Solapr Courant
DE LOMMERD.
Waarnaar men
luistert
LORD KENDAL'S
TWEEDE VROUW
Tweede Blad.
IWAN PETR0V1CH.
Staatsloterij.
Uit onze omgeving.
HARENKARSPEL.
Spirosal oplossing,
WINKEL
Woensdag 29 Januari 1930.
73ste Jaargang. No. 8603
LI EO A N DEN D AC.
Gedicht bU ©en verkooplng van
de bank van leening.
Daar liggen veel kleeren, gebundeld heel net
Met 'n dik, ruw en rafelig touw.
Een jas hier, een schoen daar, een hoed en een pet.
Een ring met een steen van zijn vrouw.
Een zilveren horloge, zoo een met een paard,
En een ruiter, heel zwaar en antiek,
Hij had er nog veel dagen lang op gestaard,
Toen moest het. Zijn kindje was ziek.
Een mooi gouden ring, die het mooiste cadeau
Van den meest mooien levensdag was;
Een ketting, een ketel, een kachel en zoo.
Een trouwpak, een wintersche jas,
Een rok, een paar schoenen, een mooi gouden speld,
Bedeesd lei z'haar armoedje bloot.
Ze moest wel, er was niet gebrek slechts aan geld,
De kinderen huilden om brood.
Daar staan een paar fietsen, heel net op een rij,
Een bed uit de schamele woon,
Een ijv*rige naaimachine staat er ook by,
Wat verder: een pracht-gramofoon.
Doodstil staat die daar nu, als was zij wat boos,
Dat alles ging stuk voor stuk heen,
De platen er bij, bij elkaar in een doos,
Die plaat óók van: „Moedertj' alleen.
Wat Is zoo het leven toch gruwzaam en wreed
En toch, het behoeft soms zoo'n hoop.
Want hier is het lijden, ellende en leed
Publiek voor wat stuivers te koop.
Aan al wat hier is en wat armoe hier liet,
Die 't bracht was er zoo mee vertrouwd
Aan al deze armoe, aan al dit verdriet
Verdient nu een opkooper goud.
TROUBADOUR,
Uit de Filmwereld
IWAN PETROVICH.
oogenblik zijn het escarpins en dan weer lakschoenen.
Ik steek mij in smoking, ik draag de uniform van een
marineofficier. Nu ben ik een matroos en wat is dat?
Voel ik op mijn blonde krullen niet een studentenmuts?
Ik rijd en scherm, ik zwem... onder water, tegen den
stroom. Nu is het een rivier, die mij omspoelt. Ik vecht
met den vijand, met het vuur, met mijn schulden. Ik
hoop en verlang. Roem, geld, liefde; dat alles lokt mij,
dan weer ontvlucht ik het Doodmoe ben ik geworden.
Vooruit kerel, kop omhoog, tanden op elkaar. Ik ren
over steenen en rotsen, het bloed stroomt uit mijn han
den... hol's der Teufel... Voorwaarts marsch...
En als Petrovich dan weer tot zich zelf Inkeert, dan
zegt hij: „Ik heb, omdat ik tooneelspeler was, den
mensch, die in mij woont, gemaskeerd, maar... en dat
blijft ook voor de toekomst mijn vurigste wensch; het
hart heeft zich nooit door een ster laten overtroeven."
Trekldng van Maandag 27 Januarié.
5e Klasse 5e Lijst.
Nos. 249 373 12742 14728 19916 en 20577 ieder f 1000.
Nos. 1252 8025 8319 8721 12946 en 20420 ieder f 400.
Nos. 3152 6684 10130 en 15492 ieder f 200.
Nos. 2219 2523 4695 5517 6807 8447 9397 10259 10909
13496 33993 14411
14611
15900 16049 16307 17478 18427 en
19672 leder
100.
Pryzen van f
70.
