Sohager Courant
Noodweer in het Oosten van ons land.
Vierde Blad.
Een natuurramp.
De jongste hongitocht in
Zuidwest Nieuw Guinea.
Gemengd Nieuws.
Dame in haar auto aangerand.
Noodweer in het Rijngebied.
De hotelbrand te Brastagi.
Moeder en dochter ter dood
veroordeeld.
De aardbeving te Calcutta.
Boevenberekening.
Zaterdag 5 Juli 1930.
73ste Jaargang. No. 8690
Boerderijen afgebrand. Menschen ge
dood. Dorpen zwaar getroffen. De
oogst vernield.
Door de zware onweders, die gedurende de laatste
dagen boven ons land zijn losgebroken, is vooral het
Oosten des lands zwaar getroffen.
Zoo heeft Woensdagavond in de streek boven Doe-
tinchem een geweldig onweer gewoed. Tegen zeven
uur werd het volslagen duister. Een ware wolkbreuk
zette vele straten blank, zoodat de auto's tot de assen
door het water gingen. Vele kelders liepen onder.
In de gemeente Bergh is de bliksem in de woning
van den landbouwer Weyenberg geslagen. Het pand
is totaal afgebrand.
Te Klein Azewijn is de landbouwer H. door het he
melvuur gedood.
In de gemeente Gendringen is te Megchelen een
schuur afgebrand, toebehoorend aan den heer Tiemes-
sen. Te Veldhunten is de boerderij van Vonk en te
Ulft de boerderij van de wed. Kroes afgebrand. In
de laatste zijn drie varkens in de vlammen omgeko
men.
In Betuwe en Maasstreek. Ook hier
een doode en tai van branden.
Tusschen half zes en half zeven heeft ook boven
de Betuwe en de Maasstreek het onweer hevig gewoed
en ook daar werd zeer veel schade aangericht.
In Huissen werden de boerderijen van Baptist en
Lentjes door den bliksem getroffen Zij brandden tot
den grond toe af, terwijl het niet mogelijk was iets
te redden. Aan de overzijde van den Rijn, op de
Kleine Plei, sloeg de bliksem in op de boerderij van
het Kroondomein, bewoond door den landbouwer
Ederveen. Deze onderging eenzelfde lot. Met de mo
torspuit werd bij alle drie branden water gegeven.
In Westervoort werd de boerderij van Jansen het
Blachtoffer en brandde totaal af.
Te Gendt sloeg de bliksem in op de boerderij van
Hutmacher. De boer zat met zijn knechten en eenige
gasten in de schuur, toen deze door den bliksem werd
getroffen. De schuur werd een prooi der vlammen
doch de aanwezigen wisten zich te redden. Alleen de
38-jarige Wittenburg schijnt ook door het hemelvuur
getroffen e)i bewusteloos geslagen te zijn. Later vond
men althan. ijn lijk onder de puinhoopen terug.
Te Sc'hay randde de boerderij af van de Louw,
te Herpen di< van Var.' der Woude.
Ook om Gennep en Cuyk sloeg de bliksem op ver
scheidene plaatsen in. Nabij den Piasmolen werd de
boerderij van Th. getroffen, te Ottersum die van H.
Ook deze awee gingen geheel in vlammen op.
Op verscheiden plaatsen werden voorts boomen ver
splinterd. De onweersbui ginig gepaard met 'n gewel
digen regen, die hier en daar van lichten hagel ver
gezeld was. De veldgewassen zijn o.m. in Gendt plat
geslagen, terwijl ook veel schade werd aangericht aan
de vruchtboomen.
De donkere lucht deed noodweer met hagel ver
wachten. Gelukkig bleef hagel achterwege, zoodat de
fruitstreek daarvoor bewaard werd.
In de buurt van Nijmegen.
Woensdagavond ontlastte zich boven Nijmegen en
omgeving een onweer van buitengewone hevigheid.
De lucht was pikzwart. Gedurende eenige uren hield
het noodweer aan. Het ging gepaard met een over-
vloedigen regenval. Op verschillende plaatsen sloeg
de bliksem op electrische geleidingen. Bleef de stad
zelf voor ernstige ongevallen gespaard, in de omge
ving en vooral in het zuiden, heeft de bliksem nogal
schade aangericht.
Boven Venlo.
Ook hoven Venlo ontlastte zich Woensdagnamid
dag, ongeveer zes uur, een hevig onweer, gepaard
gaande met storm en slagregens.
Op verscheiden plaatsen sloeg de bliksem door da
ken en op boomen. De tribune op het terrein der Ven-
losche Voetbalvereeniging stortte in.
Vooral nabij het bekende ontspanningsoord „De Bo
venste Molen" was de aangerichte schade aanzienlijk.
ONZE KOLONlëN.
Van koppensnellen, soeangi en por.
Enkele dagen geleden meldde een telegrafisch bericht
een en ander omtrent een hongitocht, (dit is, wanneer
de bewoners van eenige kampongs op Nieuw Guinea zich
vereenigen om een aangedane beleediging te wreken of
op roof uitgaan), die in Februari j.1. werd ondernomen
tegen het gehucht Atoeka nabij Mimika, waar het be
stuur Is vertegenwoordigd door een districtshoofd (stand
plaats Kaukenau).
