„De Muur» Loting voor den dienst plicht. Een standbeeld voor Foch te Londen. De Krakatau werkt weer. Ingezonden Stukken. Marktberichten. Evenals dit het vorige jaar met andere vernieuwingen heeft plaats gehad, stelt het Bestuur voor, ook nu het erfpachtsrecht te verhoogen n.1. van i 7.50 op t 10. Door den heer T. Mooij wordt geïnformeerd naar de grootte en spr. wijst erop, dat de gemeente 5 cent per M2. laat betalen. De Voorzitter kan de juiste grootte niet meedeelen. Algemeen wordt het voorstel van het Bestuur goed gevonden. De rekening 1929. Kinderachtige men- schen. Namens de commissie belast met het nazien van de rekening over 1929, bengt de heer Jb. Vos rapport uit. Op 2 Juni zijn de bescheiden nagezien en heelemaal in orde bevonden. De commissie dankt den penning meester voor de inlichtingen die door hem bij het het onderzoek zijn verstrekt en tot goedkeuring van de rekening wordt geadviseerd. De ontvangsten bedroegen f 12.600.62. de uitgaven f 10644.92, batig saldo f 1955.70. Toen de rekening werd nagezien bedroeg het te goed aan lasten f 243.92, nu nog f 62.53. Op de vraag van den Voorzitter of iemand nog in lichtingen over de rekening wensoht, zegt de heer G. Dekker, dat hij vorig jaar tersprake heeft gebracht het praatje dat er ging, dat er iets riiet in orde was met de rekening. Spr. heeft nadien een onderzoek ingesteld en het betrof dan een ontvangst van braaf f 40, huur- som pachtgewas. door Paul Voorthuizen betaald, maar die tooh een waarschuwing kreeg. Spr. vraagt waarom het Bestuur spr. vorig jaar niet heeft ingelicht, het bestuur wist toch dat er wat broeide. Spr. noemt dat niet rechtuit. Spr. wil wel man en paard noemen, het was de heer Oskam die heeft gezegd, dat het niet in orde was. De Voorzitter deelt mede, dat Voorthuizen nooit een waarschuwing heeft gehad. Het bestuur vond dien post open en toen is de secretaris bij hem geweest om te kijken hoe het zat De heer Dekker zegt dat het Bestuur dit dan vorig maal had moeten zeggen. De Voorzitter zegt dat bij de verhuring van grasge was de perceelen eerst getaxeerd worden. De Voor weg bleef onverhuurd, bleef aan den polder, doch en kele dagen, nadat het preces-verbaal der verhuring reeds was opgemaakt, heeft de heer Voorthuizen het perceel toch weer gehuurd. Dat was de oorzaak waar door het perceel niet op het kohier voorkwam. Spr. vraagt of de heer Dekker nu gezien heeft dat de post in de ontvangsten wordt vermeld. De heer Dekker zegt dat het in orde is. Maar spr. heeft nog wat, In het kasboek wordt melding gemaakt van de gedane kasopname en dat is voorheen nooit gebeurd. En spr. vraagt zich af of dit in verband stond met het praatje dat de kas in disorde zou zijn en dat het heele bestuur met den rommel zat. De heer Van der Plas, penningmeester, vindt het kinderachtig, dat volwassen mensohen dan niet bij de betrokken personen inlichtingen vragen. De heer Dekker zegt dat het ging over de lasten van de Heeren, die zouden meer terug ontvangen dan be talen. De Voorzitter geeft toe de kas niet kloppende was, er was teveel in kas. De heer Van der Plas licht toe, dat dit meer uit goedheid is ontstaan. De heeren hadden land verkocht, zij hadden een gedeelte der lasten reeds betaald en door den verkoop moesten toen ook de nieuwe eigenaren lasten betalen. Zoodra dat werd ontvangen, is aan de heeren terugbetaald. De heer Dekker