Tweede Kamer.
Wijziging exploitatie-contract van den
spoorweg Wieringen—Schagen.
Voor den aanleg van dezen spoorweg heeft de Pro
vincie in 1905 toegestaan een renteloos voorschot van ten
hoogste f 81.833, terwijl zij in het aandeelen-kapitaal
deelnam voor f 81.500, o.m. onder voorwaarde dat d9
H.IJ.S.M. zou optreden als exploitante.
Het exploitatie-contract, dat in October 1910 werd ge
sloten, bevat de bepaling, dat dit contract van rechts
wege komt te vervallen, al3 de H.LJ.S.M. ophoudt de lijn
Schagen-Wognum te cxploiteeren. Daar dit sinds 1 Fe
bruari j.1. het geval is, moet een nieuw contract worden
opgemaakt en reeds eind November 1929 hebben de Ned.
Spoorwegen zich hierover gewend tot het Bestuur van
de Spoor-(tram)-weg-Maatschappij WieringenSchagen.
Zij deelden toen mede, dat zij in beginsel bereid zijn
een nieuw exploitatie-contract te sluiten, doch slechts
onder voorwaarde, dat
le. de finantieele verhouding geheel wordt gewijzigd;
2e. een regeling wordt getroffen ten aanzien van het
baanvak LutjewallerwegSchagen, dat deel uitmaaKt
van den tramweg naar Wognum, en
3e. dat het nieuwe contract door beide partijen steeds
met een jaar kan worden opgezegd.
Wat punt 1 betreft, cischen de Ned. Spoorwegen, dat
zij jaarlijks uit de opbrengst van den tramweg hun ex
ploitatie-kosten zullen ontvangen, welke zij willen fixee-
ren op f 95.000. Bovendien zal voor het gebruik van de
baan tot den Lutjewallerweg per jaar f 4000 moeten
worden betaald. Hiertegenover verplichten zij zich om
jaarlijks aan 't Bestuur der Tramwegmaatschappij niet
f 1250, doch f 2500 te betalen als vergoeding voor admi
nistratie en andere kosten.
Onderhandelingen braohten hierin geen wijziging. Al
leen deden de Ned. Spoorwegen de toezegging, dat zij
hun aandeel in de opbrengst van den tramweg evenre
dig zullen verminderen, indien de exploitatie blijft be
neden het gefixeerde bedrag van f 95000. In het con
tract wenschen zij dat echter niet vast te leggen!
Het Bestuur van de Trammaatschappij heeft daarna
aan Gedeputeerde Staten verzooht een dergelijk nieuw
contract te willen goedkeuren en deze zijn daartoe be
reid, indien de Staten geen bezwaar hebben, hen daar
toe te machtigen. Wel beteekent dit nieuwe contract
een geldelijk nadeel voor de Provincie, daar van divi
dend en terugbetaling van het voorschot zeker niet lan
ger sprake zal kunnen zijn. Toch meenen Gedeputeerden
dat zij daarom hun medewerking niet moeten weigeren,
omdat zulk een weigering zou beteekenen het staken
der exploitatie. H.i. moet dat voorkomen worden met
het oog op het groote belang, hetwelk de doorsneden
streek bij de tramverbinding heeft, in het bizonder voor
den tuinbouw, welke er zich sterk ontwikkelt.
Gedeputeerde Staten deelen nog mede, dat van het
renteloos voorschot sinds 1919 tot en met 1928 is terug
betaald f 9038.64% en dat het over genoemde jaren uit
gekeerde dividend varieerde van 2.4 tot 4 Alleen in
1926 werd geen dividend uitbetaald.
Behalve goekeuring van het nieuwe contract heeft
het Trambestuur ook aan Gedeputeerde Staten ge
vraagd, "dat van het renteloos voorschot voor de lijn
SchagenWognum ad f 150.000 met het oog op het in
gebruik blijven van het baanvak tot den Lutewallerweg,
een zoodanig gedeelte renteloos zou mogen worden be
houden, dat de jaarlijksche vergoeding voor dat ge
bruik tot een minimum wordt teruggebracht. Dit ver
zoek is gedaan op grond van de toezegging der Sporen,
dat zij de geëischte vergoeding van f 4000 willen ver
minderen met 4% van wat hun van het renteloos
voorschot van f 150.000 ten behoeve van bedoeld baan
vak zal worden gelaten. 1)
Hiervan willen Gedeputeerde Staten niets weten. Het
zou neerkomen op een verhooging van het renteloos
voorschot ten bate van de lijn Schagen—Wieringen, wat
dus zou beteekenen een nieuwe subsidie. Hiervoor ziet
het College geen reden, nu de Provincie voor het be
houd van den Tramweg reeds een niet onbelangrijk offer
zal brengen, indien de Staten overeenkomstig hun voor
stel het nieuwe contract goedkeuren.
