwijl 19 gevallen werden afgewezen. Van de getroffenen
waren 1389 binnen een tijdvak van zes weken hersteld.
Onder de overigen kwamen 4 gevallen voor met doode-
lijken afloop.
De 105 getroffenen, welke met zes weken niet her
steld waren, werden in het genot gesteld van een voor-
loopige of blijvende rente, al naar den aard van het
door hen bekomen letsel.
In het aantal leden, 7029., en totaal verzekerd loon
bedrag f 13.756.794.25, kwam gedurende de laatste jaren
weinig verandering.
De Balans sluit in activa en passiva met een bedrag
van t 425.275.82. Het hierin opgenomen effectenbezit is
inmiddels gestegen tot f 303.255.60, terwijl het bedrag der
bijzondere, onverplichte reserves steeg tot f 95.864.60.
De door de leden ten behoeve der Hoofdvereeniglng
op te brengen premie, behoefde, niettegenstaande het
geleidelijk zwaarder worden der opgelegde lasten, niet
verhoogd te worden. De kosten der Afdeelingen vertoon
den over het algemeen een geringe stijging, welke moet
worden toegeschreven aan de meer algemeene aangifte
van geringe letsels.
De Algemeene Vergadering, welke was bezocht door
afgevaardigden uit alle deelen van het land, besloot
tot goedkeuring der overgelegde rekening en dechar
geerde Bestuur en Directie voor het door hen gevoerde
beheer.
Van de punten welke verder behandeld werden, waren
de belangrijkste:
Uitbreiding van het Bestuur met twee leden, waar
voor van werkgeverszijde werd aangewezen de heer C.
Knigge te Wilnis.
Herziening gevaren-cijfer Zuivelfabrieken.
Verhooging der maximum uitkeering in zake verze
kering Wettelijke Aansprakelijkheid der leden tot
f 50.000.
Besluit tot aangaan eener overeenkomst met de
Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Ge
neeskunst.
Verder verleende de Algemeene Vergadering opdracht
aan het Bestuur, bij invoering der Ziektewet, de admini
stratie ten behoeve der bij de N.B.O. aangesloten leden,
op haar kantoor te doen uitvoeren.
Auto door een anderen wagen in de
flank aangereden. De eerste een wiel
afgerukt, de tweede tegen een boom ge
vlogen en totaal vernield.
Gisterenmiddag had op den Rijksweg te Wassenaar
een ernstige botsing plaats tusschen twee uit de rich
ting Den Haag komende auto's. Het voorste voertuig,
welks bestuurder te kennen gaf naar links te willen
wijken, werd in dc flank aangereden door een groo-
ten luxe-wagen. Daarin waren gezeten de heer F. uit
Amsterdam en zijn chauffeur. Een hevige botsing
volgde, met het gevolg, dat van den aangereden auto
een wiel werd afgerukt en dc luxe-wagen tegen een
boom opbotste, waardoor hij nagenoeg geheel werd
vernield. De heer F. werd uit dén auto geslingerdl
en met zware verwondingen opgenomen. Per politic-
brancard werd hij naar het academisch ziekenhuis te
Leiden vervoerd. De chauffeur bekwam lichte ver
wondingen.
HIJ WIST HET NOG NIET.
(En Rollg Half Timma)
Dat is een aardige jas. Wat kost die
Weet ik niet, ze hebben me nog niet gemaand.
SCHIPBREUK VAN EEN ENGELSCH SCHIP.
Het kleine Engelsche stoomschip Limpopo met 14 man
aan boord heeft op 90 mijl ten Noorden van de baai van
Luderitz schipbreuk geleden. Drie schipbreukelingen
zijn uitgeput te Luderitz aangekomen, de anderen be
vinden zich aan het strand bij het schip zonder drink
water in groote moeilijkheden. Er is hulp heen gezonden
De Limpopo was op weg van Schotland naar de Dela-
goa-baai. Twee leden van de bemanningen zwommen,
toen het schip op de rotsen zat, naar land en brachten
met behulp van raketten een reddingsl(jn naar het wrak,
waarmede alle opvarenden met uitzondering van den
gezagvoerder, die weigerde het schip te verlaten, gered
konden worden. Drie leden van de bemanning boden
aan de woestijn tot aan de bocht van Luderitz door te
marcheeren. Na een marsch van 5 dagen zonder eten of
drinken arriveerden zij daar in volkomen uitgeputten
toestand.
