Sctiager Courant
Op den Mont-Athos.
TWEEDE KAMER.
Vijfde Blad.
Gemengd Nieuws.
De aanhoudende droogte.
Een dievenbende gepakt.
Het drankverbod in Amerika.
Da papegaaienziskte.
Nachtelijk drair.a in een circus.
Overmaat van temperament.
Zaterdag 15 Maart 1930.
73ste Jaargang. No. 8629
De Winkelsluitingswet wordt verder behandeld en
komt er allereerst een amendement van den heer
Drop (s.d.) om den gemeenteraad de bevoegdheid te
geven te bepalen dat alle of bepaalde groepen van
winkels op een werkdag na 1 uur gesloten moeten
zijn. Hij zegt, dat men bij het geven van een vrijen
ochtend, zooals thans geschiedt, rechtstreeks ingaat
tegen de bedoeling der wet.
Na eenig debat, waarbij blijkt, dat dit amende
ment geen steun krijgt, wordt het weer ingetrokken.
De heer Vos (lib.) licht een amendement toe, om
het mogelijk te maken bij gemeentelijke verordening
dat melk bezorgd kan worden op Zondag gedurende
de sluiting.
De heer v. d. Bergh (s.d.) verdedigt een "amende
ment om den „verkoop over het hekje" te voorkomen.
De Minister neemt het amendement-v. d. Bergh
over en laat de beslissing over dat van den heer
Vos over aan de Kamer.
Het amendement-Vos wordt verworpen met 68 te
gen 17 stemmen.
Artikelen 6 en 7 worden aangenomen.
Op art. 8 verdedigt de heer Van Rappard (V.B.) een
amendement, om behalve het venten van geringe eet
waren ook dat van drinkwaren op Zondag toe te
staan.
De heer k H. J. Vos verdedigt twee amendemen
ten: het eerste strekkende om het vénten ook des
Zondags tot 8 uur 's avonds toe te staan; het tweede
strekkende om, in verband met het eerste amende
ment, het tweede lid van art. 8 (betreffende het ven
ten op Zondag) te doen vervallen.
De heer Van Dis (S.G.P.) verdedigt een amende
ment om lid 2c te doen vervallen, waardoor het ven
ten op Zondag geheel verboden zou zijn.
De heer v. d. Bergh (S.D.) verdedigt vier amende
menten. Het eerste strekt tot het geven van vergun
ning aan de venters om op de dagen waarop de
winkels langer dan tot acht uur geopend mogen
zijn, ook langer te venten; het tweede strekt om te
voorkomen, dat na middernacht kan worden gevent,
hetgeen volgens het ontwerp mogelijk zou zijn; het
derde amendement strekt om op den Nieuwjaarsdag,
den tweeden Paaschdag, den Hemelvaartsdag, den
tweeden Pinksterdag en de beide Kerstdagen den
bestaanden toestand wat het venten met geringe eet
waren betreft, te handhaven; het vierde strekt tot
het verleenen van vergunning voor het venten op
Zondag met geringe koopwaren, waarmee spr. lucht
ballonnetjes, kindermolentje, enz. bedoelt.
liet artikel bepaalt zich tot geringe eetwaren.
De Voorzitter deelt mede, dat een sub-amende-
ment-Van Rappard is ingediend op het amendement-
Van Hellenberg, welk sub-amendement strekt om
naast geringe eetwaren ook drinkwaren op te nemen.
De heer v. Hellenberg Hubar (R.K.) licht twee
amendementen toe. liet eerste amendement beoogt
den gemeenteraden de bevoegdheid te geven te be
palen, dat het verbod van venten op Zondag of op
bepaalde Zondagen, gedurende bepaalde uren, ge
legen tusschen 5 uur des v.m. en 8 uur des n.rn., het
zij ip de geheele gemeente, hetzij in bepaalde gedeel
ten van de gemeente niet zal gelden ten aanzien van
geringe eetwaren en geringe koopwaren.
Het tweede amendement is een subsidiair amende
ment, dat vervalt als het eerste wordt aangenomen.
Het beoogt het venten op Zondag te beperken tot de
uren van 5 uur v.m. tot 8 uur n.m.
De heer v. Rappard licht zijn sub-amendement
op het amendement-v. Hellenberg Hubar toe, dat be
oogt, behalve geringe eetwaren en geringe koopwa
ren. ook drinkwaren toe te laten.
