Alumni Nltiis- AilUlit- LiÈllVlIll Op den Mont-Athos. Uitgevers: N.V. v.h. TRAPMAN Co., Schagen. Eerste Blad. Duistere Machten. De Verschoppeling. De Heilige Berg in Griekenland. Donderdag 20 Februari 1930. SGHAGE 73ste Jaargang No. 8616 COURANT. Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder dag en Zaterdag Bij inzending tot s morgens 8 uur, worden Adver- teritiën nog zooveel mogelijk in het eerstuitkomcnd nummer geplaatst POSTREKENING No. 23330. INT. TELEF. No. 20. Prijs per 3 maanden f 1.65. Losse nummers 6 cent ADVERTEN- TIöN van 1 tot 5 regels f 1.10, iedere regel meer 20 cent (bewijsno. inbegrepen) firootere letters worden naar plaatsruimte berekend. DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN. Slecht opschieten van de Vloot- conferentie te Londen. Een ver geeld krantfc.Nknipsel. De macht der wapenfabrikanten. Het gaat met de Vlootconferentie te Londen niet best. Er wordt zwaar vergaderd, veelvuldig geconfe reerd in onder-onsjes, van allerlei aard, doch op schieten ho maar! Dikwijls heeft het er allen schijn van, dat de kansen op vlootvermeerdering beter staan dan die op vlootvermindering en zelfs doorge winterde optimisten durven niet meer hopen, dat er een stap van betekenis gezet zal worden op dn weg naar minder bewapening Toch snakt het menschdom daarnaar en zal het als een enorme teleurstelling voelen, indien MacDonald's initiatief op niets of weinig meer dan niets zou uit- loopen, O, als er maar niets aan bewapening was te ver dienen! Ongelukkig genoeg levert zij echter enorme win sten op, - niet enkele millioenen, maar honderdtal len, die ontstolen worden aan het welzijn der volken, zoodat reeds in vredestijd het oorlogsmonster niet te lenigen ellende verwekt. Vlak na den oorlog werd dat beter gevoeld dan nu en durfde men het ook beter zeggen. Snuffelend in oude paperassen vonden we een ver geeld krantenknipsel van dezen inhoud: le. De wapenfabrikanten zijn er steeds op ui geweest hun eigen regeeringen en bevolkingen over te halen tot het voeren van een oorlogs politiek en het uitbreiden der bewapeningen. 2e. Deze firma's hebben voortdurend getracht de regeeringsambtenaren, zoowel in het binnen land, als in het buitenland om te koopen. 3e. De wapenfabrikanten hebben valsche be richten verspreid over de militaire en vlootbouw- programma's der verschillende landen, ten einde de oorlogsöegrootingen te doen stijgen. 4e. De wapenfabrikanten hebben getracht de openbare meening te beinvloeden door de con trole in handen te krijgen van de pers, zoowel binnenlands als buitenlands. 5e. De wapenfabrikanten hebben internationa le wedstrijden in bewapening georganiseerd, waardoor de wedijver nog verscherpt is, door het eene land tegen het andere uit te spelen. 6e. De wapenfabrikanten hebben internatio nale trusts gevormd, welke den prijs der wape nen, welke aan de regeeringen geleverd worden, voortdurend hebben verhoogd. Deze krasse beschuldigingen dateeren uit 1921 en zijn conclusies van een officieel rapport, uitgebracht aan de Algemeene Vergadering van den Volkenbond. Deze had in 1920 de zoogenaamde Tijdelijke Gemeng de Commissie benoemd, welker taak het was, plan nen te ontwerpen voor internationale ontwapening. Daar is niet veel van terecht gekomen, doch aan haar Rapport mag nu wel eens herinnerd worden, omdat de macht der wapenfabrikanten en hun aan hang er sinds 1921 niet minder op geworden is. FEriLLKTOH door E. M. J AM ESON. (Nadruk verboden). I Fenella neuriede een liedje, en liep haar kamer heen «n weer. Ze zou vanavond naar een bal gaan, haar zacht rose-zijden japon, die juist thuis gekomen was, lag uit gespreid op de divan, de kleine schoentjes met gespen stonden