SchagerCourant De bemaling van de Wieringermeer. VERKEERSONGELUKKEN. Vierde Blad. Binnenlandsch Nieuws. Een Nederlandsche schoener vergaan. Stoomerij en Ververij van S. KROM. PUSSEEREN - STOPPAGE (onzichtbaar). De beide gemalen officieel in gebruik genomen. Hoe de schoener „Oranje" vergaan is. Predikbeurten. Marktberichten. Dinsdag 11 Februari 1930 73ste Jaargang. No. 8610 De kok en de kapitein verdronken. Reuter meldde Zaterdagavond uit Londen: Na een zwaren overtocht over het Kanaal is de Nederlandsche schoener Oranje(?), die met zware averij naar Londen werd opgesleept op de Theems gezonken. De Nederlandsche kapitein, de heer Tulp uit Gro ningen en de Duitsche kok Walter zijn verdronken. De lijken van de omgekomen zeelieden konden nog niet geborgen worden. Een ander lid van de bemanning, een Nederlander, is zwaar aan het hoofd gewond en moest naar een Londensch ziekenhuis worden getransporteerd. Depotde heer B. G. G. KöNIG, Hoogzijde - Schagen. Hierboven een foto van het Gemaal te Den Ooever, op het oogenblik dat de Zuid- en Westgevel vrijwel voltooid zijn. Geheel links zien we nog een gedeelte van de schutsluis met brug; geheel rechts de drie olietanks, elk met een inhoud van 200 kubieke Meter, waarin zich de brandstof voor de Diesel motoren bevindt. TEGEN HET ROOKEN IN BIOSCOPEN. Dc Kon. Ned. Brandwcervereeniging heeft een cir culaire verzonden aan de besturen van de provin ciale brandweerbonden, waarin, in verband met het steeds grooter wordende aantal bioscopen in de on derscheidene gemeenten in ons land, gewezen wordt op het groote gevaar dat ontstaat, indien tijdens de voorstellingen het rooken in de bioscoopzaal niet ver boden is. In Amerika, Engeland, Duitschland, Zwitserland, België, Luxemburg, enz., bestaal aldus het adres, reeds lang een wet, waarbij het rooken in bioscooptheaters verboden is. Hier te lande kan zulks bij politieveror dening eveneens geregeld worden. In verband hier mee wordt verzocht, het rookverbod in bioscopen te bevorderen. HET GEMAAL BIJ DEN OEVER GEDOOPT. „DE LEEMANS" Gisteren zijn in tegenwoordigheid van vele autori teiten de beide gemalen, één bij Medemblik en één hij Den Oever op Wieringen officieel in bedrijf ge steld. Alleen te Medemblik had daarbij een officicele plechtigheid plaats. Zooais den lezers bekend, draaien de beide gemalen reeds sedert een paar wéken proef, maar van nu sf aan heeft dan de eigenlijke bemaling plaats. Inmid dels heeft men, op grond van de ervaringen, de laat ste twee weken bij het proefmalcn opgedaan, thans reeds de zekerheid, dat onvoorziene omstandighe den daargelaten de vroeger geraamde termijn van negen maanden, noodig voor het leegmalen, niet overschreden zal worden. Er bestaat zelfs een rede lijke kans dat men met dit werk nog eerder gereed zal komen. De drooglegging van den 19.400 H.A. grooten Wierin- ^germcerpolder het is de kleinste van de vier droogmakerijen welke nu is aangevangen, is van veel belang, daar zij onzen waterbouwkundigen een kijk zal geven op de grootcre werken, welke later zul len worden ondernomen. Want dit leegmalen is fei telijk de tweede belangrijke phase, welke thans voor de Wieringermeer is ingetreden. Wanneer eenmaal het water er uit zal zijn, zal de weeke slibrnassa die te voorschijn is gekomen, nog heel wat bewerkingen moeten ondergaan, alvorens er de boerenhoeven oo zullen verrijzen. Maar al is het dan nog niet zoo ver, het nadert ioch meer en meer en meer dan ooit kun nen we thans zeggen, dat Nederland's twaalfde pro vincie in wording is. De plechtigheid