1), Als we goed zijn ingelicht hebben de Nederland-
sche Spoorwegen dit voorschot van f 150.000 reeds te
ruggestort in de Provinciale kas.
Het door minister Ruijs ingediende wetsontwerp tot
wijziging der Gemeentewet, is gister in de Tweede
Kamer behandeld, Een algemeene wijziging is het
niet geworden en de minister bepaalde zich hoofd
zakelijk tot de samenwerking der gemeenten en de
grenswijziging. Ook enkele technische herzieningen
waren nog v<orgcstcld, w.o. ook dc vraag of de cate
gorieën personen die voor don gemeenteraad niet ver
kiesbaar zijn; worden uitgebreid.
De algemeene beschouwingen over dit wetsontwerp
waren maar heel kort. De ecnige redevoering werd
afgestoken door den heer Dr. Vos (lib.), die als
voordcelen van de huidige Gemeentewet noemt de
autonomie, de verantwoordelijkheid en de controle
op uitvoerende organen. De ontwikkeling van vele ge
meenten is dan ook te danken aan do inhoud der
huidige Gemeentewet.
Daarom acht spr. het juist, dat in deze wijziging
do grondslagen der oude wet zijn behouden. De ver
antwoordelijkheid voor samenwerking tusschen ge
meenten dient te blijven bij burgemeester en wet
houders.
Spr. juicht hot toe, dat de minister terugnam de
bepaling, die den burgemeester interpellabel maak
te in politiezaken, doch betreurt, dat de bepaling
werd teruggenomen, die dc vrouw benoembaar ver
klaarde tot burgemeester en secretaris.
De regeering schijnt gebukt tc zijn voor zekere po
litieke elementen. Ook meent spr., dat het initiatief
tot. samenwerking van gemeenten moet blijven bij
Gedeputeerde Staten.
Spr. meent dat het goed is dat de Raad geen in
vloed kan uitoefenen op de benoeming van burge
meester.
Spr. wil de bestuurders van vakvereenigingen niet
uit den raad zien geweerd, maar alleen de bezoldig
de hestuurders. Wat de geestelijken betreft, ontveinst
spr. zich niet de moeilijkheden, aan de toelating ver
honden. Spr. vindt echter geen rechtsgronden om
zich tegen de toelating te verzetten. Wat de onder
wijzers betreft, dient te gelden: gelijk recht voor
openbare en bijzondere onderwijzers. Spr. betreurt
echter de toelating van onderwijzers in het belang
van het kind.
De heer Van den Bergh (S.D.) zegt het een en an-
dor over het karakter van de wet. Had het gebleven
bij de samenwerking en grenswijziging van gemeen
ten. 'dan zouden geen amendementen zijn ingediend.
Want deze punten zijn voortreffelijk geregeld. Thans
SMAKELITK.
(Buen Humor.)
Hii is niet al te best. Maakte u hem
wel het papsel klaar?
Tawel. dokter, maar hii at er slechts
de helft van op.
echter is daaraan een technische herziening gekop
peld, waarvan men zich afvraagt, waarom het eene
punt daarin wel is geregeld, het andere niet. Spr.
kan dan ook in dit ontwerp geen lijn ontdekken.
De Minister gaat in zijn antwoord eerst de geschie
denis van het wetsontwerp na en zegt dat hij het
goed meende te zien, dat hij dit wetsontwerp zóó
inrichtte dat menschelijkcrwijze gesproken een wij
ziging van de Gemeentewet in het „Staatsblad" zou
kunnen verschijnen.
Blijkt spr. nu, dat hij zich in zijn keuze heeft ver
gist, dan zal spr. gaarne amendementen uit de Ka
mer aanvaarden. De zaken, door dr. Vos besproken,
kunnen evengoed bij de artikelen worden behan
deld.
