SchagerCourant
De Opium in haar fabrikatie en verbruik
III
1
1
Ixl
Tweede Blad.
Ingezonden Stukken.
De nieuwe Ziektewet.
Waar en hoe het
gewonnen wordt.
Woensdag 19 Februari 1930
73ste Jaargang. No. 8615
Warmenhuizen 15 Febr. 1930.
Geachte Redactie.
Aan den Raad der Gemeente Warmenhuizen werd
door mij een verzoek ingediend tot: le annuleering van
een door niets gemotiveerde huishuurverhooging, 2e. be
taling door de Gemeente van de in de schoolwoning aan
gelegde lichtleiding.
Door den heer Slot werd wat punt le betreft, in de
zitting van 30 Dec. j.1. een kwestie aangeboord, die dag-
teekent van eenigen tijd terug. Deze opmerking van den
heer Slot verraste mij en deed mij tevens aangenaam
aan. Immers, nu werd eindelijk in de Gemeente-verga
derzaal zelve gewezen op het mij indertijd aangedane
onrecht.
Wat toch is het geval.
Bij mijn sollicitatiebezoek op 11 Jan. 1924 werd ik ont
vangen door 't volledige college van B. en W. Men stelde
mij verschillende vragen in het belang der gemeente noo-
dig. Daarna verzocht ik de voor mijn belang gewenschte
vragen te mogen doen. Mijn vorige betrekking was een
zeer goede, ik had o.a. twee voor sollicitatie belangrijke
bijacten en kon rekenen op krachtigen steun, moest dus
goed weten of de verandering een verbetering zou kun
nen zijn. Op mijn uitvoerige vragen volgde uitvoerig ant
woord. De splitsing, aantal leerlingen, tuinbouwonder-
wijs (er werden twee by-acten gevraagd), de woning,
tuin, huishuur enz., kwamen ter sprake. Nauwkeurig
werd berekend men was zeer welwillend welk be
drag ik aan gemeentelijke inkomstenbelasting zou moe
ten betalen en er aan toegevoegd, dat de belasting zich
bewoog in dalende lijn; land- of tuinbouwcursus vrij vei
lig. De gemeente subsidieert thans zonder wettelijke ver
plichting een speciaal Katholieken cursus, die de mijne
er wel onder zal werken: uitsluiting van iemand, die,
het zij met gerustheid gezegd, als leider van die cursus-
Ben goed beviel, doch geen katholiek is, immers, er was
èn door den Rijkstuinbouwconsulent èn door de vereeni-
ging „De Noord" èn door mij zelf op samenleving aan
gestuurd. De belasting is bij verminderd salaris, thans
drie maal zoo hoog. Verder laat ik deze punten rusten.
De woning echter, het tweede en laatste compensatie
object. Verklaring van het volledige college va»v
B- en W.: üw woninghuur is f 250.U krijgt na de
splitsing een prachtig nieuw huis, villa-trant, kamers-
en suite, los van de school, een mooie brug er vóór."
In verband met den door mij gewenschten tuin werd de
nauwkeurige oppervlakte van 't gekochte bouwterrein
genoemd. Dit alles stemde tot tevredenheid. Men vroeg
mij, of ik een eventueele benoeming zou aanvaarden.
Ik kon niet besluiten. We spraken af: zeven dagen be
denktijd. Thuisgekomen, werd gewikt en gewogen. De
voordeelen (huis, belasting), konden de nadeelen even
tjes compenseeren, meenden we. We wilden wel eens
naar Holland. Aan de betrouwbaarheid van de aan mij
verstrekte gegevens, w.o. pertinente beloften, werd niet
getwijfeld. Helaas
De sollicitant neemt de benoeming aan. Ten aanzien
van 't beloofde wordt hét snoeimes ter hand genomèn.