zegt, dat hij het toch mag vragen. De heer Van der Plas herhaalt, dat hij het kinder achtig vindt van groote menschen om dan niet te in- formeeren en dat hij het geld, zoodra de dubbele be lasting uit het kohier bleek, terug heeft betaald. Spr. zal in het vervolg den verkooper en kooper niet meer aanschrijven, ze moeten het voortaan maar onder elkaar regelen. De heer Dekker: Daar heeft U gelijk in, dat wordt tenslotte zoo. De rekening wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd. De begrooting 1930. De verlaging van de lasten. Ook het nakomelingschap moet wat te betalen vinden. Aan de orde komt de vaststelling van de begrooting voor 1930. Ze sluit in ontvangst op f 12.322.19, in uit gaaf op f 11.997.27, vermoedelijk batig saldo f 324.92 en een post onvoorzien van f 300. Daarbij wordt door het bestuur voorgesteld om de lasten voor capabel land van f 9- op f 8 te brengen, voor niet-capabel land van f 6.75 op f 6 en voor nol- lenland van f 4.50 op f 4. Door den secretaris worden de posten voorgelezen. De heer Jb. Vos informeert of de inkoopsom voor Bregman elk jaar terugkomt. De Secretaris antwoordt van gedurende 15 jaren. De heer Van der Plas stelt als ingeland voor, om aan de leden der commissie belast met het onderzoek der rekening, een klein presentiegeld bijv. f 2 a f 2.50 toe te kennen. De Voorzitter zegt dat die leden er zoo goed als een heele dag mee in de weer zijn. De heer T. Mooij: Geef ze dan ieder f 5. De heer Ambuul vraagt aan den heer Mooij, of deze dan misschien het werk wil doen, maar de heer Mooij antwoordt, dat het voldoende bekend Is, dat ze hem niet moeten hebben. De heer Van der Plas zou de nieuwe regeling dan terugwerkende kracht willen geven en ook over 1929 presentiegeld willen uitkeeren. De vergadering acht dit niet gewenscht Besloten wordt het presentiegeld dier commissieleden op f 2.50 te bepalen. De heer Van der Plas stelt vervolgens voor, "m de gewone lasten niet met f 1 doch met f 1.50 te verlagen. Het meerendeel van het bestuur oordeelde dat de lasten op f 8 bepaald dienden te worden, maar spr. als inge land, meent dat de lasten nog 50 cent lager kunnen. De heer Stammes wil de lasten inplaats van met f 1 met f 0.50 verlagen. De Voorzitter acht het beter met f 1 te verlagen blijkt dan volgend jaar dat het nog met 50 cent ver laagd kan worden, laten we het dan volgend jaar doen. De heer T. Mooij meent dat als het niet kan. de pol der wel geld kan opnemen. De heer Dekker zegt dat het dan verstandiger is, om met f 1 te verlagen, want opnemen van geld kost. De heer Mr. D. Breebaart vindt het beter eerst de "cijfers van de voorstellen te hooren. Oppervlakkig voelt spr. 't meest voor het idee van den Voorzitter. De heer Van der Plas deeldt dan mede, dat over 6 jaren berekend, de uitgaven per jaar gemiddeld f 8672 droegen. Volgens de begrooting 1930 zijn de ontvang sten f 10322, zoodat met de lasten van f 8 het saldo bedraagt f 1650. Voor grint is uitgetrokken f 1000, maar het staat vast, dat we bij inkoop f 230 goedkooper uit zijn, aan rijloon f 105, is totaal f 335, wat dus nog bij het saldo van f 1650 kan worden gevoegd. Daardoor wordt een saldo verkregen van f 1900 en dat vindt spr. niet noodig. Een saldo van f 1200 a f 1300 acht spr. voldoende. Twee kwartjes verlaging van lasten kan bestreden worden uit de mindere kosten van grint Spr. oordeelt, dat men niet bang behoeft te zijn, dat de lasten volgend jaar verhoogd behoeven te worden en dat we het met die verlaagde lasten een paar jaar volhouden. Spr. heeft gelezen hoe de W.O.L.