De artikelen komen nu aan de orde.
Bij art. II zegt de heer Van den Bergh, dat wordt
voorgesteld dat voortaan alleen in gemeenten van
niet meer dan vijfduizend zielen het burgemeester
schap vereenigbaar zou zijn met het ambt van secre
taris, terwijl, indien in die gemeenten het zielental
de vijfduizend overschrijdt, de goedkeuring van de
Kroon zal noodig zijn. Nu is er echter nog een leem
te, nl. indien thans een gemeente reeds meer dan vijf
duizend zielen telt. In dat geval moet ook de combina
tie mogelijk zijn met goedkeuring van de Kroon.
De Minister zal de opmerking overwegen bij de
overgangsbepalingen.
Bij de verdere artikelen stelt de heer Boon voor
de krijgslieden in werkelijken dienst niet uit te slui
ten van het raadslidmaatschap.
De heer Van den Bergh licht een amendement toe
om de uitsluiting van vrijgestelden uit het ontwerp
te schrappen. De uitsluiting behoort gebaseerd ie
zijn op de directe relatie met de gemeente om de
behartiging van eigen belangen te voorkomen. Gaat
men verder, dan pleegt men onrecht.
De heer De Wilde (A. R.) licht een amendement toe
om de onderwijzers bij het leger en middelbaar on
derwijs uit te sluiten. Spr. wil de bestaande rege-
linig der Gemeentewet zien hersteld.
De heer Vliegen merkt op, dat de positie van de
onderwijzers volgens het ontwerp onduidelijk is. De
openbare onderwijzers kunnen niet lid van den raad
zijn, de bijzondere wel. Dit gaat niet.
De heer Ketelaar (V.D.) zegt, dat de minister blijk
baar eiken onderwijzer, ook den openbare, wil toe
laten. Maar dit is niet le rijmen met art. 23 f.
De heer Lingbeek (St. G. P.) dient een amendement
in om de geestelijken en bedienaren van een gods
dienst van het raadslidmaatschap uit te sluiten.
Nadat verschillende Kamerleden over deze punten
het woord hadden gevoerd, is daarna de minister
aan het woord.
De minister meent dat niet alleen het kiezerscorps
moet uitmaken wie raadslid mogen worden. De groo
te vraag moet blijven: hoe wordt het algemeen be
lang het best gediend. Tegen het raadslidmaatschap
van een krijgsman in werkelijken dienst zijn drie ar
gumenten: lo. men houde de politiek buiten het le
ger; 2e. het is ongewenscht dat in rang en graad ver
schillende personen als college in een college zitting
hebben; 3e. de verplaatsbaarheid en de oproepbaar-
hedd van den militair.
De minister acht het verder verkeerd, dat de echt-
genoote van een uitgeslotene raadslid is.
Wat de uitsluiting van de vrijgestelden betreft, is
de minister niet overstag gegaan op aandrang van
enkele Kamerleden. De Staatscommissie zegt dat als
bepaalde personen of groepen uitgesloten zijn, men
moet voorkomen, dat zij zich op andere wijze toch
in den Raad weten te vestigen. Het beslissende ele
ment is. dat deze personen eenmaal tot Raadslid ge
kozen, niet absoluut vrij zijn. Zij loopen gevaar hun
positie in hun organisatie niet te behouden als zij
hun functie niet naar den wensch van die organisa
tie waarnemen. Het gaat hier om de organisaties van
het gemeentepersoneel, juist om de bijzondere ver
houding, waarin dat personeel tot de gemeente staat.
Het is volkomen begrijpelijk, dat bij de totstandko
ming van de Gemeentewet deze uitsluiting over het
hoofd is gezien. Maar nu zijn de bakens in die mate
verzet dat niet georganiseerd personeel uitzondering
is. De voornaamste functie van de bezoldigde bestuur
ders van dit personeel is de krachtige bevordering
van de belangen van het personeel. Zij zijn in de ge
meenteraden rechter in eigen zaak, juist datgene wat
de wet onder alle omstandigheden heeft willen voor
komen. Dit voorstel is dus een logische en noodzake
lijke consequentie van de gewijzigde omstandighe
den. Het wel en wee van deze personen is afhankelijk
van hetgeen zij voor dit personeel verrichten. Zij wor
den daarom in art. 23 met ambtenaren gelijk gesteld.
