D i e
1 e t z t e
Stunde
VOOR ONZE DAMMERS EVENTJES DENKEN.
VOOR ONZE SCHAKERS
Vl l
FRITS GROSS
x.
De Europeesche Statenbond.
Vraagstuk No. 550.
ÏS
Él
fit
9
ft
■cj
SS
ft
f.
it
M
ft
M
SI
SS
Hff
fÜ
fÜ
ft
n
SU
SI
SI
JSS
fÜ
z
Hf
iS
8
SI;
SU
êSS
in
sa
Hl
Vraagstuk No. 551.
41
33J
4ÊL
11
k
Hl
A.
ik
m
jjf
88
II
k
jfjj
IS
ip
O'
■I
k
11
PpP
tn
wt
H
Vraagstuk No. 548.
Vraagstuk No. 549.
WETENSWAARDIGHEDEN.
Bijvoegsel der Schager Courant van Zaterdag 31 Mei 1930. No. 8671.
Uit het Duitsch vertaald
door
DAAN P 0 0 L.
Emile Zola, de Fransche romanschrijver, werd gebo
ren in 1840 te Parijs en stierf aldaar in 1902. Hij was
de voornaamste vertegenwoordiger van het modern
Fransche naturalisme, de voorlooper van het realisme.
De 20 deelige romancyclus „De familie Rougon" is een
monumentaal, onvergankelijk werk. „De drie Steden",
evenals „Germinal" en „Thérèse Raquin" behooren tot
zijn meest bekende werken. In „Germinal" beschrijft
Zola op symbolische wijze de geschiedenis der mijn
werkers, die in de duisternis hunner onwetendheid le
ven, totdat zij tenslotte als waardelooze producten ter
zijde worden geschoven en hun ellendig leven in nóg
ellendiger sterven eindigen. Alle werken van Zola zijn,
vooral door hunne socialistischen tendenz, door de R.K.
Kerk op de Index, geplaatst. Zola heeft door zijn krach
tig ingrijpen in 1898 de herziening van het beruchte
Dreijfus-proces tot stand weten te brengen, daarin bij
gestaan door zijn vriend, den wereldberoemden advocaat
Labori. Deze beide groote mannen lieten de Fransche
regeering vallen door hunne onthullingen.
Het laatste uur van Zola wordt prachtig door Fritz
Gross beschreven. Het steeds heviger kloppende hart
van Zola, tengevolge van de gasverstikking, die een einde
aan zijn leven maakte, wordt door Fritz Gross als mid
del gebruikt om Zola het steeds heviger kloppen van
de mijnwerkers te doen hooren. Hoe schitterend is b.v.
de zin, waarin het kleed, de baard en de bril afvalt, ge
vonden. Zola, ontdaan van zijn aardsche beletselen als
voorganger der ontwakende arbeiders!
D. P.
Zola.
HIJ schreef. De groote, rijk doch smakeloos
ingerichte kamer, was geheel donker.
Slechts do eene gaslamp op zijn schrijftafel
brandde. Daar zat hij en schreef den geheelen
nacht. Het cene vel na het andere bedekte hij met
zijn kleine, snelle, fijne schrift. Als hij zich over
het papier hoog, viel de lorgnet steeds van den
neus. Met een rukje zette hij haar weer op. En
dit spelletje, waar hij aan gewoon was, herhaal
de zich elke tien sekonden. Een klok tikte. Vrouw
en kinderen sliepen al lang. Hij werd moe. Hij
wilde wat uitrusten. Draaide het licht uit, legde
zich op den' ongemakkei ijken divan. Vijf minuut
jes, fluislerde'hij in zich zelf als een soort veront
schuldiging. Hij sliep in. Hé! Hij sprong op, streek
een lucifer aan, draaide de gaskraan open. Hij
wilde echter eerst weten, hoe laat het was. Ging
met den brandenden lucifer naar de klok. Pas
twee uur. Dan kon hij nog een half uurtje rusten,
hij ging weer naar de kanapè, Hij sliep weer in.
Gas stroomde uit de lamp. Hij droomde. Hij was
diep in de mijn, in de schacht van Germinal. Een
windvlaag blies hem in het gezicht. Hij liep heel
ver. Hoe lang dat wist hij niet. Het is maar een
droom, dacht hij, maar misschien beleef ik nog
wat, iets wat ik. als ik weer wakker ben, voor het
schrijven kan benutten. Iets voor mijn roman.