Over deze verschillende amendementen ontspint
zich ecnige discussie en ook de minister zet zijn
standpunt uiteen en verklaart de drie amendemen
ten van den heer Van den Bergh als welkome aan
vullingen over te nemen en wordt een gewijzigd ar
tikel 8 ingediend als volgt geredigeerd:
Artikel 8.
1. Het venten, het verkoopen en het te koop aan
bieden op of aan voor het openbaar verkeer open
staande land- en waterwegen is verboden: a. op Zon
dag; b. op de eerste vijf werkdagen, welke vallen in
de tijdvakken, genoemd in art. 4, tweede lid onder
c. vóór 5 uur des voormiddags en na 8 uur der na
middags; c. op Zaterdag en op de andere werkdagen,
welke vallen in de tijdvakken, genoemd in art. 4,
tweede lid, onder c. vóór 5 uur des voormiddags en
na 10 uur des namiddags.
2. De verbodsbepaling van het vorige lid zal op
Zondag, den Nieuws jaarsdag, den tweeden Paasch
dag, den Hemelvaartsdag, den tweeden Pinksterdag
en de beide Kerstdagen na 5 uur des voormiddags
niet gelden ten aanzien van geringe eetwaren.
Hierop volgen natuurlijk weer de noodige replie
ken, waarna de minister weer dupliceert, met als
slot dat de heer v. Hellenberg Hubar zijn amende
ment intrekt.
Het amendement-v. Dis (ventverbod op Zondag)
wordt verworpen met 60—13 stemmen.
Het amendement-v. Rappard (drinkwaren) wordt
verworpen met 4034 stemmen.
Het amendement-v. d. Bergh (geringe koopwaren)
wordt verworpen met 48—34 stemmen.
Het gewijzigde art. 8 wordt z. h. s. aangenomen.
Ook op art. 9 zijn verschillende amendementen in
gediend.
De heer Vos verdedigt een amendement om niet
alleen op grond van bijzondere omstandigheden,
maar ook om redenen van godsdienstigen aard afwij
king van de wet bij plaatselijke verordening toe tc
staan, waarmee spr. tegemoet wil komen aan de be
langen van hen, die hun rustdag hebben op den Sab-
bath of den zevenden dag.
De heer Visscher (a.r.) verdedigt vier amendemen
ten. Het eerste amendement strekt om afwijkinigen
door den gemeenteraad op grond van bijzondere om
standigheden niet toe te staan voor den Zondag.
Het tweede amendement bedoelt de bevoegdheid
der gemeenteraden om 21 dagen per jaar aan te wij
zen waarop van de bepalingen omtrent het sluitinge
mir kan worden afgeweken, tc beperken tot werk
dagen.
Het derde amendement strekt om van de in het
vorige amendement bedoelde 21 dagen ook de feest
dagen uit te sluiten.
Het vierde amendement strekt om van de vergun
ning tot verkoop op Zondag uit te sluiten de win
kels op een tentoonstelling, fancy-fair en van andere
soortgelijke inrichtingen van tijdelijk en aard en de
veilingen.
De heer v. Dis verdedigt een amendement om te
bepalen, dat de ontheffingen niet kunnen betreffen
het verbod van verkoop op Zondag.
Dc heer Zijlstra (a.r.) verdedigt een amendement
om aan art. 9 een nieuw lid toe te voegen, luidende
als volgt:
„Bij plaatselijke verordening kan de gemeenteraad,
in afwijking van de bepalingen dezer wet, verder
strekkende voorschriften met betrekking tot de slui
ting van winkels op Zondag vaststellen."
Zoowel de heer Mr. Oud als de minister bestrij
den verschillende amendementen en <le laatste be
toogt, dat de Regeering den moed niet zon hebben
gebad verschillende bepalingen in het ontwerp te
laten zooals ze zijn, indien de veiligheidsklep van
art. 8 er niet was. Nu zijn er eenige amendementen,
die een aanslag doen op «het karakter van art. 9.
Het amendement Zijlstra wordt zelfs onaanneme
lijk verklaard. Men kan deze materie niet gewoon
maar endosseeren aan den gemeenteraad en dan nog
wel zonder aan de Kroon het vernietigingsrecht toe
te kennen.