-polder zijn lasten bepaalt, zooveel de uitgaven, zooveel de ont vangsten. waarom de lasten zooveel moeten zijn. Spr. wil niet zeggen, dat hij die de juiste manier acht. De heer Jb. Stammes zegt dat 7 jaren geleden de lasten met f 2 verlaagd waren en dat de uitkomst was dat er f 900 te kort was. En spr. is bevreesd om de lasten weer op f 9 te brengen. In 6 jaar is er wel een batig saldo van f 2204.12 gemaakt en dat is wel een mooie vooruitgang, maar het laatste Jaar werd slechts een batig saldo van f 281.79 verkregen. En spr. :.óemt dan de f 200 die aan verhooging der tractementen#*noet worden uitbetaald en f 260 mindere opbrengst voor het grasgewas. Spr. acht het niet juist dat de heer Van der Plas de begrooting voor 1930 neemt, want een be grooting kan schommelen. En wat het batig saldo be treft, onze polder van 700 bunder heeft een machine, die reeds 20 jaren heeft geloopen en in de toekomst wat kan krijgen; de kunstwerken, bruggen, schuiven en duikers bestaan 20 jaren en zijn aanstonds aan.onder houd toe; de waterloop naar Hollenstein is straks aan een groote verbetering toe. Spr. vindt het om al die redenen gewenscht, dat de polder er sterk voorstaat met een flink batig saldo. Een arbeidersvrouw, die zorgt wat voor de toekomst te hebben, noemt men een degelijke^ flinke huisvrouw. De heer T. Mooij: Tegenwoordig wordt er niet meer voor de toekomst gezorgd, maar gebruikt men wat men noodig heeft. De Voorzitter bepleit vervolgens de verlaging met 1 gulden. Reeds 43 jaren betalen we aan den harden weg, voor de gestoken vaarten en voor de watermachine betalen we nog steeds af en daarom oordeelt .spr.: la ten we de lasten dan passend maken. Spr. gunt ook het nageslacht wat. Als we de lasten met f 1 verlagen, halen we toch de duimschroeven niet te krap aan. Zoo wispelturig als het er met het grondbezit voorstaat, behoeven wij nog niet te zorgen voor nieuwe bruggen en machine. De heer Stammes: Maar als ze kapot zijn? De heer T. Mooij: De Voorzitter heeft straks gezegd, dat de machine tip-top loopt. De heer Stammes zegt ook over andere dingen te spreken. De heer T. Mooij oordeelt, dat er ieder jaar kosten voor duikers komen. Spr. zegt» trap er maar een daalder af, ik heb de polderlasten nog niet betaald, ik wil het wel weten, dat ik het geld er niet voor heb. De heer Mr. D. Breebaart zegt dat de heer v. d. Plas z.i. over 't hoofd heeft gezien dat het groote saldo ont staan is door kleine saldi en spr. acht het oneewenscht om dat in den loop der jaren te niet te doen.Wij moeten rekening houden met het saldo van één jaar en daarom kan spr. zich het best vereenigen met het voorstel van den Voorzitter. Spr. wil den gulden weg kiezen, de heer Stammes gaat teveel naar den eenen kant. de heer Van der Plas te veel naar den anderen kant. De heer Van der Plas denkt, dat de Voorzitter zich een beetje verspreekt, want de Voorzitter wilde aanvan kelijk de lésten met f 2 verlagen en heeft zich ten slotte uitgesproken voor een verlaging van f 1.50. Spr. hoort er dan ook vreemd van op. dat de Voorzitter nu voor verlaging van f 1 is. De Voorziitter zegt. dat hij na de berekening van den heer Stammes, in de bestuursvergadering