De droogmaking der Zuiderzee
m
WÉ
m mm mm
VOOR ONZE SCHAKERS
VOOR ONZE DAMMERS
EVENTJES DENKEN.
Bezorgdheid in de
Eerste Kamer.
Vraagetek No. 502.
ma
Ml
WM
i •mïm
BI
0
11
0
lÉf
0
a
m
jjjjt
0
i
0
g
0
161
0
Vraagstuk No. 503.
1 B B B
al w
Vraagstuk No. 500.
Vraagstuk No. 501.
heeft, terwijl dezen avond er hel duidelijkste bewijs
van is. Deze bloei is ook voor een Kroot deel. toe
te schrijven aan den hospes, welke in ailes zijn volle
medewerking verleent. Ook doet het tooneel er iets
aan toe, waarop de jeugd meer naar voren koint en
het volste bewijs is, dat een Nut niet alleen is voor
oude menschen.
Dan memoreert spr. nog, dat er vroeger een te veel
aan geld was, doch dat er thans geb ek is. Om nu
deze financieele moeilijkheid op te heffen,, is er een
verloting georganiseerd. Dan uit sp.- zijn leedwe
zen, dat de bestuurstafel niet voltallig is De heer
Buis, welke zich zooveel van dezen avond had voor
gesteld, kon door een plotseling sterfgeval jammer
genoeg niet aanwezig zijn. Hierna worden door spr.
nog enkele oud-leden, als I.angedijk en v d. Mo
len, herdacht, waarna hij zijn openingsrede sluit.
De notulen der vorige vergadering, voorgelezen
door den secretaris, den heer C van lieten, worden
onder dankzegging goedgekeurd.
Hierna gaat het officieele gedeelte beginnen, en
kondigt voorzitter het optreden aan van mej. De
Graaf-Wit uit Alkmaar, welke voordraagt een ge
dicht op het tienjarig bestaan van het Nut, door
haar zelf gemaakt. Veel herinneringen van vroeger
werden hierbij ongetwijfeld weer levendig voor den
geest geroepen. Ze verwierf een hartelijk applaus.
Hierna wordt door een zestal personen als de da
mes M. v. d. Molen-Kuiper, J Velhman-Biugrnan,
M. Buis en de heeren C. v d Oord, II. Delver en
Jn. Buis, een tooneelstukje opgevoerd waarin zeer
duidelijk naar voren wordt gebracht hoe een vrouw,
haar man soms onder de duim heeft cn haar wil
als wet weet te maken. Het stukje oogstte veel
succes.
De heer Jb. Schoen zingt „Sonny Boy", terwijl la
ter nog door hom werd gezongen „De wereld der
Blinde'. Deze mooie liederen werden heel goed
voorgedragen.
Door de dames P. Boere, C. Morel. J. Prins en
Gr. Docter wordt voorgedragen „Als je onze heen
tjes maar ziet' wat nogal op de lachspieren werkte,
Ook met „De koffiekrans", gegeven dooi de dames
v. d. Molen, Vethman, Haven en Boere, klonken de
lachsalvo's nogal eens door de zaal.
Mej. P. Boere en de jongeheer P. Boere komen
voor het voetlicht met „Hem moet ik hebben wat
heel goed werd voorgedragen.
Mej. Vethman-Brugman en mej. A. v. d. Wal ko
men ten tooneele met „Een grappige geschiedenis",
Dit was inderdaad grappig.
Ook de oude heer Zwaag waagt zich nog aan de
planken en laat ons hooien „De Verliefue Recruut".
waarmede hij zich zeer goed van zijn taak kweet.
De dames De Boer-Kater en De Boer-Groet dragen
nog voor „De verliefde Slager Terwijl mej. M. v.
d. Molcn-Ivuiper de reeks van voordrachten en zang
sluit met een mooi nummertje zang met pianobege-
'eiding van den heer Kos.
Waar noodig, is ook door den grimeur, den heer
R. Rougaar, zeer goed werk geleverd.
Een zestal jongedames hebben intusschen alle lo
ten aan den man weten te brengen. De verloting kan
nu beginnen, waarhij de heer C. de Graaf als trek
ker fungeert.
Als de verloting is afgeloopen, voor den een na
tuurlijk wel gezellig als voot den ander, neemt voor
zitter opnieuw het woord en richt zich tot den pen
ningmeester, die nu toch ook 10 jaai zijn functie
op correcte wijze heeft uitgevoerd. Ilem worden
door spv. hiervoor woorden van dank gebracht en
als blijk van waardeering een kistje sigaren aange
boden. Verder brengt spr. dank aan allen die hun
medewerking hebben verleend. En dan tenslotte
gaat spr over tot bedanken voor zijn functie als
voorzitter, wegens vertrek uit Moorbeek en ge
meente.