De lieer v. Dis trekt zijn amendement in.
De heer Vos trekt zijn amendement in.
Ook dc heer Visschor trekt zijn eerste amendement
in en ook de heer Zijlstra's amendement wordt in
getrokken.
De vergadering wordt verdaagd tot Vrijdag.
(Zie vervolg elders in dit. blad.)
Belgische steden krijgen gebrek aan water.
Ten gevolge van de aanhoudende droogte sneeuw
val is er dezen winter zeer weinig en regenval nier
veel meer geweest blijven de sedert don vorigen
zomer bestaande voorschriften inzake het bezuini
gen van drinkbaar water in de hoofdstad van Bel
gië en hare omgeving, nog immer van kracht. Thans
worden nieuwe ondergrondsche waterbronnen aan
geboord in het Terkamerenbosch, terwijl binnenkort
ook in het Zoniënwoud naar water zal worden ge
zocht. De directie van de watervoorziening verwacht
dat in dc tweede helft van dit jaar de toestand weer
normaal zal zijn en de beperkingsmaatregelen zul
len kunnen worden opgeheven.
In de industriestreek VerviersDisonF.nsival is
de toestand voor wat het waterverbruik betreft, nog
heel wat ernstiger. De in bet meer van de Gileppe
aanwezige hoeveelheid water wordt geraamd op
slechts 51/2 millioen kubieke meter, terwijl de gemid
delde capaciteit de vorige jaren 11 a 12 millioen ku
bieke meter bedroeg. Het bestuur der stad Verviers
heeft dan ook aan de industrieelo.n laten weten,
dat indien de droogte mocht aanhouden of geen ver
betering te verkrijgen is door het afleiden van som
mige kleine riviertjes naar de Gileppe, tot het rant
soeneeren van het ter beschikking van de fabrie
ken gestelde water zal worden overgegaan.
Een bejaarde vrouw aan het hoofd van
de bende.
Dezer dagen is de politic te Kam enz (distr. Hamml
er in geslaagd een 40 leden tellende bende inbrekers,
dieven en helers te arresteeren, die sedert jaren stel
selmatig het district Hamra afliepen en haar zetel
te Kamenz had.
Op grond van bekentenissen en bewijzen staat
thans reeds vast, dat de bende ongeveer 160 inbra
ken en diefstallen heeft gepleegd in hotels, winkels,
enz. Zij werkte in alle plaatsen van het district,
somtijds ook te Aken en omgeving. Aan het hoofd
stond oen 59-jarige vrouw, door wier optreden het
mogelijk is geweest, dat zich een tot in kleinigheden
georganiseerde inbrekersbende kon vormen. Zij
richtte verkoopplaatsen op voor de gestolen voorwer
pen. Voor de nachtelijke rooftochten voorzag zij de
daders van wapens, die zij na afloop weder onder
haar berusting nam. De bij de diefstallen betrokken
personen ontvingen van haar hun aandeel terston I
in contanten uitbetaald. Haar zoons, die allen bij
de bende werkzaam waren (één zoon heeft roed>
door ophanging in de gevangenis een eind aan zijn
leven gemaakt) bedreigden alle handlangers met
den dood, indien zij iets verrieden.
Aangedrongen op intrekking.
De National Republican Club te New York heeft
met 461 tegen 335 stemmen aangedrongen op „in
trekking van het drankverbod en herstel van den
Amerikaanschen regeoringsvorm". De resolutie was
aangenomen na een uiterst fel debat, en tegen den
dringenden raad van de leiders der „drogen". In de
resolutie wordt een beroep gedaan op de ropuhlikcin-
sohe leiders in Iluis en Congres, om het federale
drankverbod af te schaffen en het aan de afzonder
lijke staten over te laten hoe zij in hun gebied de
drankkwestie willen regelen.
Men verwacht dat door het drank vraagstuk een
scheuring zal ontstaan in de Republikeinsche Partij,
wijl algemeone ontevredenheid over het Drankver
bod zich nu eenmaal niet meer den kop laat indruk
ken.
Belangrijke beslissing gevraagd in hoog
ste instantie.
Reuter meldt uit Washington, d.d. Woensdag:
Een zaak van bet grootste belang voor milliopnen
Amerikanen is heden hij den Hoogen Raad der Ver.