erbij, en een waaier en bloemen voor haar haar stonden op een klein tafeltje. Ze stond een oogenblik naar al het moois te kijken en wenschte dat het al tijd was om zich te gaan kleeden; ze streelde de zachte stof van de japon als een kind dat blij is met een nieuw stuk speelgoed. Ze leefde onder hoogen druk, Jn een aan eengeschakelde reeks van amusementen, en toch zag ze er steeds frlsch en bevallig uit. Ze ging zitten, nam een paar lange witte handschoe nen op en begon die aan te trekken. De kamer naast deze, was haar slaapkamer, door de half geopende deur kon men de toilettafel zien staan met den ovalen spie gel in zilveren lijst en alles glinsterde, kristallen toilet- benoodigdheden. Niet ieder meisje had twee zulke mooie kamers voor zich alleen, maar John Ransom ontzegde zijn eenig dochtertje niets. Ze was zijn afgod. Hij zelf gaf niet veel om luxe, vroegere jaren van zijn leven had hij In armoede doorgebracht: maar hij vond het heerlijk als hij zijn dochter die met geen meisje uit den heelen streek vergeleken kon worden zoo knap was zij en zulk een goede opvoeding had zij gehad - alles geven kon wat zij wenschte. Een handschoen had zij aan en deze droeg haar goedkeuring weg. Toen trok ze hem weer uit en legde hem bij de waaier. Toen ze de ander wilde aantrekken, hief ze haar hoofd op en luisterde. Er werd aan de deur geklopt Binnen! riep ze. Ze verwachtte haar vader. Ik wilde U juist mijn japon Zoo, ben je ook eens thuis, zei haar broer met norsche voldoening. Het is een zeldzaamheid ais ik je eens thuistref. Hij liep naar de haard en keek haar aan met een •omberen blik, waarin ze altijd wrok meende te lezen. Fenella lachte en ging door met haar tweed® hand schoen aan te passen. Behalve staatslieden en economen, zaten er ook of ficieren in die Tijdelijke Gemengde Commissie en zelfs drie vertegenwoordigers van de arbeidersbewe ging, waaronder onze landgenoot J. Oudegeest. Het volk was toen nog in tel, denk maar aan de besluiten van Washington, doch naar mate de herin nering aan den oorlog en de revoluties verflauwde, herleefde de moed der machthebbers en trokken zij cich minder aan van de wenschen cn eischen der lagere klassen. De buitenland-redacteur van Het Volk. de heer De Roode, herinnert er aan, dat bovenbedoelde arbeiders leden van de Tijdelijke Gemengde Commissie in Ja nuari 1924 een ontwerp indienden voor een interna tionale overeenkomst ter beperking van den handel in wapenen. Zij stelden voor te bepalen: „De Hooge Verdragsluitende Partijen verbinden zich, te verbieden, onder bedreiging met de strengste straffen, dat maatschappijen die een vergunning bezitten tot het drijven van handel in wapenen, direct of indirect subsidies verstrekken aan politieke partijen, vereenigingen met een po litiek doel, candidaten voor het Parlement of an dere met macht bekloede lichamen. Zij verbinden zich, hun elk optreden te ver bieden, waardoor zij in staat zouden zfjn invloed te oefenen op de publieke opinie. Het zelfde geldt ten aanzien van leden van den raad van beheer, directeuren en hooge ambtena ren van dergelijke maatschappijen, en van hen die meer dan 5 pCt. der aandeelen bezitten in on dernemingen die wapenen en munitie fabricee- ren. Geen van deze personen mag een politiek ambt bekleeden, hetzij in de wetgevende of in de uitvoerende lichamen, binnen ten minste vijf jaar nadat zijn betrekkingen tot die onderne mingen hebben opgehouden te bestaan Niemand die een politiek ambt bekleedt, hetzij in de wet gevende of n de uitvoerende lichamen, mag lid van den raad van beheer, directeur of ambtenaar van zulk een onderneming worden, of meer dan 5 procent van haar aandeelen bezitten gedurende vijf jaar na