De heer Zijp complimenteert bij afwezigheid van
den heer Buis, den scheidenden voorzitter. Zooals
ook hedenavond, aldus spr., de zaak wederom is ge
marcheerd, is wel een bewijs, dat de leiding in goe
de handen was. Ook heeft hij veel gedaan vooi
Moerbeeks welvaren. Spr. memoreert hierbij den
aanleg van gas en waterleiding. Waar het moet is hij
een man van krachtig woord, van ruime fantasie,
en zijn scherts en humor leiden dikwijls tot goede
harmonie. En altijd is hij de man die het eerst komt
en liet laatst gaat. Met den wcnch dat het den
scheidende en de zijnen ook in zijn toekomstige
woonplaats goed moge gaan en hun geen vaarwcj
maar een tot weerziens toci oepende, overhandigd
ie heer Zijp, als bewijs van sympathie, ook den
neer v. d. Wal een kistje sigaren.
Daarna volgt liet bal en de noodige verrassingen
en het is natuurlijk al heel laat als de avond ten
einde is.
Moeten de werken worden stopgezet of in
hun geheel worden uitgevoerd? Twoeër-
lei zienswijze by het afdeellngs-onderzock.
Aan het Voorloopig Verslag der Eerste Kamer over
de begrooting van het Zuiderzeefonds voor 1930 is het
volgende ontleend:
Het afdeelingsonderzoek van dit wetsontwerp' gaf
aanleiding tot uiteenzettingen, welke getuigden van
tweeërlei zienswijze ten aanzien van het vraagstuk der
drooglegging.
Eenerzijds waren er leden, die verklaarden prijs te
stellen op onverminderden voortgang met de voltooiing
van dit grootsche werk, anderzijds waren er, die den
gang van zaken met groote bezorgdheid gadesloegen.
Volkomen eenstemmigheid bestond intusschen niet
onder deze laatste groep.
Sommige leden, wijzend op de angstwekkende over
schrijding der oorspronkelijke ramingen durfden niet
het pleit te voeren voor algeheele stopzetting van het
werk, doch vroegen zich af, of bij het inwendig beheer
der Zuiderzeewerken wel voldoende efficiency wordt be
tracht In broeden kring toch is de klacht te beluisteren,
dat de drooglegging met te weinig omzichtigheid wordt
gefinancierd.
Andere leden waren van oordeel, dat men vóór alles
rekening moet houden met de kosten, welke door de
uitvoering van het werk on ons volk worden gelegd.
Het valt ln do eerste plaats niet te betwisten, dat de
financieele teleurstellingen buitengewoon groot zijn en
in de tweede plaats, dat er onzekerheid bestaat
omtrent de latere inkomsten; de
mogelijkheid is geenszins uitgesloten, dat het gewonnen
land veel minder zal opbrengen dan de veronderstelling
was.
Heeft het, gezien deze feiten, nut, de drooglegging
voort te zetten? Zoo vroegen deze leden. Zij achtten het
gewenscht, dat een commissie van deskundigen met een
onderzoek der zaak in haar tegenwoordig stadium zou
worden belast en die daarna advies zou uitbrengen over
de verdere uitgaven en de waarschijnlijke later inkom
sten.
Tegenover de nadoelen van tijdelijke stopzetting van de
uitvoering, wezen deze leden op het voordeel, dat er
aan verbonden kan zijn, wanneer men niet aanvangt
met de drooglegging der overige polders, alvorens metden
Wieringermeerpolder
de noodige ervaring
Is opgedaan.
De leden, die tot de eerste groep behoorden konden
uiteraard niet .instemmen met deze beschouwingen. Al
lereerst brachten zij de regeering hulde voor de zakelijke
wijze, waarop thans de voorlichting wordt gegeven.
Voorts wenschten zij erop te wijzen, dat men soms
beneden de raming is gebleven. Wat nu de overschrij
ding betreft, voor een werk van zoo geweldigen omvang
dat behcerscht wordt door zoo onzekere factoren als de
droogmaking der Zuiderzee, behoort een eenlgszins juis
te raming tot de onmogelijkheden.
Intusschen zal de Volksvertegenwoordiging straks
hebben te beslissen, of met de uitvoering der overige
werken, tot de droogmaking behoorende, zal worden
voortgegaan en zoo ja, in welke volgorde en ln welk
tempo dat zal geschieden.