Staten aanhangig gemaakt door het departement van
justitie, dat thans belast is met de naleving van he?
drankverbod. Aan bet hoogste rechtscollege wordt
gevraagd zijn beslissing te geven over de prinripiecle
vraag of de kooper van bedwelmende dranken schul
dig is aan samenspanning tot overtreding der wet
Tot dusver was alleen de vervaardiging, de ver
koop of het vervoer van drank als een strafbaar feit
beschouwd.
De zevende doode in Engeland.
Reuter seint uit Londen:
Dr. Spencer, de burgemeester van Ashton under Lyne,
is Donderdag aan papegaaien-ziekte bezweken. Zijn
vrouw en een apothekeres liggen beiden ernstig ziek,
maar zijn zoon gaat goed vooruit.
Spencer is de zevende patiënt die dit jaar aan de pa
pegaaienziekte gestorven is.
Een merkwaardigheid by deze ziekte.
Ongetwijfeld merkwaardig is het, dat een ziekte in
Europa uit een ander werelddeel wordt ingevoerd en
dat men niet van te voren gehoord heeft van ziektege
vallen in dat werelddeel zelf.
Thans wordt in de „Lancet" vermeld, dat in Argentinië
een epidemie van deze ziekte heeft geheerscht in Juli
en Augustus 1929 en wel In de stad Cordoba.
De ziekte werd eerst voor typhus of Influenza versle
ten, maar spoedig bemerkte men, dat in de meeste ge
zinnen, waar de ziekte voorkwam, ook zieke papegaaien
EEN ARM KLOOSTER. OUDE MONNIKEN. EEN
WEELDERIG AVONDMAAL.
(Van onzen reizenden correspondent).
Klooster Iviron (Mont-Athos), Februari.
Twee dagen bleven we in het klooster Pantokratos. De
hootdkerk bevat er nog eenige fresco's die niet werden
overgeschilderd, werk dat zoowel door teekening als
kleur bijzonder is, en in de bibliotheek, hoog gelegen in
den ouden versterkten toren, bevinden zich kostbare
handschriften, meest evangeliën, met buitengewoon on
fraaie miniaturen, waarbij van goud een overdadig ge
bruik is gemaakt Na onzen tweeden nacht in het kloos
ter Pantokrator wilden we verder. Vanuit ons venster
hadden we in de nabijheid een ander klooster gezien,
Stovronikita, en zoo dicht bij scheen het, dat we het
aanbod ons lastdieren te bezorgen, afwezen. Wc wilden
te voet gaan. AI3 we den weg hadden gekend, dien we
moesten volgen, zouden we wel een ander besluit heb
ben genomen. De weg was weder een bergpad met
groote ongelijke stecnen en op menig plaats schreden
we over een steenbodem, die prachtig marmer bleek te
bevatten. Bloemen bloeiden reeds overal en diepblauw,
als midden in den zomer, was de zee. Nu en dan voerde
het smalle pad langs afgronden, die de wandeling eenigs
zins ongemoedelijk maakten. Ergens in de hoogte schit
terden gouden koepeldaken van een Russisch bijkloos
ter, dc vorige eeuw gebouwd met honderdduizenden roe
bels van vrome Russen.
Het klooster Stavronlkita is het armste klooster van
het^schiereiland. Nog slechts vijf en twintig monniken
leven er in de eenigszins vervallen gebouwen. En de
meeste dier monniken zijn oud, zeer oud. Weder door
een groote poort komt men het klooster binnen en dan
staat men op een binnenplaats, die door de hoofdkerk
bijna geheel in beslag wordt genomen en omgeven is
door hooge gebouwen. Hier komen slechts zeldzaam be
zoekers want er is geen belangrijke bibliotheek, er zijn
geen bijzondere kunstwerken of reliquien. maar voor mij
was dit arme klooster een der indrukwekkendste juist
door de armoede en door de atmosfeer van rust, van
godsvrucht. Vriendelijk werden we er ontvangen en ge
leid naar een vertrek op een der hoogste verdiepingen,
vanwaar we het uitzicht hadden op de blauwe zee. Na
tuurlijk werden ons weder confituren, oezo (brandewijn)
en Turksche koffie aangeboden. De overste van het
klooster kwam ons begroeten, en intusschen was men in
de keuken aan den arbeid om ons een maaltijd te berei
den, een maaltijd van salade met ansjovis, daarna witte
boonen, zwart brood en weder een uitstekenden wijn.