Het bouwplan van de woning wordt veranderd, het huis
wordt een huisje, dat, hoewel bewoonbaar, niet beant
woordt aan de voorgespiegelde beschrijving, en in Mei,
ik was toen reeds hier, volgde vaststelling van dit ge
wijzigde plan. Dit werd mij toendertijd niet door 't ge
meentebestuur meegedeeld, doch blijkt uit de mij door
den architect op mijn verzoek verstrekte gegevens, en
wordt thans in de raadszitting van 10 Febr. j.1. erkend.
(Zie Schager Courant). Dit is nog niet ge
noeg. Een paar maanden na mijn infunctietreden, wórdt
tot mijn verwondering over den huurprijs van de nieuwe
woning gesproken. De heer De Groot, wethouder, wil
zelfs f 400, de andere leden van het college is dit te bar.
't Wordt f 300. De Raad neemt het aan, terwijl ditzelfde
college in 1921, volgens de notulen van de desbetreffende
raadszitting de huur van mijn voorganger stelde op
f 150, en deze toen aan salaris f 1260, meer ontving dan
ik bij 't begin van mijn komst alhier (officieele gege
vens). De stemming daarover geschiedde met één stem
tegen. De zittende raadsleden waren op 1 na dezelfde.
Het snoeimes werkte. De sollicitant werd ontnuchterd...
en... het snoeimes zou nog een dienst doen (electrische
leiding).
Nu heb ik begrijpelijkerwijs niet geheel stil gezeten.
Ik heb geadresseerd en in 1925 aan alle raadsleden de
zaak trachten duidelijk te maken, door een persoonlijk
onderhoud. De heer Nannis zei onder meer: Ik heb uw
nieuwe woning bezichtigd. Uw voorganger zou er onmo
gelijk in hebben kunnen wonen. Ik voel er alles voor het
geschil tusschen U en het gemeentebestuur ui den weg
te ruimen,"; de heer Molenaar keek langs mij heen; de
heer Hof voelde ook voor bijleggen. De op zijn zachtst
gesproken onjuiste houding jegens mij van Warmenhui-
zens Gemeentebestuur had veel kans in een meer tege
moetkomende te veranderen. Doch ziet. Duistere mach
ten werkten. De katholieke fractie werd eensgezind,
zelfs de heer Nannes, die zich 't meest positief had uit
gelaten, stemde tegen. Nieuwe ontnuchtering, 't Behaalde
voordeel op den ambtenaar moest gefixeerd worden.
„Van des adressanten salaris kan 't wel af," is thans
de sympathieke opmerking van den heer De Groot. (Alk-
maarsche Courant). De heer Molenaar maakt den in
druk met de ellebogen alles ter zijde te werken, 't zij
recht of onrecht, het doel in *t oog: 2% cent belasting
voordeel per hoofd. Theatrale opmerkingen van hen die
geen getuigenissen meer afleggen." (er vlak naast trou
wens: zie hierboven) worden gebezigd. De opmerkingen
over het huis, zegt de heer Molenaar, gelden niet. Wat
geldt dan voor den heer Molenaar wel?! Zelfs de
Voorzitter, die volgens eigen getuigenis niet met de
voorgeschiedenis op de hoogte is, en zich dus minstens
op neutraal standpunt had moeten plaatsen, lanceert
een opmerking over de waarde van het perceel, een punt,
dat met de zaak in kwestie geen verband houdt.
De lichtleiding. Welk een ontevredenheid toch! Slechts
f 125.en... adressant is geheel gelijk gesteld met an
dere ambtenaren! Toch niet, lezer. In twee der grootste
ambtenaarswoningen legde de gemeente zelf de leiding
aan (directeurswoning gasfabriek en woning gemeente
secretaris). Bovendien voegde ik toe aan mijn verzoek
schrift een lijst van corporatiewoningen, een tiental,
soortgelijk aan de mijne woning-annex zaak of in
richting waaruit blijkt, dat aanleg vanwege de cor
poratie usance was. En van verschillende dier corpora-
tiën zijn raadsleden, bestuurslid. Evenwel, dit punt is,
volgens informatie ter gemeentesecretarie en bij een
der raadsleden niet behandeld en komt dus opnieuw aan
de orde. Sommige raadsleden verklaarden mij, gezien
de er mee samenhangende bovenbedoelde feiten, deze
zaak onbillijk te vinden. De heer Molenaar raadde mij
te adresseeren over dit punt.