Deze personc-n kunnen niet met onbevangen blik het
algemeen belang construeeren. Van spr. is dus niet
te venvachten dat hij dit voorstel terugneemt.
Wat het raadslidmaatschap der onderwijzers be
treft, denke men er aan, dat de openbare onderwij
zers bij schrapping van art. 23 i. toch uitgesloten
bleven, orudat zij ambtenaren in dienst der gemeen
te waren.
In 1851 kon er aanleiding zijn voor deze incompa
libiliteit, doch in dezen tijd bestond er voor spr. geen
reden haar te handhaven. Intusschen hebben de
argumenten van de voorstanders van het amende
ment argumenten aangevoerd, die op spr. wel indruk
hebben gemaakt. Tegen het amendement zal spr.
zich niet verzetten. Eindelijk het amendement-Ling
beek. Spr. acht het logisch als sluitstuk van de Ge
meentewet dc opheffing van dc incompatibiliteit der
geestelijken te bevorderen. In 1848 voerde men voor
die incompatibiliteit aan, dat do geestelijken vreemd
waren aan de staatkundige zaken dezer aarde. Dat
is in 1930 anders geworden! (Vroolijkheid.) Aan de
vrees dat geestelijke geschillen in den Raad hun
intrede zouden doen bij opheffing der incompatibiliteit
kan spr. geen beteekenis toekennen. Waarom zou
den de Gmeeenteraden vruchtbaarder bodem opleve
ren voor de theologische disputen dan de Staten-
Generaal cn de Provinciale Staten? Aan de kiezers
late men over te heslissen of zij geestelijken willen
afvaardigen. Spr. is dus niet voor het amendement
Lingbeek.
Stemmingen.
Het amendement-Boon (om de krijgslieden in wer
kelijken dienst niet uit te sluiten) wordt verworpen
met 57 tegen 20 stemmen.
Het amendement-De Wilde (om de uitsluiting van
onderwijzers te herstellen) wordt aangenomen z.h.s.
Het amendement-Lingbeek (om de uitsluiting der
geestelijken iS herstellen) wordt verworpen met 56
tegen 22 stemmen.
liet amendement-Van den Bergh (niet-uitsluiting
van echtgenooten van uitgoslotenen) wordt verwor
pen met 46 tegen 32 stemmen.
Het amendement-Vliegen (niet-uitsluiting van vrij
gestelden) wordt aangenomen met 48 tegen 30 stem-
Marktberichten.
SCHAGEN. 8 Mei.
3 stuks paarden f 150—300. 96 gelde koelen (magere)
f 180—370, 63 idem (vette) f 25b—450. 80 kalfkoeien f 270
440. 32 pinken f 120—200, 192 nuchtere kalveren f 16-28.
120 Overhouders f 3042, 223 lammeren f 1623, 3
bokken en geiten f 1222, varkens, magere f 3342,
45 idem vette per Kg. f 0.64—0.68, 240 biggen f 22—
34, 23 konijnen f 0.60—2, 16 kippen f 1—2, haantjes
f 0.10—0.50, 58 K.G. boter f 1.50—1.60.
EIERVEILING, SCHAGEN 8 Mei.
Aanvoer: 221 partijen 153596 stuks kipeleren. 30 par
tijen 9843 stuks eendeieren, 21 stuks kalkoeneieren. De
prijë liep van: kipeirene f 44.40, eendeieren f 4.304.40,
kalkoeneieren f 8.10.
De veiling duurt voort
BROEK OP LANGENDIJK. 7 Mei.
Roode kool f 0.80—3.50, gele kool f 2.50—4.10. witte
kool f 0.40—1. uien f 2.10—2.30, tomaten A en C f 63
B f 66 per 100 Kg.
Aanvoer: 10000 Kg. roode kool» 14000 Kg. gele kool,
50000 Kg. witte kool, 1500 Kg. uien, 40 Kg. tomaten.
NOORDSCHARWOUDE. 7 Mei.
BI. aardappelen f 1.80, bravo's f 1.20, uien f 1.7C 2.40.
drielingen f 0.40, grove f 2.40, peen f 1.10, roode kool
f 0.60—1.90, gele kool f 2.204, Deensche witte kool
f 0.60—1.20 per 100 Kg.