De kleeren gleden af. Eerst de jas, dan het vest,
de broek, de schoenen, de kousen, de onderklee-
ren, liet hemd. De baard gleed af. De lorgnet gleed
af. Hij was naakt en slank en jong. In den hand
droeg hij den hamer. Hij zong. Sloeg met den
hamer do maat op de steenen. Nog steeds mar
cheerde hij. Hij hoorde nu het zingen en het klop
pen van zijn vrienden. De gansche berg dreunde
er van. Zij zongen de Marseillaise. Bij een weg-
kruising stond een guillotine. Hij liep er om heen
en sloeg een nieuwe schacht in. Het ging naar
heneden. De lucht werd zwaarder, verstikkender.
hij kon niet meer zingen, alleen nog fluiten. De
frissche luchtstroom had op gehouden. De lucht
werd slechtgr, kwalijk riekend. Hij kon niet meer
fluiten, hij neuriede alleen nog. Ook dat moest
hij opgeven. Plotseling kon hij niet verder. Nog
slechts vijf minuten, smeekte hij. Een klok begon
te slaan. Hij ging vlugger. Het kloppen op de
steenen klonk vlugger. Hij kon geen lucht krijgen.
Hij begon te rennen. Vlugger, kameraden! Vlug
ger!! riep hij. Hij struikelde. Hij viel. Over hem
marcheerden milliocnen kameraden. Hij was vol
jubelende vreugde, dat hij den juisten weg gevon
den en gewezen had. Zij zongen allen luid. Hij
hield zoo van hen. Zij hielden zoo van hem. De
schacht verhief zich tot een hoog gewelf. Het graf
werd een praalgraf. Lucht! was zijn laatste ge
dachte. Hij werd wakker. Opstaan, het raam...
insla... hij sliep in. Het gas stroomde door de
kamer. Zijn vrouw werd door den reuk wakker.
Zij riep. Allen snelden naar Zola's kamer. Hij lag
op den grond. Dood.
De morgenschemering brak door.
Nadruk verboden. Alle rechten voorbehouden.)
Hiermede is de laatste der tien door mij vertaalde
schetsen uit het buitgenwone werk van Fritz Gross be
ëindigd. De verschillende brieven over de schetsen die
ik mocht ontvangen, heb ik, met vertaling, doorgezon
den naar Hamburg. Frits Gross schreef me, dat hij erg
blij was met deze Hollandsche kritieken, vooral omdat
er een paar bij waren van tot oordeelen bevoegden. Ook
was hij verwonderd, dat in een kleine plaats als Scha,-
gen, een zoo goed typografisch verzorgde courant kon
verschijnen van zulke groote afmetingen! In Duitsch-
land leeft nog steeds het idee: „der dumme Hollander".
Ik hoop, dat de vertaalde schetsen er toe bij hebben
gedragen, om kennis te willen maken met het oorspron
kelijke Duitsche werk van Fritz Gross:
„Die Letzte Stunde".
EINDE.
Zoo zijn dan de grootsche plannen
Van papa Briand in zee,
En we moeten eerlijk zeggen:
„Dit is lang geen slecht ,i Jee!"
Ieder heeft z'n eigen landje
Doorgaans zeer voordeelig lief,
Maar de liefde voor Europa
Wordt gezond federatief!
't Is geen luchtig wissewasje,
Wat den Bond tot grondslag geldt,
Vele Europeesche naties
Zijn niet op elkaar gesteld,
En diverse machtsbelangen
Komen na elkaar aan bod,
Die elkaar zeer slecht verdragen
Bij eenzelfde toekomst-lot!
Mussclinl vindt de duikboot
't Schoonste wat de aarde heeft,
Hoewel deze wat geniepig
Steken onder water geeft!
Engeland doet aan alle plannen,
Als het moet, schoorvoetend mee,
Dat wil zeggen aan den wal dan,
Maar toch liever niet op zee!
Frankrijk voelt voor federatie,
Want een oorlog brengt verlies
Duitschland is er voor te vinden,
Machtsgelijkheid tot devies!
Rusland wil wel een vennootschap,
Dat vermeerdert zijn debiet,
En blijkt op den duur zeer heilzaam
Voor z'n ingeperkt crediet!
Werd dit. ideaal geboren
Uit een innerlijken drang,
Dient een breed idéé tot grondslag
Voor ons werelddeel-belang?
Of is 't nog de rassenliefde
Voor het eigen wèl en wee.
Die in hoop op winst zal zeggen:
„Afgesproken! Ik doe mee!!"
Mei 1930.
(Nadruk verboden.)
Schrikkelijk, schrikkelijkNou heb ik al drie
personen „uitgeschud" en ik heb nog niet ge-
genoeg voor 'n maaltje eten. (Simp).)
van Joh. de Bree, Amsterdam.
-
Wit: 9.
De diagramstand in cijfers behoort te luiden: Zwart
6 schijven op 8, 13. 16, 18, 19, 25 en een dam op 14
Wit 9 sch. op 21, 26, 28, 30, 33, 34. 39, 42 en 49. Wit
speelt en wint op schitterende wijze.
or LOSS ING PROBLEEM No. 547,
van Dr. M. J. B e 1 i n f a n t e, Amsterdam.
De diagramstand in cijfers was: Zwart 10 sch. op 8,
11, 12, 17, 19, 20, 23, 24, 26 en 30. Wit 8 sch. op 27, 28.