Hoofdzaak is (en blijft nog verder), inlossing van ge
dane voorspiegelingen, pertinente beloften: herstel, voor
zoover mogelijk, (het huis staat als een rots) van on
recht
Tenslotte Mijnheer de Redacteur, nog dit: In mijn
verzoekschrift werd vooral ook gewezen op gelijkstelling
Dit betrof de woninghuur voor de ambtswoning bij de
R.K. Jongensschool, vroeger door mij bewoond. Dit ar
gument werd door den heer Slot nader belicht. De huur
is volgens mededeeling Van den tegenwoordigen bewoner
aan mij persoonlijk: f 250.Door een der raadsleden,
zelf lid van het R.K. schoolbestuur, meen ik, werd het
vermoeden uitgesproken, dat dit f 300 was. Dit vermoe
den is dus niet juist Evenwel, moge ik hier nogmaals
wijzen op DE hoofdzaak.
T. DONIA.
Lettergreep voor lettergreep!
Aldus, zoo nauwkeurig en duidelijk
mogelijk moet U Aspirin vragen.
Het is niet voldoende "een tabletje"
of "een middel tegen hoofdpijn" enz. te
verlangen, want dit leidt vaak tot onaan
gename vergissingen.
Natuurlijk moet U dan ook letten
op de onbedriegelijke kenmerken der
echte Aspirin-Tabletten: origineele ver
pakking met het ÖAYER-kruis en den
oranje band.
Alleen dan heeft U de volle
zekerheid, de echte Aspirin-
Tahlelien te ontvangen, welke
bij alle verkoudheidsziekten,
rheumatiek, hoofd-en kiespijn^
enz. onmisbaar zijn.
eenig op
de wereld
K. d. B. to Gr. stelt de volgende vraag, die inder-
laad van minder alledaagschen omvang is: Valt
iemand, die op 1 Maart a.s. ziek is, direct onder de
wet, dus reeds vóórdat er premie is betaald, en zoo
ja, is er dan een grens voor den duur der ziekte
vóór 1 Maart? Hoe als hij invalide is?
Antwoord: In de wet is geen bepaling, waaruit valt
af te leiden, dat iemand, die reeds ziek is, wanneer de
wet in werking treedt, er automatisch onder valt. In
dien dus een arbeider op 1 Maart ziek is, en hij is
verzekerd, ontstaat zijn recht op uitkeering eerst op
1 Maart. Hij heeft dan dus geen recht, maar krijgt
het pas op 1 Maart. De administratieve organen zul
len dan hebben uit te maken, of hij onder de wet
valt en zoo ja, hoe lang hij uitkeering kan.genieten.
Ik vermoed, dat deze gevallen wel weinig zullen
voorkomen, daar immers een arbeider, die op 1 Maart
al eenigen tijd ziek is, wel niet in dienstbetrekking
zal zijn, en er dus voor hem wel geen verzekering
volgens deze wet zal zijn. Mogelijk blijft, dat een ar
beider b.v. op 28 Febr. ziek wordt, en wel is opgege
ven door zijn patroon. Naar mijn meening zal men
aan dezen arbeider,wel uitkeering kunnen geven van
af 4 Maart.
Het door U gestelde geval is anders dan ik hierbo
ven vermeld heb. In Uw vraag is de betrokkene geen
arbeider, maar zelfstandig werkend. In mijn artikel
is, naar ik meen, voldoende duidelijk tot uiting ge
komen, dat men arbeider moet zijn. Uw vraag had
dus wel achterwege kunnen blijven, maar ik beant
woord haar niettemin uitvoerig, omdat er gevallen
kunnen zijn, waarin de betrokkene wel arbeider is.