te Medemblik. Met een extra trein waren vele genoodigden naar Medemblik getrokken, het doode stadje aan de Zui derzee, met het oude kasteel Radboud. Daar waren, behalve de minister van Waterstaat, de voorzitter en griffiers van de heide Kamers der Staten-Generaal, de commissaris der koningin in Noordholland, de Zuiderzoeïaad, de voorzitters en secretarissen van ver schillende Zuiderzeecommissies en vele anderen. Aan het station bevonden zich ter verwelkoming de plaatselijke directie der Zuiderzeewerken, B. en W. van Medemblik, het bestuur van het Ambacht de Vier Noorderkoggen, enz. Op het stationsplein was het plaatselijke muziek korps opgesteld, dat de gasten naar het electrische gemaal geleidde. Rede van den directeur-generaal ir. V. P. J. Blocq van Kuffeler. Daar sprak het eerst de directeur-generaal der Zui derzeewerken, ir. V. J. P. de Block van Kuffeler. Na de aanwezigen verwelkomd te hebben en dr. ir. C. Lely en ir. W. F. Leemans te hebben herdacht, schetste spr. de voorgeschiedenis van de Wieringer- ineerpolders. Spreker verzweeg niet, dat in het bijzonder de kosten van de bedijking belangrijk hooger zijn ge worden dan deze eertijds waren geraamd. Nu is door de plotselinge uitvoering van groote grondwerken aanvankelijk het prijsniveau der baggerwerken ab normaal gestegen en wel met 50 hetgeen zich op de kosten van de Wieringermeer in zijn vollen om vang doet gevoelen. Spreker gaf bijzonderheden over de wijze van bedijking, kanaalaanleg en de gemalen, waarbij hij opmerkte, dat naast de bedijking de voor ziening in de belangen van afwatering en scheep vaart der achterliggende landen gereed gekomen is door den aanleg van een kanaal langs de Noordhol- landsche kust van Aartswoud tot even bezuiden Den Helder, dat ten behoeve van de scheepvaart door een schutsluis bij De Kooy in verbinding is gebracht met het Noordhollandsch Kanaal. Reeds vóór de droogmaking zijn in den polder de noodige hoofdkanalen gebaggerd, welke het water naar de gemalen zullen voeren en welke tevens dienst baar zullen zijn voor de scheepvaart in den polder. Ook de op deze hoofdkanalen aansluitende tochten in den polder zijn reeds gebaggerd. Tot slot stelde de directeur-generaal den minister van Waterstaat voor om, na dit gemaal in oogen- schouw te hebben genomen, order te geven tot het in bedrijf stellen van de gemalen, teneinde een aan vang te maken met het droogleggen van den eersten Zuiderzeegrond. De rede van den heer H. Colijn. Vervolgens schetste oud-minister H. Colijn als voor zitter van den Zuiderzeeraad de beteekenis van de drooglegging van dezen eersten polder, en in het al gemeen het groote belang van de Zuiderzeewerken voor ons land. Als het water straks is weggemalen, aldus spre ker, dan is er nog veel arbeid te verrichten, eer het zoo ver is, dat wij dien grond kunnen gaan bebou wen. Kanalen, sloten en wegen moeten worden aan gebracht tot een totale lengte van 1200 km. Om niet te spreken van de 40.000 km. begreppeling. Om dat te kunnen doen moeten er arbeidskrachten in de Wie ringermeer worden gebracht. Er zal moeten worden voorzien in nog tal van zaken en wanneer men een maal den grond bouwrijp zal maken, waarbij dank baar gebruik zal kunnen worden gemaakt van de gegevens, die de commissie-Lovink in den proefpol- der Andijk heeft verzameld, dan komt aan de orde de belangrijke quaestie van de uitgifte der gronden. In de zeventiende eeuw, aldus eindigde de heer Colijn, was niets ons volk te groot. En wanneer het in eigen land, op eigen bodem werken onderneemt als de