33, 36, 39, 40, 42 en 47. Wit speelt hier 27-22, 36—31,
zwart 26X48, 4034, 34X23, zwart 48X18 en wit
33x2!! Een zeer geestige compositie. Voor den eind-
slag moet op 28 een zwart stuk staan en om nu te
verhinderen, dat bij den slag 34 x 23 het witte stuk door
moet slaan, is er bij voorbaat' een zwart stuk op 32 ge
plaatst, waardoor de schijven 32 en 28 een buffer
vormen voor het witte stuk, dat op 23 slaat. Wit heeft
in de aanvangspositie wel twee stukken minder, doch
dit is geen bezwaar. Integendeel zou het gemakkelijk
zijn om yrit een paar stukken meer te geven, doch dit
zou den stand minder aantrekkelijk hebben gemaakt cn
aan economie hebben doen ontbreken. In het algemeen
is het wel geoorloofd, dat wit minder materiaal heeft
dan zwart.
van Dr. K. B a y e r.
a b c d e f g h
Wit: 11.
De diagramstand in cijfers behoort te luiden: Wit
Ka5. Df7, Td8, Th4. Pd4. Pe4. Lh7 en vier pionnen op
a6, b3. d7 en f5. Zwart Kd5, Pa8, Pe6. en twee pionnen
op a7 en h6. Wit speelt en geeft mat in drie zetten.
OPLOSSING PROBLEEM No. 547,
De diagramstand was: Wit Ka6, Dc8, Tf7, Lh7, Le3.
Zwart Ke5, Ta5. Pd5, Lel en drie pionnen op a7, b6
en d3. Wit speelt hier als sleutelzet: Lh7g8. Op zwart
1. Kd6 volgt dan wit 2. Te7. En op zwart Pe3 volgt
dan wit 2. Dc7, steeds met mat op den derden zet.
„IEDER ZIJN DEEL!"
Een bovenhuis, gelegen te Amsterdam, heeft vier ver
diepingen. Dit perceel wordt als een soort gemeenschap
pelijke woning benut door vier gezinnen, die overeen
gekomen zijn het onderhoud, als schoonhouden, ver
nieuwen van loopers en matjes, opschilderen enz. te
samen, naar evenredigheid van gebruik te betalen,
waarbij zij als basis aannemen de trappen die zij ge
bruiken.
Het bedoeld onderhoud kost in totaal vier en twintig
gulden per maand, terwijl ieder gezin één verdieping
tot zijn beschikking heeft. Hoeveel moet ieder der vier
bewoners betalen?
„HET MAGISCHE WOORD".
Abracadabra is een in de oudheid gevormd woord, aan
hetwelk het bijgeloof uit die dagen een mystieke betee-
kenis en zelfs geneeskracht toeschreef, wanneer het op
de juiste wijze en op den juisten tijd uitgesproken of
neergeschreven werd. Volgens de aanwijzing van den
geneeeheer Serenus Sammonicus moet dit woord op de
volgende manier in driehoekigen vorm „neergepend"
worden:
A E R A C A D A B R A
ABRACADABR
ABRACADAB
ABRACADA
A B R A C A D
A B R A C A
A B R A C
A B R A
A B R
A B
A
Hoevaak kan men dit tooverwoord Abracadabra, bij
oen A beginnende, tot de laatste A in den rechterboven
hoek lezen, als men zoowel in horizontale richting
alsook van rechts of links naar boven in schuine rich
ting mag voortgaan?
OPLOSSINGEN DER PUZZLES
uit ons vorig nummer.
No. 544. „EEN LUCIFERS-BEREKENING.
Men legt de lucifers volgens onderstaand voorbeeld
op tafel en duidelijk blijkt dan, dat de wortel uit 1 1.
No. 545. „EEN TYPISCH GETAL".
Het getal, dat met 9, 18. 27, 6, 45, 54, 63. 72 en 81
vermenigvuldigd, telkens een uitkomst geeft van negon
gelijke cijfers is: 12345679 (de 8 dus niet)!
12345679 X 9 111.111.111
12345679 X 18 222.222.222
12345679 X 27 333.333.333
12345679 X 36 444.444.444
12345679 X 45 555.555.555
12345679 X 54 666.666.666
12345679 X 63 777.777.777
12345679 X 72 888.888.888
12345679 X 81 999.999.999
Curieus, nietwaar, vooral het getal 888.888.888, dat het
product is van twee factoren in geen van beide waarin
een 8 voorkomt.
Is het U bekend:
dat er in Frankrijk binnenkort 2000 openlucht-
scholen zijn?
dat het woordje „slecht" (of wat daaraan gelijk
is) in de Aztekentaal (oorspronkelijke Indianenbe
volking in Mexico) niet bestaat?
d a t de Franschman Emeric Cruce al in 1623 een
Wereldgerechtshof in Venetië voorstelde?
dat goud tot een dikte van één tienduizendste milli
meter geklopt kan worden?