het eindigen van zijn politiek man daat." Een internationale overeenkomst ten aanzien van den wapenhandel is tot stand gekomen. De bepalin gen door de arbeidersgroep van de Gemengde Com missie voorgesteld, komen er echter niet in voor, Indien men zoekt naar de duistere machten, die het slagen van de vlootconferentie te Londen zoo ontzag lijk moeilijk maken, dan moet m^n beginnen met zijn aandacht te wijden aan de wapenfabrikanten en hun aanhang, gekocht of niet gekocht, wier beeld ten voeten uit geteekend is in het bovengeciteerde oor deel, dat een klinkende v e r o o rd e e 1 i n g is. DE REGEERING DER HEILIGE BERGEN. UIT HET VERLEDEN. -- DE MONNIKEN EN DE VOLKENBOND. DE ONTVANGST BIJ HET HEILIG COLLEGE. (Van onzen reizenden correspondent). KLOOSTER WATOPET (MONT-ATHOS), Januari 1930. In een statig gebouw, waarin ook de vergaderingen van het monniken-parlement worden gehouden, zetelt de regeering der kloosterrepubliek. Deze regeering be staat uit vier geestelijken, die telkens voor een jaar door het parlement uit zijn midden worden benoemd. Deze regeering en dit parlement heet In de wandeling „het heilige college" of ook wel „de heilige gemeen schap". In een minder grootsoh, dooh altijd nog aanzienlijk gebouw zetelt de Grieksche gouverneur-generaal, een man met innemende manieren, vroeger consul-generaal te Moskou, later te Jeruzalem. De gouverneur^generaal van Ajon Oros, den Heiligen Berg, is niet, zooals de gouverneurs-generaal der andere Grieksche provinciën, afhankelijk van het ministerie van blnne^landsche zaken. Ajon Oros, Mont-Athos, toch geniet een zekere autonomie onder de opperhoogheid van Griekenland. In de meeste aangelegenheden van zuiver binnenland- schen aard besluit de „Heilige Gemeenschap", al be merkt men bij de Grieksche regeering thans een zekere Wel. je hebt mij toch nooit noodig. Harry. Wat ben je vroeg! Hij zei niets, maar keek naar den grond, de schouders hoog opgetrokken, zijn handen diep in de zakken. Hij was breed gebouwd en leelijk, zijn oogen stonden diep onder zijn opgetrokken wenkbrauwen. Hij was maar een jaar jonger dan Fenella, maar er was weinig sympathie tusschen hen, hoewel Fenella al dikwijls geprobeerd had de kloof te overbruggen, die er tusschen hen bestond. Het leek haar zoo jammer, ze waren maar met hun tweeën. Daar hij bleef zwijgen, ging ze voort met haar hand schoen, onderwijl een wijsje neuriënd. Harry was altijd knorrig en ontoegankelijk. Plotseling liet hij zich op de divan vallen. O, mijn japon! riep Fenella uit. Wees toch als jeblieft voorzichtig. Harry. Sta op, hij verkreukelt heele- maal! Hij gehoorzaamde mopperend, ze trok de japon weg. nam deze mee naar de slaapkamer en sloot de deur, toen ze weer binnenkwam. Harry zat voor zich uit te sta ren, met saamgeknepen vuisten, toen liet hij plotseling zijn hoofd zinken met een onderdrukte snik. Fenella ging dichter bij hem zitten. Wat scheelt er aan? vroeg ze terwijl een kil gevoel van iets vreeselijk3 over haar kwam. Wat is er gebeurd? Zeg het me; ik zal je helpen als Ik eenigszins kan. Hij hief zijn hoofd op en keek haar aan, nieuwsgierig, 'onderzoekend en met angst in zijn blik. Wat is er? vroeg Fenella weer en nu was zij on willekeurig zachtjes gaan spreken. Hij nam een van de suede handschoenen op en begon die in stukken te trekken, onderwijl in zichzelf wanho pig naar woorden zoekend. Ze liet hem zijn gang gaan, maar zag vol huivering naar hem op. Zoo was hij nog nooit geweest Ze ging nog dichter naar hem toe. Je tobt ergens over. Laat mij je helpen. Als ik het kan. zal ik het doen. Met een heftige beweging keerde hij zich naar haar toe Meen je dat?... Als je wilt, kun je. Jij bent de eeni- ge die