De leden, hier aan het woord, achtten het ln hooge
mate gewenscht, dat de Regeering
de plannen voor de uitvoering der overige
werken,
met de daarop betrekking hebbende kostenberaming zoo
spoedig mogelijk indienen.
Wil de uitvoering der overige werken zoo economisch
mogelijk geschieden, dan zorge men er voor, dat bet
baggermatcrieel niet tot stilliggen wordt gedoemd.
Andere leden verklaarden zich bezwaarlijk te kunnen
indenken, dat de Staten-Generaal zouden weigeren, voor
de verdere uitvoering van dit grootsche werk, waarop
de aandacht der geheele wereld gevestigd is, de noodige
crcdieten te verleenen. Ze wezen op het groote belang
eener spoedige indiening der verdere plannen.
Een bctterment-tax?
Eenigo leden merkten op, dat een der gevolgen van
de drooglegging zal zijn,, dat eigenaren van aangrenzen
de gronden voordeel zullen hechten door betere water
voorziening in Noord Holland en Friesland, door minder
zorg voor de dijken, door de verbetering van de afwa
tering en minder kosten door hen daaraan te besteden,
hetgeen voordeelen zijn, aangebracht en verkregen zon
der eenig toedoen hunnerzijds.
Acht de Regeering den tijd niet gekomen om hier een
betterment-tax toe te passen? Deze leden, waarschuw
den tegen het laten voorbijgaan van het juiste oogenblik.
Andero leden zouden bezwaar hebben om in dit geval
zoodanigen taje op te leggen. In ieder geval zou rekening
moeten worden gehouden met de gewone stijging der
grond-waarde.
WELKE POLDER IS NU AAN
DE BEURT?
Zooals men weet, ligt het in de bedoeling, zoodra de
werkzaamheden zoover gevorderd zijn, dat men kan
overgaan tot de eigenlijke inpoldering van do verschil
lende polders, waarin de Zuiderzee verdeeld gedacht is.
te beginnen met den polder In het Zuid-Westen, Nu zijn
bij de drooglegging ten zeerste betrokken de belangen
van de kleine steden en dorpen speciaal aan de Oost
en Noordkust, waarvan de bevolking nog grootendpels
een bestaantje vindt in de vischvangst en de daarmede
verband houdende bedrijven.
Een der meest gedupeerde plaatsen is wel Vollenhove,
het typische Overijselsche stadje, dat ligt op een hooge,
ver in zee uitloopende zandrug, en waarvan de bevol
king door het ontbreken van een achterland en van in
dustrie geheel aangewezen en Ingesteld is op de vissche-
rij. Het gemeentebestuur hiervan heeft contact gezocht
en verkregen met de besturen van de andere gemeenten
langs de Oost- en Noordkust der Zuiderzee om geza
menlijk te adresseeren aan den minister van waterstaat,
teneinde gedaan te krijgen, dat bij de inpoldering ln de
eerste plaats begonnen wordt met den N.-O.-polder Dit
adres is ln verschillende raadsvergaderingen reeds aan
genomen, bij enkele nog in behandeling. De argumenten
door hen aangevoerd zijn tweeledig en betreffen een
decis de belangen der betrokken gemeenten, anderdeels
het landsbelang.
De belangen der gemeente.
De betrokken gemeenten, thans aangewezen op de
vlsscherij en andere inkomsten door de zee. Na de inpol
dering worden het zuiver landelijke gemeenten. Thans
reeds doen de afsluitingsworkzaamheden een zeer ster
ken invloed gelden op den vischstand en na voltooiing
van den afsluitdijk zal dit nog erger worden. Waar de
bestaansmiddelen zienderoogen verdwijnen en de econo
mische toestand van dag tot dag ernstiger wordt is werk
verruiming en de mogelijkheid zich gedeeltelijk aan te
passen aan nieuwe bestaansmogelijkheden een dringende
elsch.
Het landsbelang.
De Inpoldering van de N.-O.-polder zal het goedkoopst
zijn, omdat deze het dichtst gelegen Is bij de vindplaat
sen van kcileem, benoodigd voor den aanleg der dijken.
De gronden In dezen polder zullen volgens de commlssie-
Lovink bijzonder vruchtbaar zijn met een lager zoutge
halte en dus sneller in cultuur te brengen. De Wiërin-
germeer voorziet in de eerste behoeften aan cultuurgrond
In de provincie Noord-Holland, terwijl de Frlesche en
Groninger boeren zich eerder zullen vestigen in den
N.-O.-polder, ln in één der Zuidelijke. Inpoldering der
N.-O.-polder en afsluiting van het LJ-meer kan zeer goed
samengaan.