drooglegging der Zuiderzee, dan is dit volk geen uitgedoofde natie, maar het beschikt dan over de kracht, die het in vroeger eeuwen heeft getoond. De minister van Waterstaat mr. Reymer aan het woord. P. J. Daarna was het woord aan den minister van Wa terstaat, den heer mr. P. J. Reymer, die allereerst opmerkte, hoe hij bij de woorden van den directeur- generaal onder den indruk was gekomen van de be teekenis der onderneming, waarvan dit werk een onderdeel vormt. Wij weten ons aldus de minis ter gedragen door den wil van het volk om dit werk tot verhooging van de volkskracht tot een goed einde te brengen. Het geheele Nederlandsche volk zal medewerken om dit grootsclie cultuurmonument te voltooien. Met wardeering herinnerde spr. aan de pioniers van dit werk, wier namen in de voorgeschiedenis der droogmaking der Zuiderzee staan opgeschreven en die het mogelijk hebben gemaakt dat thans tastbare resultaten kunnen worden bereikt. De schets, die spr. mocht geven, zal voor hen, die als de hier aanwezigen, zich in de Zuiderzeevraag- stukken thuis gevoelen, de herinnering doen ople ven van taaien, volhardenden, doorzettenden, eens- gezinden arbeid om een staag in het oog gehouden einddoel tot heil voor de gemeenschap te bereiken. En dan zien wij als incarnatie van dit arbeidsbeeld twee figuren ais van zelf naar voren komen, wier streven het meest door succes is gedragen en die het resultaat van hun arbeid in wettelijken vorm heb ben zien belichaamd. Het eerste succes werd geboekt door Leemans; daarna is, nadat eenige jaren de een heid is verloren gegaan, deze op meesterlijke wijze hersteld door Lely, die met nimmer falende energie den eindpaal heeft weten te bereiken, en die nog op hoogen leeftijd, als voorzitter van den Zuiderzeeraad, van nabij mede aan de vraagstukken die nog waren op te lossen, leiding heeft mogen geven. Kan het verwonderen, dat nu wij op het punt staan het eerst voltooide werk in gebruik te stellen, de Regeering daaraan den naam wil verbinden van dezen man van initiatief en daadkracht, wiens naam in ons mid den blijft voortleven in het werk dat door hem als hte ware geschapen is? Terwijl dit gemaal bij Me demblik voortaan den naam Lely zal dragen, zal dat bij Den Oever „De Leemans" heeten, tot dank voor hetgeen beiden vor tijdgenoot en nageslacht hebben verricht. Definitief in bedrijf. Na den koffiemaaltijd, stelde de minister het gemaal in werking; de electro-motoren werden aangezet en het gemaal was definitief in bedrijf. Op hetzelfde moment dat minister Reijmer last gaf tot de inwerkingstelling, werd getelefoneerd naar het gemaal te Den Oever, dat ook even gestopt was tijdens de hierboven aangehaalde redevoei'ingen, en ook daar begonnen de belde Diesel motoren te werken en verdween met behulp van hun pompen elke minuut tweemaal 250 kubieke meter water uit den polder. Daarna werden den aanwezigen ververschlngen aange boden, terwijl op het oogenblik van de plechtige inbe— drijfstelling der machines door klokgelui de bevolking van Medemblik van deze gewichtige gebeurtenis kond werd gedaan. Na de opening werd een beperkt aantal bezoekers in de gelegenheid gesteld het gemaal bij Me demblik te bezichtigen. De bemalings-lnstallatie's. Ofschoon reeds eerder daarover het een en ander is meegedeeld, volgen hieronder nog eenige bijzonderheden over de beide reusachtige bemalingsinstallatie. Het gemaal te Den Oever is een Dieselgemaal, be staande uit twee centrlfugaalpompen, elk van 250.000 liter per minuut, en gedreven door twee motoren elk van 600 