Wie niet in loondienst is, valt niet onder de Ziekte
wet. Hij kan dus nooit uitkeering krijgen, ook niet
al was hij tot voor kort wel arbeider. Beslissend voor
het al of niet zijn van arbeider is de dag van 1 Maart
a.s. Bovendien valt Uw man niet onder de wet, om
dat hij reeds invaliditeitsrente geniet, en hij dus
niet ziek, maar invalide is. Hij valt dus reeds onder
een andere sociale verzekeringswet. In het artikel is
dit ook wel te lezen. Uw betrokkene is werkgever, al
thans ondernemer zelf, en valt er dus beslist buiten,
Men moet onbetwist arbeider zijn, dus bij een onder
neming in loondienst.
Dat over langen duur vóór 1 Maart toch uitkeering
zal worden gegeven, betwijfel ik. Volgens de wet
wordt maximum 6 maanden uitkeering betaald. In
dien men dus vanaf 1 Maart met terugwerkende
kracht ging betalen, zou men hoogstens 6 maanden
terug kunnen gaan. Deze heeie methode acht ik in
strijd met de wet. De wet gaat in op 1 Maart, cn
men moet dus op 1 Maart beginnen en niet terug
rekenen. Ik twijfel dan ook niet, of een eventueele
overgangsbepaling zal hoogstens een paar dagen, al
thans zeer korten tijd, kunnen betreffen, en alleen
diegenen ten goede kunnen komen, die door hun pa
troon reeds verzekerd zijn en op 1 Maart nog in zijn
dienst zijn. Dit kan ik ook wel billijk achten.
Mr. BUISKOOL.
WAAR DE VROUW
BELANG IN STELT.
Waar komt ons reukwerk
vandaan?
Als wij in den winkel een fleschje parfum koopen,
denken wij er gewoonlijk niet aan, welken arbeid er
noodig is geweest, om het geurige vocht tot ons te
brengen. En evenmin geven wij er ons zelf rekenschap
van, hoe en waar het goed eigenlijk gemaakt wordt.
In Bulgarije worden rozen op groote schaal gekweekt,
hoofdzakelijk met het doel om de geur te bewaren en
deze te vermengen met andere bestanddeelen, waar
door men de modegeurtjes verkrijgt. Maar welke geur
er in de mode mag zijn, de roos levert hiervoor toch
steeds het hoofdbestanddeel. De rozenolie-fabrieken
hebben voor hun product knoppen noodig, welke nau
welijks zijn opengesprongen. De boerenmeisjes gaan
eiken morgen de uitgestrekte rozenvelden door, om de
knoppen, welke overdag zullen opengaan, af te pluk
ken. De knoppen mogen tijdens het plukken ook niet
opengaan, want door de felle zon zou er te veel van de
geur verloren gaan en deze moet juist bewaard blijven.
De roos, welke voor dit doel gekweekt wordt, is klein
en onaanzienlijk; zij is bijzonder geurig en brengt veel
bloemen voort Deze roos, Damasciner genaamd,
wordt uit Perzië ingevoerd. Jaren geleden is dezelfde
soort ook in Turkije en Griekenland aangeplant, maar
Bulgarije is toch steeds aan de spits blijven staan, wat
betreft de fabricatie van rozen-olie. Griekenland levext
aan de fabrikanten van reukwerk ongeveer 10 K.G.
rozenolie tegen Bulgarije 2500 K,G. Met het plukken
wordt steeds vroeg in den morgen begonnen, en voor
den middag trekken de muildieren, beladen met zakken
vol rozeknoppen, naar de fabrieken. Bij de fabrieken
De vernietigende uitwerking op het men-
schelijk lichaam.