Aanvoer: 400 Kg. aardappelen. 700 Kg. uien, 500 Kg.
peen, 44000 Kg. roode kool, 4400 Kg. gele kool, 120200
Kg. Deensohe witte kool.
WARMENHUIZEN, 7 Mei.
Roode kool le kw. f 0.201, 2e kw. f 0.200 50, gele
kool le kw. f 1.60—2.40, witte kool le kw. f 0.20—0.70
per 100 Kg.
Aanvoer: 12000 Kg. roode kool, 1500 Kg. gele kool,
15400 Kg. witte kool.
AMSTERDAM, 7 Mei.
Ter veemarkt waren aangevoerd: 296 vette kalveren,
le kw. 95105 ct., 2e kw. 84—94 ct.. 3e kw. 70—84 ct,
per Kg. levend gewicht, 105 nuchtere kalveren f 106,
520 varkens, vleeschvarkens 90110 Kg. 8485 ct., zwa
re varkens 8283 ct., vette varkens 8082 ct. per Kg.
slachtgewicht.
AMSTERDAM. 7 Mei.
Zeeuwsche bonten f 2.403.50, ld. blauwen f 2.75—3 39.
id. bravo's f 1.601.80, id. eigenheimers f 1.101.20, !d
blauwe poters f 0.600.80, id. bonte poters f 0.600.20.
id. Bevelanders f 1.101.20, IJpolder bravo's f 1,601.80,
id. roodstar f 1.251.50, id. Bevelanders f 1.101.20, An
dijker blauwen f 2.102.35, id. bonten f 2.102.25, Anna
Paulowna zand f 1.10125, id. roodstar f 1.251.50, Hil-
legommer zand f 1.10—1.25. alles per H.L. Winter Malta
f 78, zomer ld. f 16.5017, per 100 Kg. Friesche rood
bonten f 1.201.50 per H.L.
PURMEREND, 7 Mei. Voorjaarspaardenmarkt.
Aanvoer 164 stuks, (v. j. 123 stuks), werkpaarden f 150
—300, slacht ld. t 150—220, hitten f 100—160.
Handel stug.
ALKMAAR. 7 Mei.
Aardappelen f 33, uien f 2.70, per 100 Kg., aardbeien
18 cent per doos, andijvie f 2.50, bloemkool I f 1525,
II f 6—12, kropsla f 1.504.80, komkommers f 1319,
per 100 stuks, asperges f 2341, prei f 1.504.10, rabar
ber f 37. raapstelen f 0.901.20, radijs f 12.90, sel
derie f 0.801.20, wortelen f 617 per 100 bos, postelein
f 0.150.19. spinazie f 0.100.42 per bakje. D. spercie-
boonen 50, witlof I f 411.20 per 100 pond.
TEGEN EEN HUIS GEREDEN.
Met een schedelbreuk opgenomen.
Verschillende berichten.
Na de arrestatie van Gandhi.
Toen J. J., 18 jaren oud. met een snelheid van circa
70 K.M. met zijn-enotor over de Dricvogelstraat te Spek-
holzerheide-Kerkrade reed, raakte hij het stuur kwijt en
botste tegen een huis. Bewusteloos werd J. in een wo
ning gedragen, waar een spoedig ontboden geneesheer
een zwarè schedelbreuk constateerde. J. werd naar h.~t
St. Joseph-ziekenhuis te Kerkrade gebracht. Zijn toe
stand ls hoogst bedenkelijk.
ERFGENAMEN GEZOCHT.
Vijfduizend dollar beschikbaar.
Onlangs is te Eureka In den Staat Californië over
leden Lodewljk Boerekool, Alias Louis Boerkool. Hot
bruto-saldo zijner nalatenschap bedraagt ongeveer 5000
dollar. Personen, die meenen. volgens Nederlandsch
recht tot de nalatenschap van den overledene te zijn
geroepen, kunnen zich, onder overlegging van een akte
van erfrecht, waaruit hun familieverhouding tot den
overledene blijkt, terzake tot het ministerie van Buitcn-
landsche Zaken te 's-Gravenhage wenden.
Ofschoon alle gevaar nog niet geweken ls, is
een groote uitbarsting uitgebleven.