zich heeft gehouden aan het middenvoorstel en andere bestuurs leden bevestigen dit. De heer Van der Plas blijft bij zijn meening. dat een verlaging van f 1.50 mogelijk is en dat we dan na 3 jaar nog niet tot verhooging der lasten zullen behoeven over te gaan. De heer Mr. D. Breebaart meent dat een vergelijking met een anderen polder niet opgaat, de toestand kan daar wel heel anders zijn De heer Van der Plas: Met de gemeenterekeninar gaat het ook zoo. De heer Mr. D. Breebaart: De gemeentebegroo'ing behoort te sluiten met nihil. De heer Stammes wijst er op. dat we het vorig jaar géén buitengewone uitgaven hebben gehad en toch was 't saldo slechts f238, bij een omslag van f9. De mogelijkheid bestaat dat over 2 jaren dc opbrengst der grasverpachting nog minder is. De heer Van der Plas denkt dat de ingelanden blij zouden zijn als de lasten met f 1.50 verlaagd werden. De heer Mr. D. Breebaart wijst er op dat het ech ter weer tegenvalt als volgend jaar dc lasten weer worden verhoogd. Spr. voert liever een voorzichtige politiek. De heer Stammes noemt wat de heer Van der Plas wil, een verdeeling van het batig saldo onder de ingelanden. De heer Van der Plas acht dat ook volkomen juist, de tegenwoordige ingelanden hebben het batig saldo gekweekt en waarom moeten anderen in de toe komst er van profiteeren. De heer Van Honschoten merkt op dat dit altijd zoo is. de heer Van der Plas zorgt toch ook voor zijn kinderen. Het voorstel-Van der Plas wordt in stemming ge bracht en verworpen met 5 stemmen voor en 25 stemmen tegen. Het bestuursvoorstel, om de lasten met f 1— tc ver lagen, wordt goedgekeurd. Dc heer Mr. D. Breebaart merkt op, dat hij ook nu nog oordeelt dat de salarissen te laag zijn, maar ge zien de uitslag van de stemming óver zijn betrekke lijke voorstellen in de vorige vergadering, zal bij thans geen voorstel doen, doch wil geacht worden tegen bedoelde posten te hebben gestemd. De begrooting wordt vervolgens ongewijzigd vastge steld. Rondvraag. De heer S. Baken, bestuurslid, meent, dat er ge spuid wordt als het niet noodig is. De heer Mr. D. Breebaart merkt op, dat dit critiek op eigen beleid is. De heer Baken licht nader toe. dat het wel gebeurt door ingelanden, zonder dat Bregman er van afweet. De Voorzitter verzoekt hiervan dan aan hem ken nis te willen geven. De heer Van der Plas zegt dat er op Abhestee een weg hard is gemaakt, maar er is een plaats die onder het zand is. Als er iemand aan schuldig is, is er dan nog wat aan te doen? De Voorzitter zegt onderzoek toe. De heer Jb Vos maakt er het bestuur opmerkzaam op, dat de legger noodig herzien moet worden. Spr. heeft hier op het oog de rangschikking der lande rijen in capabel, niet-capabel en nollcnland. Opgemerkt wordt door den hen- Van der Plas. dat de gelegenheid tot herziening om de 10 jaar bestaat. Het bestuur zal het nazien. De heer Blokland komt terug op het gesprokene door den heer Baken. Spr heeft het bestuur ver zocht den betrokken landeigenaar te schrijven en dat is gebeurd, met het resultaat, dat het nu in orde is. De heer Baken verklaart'niet te hebben geweten, bij wien de schuld lag. De heer Blokland bepleit voorts verbetering van den waterloop bij der; heer Rentenaar. De Voorzitter deelt mede. dat het bestuur een on derzoek heeft ingesteld en oordeelde dat de toestand gehandhaafd diende te worden tot rie