mij kunt redden. Fenella, help me, o, help me toch. Hij strekte de handen uit en greep de hare zoo stevig vast, dat ze een schreeuw gaf. Hij liet ze eensklaps los en sprong op. Woorden, alleen maar woorden, zei hij bitter. Je meent het niet Stel mij op de proef, zei ze, en haast je wat an ders komt vader binnen. Is het iets dat je hem niet kunt zeggen? Harry barstte uit in een harden lach. Het hooren daar van deed haar achteruit deinzen. neiging haar macht uit te breiden, die van het „Heilige College" te beperken, wat nogal eens aanleiding geeft tot wrijving. Jarenlang was er geen gouverneur-generaal op Mont-Athos. Er bevond zich een detachement gen darmerie onder bevel van een luitenant doch sedert enkele weken is er een gouverneur-generaal gekomen, die door de monniken niet met onverdeelde Instemming ls ontvangen. De eigenaardige positie, waarin zich het gebied der Heilige Bergen bevindt ls al van heel ouden datum. Wanneer zloh de eerste monniken vestigden, ls niet met zekerheid na te gaan. Het oudste klooster. Xeropotam, bestond reeds in de achtste eeuw. In de negende eeuw verbrandde het en werd herbouwd en enkele deelen uit dien tijd bestaan nog. In 1060 verklaarde de keizer van Byzantium het ge bied van Mont-Athos vrij en in deze verklaring werd o.a. gezegd: „de monniken zullen nooit belasting betalen en zij zullen vrij zijn tot aan het einde der wereld." Drie-en-twintig jaar voordat het keizerrijk door de herhaalde aanvallen der Turken en door Innerlijke ver wording ten onder ging, onderwierpen de monniken van Mont-Athos zich aan den Turkschen heerscher Moerad ET, die hun bezittingen en privilegiën waarborgde. Trouw hebben de Turken hun woord gehouden en zelfs hebben Mohamedaansche sultans de monniken financieel on dersteund, als het gold nieuwe kloosters te bouwen. Een volkomen vrijheid genoten de kloosters; er was zelfs geen Turksche gouverneur-generaal. De bloeitijd van Mont-Athos valt In de 15e eeuw. Toen bevonden er zich dertig kloosters, elk met meer dan duizend mon niken (thans leven er ln het geheel 4500 monniken en ongeveer 500 leeken). Doch in dien ouden tijd ontbraJï de eensgezindheid en menigmaal bevochten de kloosters elkander. In de twaalfde eeuw waren de eerste Slavi sche monniken op Mont-Athos verschenen, wat nogal eens aanleiding gaf tot geschillen, waarmede de staats- Als je me aangehoord hebt, dan zal Je wel net zoo zijn als de rest, ging hij voort, zijn lippen nat makend. maar als iemand het recht heeft om zich van mU af te wenden, dan heb jij dat. Hij keek om zich heen, toen naar haar ontdaan ge zicht en lachte honend. Niets is goed genoeg. Fenella. Vader ls gewoon gek op je. Hij is trotseh op je. omdat de menschen denken dat je mooi bent Ik ben leelijk, plomp, zooals hij is en niet altijd goed gehumeurd. Hij vindt dat Ik net zoo hard moet werken als hij jaren geleden deed. Hij houdt mtj krap, alleen om mfj aan te sporen. Hij bindt mij aan de City, terwijl ik er een afschuw van heb en hij wil me niet naar buiten laten gaan, waar ik het toch ook pro- beeren kan. Och, waarom zou lk je lastig vallen? Mis schien zal ik het hem ten slotte vertellen en dan zou hij er mij voor goed uitknikkeren. Ik was gek toen ik het deed. maar als hij mij anders behandeld had... Hij brak zijn zin af met een onderdrukten snik en liep naar het venster en keek uit. Fenella zat stil en volgde hem met de oogen. Al dien tijd was het jaloezie geweest, die vage wrok in zijn oogen. Had zij dit maar eerder begrepen. Ze stond op, ging naar hem toe en legde haar hand op zijn arm. Ik zal doen wat lk kan om je te helpen, Harry. Wat heb je gedaan? Valsche handteekening gezet! Hij zei het in een fluisterende toon