Sedert Gandhi. de nationalistische leider in Britsch-
Indië, gearresteerd werd, zijn nu al verscheidene dagen
verloopen, en ofschoon nog steeds niet alle gevaar ge
weken is, is een groote uitbarsting van verontwaardi
ging, die men aanvankelijk verwachtte, toch achterwege
gebleven.
Gisteren heeft ln het Engelsche Lagerhuis de minis
ter van Indië verklaard, dat met uitzondering van be
paalde gedeelten van Bombay en een enkel district in de
noordwestelijke grensprovincie, geen ongeregeldheden
worden gemeld van het platteland, terwijl de Mohame-
daansche bevolking zich van de beweging van civiele
ongehoorzaamheid verwijderd houdt.
Een rede van Patel.
Reuter meldt uit Bombay:
In een rede voor honderdduizend personen verklaarde
Patel, de afgetreden voorzitter van de Wetgevende Ver
gadering, dat de sociale boycot van ambtenaren een
zeer doeltreffend wapen was, evenals het nlet-betalen
van grondbelasting. Hij zeide verder, dat men de re
geering op alle fronten moest bekampen. Dezen keer
moest men zijn vrijheid verwerven.
Aan een N.T.A.-bericht ontleenen wij nog dat Patel
zijn toehoorders aanspoorde, voorloopig een passieve
houding aan te nemen en vervolgens het program uit
te voeren, dat Maandag a.s. door het comité van heU
nationaal congres zal worden vastgesteld. Hij verklaar
de later, dat hij den boycot van Britsche waren en van
alle buitenlandsche stoffen ln het bizonder voor be
langrijker hield dan de rest van het congresprogram.
De onlusten van Chittagong.
In een ontmoeting met de*polltie gisterochtend op den
rechteroever van de Kamafoelirivier tegenover Chitta
gong werden vier opstandelingen gedood en twee ge
vangen genomen. Eén politieagent en vier dorpelingen
werden gewond, één dorpeling gedood. De ontmoeting
was een naspel van de onlusten van 18 April.
To Delhi meer dan honderd gewonden.
Uit Delhi:
Honderd acht personen, waaronder achttien politie
agenten, moesten zich in het ziekenhuis laten verbinden
Vier personen overleden aan hun wonden. De toestand
is thans normaal.
„SNIJ ZE DEN HALS MAAR AF."
Krankzinnige aansporing.
Men meldt aan „de Morgen" uit Tilburg:
Dinsdagavond omstreeks 7 uur waren op het speel
terrein tusschen de Heemskerkstraat en de De Ruyter-
straat kinderen, w.o. het ll-jarig dochtertje van R. aan
het spelen. Er passeerde de 26-jarige W. v. G.. wonen
de De Ruyterstraat. die den 6-jarigen F. H. uit die
straat een mes overhandigde met de aansporing: „Snij
ze den hals maar af", op de 11-jarige R. wijzende.
De 6-jarige jongen bracht daarop het meisje een snede
van 7 a 8 c.M. toe in de halsstreek. Gelukkig werden
geen edele deelen geraakt, zoodat deze krankzinnige
aansporing niet nog ernstiger gevolgen heeft.
Paard op hol geslagen.
Een wielrijder gedood, de voerman go-
wond. Het overleden slachtoffer nog
steeds niet herkent.
Nabij de papierfabriek te Meerssen bij Maastricht
oisehte gisterenmiddag een aanrijding twee slacht
offers.
De 33-jarige landbouwer N. F. .T. reed staande op
zijn met paard bespannen wagen huiswaarts.
Toen uit een zijweg op dat moment een auto kwam,
schrok het paard en sloeg op hol.
Voor den voerman uit reed een fietser, die door
een voorbijganger nog werd gewaarschuwd voor het
hem achterop komend hollend paard.
De man sloeg daar geen acht op. zoodat hij door
een der hoornen van den wagen in den rug werd
geraakt. De wagen kantelde, de wielrijder geraakte
onder den wagen, waar hij ecnige minuten later dood
onder vandaan werd gehaald.
De voerman brak bij den val beide armen en een
been.
Omtrent de identiteit, van dno wielrijder is nog
niets bekend. Op hem bevonden zich papieren, dio
aanduidden dat hij inspecteur was van den Raad
van Arbeid en van B. heette. Deze naam is echter ie
Maastricht niet bekend.
De voerman werd per auto naar Calvariënberg te
Maastricht overgebracht.