boel af is. De heer Blokland wijst er op. dat hij ook lasten be taalt en dat hij er met den heer Rentenaar over ge sproken heeft en die geen bezwaar had dat de kant werd afgestoken. Op het oogenblik gaat het wel, maar in een drogen zomer is er water tekort. Een scheldpartij een dreigement en ten slotte de voorzittershamer in dienst ge steld. Door den heer T. Mooij wordt gevraagd hoe het peil aar; Kruit is overgegeven, het duurt veel te lang eer spr. water heeft. Door middel van aschbak enz. de monstreert spr. hoe de toestand tusschen en voor een oud en nieuw schut is. De Voorzitter, die om de sprekers beter te kunnen verstaan, vanaf de bestuurstafel (tooneel) naar de koffiekamer, waar de ingelanden zitten, is verhuisd, legt uit hoe de toestand was bevonden en weldra ont staat er een vrij hevige scheldpartij tusscher. den ouden heer Kruit en den heer Mooij, waarhij de eer ste betoogt dat al is Mooij nog zoo n groote kerel, hij toch zijn niet voor hem houdt. Maar ook de heer Mooij geeft goed partij. De heer Mr. D. Breebaart heeft inmiddels de voor zittershamer van de bestuurstafel genomen en voor den Voorzitter gelegd en de Voorzitter hamert en be looft den heer Mooij eens te komen kijken. Dc heer Breebaart zit om het heibeltje, dat tus- schen de heeren Kruit en Mooij is ontstaan, te lachen en dit doet den heer .Mooij opmerken, dat hij cr zich niks van aantrekt, of de burgemeester hem al zit uit tclachen. Spr. zegt ook den burgemeester wel een slag om zijn kop te durven geven, want of het is een burgemeester of een boer. dat maakt spr. niet uit. Spr. vindt het vrij onbeleefd. De Voorzitter raadt den heer Mooij aan dat toch maar niet te doen en hamert nogmaals. De heer Mooij informeert dan naar dam en duiker in do ringsloot en deelt mede hoe enkele ingelanden meencn een regeling te kunnen treffen waardoor ze geen last meer van het brakke water zullen heb ben. Dc Voorzitter zal ook hiernaar komen kijken. De heer Van Honschoten wijst op de vernieling van den weg bij Kuiper, benoorden Callantsoog. Bij het weghalen van zand wordt de kant van de straat stuk gereden; spr. acht verbreeding van de straat ge wenscht. De Voorzitter antwoordt, dat vergunning tot liet weghalen van zand niet door dei. polder wórdt gege ven, want de westkant is eigendom van het Rijk. De verbreeding van de straat zal door het Bestuur wor den besproken. Hierna volgt sluiting. Lichting 1932. De Minister van Defensip heeft bepaald, dat de lo ting ter bepaling van den ingeschrevene, die in elke gemeente of in elke groep van gemeenten het eerst in aanmerking komt om tot gewoon dienstplichtige te worden bestemd, in liet openbaar plaats heeft voor de lichting 1032, op Vrijdag 20 Juni a.s., drs n.ni. oni 2 uur, te 's-Gravenhage in de „Rolzaal Binnen hof 8. Bijzonderheden omtrent de regeling der loting. De loting geschiedt uit een getal genummerde bil jetten, overeen komende met het getal der personen, vernield in het alphabetisch register der gemeente Amsterdam van de lichting 1930. Wij herinneren er aan, dat deze loting geschiedt naar het nieuwe stelsel, dat in 1929 voor bet eerst werd toegepast bij de loting voor de lichtingen 1930 en 1931. De toekomstige dienstplichtigen trekken niet meer zelf een nummer, ook wordt niet voor elke gemeente afzonderlijk een loting gehouden, doch voortaan zal er door een commissie, waarvan de