148
199
244
268
438
475
493
555
674
712
741
771
825
910
917
1055
1132
1218
1272
1370
1443
1543
1572
1616
1617
1644
1650
1805
2184
2197
2269
2566
2655
2840
2928
3021
3241
3295
3304
3384
3558
3657
3680
3929
3965
4122
4142
4159
4174
4190
4226
4249
4255
4307
4430
4549
4569
4647
4S08
4923
4998
4999
5138
5159
5210
5230
5259
5374
5407
5502
5533
5607
5610
5621
5913
5065
5994
6082
6084
6311
6602
6630
6696
6800
6955
7046
7108
7285
7333
7430
7683
7736
7753
7754
7786
7967
7986
8057
8207
8465
8518
8556
8712
8716
8754
9002
9315
9390
9570
9585
9595
9831
9847
9882
9895
9948
10078 10181 10198 10462
10475 10534 10545 10812 10690 10711 10730 10733
10754 10927 11207 11217 11218 11230 11247 11309
11542 11562 11671 11852 12145 12219 12223 12250
12266 12635 12671 12812 13083 13095 13266 13285
13339 13653 13661 13882 13979 14000 14037 14062
14127 14144 14146 14332 14520 14702 14781 14903
15279 15323 15374 15413 15571 15695 15750 15794
15922 15973 16016 16017 16018 16080 16322 16348
16384 16621 16661 16767 16768 17086 17082 17227
17314 17359 17485 17502 17506 17576 17585 17721
17878 17891 17904 17947 18116 18160 18162 18171
18173 18333 18345 18487 18498 18794 18773 18858
18874 18913 18921 19207 1S226 19265 19335 19351
19400 19476 19504 19625 19740 19869 19964 20022
20053'20129 20274 20238 20738 20839 20867 20955
DIRKSHORN.
Met genoegen gaven we gevolg aan de uitnoodiging
om zitting te nemen in de commissie, die den heer Ma-
loïtz, telepaath, zou ontvangen en de Auto-6éance al
hier zou voorbereiden en controleeren. Was onze ver
wachting door berichten in de bladen zeer hoog ge
spannen, dit willen we reeds dadelijk erkennen, ze is
door de uitkomst nog overtroffen.
De opdracht opgemaakt door de. commissie, be
staande uit de heeren: Groenhart, geleider, Kant Ruls
J n Reuvers, luidde in 't kort als volgt: Haal de com
missieleden uit het publiek in de zaal van den heer
Bruin en geleid hen naar het tooneel, voorzie hen van
'e overjassenen hoofddeksels en voer ze naar den auro
r het café. Wijs ieder zijn plaats aan en doe vervol
gens rijden over het Oost en den Oosterdijk naar d?
uisjes te Kalverdijk. Pauseer even in café Stevens,
de commissie daar iets aan en rijd vervolgons
;rug naar Dirkshorn tot voor de dokterswoning. Laat
^ier de heeren uitstappen, leg de jas van den heer Ruis
over den radiateur van den auto. neem uit den jaszak
van den heer Kant den huissleutel van de dokters
woning, ontsluit de deur en voer de commissie in de
wachtkamer. Geef ieder aldaar een bepaalden zetel,
neem fleschje, kurk en etiket uit de verschillende ia
den, maak daarna een bepaald recept klaar en geef dat
den heer Reuvers in bewaring. Geleid daarna de com
missie te voet noar café Bruin en bied haar hier op
het tooneel een verversching aan. Met een enkele wei
feling op den Oosterdijk werd de opdracht uitstekend
uitgevoerd. De séance had geduurd van half 3 tot 4 uur
des namiddags.
Zondagavond trad de heer Maloïtz op in de geheel be
zette zaal van den heer Bruin. Medewerking werd ver-
Een goede raad voor allen
die van rheumatiek, pijn
in de ledematen en spier
pijn te lijden hebben:
„Neemt U eenige
Aspirin «tabletten,
in water opgelost, en
wrijft bovendien nog de
pijnlijke plaatsen in met
het in de huid dringen-
de inwrijfmiddel." U
zult spoedig bemerken, j
dat de pijnen verdwijnen.J
ieuna aoor den heer Diederichs, humorist en Mevr.