„Ja," klaagde de monnik, die ons bij don maaltijd be
diende, „ons klooster sterft uit en het ls toch zoo
schoon." Hij zeide dit bijna fluisterend en er waren zoo
wel bewondering als droefheid in zijn stem. Het was de
droefheid, die door het geheele gebouwencomplex scheen
te waren.
Wij vroegen de hoofdkerk te mogen zien en toen we
daar binnen traden in het schemerachtige licht begon
er juist een dienst. Een dozijn monniken waren er, allen
zeer oud, gebogen door de jaren, met lange witte baar
den en grijze haren onder het hooge, zwarte hoofddek
sel. Enkele kaarsen brandden en enkele olielampjes, ge
vuld met olijfolie. De zwakke lichtjes wierpen vage re
flexen in goud- en koperversieringen van heiligenschil-
der(jen, doch boven in den hoogen koepel drongen ook
eenige zonnestralen door en speelden liefkozend over do
oude fresco's. De mysterie geur van wierook, die opsteeg
uit een wierookvat, dat een oude monnik zwaaide, ver
vulde de ruimte met ernstige, sombere gedachten, doch
het zonnelicht, dat boven in den koepeldom, de oude
heiligen streelde, was do overmoedige lente, die buiten
reeds haar kleurige bloemenvaandels deed wapperen.
Een monnik zong, een ander antwoordde, en het waren
zeer oude stemmen die weder het schuchtere en onzekere
van kinderstemmen hadden gekregen.
Na den dienst kwamen enkele oude monniken met ons
praten en ze vroegen hoe lang we hun gast zouden
blijven en toen we zeiden, dat we binnen een uur verder
zouden trekken naar het klooster Iviron om daar nog
vóór den avond aan te komen, waren ze teleurgesteld
en de oudste zeide: „U moest hier eenige dagen blijven.
Het is hier zoo goed en zoo stil en zoo rustig" en terwijl
hij dit zeide, gingen zijn moede oogen als liefkozend over
de grauwe gebouwen, die zijn wereld vormen.
Om verschillende redenen wilden mijn reismakker en
ik over twee dagen te Carriès zijn en daarom vertrok
ken we. Het arme klooster Stavronikita had geen last
dieren te onzer beschikking. Het bezit er slechts twee
en daarmede was een der monniken onderweg. Het
klooster Iviron was evenwel niet verder dan goed an
derhalf uur en de weg was vrijwel geheel vlak, vertelden
ons de monniken. Het begrip „vlak" schijnt ook al een
betrekkelijk begrip te zijn. Inderdaad stegen we niet
meer dan honderd meter, doch herhaaldelijk moesten
we stijgen, herhaaldelijk dalen, zoodat we het in de zon
weder warm kregen. Verdwalen konden we echter niet
daar we slechts het pad zoo dicht mogelijk bij de zee
hadden te houden. Het klooster Iviron ligt namelijk
ook aan de kust
Gedurende onzen marsch passeerden we nog een
nederzetting van Roemeensche monniken, een neder
zetting met een tusschen het groen verscholen kerkje.
Het klooster Iviron is een der grootste en welvarendste
van het schiereiland en vormt een sterke tegenstelling
met het oude, half vervallen klooster Stavronlkita. Als
•en stad bijna, zoo groot, ligt het klooster Iviron aan de
zee, omgeven door dicht begroeide bergen. Er klapperde
een watermolen, er heerschte levendigheid en drukte,
ook al door vele leeken-arbeiders. Onder de machtige,
breede, diepe poort drijft een monnik een handel in
prentbriefkaarten, sigaretten en versnaperingen, maar
toch ook hier is het aantal monniken in de laatste twin
tig jaar van tweehonderd en vijftig verminderd tot
honderd-vijf-en-twintig.
De monnik, belast met de ontvangst van gasten, werd
door den portier van onze komst verwittigd en spoedig
kwam hij ons begroeten en geleidde hij ons naar een
groote. goed gemeubelde kamer met eenige bedden, waar
dadelijk een leek-huisknecht vuur in den grooten. stee-
nen kacheloven kwam aanleggen, want de avonden en
nachten zijn hier nog koud. Na een half uur kwam de
monnik-mnïtre d*hötel ons afhalen en hij geleidde ons
naar een groote ontvangzaal, waar het kloosterbestuur,
allen op één na bejaarde monniken, ons ter begroeting
wachtte. De jongste van het kloosterbestuur. die zoo-
iets als secretaris scheen te zijn. sprak keurig Fransch
en hij was het ook, die zich gedurende ons verblijf te
Iviron het meest met ons bezig hield.