le den voor dit jaar hieronder zijn vermeld, in het openbaar een centrale loting worder. gehouden, welke voor alle gemeenten te znmen geldt. Bovendien be staat de loting uit niet anders dan liet trekken van slechts één nummer voor een geheele lichting. Dit geschiedt dan op de volgende wijze: In de lotingsbus woeien zooveel genummerde bil jetten gedaan als er persoren voor de lichting 1930 te Amsterdam zijn ingeschreven; dat zijn er 0666. Na dat deze biljetten ter dege dooreen gemengd zijn, wordt één ervan uit de bus genomen. Vervolgens wordt nagegaan, hoe de persoon beet, die onder dit nummer in het Amsterdamsche alphabetisch regis ter van bedoelde lichting vermeld staat, en op wel ken datum hij geboren is. De aldus gevonden naam en geboortedatum zullen dan niet alleen voor Am sterdam, maar tevens voor aMe andere gemeenten den persoon aanwijzen, die loting^nummer één krijgt en de verdere nummers 2. 3 en 3 enz. worden dan aan de overige ingeschrevenen gegeven ir. de volgorde waarin ze in liet alphabetisch register vermeid staan. Het spreekt vanzelf dat. men r.iet in elke gemeente een ingeschrevene zal hebben met den hierbecloelden naam en die bovendien op den hierbedoelden datum is geboren. Dit geval zal zich vermoedelijk haast nooit voordoen. Daarom bepalen de voorschriften, dat nummer éér; dan ten deel valt aan den inge schrevene. die naar de regelen voor het alphabeti- sche register zou volgen op den persoon, die dezen naam en geboortedatum zou hebben. Gesteld, dat een nummer wordt getrokken, waar bij in het Amsterdamsche register de naam Leendert Pen vermeld staat. De geboortedatum, die alleen in vloed heeft bij personen met denzelfden naam, blijft hier eenvoudigheidshalve buiten beschouwing, in dien i.u in een gemeente onder de P twee personen zijn ingeschreven; Arnold Peek en Fretlerik Poort, zou Pen tusschen deze twee in moeien staan. Zooals men weet, wordt bij het alphabetiseeren eerst met den geslachts- of familienaam en daarna pas met de voornamen rekening gehouden. De eerste, die op Pen zou volgen, is Poort. Dus krijgt Poort nummer één. Die op hem volgt krijgt nummer twee en zoo verder. De A wordt gerekend te volgen op de Z en zoo krijgt Peek, die vlak vóór Poort staat, het hoogste nummer. Bij dit stelsel kan het van groote beteekenis zijn, welke plaats iemand in het alphabetisch register krijgt. Bij de meeste namen is het gemakkelijk uit te maken, waar zij in dat register moeten staan, doch er zijn ook namen, waaromtrent men verschillend zou kunnen handelen. Dit moet natuurlijk worden buitengesloten Daarom is een regeling getroffen, die voor alle gevallen, welke zich kunnen voordoen, precies aanwijst, wèai de naam geplaatst moet wor den. Ook ten aanzien van mogelijke naamsverandering zijn maatregelen getroffen om te voorkomen, dat iemand invloed op de rangschikking zou kunnen hebben. In 1029 werd geloot voor twee lichtingen 1930 en 1931 doch dit was een overgangstoestand. De loting voor de lichting 1932 zal spoedig gevolgd worden door de beslissing, wie tot gewoor. en wie tot buitengewoon dienstplichtige bestemd worden, en een paar maanden later wordt voor de gewone dienst plichtigen uitgemaakt, waarbij zij moeten dienen en wanneer zij moeten opkomen. De loting voor de lichting 1932 dient voor personen, die voor het meerendeel in 1912 geboren zijr. en in Januari 1931 voor