Heykens, pianiste. De laatste opende de voorstelling
met een paar nummertjes muziek, begeleid als ge
woonlijk door het gezellig gepraat van het publiek. Toen
echter de pianiste de eerste accoorden van „The Cloclc
is playing" aansloeg, werd het opeens doodstil in de
zaal. Wat werkelijk schoon klinkt, pakt toch altijd en
overal.
Daarna trad de heer Diederichs op met eenige voor
drachten, begeleid door Mevr. Heykens. De meest in
slaande waren: „Laat thuis" en „de Schaatsenrijder".
En toen kwam het groote moment voor het belangstel
lend publiek: het optreden van den heer Maloïtz, den
Teleraath.
Verschillende opdrachten, waaronder zeer komische,
weiden vlug en accuraat uitgevoerd, met en zonder vast
contact. De laatste opdracht werd zingende uitgevoerd,
terwijl nog mooi werd gezongen bovendien.
Na de pauze zong de heer Maloïtz op vcreerend ver
roek eerst een paar liederen, welke hartelijk werden
toegejuicht, waarna hij overging tot de Massa-suggestie.
Hiervan werden verrassende staaltjes te zien gegeven.
Een dame en vier heeren uit het publiek verschenen ip
het tcorrel en met dezen werden onderscheidene expe-
rimeif"^ irdsan, als' gedwongen zitten of staan, zij-
wsr.i - of achtervallen. de eigen naam niet meer
A-eten. het tellen van 1 tot 10 het getal 5. 6 of 7 niet
kunn-.: uitspreken, enz. Werkelijk hoogst wonderbaar-
li;'' Daverend applaus voor al het gepresteerde
Het publiek was zeer voldaan over alles, wat ten
beste was gegeven. De heer Diederichs en Mevr. Iley-
rr.s. de ijverige pianiste, mogen zich een gedeelte van
I.-n lof toeëigenen.
Met een „tot weerziens" werd de móóie avond be
sloten.
Maandagavond trad voor het nutsdepartement alhier
op het toneelgezelschap ..De spelers van stad en lande"
in de »ooneelzaal van den heer R. Laan. Deze derde r.uts-
avond was goed bezet en de verwachting omtrent het
geen het gezelschap onder leiding van den heer Anton
Verheilen was hoog gespannen
Opgevoerd werd „Het Avondpartijtje", drama van
IJdelheid In drie bedrijven, dcor Patrick Hamllton. Re
gie van Jan Fabriciuv
Het stuk is niet geheel zonder griezelige momenten
Wie dan ook zoo denken een avondpartijtje mede te
maken, zooals men zich voorstelt, gezellig en vrooiijk,
vergist zich, al heeft het ook genoegelijke momerten.
Een grillige ondergrond is er aan. Twee studenten heb
ben uit louter ijdelheid een medestudent vermoord en
zijn lijk ln een kist gestopt Deze kist vormt de trfel,
waaromheen het gezelschap is geschaard en onder dat
gezelschap bevindt zich o.a. de vader van de verslagen*.
De wijze waarop de moord heeft plaats gehad, wordt
Sn het eerste gezegd, door een der daders, terwijl ds
mededader In hevige zenuwspanning verkeert. Het twee
de bediijf brengt ons in het gezelschap dat gevoegelijk
bijeen is. onbekend met de werkelijkheid dat ln hun
midden het lijk Is geborgen van den zcon wiens vader
tijdens het avondpartijtje wordt weggeroepen, omdat zijn
zoon niet tijdig is thuis gekomen.
DONDERDAG 30 JANUARI 193a
Hilversum (1875 M.)