Wat is opium eigenlijk? Opium is het gedroogde
sap van de halfrijpe zaaddoozen van den maan
kop, ook wel papaver genaamd. In Hindostan,
Perzië, Klein-Azië en Egypte wordt de papaver ge
kweekt om het sap te verkrijgen, waarvan dan opium
wordt gemaakt; ook in Europa wordt de plant ge
teeld:
Het verrimelen van opium uit de halfrijpe zaad
doozen geschiedt op de volgende wijze:
Eenige dagen, nadat de bloembladeren zijn afge
vallen, worden er in de zaaddoozen insnijdingen ge
maakt, waarbij nauwlettend wordt toegezien, dat het
mes niet tot in de holte der zaaddoos doordringt. Uit
deze insnijdingen vloeit dan een witte vloeistof, wel
ke eerst melkachtig is, en zich weldra aan de randen
der insnijdingen verdikt. Gedurende vierentwintig
uur laat men de planten in dien toestand en dgn
volgenden dag wordt het opium verzameld door mid
del van groote stompe messen. Elke doosvrucht geeft
slechts eens opium, en dan niet meer dan eenige
grammen.
Het opium komt echter niet
zoo zuiver in den handel als
de plant het voortbrengt. De
eerste vervalsching geschiedt
reeds bij het inzamelen als
bij het afschrappen een wei
nig van de opperhuid van de
vrucht wordt meegenomen
om het gewicht te verhoogen.
Als het opium is ingezameld,
is het een kleverige wasach
tige bruine massa, welke een
zoetachtigen bitteren smaak
heeft.
Er zijn verschillende soor
ten van opium in den han
del, de voornaamste zijn wel:
Smyrnaasch, Constantino-
pelsch, Egyptisch, Perzisch,
cn Indisch opium. Opium be
staat uit verschillende be
standdeelen, zooals: houtve
zels, planteneiwit, caout
chouc, hars, vette olie en een
aantal loogzouten, waarvan de voornaamste zijn
morphine, narcotine, codoïne, enz.
De uitwerkingen van het opium op den mensch
verschillen naarmate de hoeveelheid, welke gebruikt
wordt en den persoon, die het gebruikt. Een kleine
dosis opium kan als geneesmiddel een heilzame uit
werking hebben, maar bij geregeld verbruik, en
waarbij de hoeveelheid niet zelden stee.ds wordt op
gevoerd, lijdt opium tot algeheelen ondergang. In
een kleine dosis, bijvoorbeeld van een vierde of een
halve grein (medicijn-gewicht 0.65 gram), werkt
opium over het algemeen prikkelend; de pols wordt
eenigszins versneld., de gemoedsgesteldheid gewoon
lijk meer opgewekt en er bestaat een gevoel van wel
behagen en een geschiktheid voor lichamelijke en
geestelijke inspanning
Doch weldra worden deze verschijnselen gevolgd
door vermindering van spierkracht, ongevoeligheid
voor inwendige indrukken, lusteloosheid en neiging
tot slapen. Dit zijn de gewone uitwerkselen bij men
schen, die niet aan gebruik van opium gewoon zijn;
doch door herhaald gebruik neemt de invloed sterk
af, cn bij gevolg zijn zij, die opium nemen om een
De opinm mag zich den laatsten
tijd in een groote belangstelling ver
heugen, gelukkig minder van de
zijde der verbruikers, dan
van die der bestrijders
Wel is de opiumbestrijding niet
van vandaag of gisteren, maar
sinds de Volkenbond bestaat heeft
deze zijn bemoeiingen elk jaar van
van de vorderingen, die de bestrij
ding maakt en van de groote hin
derpalen, die haar nog steeds in den
weg worden gelegd. Het Is naar aan
leiding van deze internationale
conferentie van de opium-commis
sie van den Volkenbond, dat wij
hiermede een serie artikelen ope
nen, welke dit vraagstuk van ver
schillende zijden zullen belichten.