Dit adres zal aan den minister gezonden worden door
alle gemeenten direct betrokken bij dezen polder, dat zijn
de kust-gemeenten van Vollenhove tot Lemmer.
DE WIERINGERMEERPOLDER
ééN GEMEENTE?
Nu binnen afzienbaren tijd de Wieringermeerpolder
droog zal zijn dringt zich meer en meer de gewichtige
aangelegenheid naar voren met betrekking der regeling
van de definitieve gemeentelijke indeeling van den
nieuwen polder.
Zooals bekend ls ln 1928 het geheele watergebied reeds
voorloopig ondergebracht bij vier gemeen
ten, en wel grootendeels bij Mede m blik, voor
een niet onbelangrijk gedeelte bij W I e r I n g e n en
verder twee kleine gedeelten bij Winkel en B a r-
slngerhorn.
Reeds dadelijk daarop ls echter aan definitieve
indeeling aandacht gewijd door Ged. Staten van Noord-
Holland, op uitnoodiging van de regeering en door de
commissie—Vissering en den Zuiderzeeraad.
Naar thans do „Tel." verneemt, gaan alle adviezen ln
de richting van vorming van één nieuwe gemeente
voor het geheele droog te leggen gebied, een ge
meente dus van omstreeks 20.000 H.A.
Een moeilijkheid doet zich echter voor ten aanzien
van de vraag, hoe te geraken tot een bestuur voor deze
nieuwe gemeente, zoolang er nog weinig of geen men
schen wonen. Volgens onze Grondwet moet het bestuur
der gemeente worden gevoerd door een gemeenteraad,
te kiezen uit de Inwoners der gemeente en door die in
woners. Bij de behandeling van een der wetsontwerpen
betreffende andere gemeentelijke grensregelingen in ver
band met de Zuiderzeewerken Is het denkbeeld geop
perd een nieuw lichaam te vormen met verordenende
bevoegdheid overeenkomstig artikel 194 der Grondwet,
dat voorloopig het gemeentebestuur zal vervangen. Ook
deze oplossing wordt nog overwogen, omdat met
vorming van de nieuwe gemeente niet kan worden ge
wacht totdat reeds eenige bevolking ln de nieuw te
vormen gemeente woont. Te voren toch moeten reeds
tal van maatregelen van organisatorische strekking ton
aanzien van de inrichting van bestuur en administratie
der toekomstige gemeente worden genomen, die kwalijk
aan de vier gemeenten gezamenlijk, waaronder het ge
bied thans behoort, kunnen worden overgelaten.
Naar bovengenoemd blad tevens nog verneemt, mag
worden vertrouwd, dat spoedig in deze aangelegenheden
door de regeering voorstellen zullen worden gedaan aan
de Staten-Generaal, omdat regelingen van de wetgeven
de macht ln zaken van gemeentevorming noodig i3.
van W. P a u 1 y.
Zwart: 3.
WË
Wé.
k
k
mmÊ
'wm.
f
a b c d
Wit: 9.
De diagramstand behoort te zijn: Wit Kh3, La5, Tc4,
Tc5, Pc7, Pd5, en drie pionnen op c6, d2 en h5. Wit
speelt en geeft mat in drie zetten.
OPLOSSING PROBLEEM No. 498,
van S. L o y d.
De diagramstand in cijfers was: Wit Kei, Dd4, Pa6,
Pd6, Lg3 en een pion op e5. Zwart Kc6, Pc.8 en zes
pionnen op b5, b6, d7, e6, f7 en g6, voorts L op a2
Wit speelt achtereenvolgens 1. Dgl. 2. Lf2. 3. Lb6x met
mat op den vierden zet Zonder het thema te begrijpen
is de oplossing van dit probleem onmogelijk te vinden.
Het thema is: witte strategie met verdubbeling.
van D. Kleen, Winkel.
Zwart: 15.
m m m %p A
Wmb.
ÏÜW' 'fiéé:
^g|- np |p| np:
Wit: 14.
De diagramstand in cijfers was: Zwart 15 schijven
op 1, 2, 8, 10, 12—14, 18, 19, 22, 23, 29, 31, 35 en 36. Wit
14 schijven op 16, 21, 30, 32, 34, 38—40, 42, 44, 45, 46, 47
en 49. Wit speelt en wint
OPLOSSING PROBLEEM No. 499,
van B. P. A. K1 o o s, Den Haag.
De diagramstand «in cijfers was: Zwart 11 schijven
op 7. 8. 11. 13—15, 1&—20, 23 en 28. Wit 11 schijven op
21, 29, 30, 32, 34, 35, 37—40 en 44. Wit speelt hier achter
eenvolgens: 39—33, 21—17, 38—33, 30—24, 40—34, 35X24,
32X3 en 3X33 wint
UITSLAG SIMULTAAN SEANCE TE KOLHORN.