10.00 Morgenwijding, 12.00 Politieberichten, 12.15 Mid-
dagmuzick, 2.00 Platen, 3.00 Halfuurtje Ver. v. Huis
vrouwen, Lezing over „Verf eD Vernis", 3.30 Platen,
4.00 Zlekenuurtje, 5.30 Vooravondconcert Omroeporkest
o.l.v. Nico Treep, 6.0 Tijdsein, 6.45 Landbouwhalfuurtje,
7.15 Fransch, 7.45 Politieberichten, 8.00 Tijdsein. 8.00
„Kabinetscrisis in Luilekkerland", satyrisch sprookje,
8.15 Abonnementsconcert Concertgebouw-orkest In de
rustpoos: Van en over Charivarius; Dansmuziek Carl-
ton-hotel.
Huizen (298 M., na 6 uur 1071 M.)
8.15 Morgenconcert, 10.00 Zang, 10.30 Ziekendlenst, 11.00
Ohr. Lectuur, 11.30 Platen, 11.45 Landbouwuurtje, 12.30
Middagconcert, 2.00 Tijdsein, Schoolultzending: „Leven
in een druppel water, 2.45 Handwerkles, 4.00 Zieken-
kenuurtje, 5.0 Tijdsein, lezing van Dr. Essellnk over
„Zielkundige invloeden op het ziekteverloop", 5.45 Or
gelconcert, 6.30 Koersen, 6.40 Litt lezing. 7.10 Dr. v. d.
Spek: „Methodische toepassing der muziek bij de be
handeling van ongewone personen", 7.40 Malelsch, 8.10
Feestconcert Deventer Gemengd Koor, 9.15 Lezing
(voor de microfoon bekend gemaakt), 9.45 Feestconcert,
2de deel.
Zeesen (1635 M.)
11.20 Platen, 1.20 Idem. 1.50 Kinderuurtje, 3.05 Vrouwen
uurtje, 3.50 Concert, 4.50 Gottfr. Kölwell leest, 5.20 De
nood van het Sllezlsche grensland. 5.50 Spaansch, 7.20
Aartsbisschop van Stockholm. Dr. Nathan Söderbiom
spreekt, 7.50 „Dc arme Jonathan", operette van Mil-
löckor, Dansles en dansmuziek.
Daventry Jr. (479 M.)
1 20 Licht concert, 2.50 Orgelconcert, 5.35 Kinderuurtjs,
6.20 Orgelconcert, 7.20 Militair concert, 8.20 Kon. Philo.
Concert, Nieuws.
Londen (1553 en 356 M.)
2.50 Schoolultzending, 3.20 Godsd. oef., 5.05 Concert, 5.35
Kinderuurtje, 7.00 Oud-Italiaansche cello-soll. 8.20 ,.D©
Jachttoren", avontuurlijke geschiedenis; 10.40 Dans
muziek.
Woenen (516.4 M.)
2.50 Middagconcert, 4.30 Marschen, 5.00 Vreemdelingen
verkeer. 5.50 Arbeiders-uurtje, 6.50 Opera-uitzending uit
de Staats-opera te Weenen; Avondconcert.
Hamburg (372 M.)
12.15 Concert, 2.00 Platen, 3.00 Voordracht, 3.30 Platen,
4.00 Ziekenhulzenuurtje, 5.30 Omroep-orkest. 6.45 voor
dracht, 7.15 Fransche les, 8.00 Luisterspel. 8.15 Con
cert, Dansmuziek.
Langenberg (473 M.)
6.20 Concert, 7.35 Platen, 10.50 Schoolultzending. 1130
Mechanische muziek. 12.25 Middagconcert, 2.20 Kin de r-
speeluurtje, 4.50 Concert, 6.35 Spaansche Jes, 7.20 „Das
Nachtlager in Granada", Romantische opera van Kon-
radin Kreutzer, Nachtconcert en dansmuziek.
Brusoel (509 M.)
5.20 Dansmuziek. 6.50 Platen, 8.20 Concertgebouw Am
sterdam.
Radio-Paris (1725 M.)
12.50 Symph. muziek. 4.05 Dansmuziek, 6 55 Platen,
8.00 Koersen, 8.20 Concert.
Iwan Petrovich, die verleden jaar zijn tien-jarig ju
bileum als filmartist herdacht, werd ln Servië geboren.