E.P.K. Het electrlsch gemaal nabij Medemblik is het modernste ter wereld. Dit laatste beschikt over drie pompen, elk van 390.000 liter per minuut, aange- dreven^loor even zoovele electro-motoren van 900 E.P.K. elk. De totale capaciteit der twee gemalen bedraagt dus 2% millioen kubieke meter per etmaal. Een ongelukkige eerste reis. Het verhaal van de schipbreuk. Verschrikkelijk oogen blik aan boord van het zinkende schip. In aansluiting op het bericht elders in dit nummer omtrent de op de Theems vergane schoener „Oranje" wordt nog gemeld, dat het geen schoener was, maar een motortjalk. De oude naam. van het schip was „Broe dertrouw", het was kort geleden geheel nagezien en goedgekeurd en daarna „Oranje" gedoopt. Do kapitein die al eenige jaren als stuurman had gevaren, deed er nu zijn eerste reis mee. Het schip was geladen met ce ment. Kapitein Tulp was 27 aar oud en hoopte na zijn terugkomst in het huwelijk te treden, waarvoor alles reeds in gereedheid was gebracht. Hij was ai herhaalde malen op de Theems geweest, zoodat het ongeluk niet aan onbevarendheid kan worden geweten. Relaas van een der geredde schipbreukelin gen.. De stuurman Van der Ley vertelde (Je volgende bijzon derheden, die wij aan de „Tel." ontleenen: „Ik monsterde den laatsten Januari aan op den 120' ton metenden motortjalk die in Antwerpen cement aan het laden was voor Londen. De bemanning bestond be halve uit kapitein Tulp, uit mijzelf en Walter, een Duit- scher. die zijn eerste reis maakte. Al dadelijk merkte ik. dat de „Oranje" lek was, ilc denk bij de zwaarden. Ook de motor werkte niet goed. ja, eigenlijk deugde er heel weinig aan de schuit, hetgeen geen wonder is. als ik u vertel, dat het schip minstens 25 jaar oud was. Het was gedurende de reis hard werken voor den kapitein en mij, want Walter zijn achternaam weet ik niet eens, -- was zoo zeeziek als maar eenigszins mogelijk is en bovendien kwam er nog een flinke storm opzetten, die ons handen vol werk gaf. Tot overmaat van ramp sloe gen onze zeilen kapot Tegen Zaterdag waren wij nog een paar mijlen van de Tbeems-monding verwijderd, maar het ergste was, dat wij zooveel water hadden binnen gekregen, dat het voorschip en ons logies heelemaai blank stonden. Ik had spoedig in de gaten,, dat wanneer er water in het ruim zou komen, het met ons gedaan zou zijn. Daarom ried ik den kapitein aan, denoodvlag te hyschen, maar daar van wilde hij aanvankelijk niets weten; hij dacht nog wel voor den storm en op eigen kracht binnen te kun nen loopen. Ten slotte ging het schip echter zoo diep liggen, dat de kapitein voor mijn overreding bezweek. Een marine- redersleepboot kwam ons te hulp en nam ons op sleep touw met het doel de „Oranje" op een zandbank te zetten. Ook een ander Nederlandsch schip, de „Geertrui- da", verleende assistentie. Wij stonden intusschen tot de borst in het water. Plotseling werd onze toestand uiterst hachelijk; het voorschip begon te zinken; even later een schok: de voorsteven bad den grond geraakt. Het was een verschrikkelijk oogenblik; direct sprong ik over boord, gevolgd door den kapitein en den Duitschen jon gen. Geholpen door een stuk hout kon ik mij drijvende houden. De arme Walter kon zich echter bijna, geen oogenblik boven water houden; ik zocht nog naar hem, maar hij moet onmiddellijk in dé diepte zijn verdwenen. Ook kapitein Tulp verging het niet beter; ik zag alleen nog maar zijn naar boven geheven armen, voordat ook hij in de diepte verdween. Door den stroom werd ik naar de „Geertruida" gedre ven; die lag het dichtst