Dit alles zijn de gevolgen bjj menschen, die aan het
gebruik van opium niet zijn gewend. De z.g. opiuni
eters en -rookers reageeren hierop geheel anders. De
opiumeiers nemen het vergif gewoonlijk in den vorm
van pillen, of ook wel als een papje. De werking van
opium openbaart zich gewoonlijk een of twee uren,
nadat het is ingenomen cn duurt vijf tot zes uur en
OPtun
li «"IM*
mimi
Hllllf <V
:angename opgewektheid te verwekken, genoodzaakt
telkens een grootere hoeveelheid te nemen In groo-
tere hoeveelheden, bijvoorbeeld van meer dan twee
tot vier grein, zijn de verschijnselen geheel anders.
Meestal treedt er dan terstond duizeligheid en dof
heid op, zonder dat er eerst opgewektheid heeft be
staan. De gevoelloosheid neemt steeds toe: de lijder
wordt bewegingsloos en ongevoelig voor uitwendige
indrukken; de ademhaling is zeer langzaam; de lij
der ligt roerloos met gesloten oogen en samengetrok
ken pupillen. Naarmate het vergif sterker werkt,
wordt de pols steeds zwakker en verslappen de spie
ren en als er geen spoedige hulp wordt aangebracht,
treedt de dood in. Herstelt de patiënt, dan gaat die
gevaarlijke toestand over in een langdurigen slaap,
welke wel zesendertig uur kan duren.
veroorzaakt dan een hoogen graad van opgewekt
heid, welken de opium-eters als het toppunt van ge
luk beschrijven. De opium-eter is terstond aan zijn
uiterlijk te kennen. Zij zijn zeer mager, hebben een
bleek gele gelaatskleur en een slependen gang; de
oogen liggen diep in hun kassen en hebben een
eigenaardigen gloed De geestvermogens en li
chaamskrachten van een opium-eter zijn totaal uit
geput; hij is voor niets meer geschikt en toch voelt
hij zich gedrongen telkens grootere hoeveelheden te
nemen.
Opium-eters worden zelden ouder dan veertig jaar,
daar zij ten laatste aan hevige zenuwpijnen gaan lij
den, waartegen zelfs het verdoovingsmiddel niet
helpt. De opiumrookers blazen den rook nooit uit
door den mond, maar steeds door de neusgaten. Het
eerste uitwerksel van het opiumschuiven is, dat de
rookers spraakzamer en levendiger worden. Doch
weldra bedaren zij en treedt er een soort verdooving
in, daarna vallen zij in een diepen slaap, welke soms
wel vier uur duurt. Het rooken van opium leidt niet
alleen tot physiek, maar ook tot moreel verderf van
den gebruiker.
De invloed van het vergif
op het gehecle gestel uit zich
voornamelijk door dofheid,
verbijstering der verstande
lijke vermogens, zwakte, vuil
gele kleur van de lippen en
oogen. Krijgen deze men
schen niet op hun gewonen
tijd opium, dan worden zij
duizelig en beginnen de
oogen te tranen en, zou het
opium hun plotseling geheel
onthouden worden, dan wor
den de ongelukkigen meestal
krankzinnig.
Uit de geschiedenis blijkt,
dat het gebruik van opium
reeds in de oudheid bekend
was; vooral in de geneeskun
de werd er een druk ge
bruik van gemaakt. De
Grieksche wijsgeer Hippocra-
tes verklaarde, dat men zon
der opium onmogelijk de ge
neeskunde kon uitoefenen.
v+"kjK fl *n 0U(*e Egypte was het
opium dan ook alleen maar
voor medische doeleinden
toegelaten. Maar ondanks dezen maatregel werd er
in het geheim door de Egyptenaren veel opium ge
bruikt.
De Egyptische toovenaars bereidden uit heulzaad
on nachtschadebladeren een drank, welke een die
pen slaap veroorzaakte en de menschen dikwijls voor
eenige dagen van het verstand beroofde. In de
Oostersche landen, en vooral in China, is het ge
bruik van opium zeer sterk. In de groote steden be
staan er speciale gelegenheden, z.g opiumkitten,
waar de inboorlingen zich gaan bedwelmen. Zelfs in
Londen, Parijs en Weenen, vindt men opiumkitten.