De Officier van Justitie was in den loop van den
middag ter plaatse van het ongeval.
De Wieringermeerpolder.
Do directie thans officieel benoemd.
Bii beschikking van den minister van waterstaat is
voorloopig Ingesteld een dienst voor het in cultuur bren
gen van de in den Wieringermeerpolder droog vallendo
gronden, aan het hoofd van welken dienst zal staan
een directie, bestaande uit drie leden, waarvan één voor
zitter. Als «oorlooplge directie is benoemd, ir. S. Sme
ding, rijkslandbouwconsulent te Schagen; ir. F P. Mesu,
rijkslandbouwconsulent te Zwolle, en Ir. Alph. Roebrock,
rentmeester der doeminen te Klundert, van wie voor
het jaar 1930 als voorzitter is aangewezen, ir. S. Sme
ding.
gemeente schagen.
Getrouwd: Jacobus Gouwenberg en Maria Elisabeth
Potthoff.
POLITIE.
Is aan komen vliegen: een postduif, 6872 rechts NB
vZ 29, gummiring 261, f 42 links.
LANGENDIJK
OUDKARSPEL.
Door den burgemeester werd als Voorzitter van het
centraal stembureau, tot opvolger van het vertrokken
raadslid P. Groen, benoemd de heer J. Brammer Sr., die
evenwel voor de benoeming bedankt. Daarna werd de
heer P. Rijpe benoemd verklaard, die zooals ons met
stelligheid werd verzekerd, de benoeming zal aanvaarden
Een nieuw vlootprogram.
Aanbouw van nieuwe oorlogsschepen.
Versterking van onze zeemacht in Neder
land, Oost- en West-Indië. Een tienja
renplan.
Gister in de Tweede Kamer de supplctoire begroo-
ting van Defensie verschenen, waarbij de eerste gel
den worden aangevraagd voor nieuwen aanbouw van
schepen, in verband met een plan voor dc komende
tién jaar.
Aan de Memorie van Toelichting is het volgende
ontleend:
Zooals men zich herinnert, heeft de minister van
Defensie ten vorigen jare den post voor een eersten
termijn voor twee onderzeebootcn-mijnleggers terug
genomen en daarbij zijn voornemen te kennen gege
ven om, zoodra het overleg met zijn ambtgenoot van
Koloniën over den nieuwen aanbouw ten behoeve van
de verdediging van Ned. Üost-Indië was geëindigd,
het van dc bogrooting afgevoerde bedrag van f250.000
opnieuw aan te vragen als eersten termijn voor den
bouw van die vaartuigen, welke na gehouden overleg
noodig geacht werden. Het overleg met den minister
van Koloniën is thans geëindigd en als resultaat er
van is nu een suppletoirc begrooting van Defensie
ingediend, waarbij f250.000 wojrdt aangevraagd als
eerste termijn voor een kruiser bestemd voor «le
scheepsmacht in Ned. Oost-Indië.
De regeering acht het gewenscht bij deze aanvraag
haar standpunt ten opzichte van dit gedeelte der
vloot, dat niet uitsluitend tot de locale verdedigings
middelen behoort, in het kort uiteen te zetten en daar
bij de geheclc vloot zoowel het gedeelte in Ned. Oost-
Indië als dat in Nederland, in beschouwing tc ne
men.
De kosten.
Voor de eerstvolgende tien jaren is een schema
\tn aanbouw ontworpen, dot een overzicht geeft
hoe de bedragen voor aanbouw over de volgende tien
jaren zouden kunnen worden besteed en hoe het »p
die wijze mogelijk geacht wordt om, blijvend bin
nen een bedrag van aanbouw, dat lager is dan dat
hetwelk in de laatste acht jaren werd toegestaan, de
inrichting der zeemacht zoodanig te doen zijn, dat
zij kan beantwoorden aan de taak, die de regeering
meent haar te moeten opdragen.
In het aanbouwplan worden als kosten vermeld
voor: kruiser Indië. groot ongeveer 5250 ton. 12% mil-
lioen gulden, torpedobootjager 4,2 millioen. K-boot 3.3
milliopn, onderzecbootmijnenlegger. 4 millioen, flottil-
jeleider Nederland 7,5 millioen, onderzeeboot 2,3 mil
lioen, flottiljevaartuig voor West-Indië 2,5 millioen.