bij mij, want de Engelsche boot had, zoodra ons schip begon te zinken, den kabel door gesneden om zelf niet meegetrokken te worden. Na een kwartier in het ijskoude water te zijn gewees, word ik aan boord geheschen, waar ik door middel van een warme groc en droge kleeren snol opknapte. Gruwelijk auto-ongeluk bij Relms. Anto door een sneltrein gegrepen. De inzittenden In stukken gereten. Zondagavond heeft zich een ontzettend auto-onge luk voorgedaan bij een spoorwegoverweg op de lijn ParijsEpernay. Omstreeks half acht naderde een uit Chatillon ko menden auto in snelle vaart den overweg, waarvan de boomen gesloten waren. De auto reed door den eersten boom heen, zou juist de rails oversteken, toen de sneltrein uit Parijs met een snelheid van 80 K.M. naderde. De locomotief greep de auto, die over groo ten afstand werd weggeslingerd en volkomen vernield werd. Twee mannen, twee vrouwen en twee kinderen, die in de auto zaten, werden geheel in stukken gereten. Een der kinderen werd over vijftig meter, het andere over zeventig meter, de beide vrouwen over honderd meter weggeslingerd. Een der mannen bleef aan den locomotief hangen. De machinist heeft onmiddellijk na de botsing den trein tot stilstand gebracht en reddingspogingen on dernomen, welke evenwel niet mochten baten. Door politiebeambten uit omliggende plaatsen worden de dooden in de wachtkamer van het dichtbijzijnde sta tion opgebaard. De verbrijzelde boomen werden later op 200 meter afstand terug gevonden. Autobus in een kloof gestort. Zeven dooden. In de nabijheid ven Laibach in Joego-Slavië is een ernstig auto-ongeluk gebéurd. Op een bergweg stortte een met 20 personen bezette autobus in een kloof. Zeven personen werden gedood, vele anderen zwaar gewond. Spoorwegongeluk in Spanje. 1 doode en 20 zwaar gewonden. Uit Madrid wordt gemeld, dat op de lijn der zuider spoorweg maatschappij twee sneltreinen, de een ko mend uit Sevilla en de ander uit Allicante, op elkaar zijn geloopcn, waardoor één persoon werd gedood en twintig reizigers zwaar werden gewond. De toestand van eenige zwaargewonden is hopeloos. Een vliegtuig van den dienst Londen Parijs neergestort. 3 dooden. Gistermorgen is bij Marden een Farman Goliath van den dienst LondenParijs in brand geraakt en neer gestort. Twee passagiers werden gedood. De piloot is ernstig gewond. De mecanicien en een passagier werden licht ge wond. IN HET BINNENLAND. i Ongeval Rijksstraatweg bij Den Haag. Bejaard echtpaar door een auto aange reden. Op den Rijksstraatweg van Den Haag naar Naald wijk ter hoogte van de Kastanjelaan te Poeldijk heeft Zondagavond een ernstige aanrijding plaats gehad. De 76-jarige heer G. en zijn echtgenoote liepen na het verlaten van de autobus der W. S. M achter dit voertuig om, ten einde aan de overzijde van de straat hun weg naar huis te vervolgen. Op hetzelfde oogen blik naderde uit de richting Den Haag met flinke snelheid een auto. Toen de beide odjos achter de bus vandaan kwamen, werden zij d-vr den wagen aangereden. De heer G. werd over flinken afstand medegesleurd en bekwam ernstige verwondingen aan het hoofd en handen en verschillende kneuzingen over het lichaam. Zijn vrouw kwam met lichte ver wondingen vrij. De heer G. werd dooi omwonenden opgenomen en door een onmiddellijk ontboden geneesheer voorloo- pig verbonden. Later is hij in zorgwekkenden toestand naar het ziekenhuis te 's Gravenhage overgebracht. Men vreest voor zijn leven. De politie stelt t en onderzoek in. Als tragische bijzonderheid kan nog worden me degedeeld, dat de