den dienstplicht worden inge schreven Voor deze lichting heeft de loting al zoo vroeg plaats, om de toekomstige dienstplichtigen er eenigszins van op de hoogte te brengen of er voor hen belang in gelegen kan zijn. zich op te geven voor de vooroefeningen, die ir» October aanstaande be ginnen. Verschillende berichten. Donderdag door den prins van Wales onthuld. Reuter meldde Donderdag uit Londen: In tegenwoordigheid van mevrouw Coch en haar twee dochters, prins Arthur van Connaught, den her tog van Connaught, ministers, staatslieden, diplo maten, hoogc officieren van land- en zeemacht en een talrijke menigte heeft de prins van Wales vandaag het standbeeld van maarschalk Foch in Grosvcnor Gardens tegenover het Victoria-station onthuld. De prins bracht uit naam van het Britsche volk ontroerd hulde „aan den grooten soldaat van Frank rijk", „den grootstcn militairen meester van zijn tijd. die de verbonden legers ter overwinning voerde, maar in het uur dier overwinning niets anders dan een duurzamen vrede nastreefde". Het verdwenen „kind" vèn den Krakatau weer boven het watervlak uitgerezen. Aneta seinde Donderdag uit Batavia: De Krakatau vertoont plotseling weer verhoogde werking. Hedenmorgen registreerde de waarnemings- dienst zestig uitbarsingen per minuut. Voorts werd geconstateerd, dat het eiland Anak-Krakatau, dat bij de jongste uitbarstingen gevormd was, en vervolgens weer onder den zeespiegel is verdwenen, weer boven liet watervlak is uitgerezen. Het tijdens de uitbarsting van tien Krakatau in Januari 1929 ontstane vulkanische eiland, Anak Kra katau, d.i. kind van den Krakatau, dat 38 meter hoog boven den zeespiegel uitstak en 275 meter lang was, is den 5den Juli d.a.v. plotseling in zee verdwe nen. Bestaande uit vulkaangrond, grint cn vulkani sche uitwerpselen heeft het aan dc krachtige bran ding, die op de kust stond, geen weerstand kunnen bieden. Thans is het dus weer uit den doode herrezen. De laatste verhoogde werking van den Krakatau werd den 6den Mei geregistreerd, nadat de berg 21 dagen in rust geweest was. EEN SLACHTOFFER VAN ACTINOMYCOSE. Dezer dagen is te Leeds m Engeland, het lijk van een vrouw geschouwd, die 1wee jaar lang geleden had aan de beruchte veeziekte actipomycose look wel ..straalkanker" genoemd) en daarvoor eenige operaties had ondergaan. De dokter schreef de besmetting toe aan haar aan wezigheid in een korenveld, waar zij haar portret had laten maken Soms wordt de besmetting overge bracht doordat menschen graan- of grashalmen ach teloos in hun mond steken. DE NIEUWE ZEPPELIN. In Augustns gereed. De nieuwe Zeppelin, waaraan men thans nog te Friedrichshafen aan het werk is zal, volgens een mededeeling van den zoon van dr. Eckener, in Augustus gereedkomen. liet nieuwe luchtschip, dat grooter zal zijn dan alle bestaande, zal dan ter beschikking staan voor het verkeer over den Oceaan. De zoon van dr. Eckener deelde voorts mede, dat de proefvlucht van het lucht schip waarschijnlijk naar Zuid-Amerika zal gaan. Het luchtschip zal automatisch bestuurd worden. MIJNGASONTPLOFFING. In de mijn Reckinghausen I, zijn door een mijngas- ontploffing twee mijnwerkers gedood en twee licht gewond. Dat in deze „model-mijn", waar alle moge lijke voorzorgen waren getroffen, juist een ontploffing voorkwam, wekt bevreemding. Breezand, 6 Juni 1930. Geachte Redactie, In de laatste