Aanvankelijk dacht hij beelemaal niet aan het tooneel,
daar hij voor architect studeerde. Door den wereldoor
log werden zijn plannen in de war gestuurd, en moest
hij dienst nemen in het Servische leger, waar hij den
rang van officier bekleedde.
Toen hij na den oorlog ontslag uit den militairen
dienst nam, kwam hij toch op het tooneel terecht
Daar voelde hij zich reeds spoedig op zijn gemak en hij
besloot om zijn studie er aa n te geven. Van het tooneel
ging hij over naar de revue; hy had een goeden stem
en daarby een aardige speeltrant In een van zyn revue's
werd hy opgemerkt door den bekenden United Artists
regisseur Pex Ingram. Zijn eerste optreden was te Boe
dapest, daarna volgden Weenen, Beriyn, Parys, Nice en
van daaruit werd zijn droom verwezeniykt en stak hij
over naar de Nieuwe Wereld.
Allereerst verscheen hy hier in „De tuin van Allah",
waarin hy al dadelyk toonde een speler eerste klas te
zyn; daarop volgde „Drie Hartstochten." zyn laatste
film is „De Gunsteling van Schönbrunn", waarin hy te
zamen met Lil Dagover de hoofdrollen vervult. Toen
hem by gelegenheid van zyn tien-jarig jubileum ge
vraagd werd om iets uit zyn loopbaan te vermelden, ant
woordde hy, dat hy zich gevoelde, als een schooljongen,
die door zijn onderwijzer naar zyn vorderingen wordt
gevraagd. Hy kon geen duideiyk en aaneengeschakeld
antwoord geven. „Ik word overstelpt door een leger van
herinneringen, waaruit ik geen opsomming van feiten
en gebeurtenissen kan geven. Allerlei personen en plaat
sen dringen zich in myn herinneringen naar voren. Als
een soldaat tydens het gevecht hoor Ik commando's.
Los, Aufnahme, Allons y, nous tournons! Go on! Ik race,
ik verkleed mij, nu trek ik laarzen aan, in het volgend
FEUILLETON'
door META SIMMINGS.
10. -
„U zult me wel met een duveltje in een doosje verge-
lyken. niet waar?" lachte Betty Lumsden, toen ze Ce-
cily de hand reikte. „Maar u moet heel verdraagzaam
zyn en vrlendeiyk, Lady Kendal. Ik... Ik ben ln groote
moeilykheden."
Cecily kreeg een gevoel van doodsangst.
„In moeilykheden?" stamelde ze. „Wil je me niet
vertellen, hoe dat komt en wat het ls? Maar wat ik zeg
gen wou, ik heb mijn belofte vervuld. Wist Je dat al?"
Vanonder haar neergeslagen oogleden wierp ze een
snellen blik op Betty. Een blijde glimlach vloog over
Betty*3 gezichtje.
„O, werkeiyk!" riep ze uit „Wat lief van u om zoo
gauw te gaan. En Lyn, was hy niet vreeseiyk bUj?"
Cecily zei niets. Ze had haar eigen meening over de
gevoelens, die haar bezoek opgewekt had. Maar ze voel
de zich verlicht dat deze niets te maken hadden met dit
tweede onverwachte bezoek van juffrouw Lumsden.
„Natuurlijk ging ik," zei ze wel wat ontoepasselyk.
„Ik had het beloofd, niet waar?"
Het bleef stil ln de kamer. Cecily zat op een lage sofa
naast Betty en bedacht in zichzelf wat voor nieuw on
heil dit vreeseiyk schepsel nu weer over haar brengen
zou.
Plotseling wendde Betty zich tot haar.
„De tantes zyn erg vervelend geweest," zei ze met
een bibberende stem.
.Waarom?"
„Ach," het kwam er maar aarzelend uit, „het is be
spottelijk! Over myn bezoek aan u gisteravond, byvoor-
beeld! En over het onvermijdeiyke. De crisis la or ein
delijk."