De ontvangst ging geheel naar den vorm en was zeer
plechtstatig. Als versnapering ontbraken natuurlijk de
confituren, de „oezo" (brandewijn) en de Turksche
koffie niet
Het avondmaal genoten we in een apart, keurig eet-
zaaltje, waar een monnik, een Roemeen, ons bediende
op een wijze, die een kelner van een eerste-klas-restau-
rant nauwelijks zou hebben verbeterd. De maaltijd was
zeer rijkelijk met els een der gerechten langoust, een
soort zeekreeft Telkens schonk de bedienende monnik
onze glazen voi met een geurigen wijn en later werd in
onze behagelijk verwarmde kamer koffie geserveerd.
Maar reeds zeer vroeg viel weder de diepe, door niets
verstoorde kloosterstilte, die mijn metgezel spoedig naar
bed joeg. wat mij gelegenheid gaf nog enkele uren rus
tig te werken.
J. K. BREDERODE.
BuHrich-Zou t
Sinds 100jaar onovertroffen hij moeilijke spijsver
tering, maagpijnen enz 250 gr. tl. 0,1X1 rabletlen 11.
0,25 en fl. 1,20 Slechts eehl in blauwe verpakking
met het portret van den uitvinder. More-Iers
gnuis en franco van den hoofdvertegenwoordiger
n dsBraln.Arasftrtlam Orst.LtnnacusparkweelS
aanwezig waren. Er schijnen wel 100 gevallen met 12
dooden te zijn waargenomen. Toen de vogeihandelr.pra
impopulair werden in Cordoba, vertrokken zij naar Tu-
cumen, waar ook een epidemie uitbrak; verder worden
nog ziektegevallen vermeld in Alta Gracia, 31 K M. v n
Cordoba en in enkele andere plaatsen langs <a n r-
weg, waar de vogelhandelaren zich ophielden. Tensioi '.e
was er ook een kleine epidemie in Buenos Aires. Het ia
wel Jammer, dat deze berichten nu pas komen: anre-a
had men bijtijds den invoer van papegaaien kunnen v< r-
bieden en was Europa vrïjgeblevcn van do ziekte.
Volgens de Argentijnsche medici zou do ziekte bii do
papegaaien alleen optreden, als deze onder ongunst.i
omstandigheden verkeeren; vooral koude en te ve-i die
ren bij elkaar schijnen de ziekte in de hand te werken.
De dieren werden uit een tropisch bofch nart- een hoo.
vlakte gebracht In den winter, dus uit de vochti-ro
warmte plotseling naar de droge koude. Maar wij w. n
natuurlijk in het minst niet of de ziekte ook al in do
tropische wouden van Argentinië zelf voorkomt: onwaar
schijnlijk is dit niet; bij andere diersoorten kennen wij
ook wel degelijk epidemisch optredende ziekten, zonder
dat wij behoeven aan te nemen, dat de ziekte veroorzaakt
werd door ongunstige uitwendige omstandigheden.
Verbitterd gevecht tusschen een boer en een
leeuw. De vrouw van den circus-directeur
hy een poging om de vochtende dieren te
schelden, zwaar gewond.
Wolff meldde Donderdag uit Berlijn:
In den afgeloopen nacht heeft, naar het „Tempo'*
meldt, in Bebra in den menagerie-wagen van het circus
Hassel, ongeveer twee uur na de voorstelling, een ver
bitterde strijd plaats gehad tusschen een bruinen Sike-
rlschen beer en een Berber leeuw, die woedend op elkaar
losbeten. De echtgenoote van den circusdirecteur wis
geheel alleen in het circus, daar al het overige personeel
in het naburige plaatsje Sontra bezig was de tenten np
te slaan. De moedige vrouw begaf zich in de kooi en
trachtte de dieren door slagen met ccn karwats van el
kaar te scheiden. Met een geweldigen spreng stortte de
leeuw zich echter op de vrouw, die over haar geheele
lichaam deerlijk gewond werd. Op haar hulpgeschrei--.::w
kwamen gendarmes en boeren met ijzeren stangen en
mestvorken te hulp en slaagden er in den wild om zich
heen bijtenden leeuw met slagen in bedwar.g te houden,
tot het gelukt was de bcwustelooze vrouw in veiligheid
te brengen. In hopeioozen toestand werd zij naar het
ziekenhuis gebracht. De beer was intusschen aan zijn
verwondingen bezweken, terwijl de leeuw werd neerge
schoten.