Naar gemeld wordt, was het de eerste reis van de
Limpopo.
AUTOBUS IN EEN RIVIER GESTORT.
In de buurt van Lerma op den straatweg van San
tander naar Madrid is een autobus van een brug ge
reden cn in de rivier terecht gekomen Ze3 personen
werden bij dit ongeluk gedood en zes ernstig gewond.
In de autobus zaten sportliefhebbers, die een voet
balwedstrijd te Madrid wilden gaan bijwonen.
EEN VREEMDE REIZIGER GEPAKT.
Men meldt uit Berlijn aan de N.R.Ct.:
Op het station Friedrichsstrasso te Berlijn werd Dins
dagochtend een man gepakt, die tusschen de wielen van
een boemeltrein de reis van Keulen naar de hoofdstad
had gemaakt en 19 uur lang ln een weinig benijdenswaar
dige positio had gezeten. De man. die zwart als een
neger was, poogde ongemerkt het station te verlaten,
wat hem echter niet lukte. Het bleek, dat hij eenigen tijd
geleden de reis van Warschau naar Parijs op dezelfde
wijze had gemaakt.
BRAND IN EEN PETROLEUMRAFFINADERIJ.
In de ruwe-olie-afdeeling van een petroleum-rafflna-
derij te Oderfurt is een brand uitgebroken, waardoor 5
gebouwen in de asch werden gelegd. De brand is om
8 uur begonnen cn duurde om 11 nog onverminderd
voort De ruwe olie in de ondergrondscho reservoirs be
gon te branden en verwekte een geweldige vlammenzee
Er kwamen verscheidene ontploffingen voor.
Twee arbeiders zijn ernstig gewond uit de gebouwen
gehaald. Naar verluidt wordt één arbeider vermist. Al
het brandweermateriaal uit den omtrek ls aanwezig.
DE ZEEBEVINGEN BIJ NEWFOUNDLAND.
Het schip, dat de onlangs bij een zeebeving vernielde
intercontinentale telegraafkabels heeft hersteld, is te
ruggekeerd en heeft gerapporteerd, dat het op den bo
dem van den oceaan sporen van vulcanische Üat
tingen heeft vastgesteld.
PAARDENVLEESCH TE MOSKOU.
Voor de eerste maal sinds het bestaan van de
Sowjet-Unic is te Moskou op oen der pleinen een
staatswinkel voor paardenvleesch geopend. Het
vleesch is zonder levensmiddelenkaart verkrijgbaar.
(Uit het Russisch.)
Het schip had vijf zeeën doorkruist en kwam naar
Batum om naphta te laden. Twee dagen, nadat Odcs-
sn gepasseerd was. voer men langs de kust cn van de
boot zag men in de verte de blanke hotels, villa's cn
strandpnleizen opdoemen in een weelde van palmen.
Het schip heette „Cosla". Het was een Gricksche
boot en gepacht door een Franschc maatschappij. De
bemanning bestond uit Grieken, twee Turken, tweo
Roemenen en één Rus: de matroos Strachow, die
vijftien jaar geleden van een oorlogsschip in Algiers
was gedeserteerd.
Het schip wierp tegen den avond zijn anker uit,
bij Batum toen reeds de lichten geheimzinnig opflik
kerden. De matrozen schoren zich met groote haast,
verkleedden zich snel cn haasten zich aan land.
Langs het strand zeulden drommen menschen door
't zand, in cafés rinkelden de domino-stecnen. Vrou
wen cirkelden rond. De matrozen met slappe hoedjes
op, drongen zich in de menigte: vrouwen-oogen
glansden ingehouden, maar veeïbeteokenend, zooals
altijd in havensteden; het was de drukke fleurigheid
na de zee, den arbeid, de ongedeelde eenzaamheid.
Strachow had ook spoedig een meisje aan den haak
geslagen. Het was een mager eenvoudig kind, niet
opgemaakt cn nog heel jong. Een zijden shawltje
droeg ze om de schouders, zij loesschte «enigszins,
wat haar juist eenige attractie gaf. Het meisje ging
met hem mee door de straten van Bntum, zij toonde
hem de eigenaardige, donkere stegen, vóór hem uit
gaande, terwijl hij volgde in zijn Europeesche kleeren
met den vilten hoed. dien hij scheef droeg, bijna als
een matrozenmuts. Eindelijk, van het drentelen en
slenteren moe, zetten zij zich op een bank neer. liet
meisje nam haar begeleider van terzijde op. Hij was
niet jong meer. witte haren schemerden door zijn
snor: een gemilimeterde schedel toonde een somber
voorhoofd; in zijn ooren droeg hij zilveren ringetjes.