„Dat spijt me," zei Cecily. Ze zat nu minder met het
geval in dan den vorigen avond. Ze had Heriot naar
Betty Lumsden gevraagd en die had haar een beetje
van Betty*s geschiedenis op de hoogte gebracht, Het
meisje was absoluut afhankelijk van twee ongetrouwde
tantes, die wel is waar schatrijk waren, maar ontzet
tend bekrompen.
Betty lachte gemaakt. „Ja, het is tameiyk vervelend,"
zei ze, „maar ze hebben me de deur uitgejaagd."
„Je het huls uitgejaagd, omdat je mij bent komen op
zoeken?" vroeg Cecily ongeloovig.
„O, neen, dat heeft alleen de zaak verhaast, veronder
stel ik Het ls natuuriyk om Jocelyn. Ze denken me er
toe te kunnen dwingen om hem op te geven. Het bezoek
aan u was voor hen een aanleiding om dingen te zeg
gen, nou, die alleen maar oude vrouwen met een valsch
voorstellingsvermogen zeggen kunnen," zei Betty heftig,
„dus liet ik ze in den steek, en hier zit ik nou!"
„Maar kind..." Cecily wist niet wat ze zeggen of doen
zou. Uit het gesprek van den vorigen avond, uit dat van
Jocelyn zelf vanmorgen had zy een heel anderen Indruk
van de verhouding tusschen hen belden gekregen dan
het meisje nu liet voorkomen. Betty sprak alsof de Jon
gen haar persoonlyk bezit was, dat ze vaat te houden
had of op te geven.
„Wat ga je nu doen? Is het niet een beetje..."
Betty hief haar handen smeekend tot haar op.
„O, lieve lady Kendal, maak me als-u-blleft geen
standje. Ik heb werkeiyk geen flauw benul van wat ik
nu doen moet Ik ben naar u toe gekomen..." verlegen
keek ze Cecily aan, terwyl haar oogen zich met tranen
vulden, „omdat ik geen andere plek op de wereld weet
om naar toe te gaan en u bent zoo vrieDdeiyk! Ik
weet niet hoe ik het durf, maar gisteravond heeft u me
zelf den moed er toe gegeven mag ik als-u-blleft hier
een paar dagen biyven, totdat de wereld me weer een
beetje houvast onder myn voeten geeft, nu waggelt ze."
Lang en vertrouwelyk spraken Cecily en Betty samen
Eerst over haar zelf natuuriyk en daarna over Jocelyn
Paget, over Betty's hopelooze liefde voor hem; over zyn
toekomst, die, ieel in stilte bedacht Cecily dat,
misschien ook de hare zou biyken te zyn.
„Ik verbaas me erover," zei het meisje, terwyi ze in
het vuur staarde, „hoe het komt dat u de eenige mcnsch
Is, die begrypen kan. wat aan de meeste als dwaasheid
voorkomt. de tantes noemen het zelfs slecht, dat
u de werkelyke reden vat, die me geduldig doet wach
ten, ofschoon Jocelyn geen zier om me geeft, me mis
schien een vervelende kleefplelster vindt. Maar het kan
me niet schelen, ik ben tevreden met wachten. Diep ln
myn hart ben ik er van overtuigd, dat hy op een goe
den dag by me terug komt, wanneer hy zyn dwingen
om de maan moe is, zoo moe, dat hij biy is, een gewone
vrouw van vleesch en bloed te vinden, die gereed staat
om hem te troosten en lief te hebben."
HOOFDSTUK XIV.
BETTY LUMSDEN HANDELT NAAR EEN
INGEVING.
Betty Lumsden lag rustig te slapen in de aardige wit
met gele kamer haar door haar gastvrouw aangewezen;
Betty zag er zoo kinderlyk en onschuldig uit, haar
mondje half open, de oogen die zoo katachtig rond kon
den staren veilig gesloten door de zware goudachtige
wimpers en haar prachtig haar lag over het kussen als
een net van fyn gesponnen goud. Werkeiyk de slapende
Betty was veel aardiger, dan de Betty, die wakker was.