GROOTE BRAND TE MANILLA.
600 Woningen vernield en 5000 menachen dakloos.
Een ernstige brand te Manilla, de hoofdstad der Phiiip-
pijnen, heeft Donderdagnacht 600 woningen verwoest cn
5000 menschen dakloos gemaakt Zoover bekend is slechts
een man in de vlammen omgekomen, doch er zijn ver
scheidene met ernstige brandwonden naar de ziekenhui
zen vervoerd.
CALCUTTA'S BURGEMEESTER GEVANGEN GEZET.
HU weigerde, een borgtocht te storten.
Reuter meldde Donderdag uit Calcutta:
De burgemeester van Calcutta, Scn Gupta, heeft ge
weigerd, een borgtocht te storten en is derhalve gevan
gen genomen. Op een gisteravond gehouden vergadering
deed hij een beroep op vrijwilligers om zich bij het leger
voor de burgerlijke ongehoorzaamheid aan te sluiten,
opdat het bureaucratisch geweld den strijd niet zal
winnen.
Een hardhandige Engelsche tooneelspeelster
Een der schouwburgbezoekers pardoes een
slag ln het gezicht gegeven.
Een goed tooneelspeelster lijdt meestal aan overmaat
van temperament Dit temperament speelt haar wel eens
parten. Dit heeft Maandagavond een bezoeker van het
Palace Theatre te Bath tot zijn verdriet ondervonden
bij de vertooning van de revue „High Toppers" In de
zaal heerschte tijdens de voorstelling rumoer. De ster
ln het stuk, miss Jean Colllns, werd daardoor zoozeer
gehinderd en werd zoo zenuwachtig, dat zij tenslotte van
het toonecl naar de stalles liep en daar een man pardoes
een slag in het gezicht gaf. Jean Collins ging daarop
naar het tooneel terug om haar partij voort te zetten,
doch ze werd daarin voortdurend gestoord door inter
rupties en gefluit. De tooneelspeelster werkte haar partij
af, terwijl haar de tranen over de wangen rolden. Aan
het einde der voorstelling verklaarde Jack Mayo, de
man, met wien de actrice samenspeelde, dat het gezel
schap in het geheele land had gespeeld, doch dat het
zooiets nog nooit bad meegemaakt.
De man, die den slag in het gezicht ontving, een be
kende figuur te Bath, is hoogstverontwaardigd over wat
hem is gebeurd, vooral omdat hij geen schuld had aan
het gedrag, dat de verontwaardiging van de tooneelspeel
ster gaande maakte. Hij verwacht een schriftelijke ver
ontschuldiging van haar, anders zou hij een gerechte
lijke actie instellen.
DEENSCH MILITAIR VLIEGTUIG NEERGESTORT.
Beide inzittenden omgekomen.
Donderdagmorgen is een militair vliegtuig, dat ln een
dichten mist op weg was naar de manoeuvres te Ha-
derslev, boven de Groote Belt omlaag gestort. Het vlieg
tuig werd bestuurd door twee luitenants. Sleepbooten
hebben dien avond het wrak met het lijk van één dor
vliegers aan wal gebracht. Het tweede slachoffer is nog
niet gevonden.
EEN JUWEELENDIEFSTAL TE LONDEN.
Ter waarde van 120000 gulden.
Uit het huis van juffrouw Wilaon Filmer, een doch
ter van Lord Queensborough. welk huis gelegen is aan
de Hill street te Londen, zijn in den nacht van Woens
dag op Donderdag haar Juweelen, ter waarde van tien
duizend pond sterling, gestolen.
ZWARE STORM OP DE SFAAXSCHE KUST.
Uit Vlgo wordt gemeld, d.d. Donderdag:
Op de kust van Galicia woedt een zware storm, waar
bij verscheidene schepen in nood verkeeren.