De heer Kleen heeft een mooi succes kunnen boeken
bij de verleden week door hem gehouden simultaan
seance te Kolhorn. Er waren 11 deelnemers. Hij won 9
partijen en speelde er twee remise, terwijl hij geen
enkele verloor. Doch dit is niet het grootste deel van zijn
succes. Meer voldoening moet het hem hebben gegeven,
dat naar aanleiding van zijn voorstelling de club besloot
voortaan weer Iedere week te gaan oefenen en wel
lederen Zondagmiddag. Het bestuur ls als volgt: J. Kui
per, voorzitter; S. Geel, secretaris en Jb. Otsen, pen
ningmeester. Hieruit blijkt weer de groote propagandis
tische waarde van een slmultaan-seance door een sterk
speler. Wij vertrouwen, dat velen in de buurt van Kol
horn wonende dammers zich bij de vereeniglng zullen
e?nslu!ten, waardoor ecu^ ^chtlge club kan ontstaan.
Door het slechte we vele liefhebbers niet op
gekomen, die anders zeker tegenwoordig hadden ge
weest en het succes nog zouden hebben verhoogd.
Zoowel den heer Kleen als de damvereenlglng onze
beste wenschen voor de toekomst. Onze rubriek staat
steeds ter hunner beschikking voor het vermelden van
clubnieuws, Inzendingen van de spelers, oplossers, enz.
„EEN KRUISWOORD-RAADSEL".
Horizontaal:
1. Plaats ln Duitschland,4. Kaart bij diverse spelen,
5. Badplaats in Duitschland.
Verticaal:
1. Jongensnaam, 2. Jongensnaam, 3. Jongensnaam.
Ondanks de weinige woordjes, die ingevuld moeten
worden, zal het slechts een klein aantal pi§:zlaarsters
en puzzlaars gelukken de oplossing te vinden, want het
is ,,'n lastig,ding".
„EEN SCHAAKBORD-PUZZLE".
De vraag is om een schaakbord, waarvan de velden
b2, d2, e5 en e6 elk met een zw&rte pion bezet zijn,
zóódanig in vier gelijke deelen te verdeelen, dat zij alle
vier aan elkaar gelijk zijn, dus zoowel wat grootte als
vorm betreft, en dat dan op ieder stuk één pion voor
komt.
Bij gebreke van een schaakbord kan men er een
maken van karton of papier; zooals men weet, telt
het bord 64 velden, verdeeld ln acht horizontale en
acht verticale rijen. Ieder veld heeft een nummer en
letter overeenkomende met het nummer en de letter
die er naast of onder zijn gelegen. Daartoe plaatst men
onder het bord de letters a, b, c, d, e, f, g, en h, begin
nende van links naar rechts, terwijl men aan de linker-
opstaande zijde van het bord achtereenvolgens naast
ieder veld een nummer plaatst en wel van onder naar
boven nummerende met 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7 en 8. De ver
deeling van het bord In vier stukken mag natuurlijk
alleen met rechte lijnen geschieden en zijn gebogen
lijnen dus niet geoorloofd.
OPLOSSINGEN DER PUZZLES
uit ons vorig nummer.
No. 190. „HET CENTEN-PROBLEEM".
Het onderstaande figuur brengt duidelijk In beeld hoe
de geldstukjes gelegd moeten worden om dertien ver
schillende vierkanten te kunnen tellen welks hoekpunten
steeds door centen gevormd worden. Als u ze niet a 1-
1 e n ziet schrijft U ons maar eens, dan zullen we het
geheim ophelderen.
X X
X X X X
XXX
X X
XXX
X X X X
X X
No. 497. „EEN VREEMD GEVAL".
Jan en Piet zijn geen tweelingen, maar... behooren
tot een drieling! De ouders hebben wel geen zoon
tjes meer dan Jan en Piet, maar zij hebben nog wél
een dochtertje van denzelfden leeftijd. Sommige oplos
sers meenden dat het halfbroertjes waren, doch dit is
niet juist, aangezien wij duidelijk schreven: van den
zelfden vader èn moeder. Ook goed is natuurlijk de op
lossing, dat zij nóg een broertje gehad hebben, dat in
middels overleden ls, maar dat even oud was, zoodat zij
dus eveneens van een drieling waren, hetgeen op het
zelfde neerkomt. De veronderstelling van een vierling
gaat ook nog op, doch men zal toegeven, dat men dan
reeds ln zeldzaamheden vervalt.