Josephine, haar kamenier, haar gezworen bondgenoot
in alles, stond met thee voor het bed.
Betten opende de oogen en in een plotseling besef van
haar vryheld strekte ze de beide ronde blanke armen
wyd uit Ze was aan de strenge regels van de tantes ont
komen; haar eigen wil en wenschen waren nu wet: In
derdaad <de toekomst zag er echt plezierig uit.
,Js Lady Kendal al op?" vroeg ze.
„Lady Kendal ls ernstig ongesteld," vertelde Josephine,
„Victorine doet niets dan huilen. Er is al een boodschap
naar den dokter gestuurd."
„Ernstig ongesteld?" van schrik zat Betty recht over
eind in bed.
.Maar Josephine, wat moeten wy dan beginnen?"
Josephine, die wel van een romantisch geval hield,
maakte de wanhopigste gebaren. Betty stuurde er haar
onmiddellyk op uit om nadere inlichtingen. De tijdingen
die haar nu echter ter oore kwamen, waren er verre
van, om haar over haar eigen toekomst gerust te stel
len.
Ongerust en onrustig ontbeet Betty ln de gezellige
eetzaal. De klok sloeg half tien, toen de deur open ging
en Kendal binnen trad. Een telegram van de angstige
Victorine had hem onmiddellyk terug doen keeren.
„Ja, myn vrouw is verre van goed, zooals Heriot me
vertelt" zei hy in antwoord op haar vraag. „Het gewone
geval natuurlijk. Ze heeft zich te druk gemaakt; om
dat te zien heeft men geen dokter noodlg." Met groote
passen liep hy de kamer door en keek zonder iets te
zien door het lage venster den tuin in. Dan keerde hy
zich plotseling tot Betty en terwyl hy haar zyn clga-
rettenkoker voor hield, zei hy:
„Ik ben min of meer verlegen met jou, jonge dame!
Deze ziekte van myn vrouw komt voor Jou tameiyk on
gelegen, niet?"
Betty blies een klein dun rookwolkje de lucht in, voor
ze antwoordde. Het was ongelegen, veel ongelegener dan
de man voor haar begrypen kon. HU zou haar nu na
tuuriyk weg sturen, net nu ze zich hier zoo welbehage-
ïyk had neergezet. Werkeiyk op dit oogenblik haatte
ze Anthony Kendal.
„Ja," zei ze, „ik begrijp natuuriyk volkomen, dat het
onmogeiyk voor my ls om hier te biyven, wanneer Lady
Kendal ziek is, o, totaal onmogeiyk om wel duizend re
denen."
Kendal keek vaderlijk op haar neer en met het in
stinct van het moment richtte Betty haar heele houding
in diezelfde richting.
„Ziet u, Sir Anthony, eeriyk gezegd komt het heel
slecht voor mij uit op het oogenblik, want Ik weet heele-
maal niet wat te doen! Lady Kendal heeft me op het
critleke moment llefderyk opgenomen en... en ik weet
werkelijk niet waar ik, arme, ik anders heen moet."
„Nou," zei hy vriendeiyker. „er is geen haast by. Mis
schien is Iris morgen weer in orde. Maar
„Maar," en de groene oogen ontmoetten de zyne in vol
vertrouwen, „ik zal niet meer last veroorzaken dan nood-
zakeiyk Is. Beste Sir Anthony. maak u om mij geen
zorg. Ik ben een van die menschen, die zichzelf overal
door heen slaan."
Een kwartiertje later ging Betty de deur uit, aller
aardigst gekleed, en zich volkomen bewust van dat feit;
ze wandelde langzaam de richting van Haymarket uit.
„Ik hoop niet dat het te vroeg is voor Lyn," daoht ze,
.hy is zoo vreeseiyk ongeregeld den laatsten tyd. Maar
de kans is te goed om hem voorby te laten gaan. Indien
het geval-Irls niet elk spoortje van ridderiykheld in zyn
natuur gedood heeft, moet hij het nu toch voor me op
nemen tegen de tantes."
Wordt vervolgd.