vergadering van den Raad der Ge meente Anna Paulowna is besloten gelden beschik baar te stellen voor den bouw van twee lokalen aan de bestaande Bijzondere Christelijke School te Breezand, hoewel deze school maar recht heeft op den aanbouw van één lokaal. Deze buitengewoon tegemoetkomende houding \an den Raad is gemotiveerd door de omstandigheid, dat die school nu 100 leerlingen telt en er nog maar 17 ontbreken vóór recht verkregen wordt op het ie lo kaal. Laten we eens nagaan of deze motiveering juist is. Het aantal verplichte leerkrachten wordt bepaald door het gemiddelde aantal leerlingen van het voor gaande kalenderjaar. Dit gemiddelde aantal leerlin gen wordt gevonden door het aantal werkelijk schoolgaande kinderen op 16 Maart. 16 Juni, 16 Sep tember en 16 December bij elkaar op te tellen cn die uitkomst door 4 te deelen. Het aantal leerlingen der Bijz. Chr. School bedroeg op 16 Maart j.I., den eersten teldag, 83. (Een jaar daarvoor was het ook pl.m. 80). Het gemiddelde aan tal leerlingéïi moet 117 zijn; de som der aantallen leerlingen op de 4 teldagen dus 4 X 117 468. Op den len teldag waren er 83. De volgende 3 teldagen moeten dus samen een aantal van 468 83 3S5 opleveren of per teldag 385 3 128 of 129. Op 16 Juni a.s. moeten er dus 128 of 129 zijn. Is dit niet het geval, en we betwijfelen dit zeer, dan moeten er op de twee nog resteerende teldagen meer dan 128 of 129 leerlingen zijn. Laten wij dit door een voorbeeld duidelijk maken. Nemen we eens aan, dat het aantal leerlingen op 16 Juni a.s. 107 bedraagt (op 28 Mei was het 100). Dan waren er op de eerste twee teldagen samen S3 -f- 107 190 kinderen. De 3e en 4e teldag moe ten er dan samen 468 190 278 opleveren of elk 278 2 139. Als er dus op 16 Juni a.s. 107 leerlingen zijn, dan moet dit aantal op 16 September 139 bedragen en op 16 December a.s. eveneens 139. Zijn cr dan op 16 September geen 139, dan moet het aantal leerlingen op 16 December nog meer, over de 140, bedragen. Het doel van dit ingezonden stukje is geen ander, dan aan te toonen, dat, wil de Bijz. Chr. School op 1 Januari 1931 aanspraak maken op een 4e leerkracht, en dus ook op een 4e lokaal, het aantal leerlingen na 28 Med niet met 17, maar minstens met 29 moet toe nemen; dat die toename moet plaats hebben van 28 Mei tot 16 Juni; iets wat al zeer onwaarschijnlijk is; dat dus gerust gezegd kan worden, dat het om meer dan 30 kinderen gaat. Meer zullen we hiervan voorloopig niet zeggen. Het Bestuur der Afgd. Breezand e.o. van „Volksonderwijs". EIERVEILING SCHAGEN. 5 Juni 1930. Aangevoerd 149945 Kipeleren: 5254 Kg. f 3.804. 55—57 Kg. f 4.10—4.30. 58—60 Kg. f 4.30—4.70. 61—63 Kg. f 4.605. 64—67 Kg. f 4.80—5.20. ongewogen wit f 4—4.40. Idem bruin f 4.504.70, klein f 3.30-3.90. 9989 eendeleren f 3.503.60, 20 kalkoeneieren f 9. alles p. 100. NOORDSCHARWOUDE. 5 Juni 1930. Bravo's f 0.80. uien f 1.301.60, grove f 1.50, Deensche witte f 0.6O—0.80. alles per 100 K.G. Aanvoer. 750 Kg. aardappelen, 2400 Kg. uien, 7600 Kg. Deensche witte kool. NOORDSCHARWOUDE. 6 Juni 1930. BI. aardappelen f 0.50, bravo's f 0.30. Schotsche mui zen f 11.10. alles per 100 Kg. Aaanvoer: 500 Kg. aardapp. HOORN. 5 Juni 1930. Aangevoerd: 17 stapels kleine Fabriekskaas f 40. 12 stapels kleine Boerenkaas f 40, 6 stapels Fabrieks Com-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1930 | | pagina 11