Dat het opiumgebruik niet van de laatste jaren da
teert, blijkt wel uit het feit, dat er reeds in 1870 vier-
honderdmillioen menschen waren, die aan opium wa
ren verslaafd.
wordt de inhoud van elke zak nauwkeurig gewogen en
de meisjes kijken scherp toe, dat het gewicht van hun
oogst ook nauwkeurig wordt aangeteekend. Dit werk
wordt niet al te best betaald en er moet iederen dag
worden afgerekend. De roosjes, welke kort tevoren nog
het zonlicht zagen, worden nu in groote koperen ketels
gegooid en met kokend water overgoten, zoodat de
massa spoedig kookt. De damp, welke zich dan ont
wikkeld, wordt opgevangen en na eenigen tijd wordt
van het water, de rozenolie afgeschept Dit proces van
koken en olie-afscheppen, wordt nog verscheidene malen
herhaald, voordat de olie geschikt is voor het gebruik.
Van een zak, welke met ongeveer duizend knoppen is
gevuld, blijven slechts enkele grammen olie over. Vroe
ger werd met de vervaardiging van de kostbare olie
dikwijls geknoeid, en probeerden de fabrikanten met
behulp van glycerine hun voorraad grooter te maken.
Tegenwoordig is het bedrijf der 20 fabrieken, we'ke
de wereld van rozenolie voorzien, kosteloos te bezichti
gen. Het gebeurt dikwijls, dat groote afnemers uit Pa
rijs op kosten van de fabriek enkele weken in Bulgarije
doorbrengen, om het geheele proces nauwkeurig te vol
gen. In den bloeitijd van de rozen wordt er hard ge
werkt; het bedrijf gaat dan dag en nacht door, want de
oogst is zoo groot, dat dit niet in één dag kan worden
afgewerkt en de rozen moeten minstens 24 uur na het
plukken worden bewerkt, anders gaat er te veel van de
geur verloren. De rezenkweekers zijn veelal Tur
ken, die in Bulgarije worden toegelaten. Door de rozen-
kweekerij hebben zij een eenvoudig bestaan, mits de
arbeid door al de gezinsleden wordt verricht; betaalde
hulp kan er niet op overschieten. Frankrijk is de
grootste afnemer van rozenolie met 1570 K.G. per jaar;
daarna volgen Amerika met 228 K.G.; Duitschland met
205 K.G.; Engeland, Zwitserland en de overige landen
zijn maar kleine afnemers. Als nevenbedrijf leggen
de boeren zich tegenwoordig ook toe op het kweeken
van een bepaald soort malva, welke bij de vervaardi
ging van toiletzeep wordt gebruikt. Het voordeel van
deze plant is, dat zoowel de bloemen als de bladeren
kunnen gebruikt worden. Beide worden eerst fijn ge
hakt en dan op dezelfde manier behandeld als de roze
knoppen.
Kindervoeding.
Een plakkaat op de tentoonstelling „Die Ernahrung"
luidde, volgens Voeding en Hygiëne: Voeding m«*
melkmengsels. Met eenvoudige mengsels van mellt^
gort- of rijstwater en suiker kunnen gezonde kinderen
bij goede verzorging groeien. Een voor alle kinderen
geldend voedings-dieët bestaat niet. Ook de voeding van
een gezond kind behoort onder voortdurend toezicht
van den arts te worden geregeld. Met de vijfde maand
te beginnen moet men den zuigeling aan bijvoeding
wennen; hij heeft behoeft aan plantaardige stoffen,
zouten en vitaminen. De bijvoeding moet zooveel moge
lijk uit vaste stoffen bestaan; brood, biscuits, suiker,
rijst, haver, gerst, tarwemeel cn havervlokken. Het
laten zuigen op een dot is streng verboden!