met angst in zijn oogen. Ik teekende den naam van iemand anders op een cheque, het kan ieder oogenblik ontdekt worden morgen misschien en dan, Fenella, ze geven vreeselijke vonnissen voor zoo- Iets. he? Fenella strompelde op hem toe, hij stak zijn arm uit Wiens naam. dien van Vader? Hij schudde het hoofd. Van Ballantyne. Nee. neen! Ze uitte een scherpe kreet Zeg dat het niet Huhg Ballantyne ls! Hij knikte, stootte vlug zijn woorden uit Zijn chequeboek lag op tafel hij was uitgegaan zijn handteekening is zoo eenvoudig om na te maken zonder krullen; heel eenvoudig en gewoon „H-u-" zijn vingers gingen op en neer als om de letters na te ma ken. Niet doen! zei ze scherp, niet doen! Wat moeten we beginnen? Hij is hard, daarvan ben ik zeker. Hij is hard! De schande voor vader! Hij was altijd zoo trotseh. Het ls zijn schuld, zei de Jonge man met hartstoch telijke hardnekkigheid. Ik geef er niets om wat de menschen zeggen, het was zijn sohuld. Ik wou geld heb ben. Ik had wel ik had willen wedden, ze zeiden mij dat er geen gevaar by was. overheid zich als regel niet bemoeide. Piraten verscho nen nu en dan op het schiereiland om te trachten zich meester te maken van de aanzienlijke kloosterschatten, doch de kloosters waren zoodanig gebouwd, dat ze gemakkelijk te verdedigen waren en de monniken van dien tijd wisten uitstekend met de wapens om te gaan. In internationale verdragen zijn later de rechten van Mont-Athos nadrukkelijk vastgelegd. Het verdrag van Berlijn (1878) bepaalde o.a. (artikel 62): „De monniken van Mont-Athos zullen, wat ook hun land van oor sprong moge zijn. worden gehandhaafd in hun bezittin gen en vroegere privileges en zullen zonder eenige uit zondering een volkomen gelijkheid van rechten on voor rechten genieten". Het verdrag van Sèvres (1920) be vestigde dit in artikel 13: „Griekenland verbindt zich te erkennen en te handhaven de traditioneele rechten en de vrijheden, die de nlet-Grieksche kloostergemeen schappen op Mont-Athos volgens de bepalingen van het verdrag van Berlijn genieten. „Een ander artikel f 16) van het zelfde verdrag verklaart de voorschriften ten opzichte van de monniken op Mont-Athos tot „ver plichtingen van internationaal belang". Ze kunnen niet worden gewijzigd zonder goedvinden van de meerder heid van den Volkenbondraad. In het verdrag van Lau- sanne (1S23) werden de bepalingen ten opzichte van de nationale minderheden onder de monniken herhaald. Er zijn op Mont-Athos twintig „souvereine" kloosters, die naar het (telkens voor één jaar gekozen) monniken- parlement ieder één afgevaardigde zenden. Van de twintig kloosters zijn er zeventien Crieksch, één Ser visch. één Bulgaarsch en één Russisch. De Roemenen hebben geen eigen „souverein" klooster. Ze wonen in zoogenaamde „skyten", bij-kloosters, die afhankelijk zijn van een der souvereme kloosters. Het parlement der monniken bestaat dus uit zeventien Grieken en drie niet-Grleken. Dit parlement heeft (in overeenstemming met de thans van kracht zijnde Grieksche grondwet) besloten, dat alle monniken op Mont-Athos zijn Griek sche onderdanen. Het Russische en het Servische kloos ter willen zich aan deze bepaling echter niet onder werpen. Voor het Russische klooster, dat niet op den steun van eenige regeering kan rekenen, is de toestand natuurlijk het onaangenaamst Van Grieksche zijde wordt op het Russische klooster een zekere druk uitge oefend als monniken aan te nemen personen (Grieken) die door de Grieksche overheid worden aanbevolen. Het Russische klooster wil hierin echter niet toegeven en wenscht bij de aanneming van monniken vrije beschik king te behouden. Door de Grieksche overheid werd van eenige kloos ters geconfiskeerd