Hij had haar vader kunnen zijn.
„Iloe warm is het nog", zei ze cn knoopte haar
blouse wat losser.
„Vindt je?" vroeg hij. terwijl hij aan zijn snor pluk
te. „Hoe heet je eigenlijk?"
„Mery".
Strachow zweeg een oogenblik, had het druk met
zijn knevel cn zei toen:
„Zie je. Maschazoo gaat 't nuik was sedert
vijftien jaren niet in Rusland. Nu ben ik eindelijk te
rug. Jij was toen nauwelijks acht jaar oud. niet veel
meer. Hoe oud ben je?"
„Twintig jaar", zei ze.
„Nu, zie je wel? Vijf jaar, niet ouder was je toen
en misschien heb je wel met mijn dochtertje ge
speeld. Ik had een dochter in Rusland, in de stad
Oraniënbooni. Kcn'jc die? En nu ben ik weer in Rus
landhet is wonderlijk."
Strachow schoof wat dichter naar haar toe en
streelde den zoom van haar zijden hoofddoek. Toen
ze liefjes wilde antwoorden, zei hij:
„Laat maardaarvoor ben ik niet hier gekomen.
Vijftien jaar was ik op zee, op alle oceanen; ik ben
nu voro 't eerst terug in Rusland. Mascha. In Ame
rika ben ik geweest, in Australië, op het eiland Cuba
en in Rusland was ik in geen vijftien jaren. En toen
we naar Rusland koers zetten, heb ik mezelf gedacht:
hoe oud is nu wel mijn dochter en waar is zij. mijn
dochter? Ik rekende uit en het kwam uit, dat zij twin
tig moest zijn. En toen dacht ik:
„Zou je nu zonder cadeautje hij je dochter kunnen
aankomen; parfum zal ze hebben cn ook een zijden
doek, dien ik in Marseillc kocht."
Hij haalde uit zijn zak een flcschje en een groen
zijden doekje. Het meisje loerde van terzijde naar de
beide dingen, haar handen bleven onbewegelijk op ie
knieënn.
Strachow streelde haar over het haar met zijn mas
sieve hand.
„Neem jij die cadeautjes maar", zei hij, „misschien
heb jij mot mijn dochter wel gespeeld..."
Maar het meisje zat aldoor maar onbewegelijk en
Strachow lei dc geschenken neer in haar schoot.
„Maclia", zei hij, ,één ding moet je mij beloven....
ons schip vaart na drie dagen weg. Laat je niet in
met andoren deze drie dagen.... wees mijn dochtertje.
Het meisje zat z.wijgcnd naast hem en hield in haar
hand.... een flcschje parfum en een zijden doek. Toen
stapten ze op en liepen opnieuw wat door de don
kere straten van Batum. Over de zee flikkerde het
licht der vuurtorens. Die hitte lag broeiend, neerdruk
kend over dc stad. De mpnsrhenmenigtc in do straat
golfde steeds nog voort. Op den hoek van een straat
bleven ze staan.
„Mascha. dit moet je mij beloven", zei Strachow.
Hij keek haar diep in de glanzende oogen en liet
kwam hem voor, alsof hij in de oogen zijner dochter
had gekeken. Een minuut later was zij in de men-
schenmassa verdwenen.
Den volgenden morgen waren de matrozen in hun
vuile kleeren aan den arbeid. Zij pompten naptha in
het schip, waarvan dc waterlinie steeds hooger steeg.
Den derden avond was het schip geloden en voer
heen naar Constanza, Konstantinopel. Brindisi en
Marseille.
Niemand ging met Strachow mee. Een vrouwsper
soon stond aan de kade en wuifde met den doek en
Strachow keek meermalen op van het werk en wenk
te terug naar.... het meisje, dat hij als een dochtertje
had aehtegelatcn.
GEEN VERMOGEN DES ONDERSCHEIDS,
(Passing Show.)
Mija man is zeer trotsch op Jeze tinnen kan.
Werkvrouw: Mijn man houdt er ook
van hij haalt ze steeds bij 't dozijn in het waren
huis.