zoon van het echtpaar G. zijn ouders had vergezeld, doch met de bus was doorge reden naar Den Haag. Hij had niets van het ongeval bemerkt en hoorde eerst laat in den avond, hoe on gelukkig het uitstapje van zijn ouders was geëindigd. Een autobus in de etalage. Achteruit gegaan in plaats van vooruit. Zondagmorgen stond in de Lange Brugstraat te Nijmegen een auto, waaraan een herstelling moest geschieden. Daartoe was een reparateur ontboden, die eveneens per auto arriveerde. Deze laatste auto werd op eenigen afstand van de defecte auto neerge zet. Toen even later een der reparateurs de auto wat dichter bij den defecten wagen wilde brengen, reed deze in plaats van vooruit, achteruit, met het ge volg, dat de auto op het trottoir terecht kwam en via een groote spiegelruit, die met. donderend geraas ver brijzeld werd, in de étalage van de firma C. en A. Brenninkmeyer terecht kwam. In de étalage werd een groote verwoesting aangericht. WOENSDAG 12 FEBRUARI 1930. NED. HERV. GEMEENTE te: Sint Maarten, nam. 7 uur, Ds. Tinholt. DONDERDAG 18 FEBRUARI 1930. NED. HERV. GEMEENTE te: Barslngerhorn, nam. 7 uur, Ds. Van Loon. WARMENHUIZEN, 8 Febr. Roode kool le soort f 2.806.50, ze soort f 2.706.20, gele kool le soort f 4.706.60, 2e soort f 2.605.80, witte kool le soort f 1.101.80, 2e soort f 0.601.20, drielingen f 1.70, uien f 1.90, grove uien f 2.10. per 100 Kg. Totaal aanvoer: 92375 Kg. roode kool, 11750 Kg. gele kool, 15150 Kg. witte kool. 1250 Kg. uien. WARMENHUIZEN, 10 Februari. Roode kool, 2e soort f 5.505.90, gele kool, 2e soort f 3.504.80, witte kool, le soort f 1.20. Aanvoer: 1000 K.G. roode kool, 700 K.G. gele kool, 1300 K.G. witte kool. NOORDSCHARWOUDE, 8 Febr. Uien f 1—1.40, drielingen f 1.301.60, nep f 2.60, grove f 1.40—1.60. roode kool f 3.10—7.70. gele kool f 4.60-6.50, Deensche witte kool f 12.10 per 100 Kg. Totaal aanvoer: 15000 Kg. uien, 20040 Kg. roode kool, 57600 Kg. fgele kool. 103600 Kg. Deensche witte kool. NOORDSCHARWOUDE, 10 Februari. Uien f 1.10—1.40, drielingen f 1.60—1.70, grove f 1.60— 1.80, roode kool f 3.507.70, gele kool f 4.906.30, Deen- s«he witte f 1.10—2, alles per 100 K.G. Taaie gele f 9.20 per 100 stuks. Aanvoer: 7700 K.G. uien, 61300 K.G. roode kool, 15500 K.G. gele kool, 74500 K.G. D. witte, 800 stuka Taai gele. ALKMAAR. 8 Febr. N.V. Eierveiling voor Hollands Noorderkwartier. Aanvoer 160000 kipeleren, 5658 Kg. f 5.806.10, 58 60 Kg. f 6—6.40, 6062 Kg. f 6.30—6.70, 62—64 Kg. f 6.50 —7.10, bruine 6065 Kg. f 6.707.60, kleine eieren f 5.40 —5.70, 8000 ecndeleren f 6.80. ALKMAAR, 8 Febr. Op de heden gehouden botermarkt werd betaald voor: fabrieksboter le soort f 1.07J41.1714, 2e soort f 0.95 1.05, eieren (groothandel) f 5.75—6.25, eendeleren f 6. ALKMAAR, 8 Febr. Op de heden gehouden veemarkt waren aanvoer en prijzen ais volgt: 25 paarden f 200450, 7 koelen f 2.80 3.40, 33 nuchtere kalveren f 8, 71 schapen f 3843, over- houders f 2935, 9 schrammen f 58, 48 biggen f 5.2031. Handel goed. ALKMAAR, 10 Februari. Op de heden gehouden veemarkt waren aanvoer en prijzen als volgt: 39 vette koeien f 280415, 5 vette kal veren f 75—130, vette kalveren per ned. pond f 1.40 1.60, 50 nucht. kalveren slecht f 1035, 526 vette var kens zware per ned. pond 7680 ct., zouters per ned. pond 7478 et, Handel vlug. ALKMAAR, 10 Febr. Andijvie f 2.202.60, Bloemendaler kool f 3.20, boeren kool f 13.70, groene kool f 2.60, knolselderie f 7.20— 10.40, per 100 stuks, gele kool f 2.204.20, roode kool

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1930 | | pagina 11