bezit dat op Grieksch gebied bulten Mont-Athos is gelegen Aan de Grieksche kloosters wordt daarvoor een vergoeding gegeven; de Russen ontvangen voor hun geconfisqueerd land niets en ze hebben deze aangelegenheid voor den Volkenbond ge bracht De Grieksche regeering heeft thans het voor nemen aan den gouverneur-generaal het recht te ver lenen tot uitwijzing van monniken en alle kloosters te zamen hebben daartegen reeds krachtig geprotesteerd, als zijnde zulk een maatregel ln strijd met de in'er- natlonaal gewaarborgde rechten der monniken op Mont-Athos. Vele monniken, ook Grieksche, verklaren dan ook openlijk, dat ze onder de Turken meer vrijheid, genot'-n dan thans onder Grieksche opperhoogheid. De bestuursinrichting op Mont-Athos is dus tamelijk ingewikkeld en ik had met twee autoriteiten te maken: den Griekschen gouverneur-generaal en het Heilige College. De gouverneur-generaal, die me enkele malen ontving, gaf me dadelijk een vergunning tot verlenging van mijn verblijf op Mont-Athos voor zoovele weken als Ik verlangde. Bij het Heilige College was de zaak eenigszins moeilijker, niet door den onwil der monni ken. maar door het feit dat alle vier leden van het Maar Fenella lette niet meer op wat hij zei. Voor haar oogen reed Huhg Ballantyne's gezicht, met zijn harde lijnen en opeengeklemde lippen, het gezicht van een man die een vergissing niet gauw zou vergeten, zelfs niet van een jongen, die een Jaar of veertien jonger was dan hijzelf. Zij had hem den laatsten tijd zoo vaak ontmoet; op bals, op diners en den vorigon avond had zij nog Juist voorkomen dat hij haar zijn liefde verklaarde. Het wns niet zoo onplezierig te weten dat zij het geluk van een veelgezochten jongen man die zijn twee en dertig jaren zijn vrijheid had bewaard, in den palm van haar hand hield. Misschien plaatste hij de vrouwen op zoo'n voet stuk omdat htf ze zoo weinig kende, en Fenella, ofschoon zfl wel een beetje ontzag had voor zijn ernst en zijn strakheid, was toch niet geheel afkeerlg van zijn be wondering. Maar met hem te trouwen, duizend maal neen. Ze had zichzelf een jonge, knappe man met inne mende manleren voorgesteld, frisch en vroolljk. Harry was op Ballantyne's kantoor en had toegang tot zijn privé-kantoor. Ballentyne was vriendelijk op zijn speciale, koude manier, maar hy verwachte goed werk van zijn ondergeschikten. Fenella schrok. Harry keek haar aan alsof hU wan hopig zijn toevlucht bij haar zocht cn bij haar alleen. Ze wrong haar handen ln haar schoot. Wat kan ik doen? Laat mij aan vader vertellen. Misschien zal Mr. Ballantyne niet zoo hard zijn. Hij mag vader graag. Harry liet een minachtende lach hooren en stond op. Ballantyne is hard, maar vader is vijftigmaal har der. Als dat alles is wat je kunt doen, dan is de tijd die Ik bij je heb doorgebracht, verloren. Hij liet zich weer op de divan vallen en keek haar aan. Kijk eens. Fenella, Ballantyne is dol op je. Ik weet het. ontken het maar niet, iedereen die oogen heeft kan dat zien. Weet je nu wat ik bedoel? Als je belooft met hem te trouwen, zal hij zlln mond wel houden. Feneila sprong op uit haar stoel met gloeiend gezicht. Hoe durf je, riep ze uit, O, hoe durf je! Waarom moet mijn leven bedorven worden omdat jij... HU maakte een hopelooze beweging. Zie je wel! Maar als jy niet helpt, is er altijd nog wel iets anders dat helpt. Haar kleur trok geheel weg en ze werd doodeiyk bleek. Niets. Ze pakte zijn arm en schudde hem heen cn weer. ter nauwernood wetend wat ze deed. Wacht Harry. ik moet eens even denken. O. waarom vroeg je me niet eerder om hulp. Vader zou je misschien geld gegeven hebben. Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1930 | | pagina 1