Toch moet men niet denken, aldus schrijft dr. R.
Broersma, naar aanleiding hiervan in het „Hsbl.", dat
die hongitocht onder den rook van een bestuurspost
werd gedaan, want groote afstanden en onbegaanbaar
heid van het boschrijk gebied zijn afdoende beletselen
voor vlugge waarnemingen en berichtgeving. Wanneer
er iets is voorgevallen, waarmee ons bestuur zich moet
bemoeien, duurt het altijd weken en soms maanden eer
het kan optreden. Daaraan is op Nieuw Guinea, en
vooral in het zuiden en westen, nu eenmaal niets te
doen.
Onrustig zijn die streken niet meer te noemen, doch de
rust is er evenmin verzekerd, zoodat men af en toe zal
vernemen van kleine gebeurtenissen, niet zoozeer be-
teekenend verzet als wel rust- en ordeverstoring. Waak
zaamheid blijft er geboden, reden waarom de regeering
er het aantal bestuursposten allengs uitbreidde. De af-
deeling wordt bestuurd door een gezaghebber (vroeger
assistent-resident) te Fak Fak, onder wien voor de kust
streek bij Mimika een bestuursassistent dient met stand
plaats Kaimana. Het gezagsmiddel is de gewapende po
litie; te Kaimana ligt op z'n hoogst één brigade (20 man)
«n de bestuursassistent daar. die er telkens op uit moet.
*>eemt dan zeven tot tien man mee. Groote legers zijn
^egen de Papoes niet noodig. doch woudloopers met uit
houdingsvermogen en handigheid, met geduld en, ais
n®t er op aankomt, een juist schot
"Vroeger kon het in het Westen en Zuiden van Nieuw
Guinea een vrijgevochten boel zijn. al kende de kust
streek van het Westen van ouds eenige beschaving, welke
khbdelaars van andere eilanden er brachten. De be
volking is er nog steeds een allegaartje, waarin de Pa-
Eenige groote boomen werden door den hevigen wind
omgerukt en vielen op het terras.
In het woonwagenkamp op dc Kleine Heide kantel
de een woonwagen om.
In de stad stonden tengevolge van dc geweldige re
gens meerdere straten blank.
Het noodweer hield ruim een uur aan.
Boven Friesland.
Het onweer boven Friesland heeft de bewoners te
Koudum en omgeving enkele angstige uren bezorgd.
Het onweer ging vergezeld met hevige slagregens en
hagelbuien. De boerderij van den heer J. Visser te
Koudum is door het hemelvuur getroffen en totaal
uitgebrand. Zoo goed als niets kon gered worden, de
geheele hooioogst, waarmede men juist gereed was
gekomen, ging verloren. De aanzienlijke schade wordt
door verzekering gedekt. Bij de boerderij van S. Xauta
werden een boom en een telegraafpaal door den blik
sem getroffen, terwijl de naast de boerderij staande
hooimijten totaal verbrandden. In verschillende plaat
sen in Friesland zijn paarden en koeien, die zich in
het land bevonden, door den bliksem getroffen en ge
dood.
Te Warns (Fr.) is de boerderij, bewoond door den
heer H. A. Stegenga, door den bliksem getroffen en
afgebrand.
Te Hindeloopen werd de groote watermolen van de
heeren Burggraaf en Terpstra getroffen. Hij brandde
geheel af.
Door den bliksem getroffen.
Iemand, Leo Slangen geheeten, wonende te Melick
onder St. Odiliënberg (L.), werd in een weiland,
waar hij aan het hooien was, door den bliksem ge
troffen en gedood.
De IJsselstreek.
Tijdens een hevig onweer, dat Woensdagavond bo-
ver: de IJsselstreek woedde, sloeg de bliksem in de
boerderij, bewoond door le familie Pennekamp te
Bronkhorst. De boerderij en veertig wagens hooi wer
den een prooi der vlammen.
Stortregen te Baarn en Soest.
Donderdagmiddag omstreeks 5 uur ontlastte zich
boven Baarn en Soest een kort doch zwaar onweer,
gepaard gaande met een hevigen slagregen. In bei
de gemeenten stonden' verschillende straten geheel
blank. Voor zoover bekend veroorzaakte de bliksem
te Soest geen ongelukken; te Baarn sloeg hij in het
gemeentelijk pompstation in, zonder noemenswaar
dige schade aan te richten en in een woonhuis aan
de Nassaulaan, waar een begir.' van brand ontstond,
dat door de bewoners kon worden gebluscht, Verder
sloeg de bliksem in de hagelslagfabriek van den
heer De Ruijter, waarvan de schoorsteen gespleten
werd. Persoonlijke ongelukken kwamen niet voor.
Het dorp Wezepe (gem. Olst) en de buurt
schap Pleegste onder Raalte zwaar ge
troffen. Twee boerderijen verbrand. Veel
vee omgekomen. De oogst vernield.
De correspondent van het „Hsbl." te Deventer
telefoneerde Donderdagavond aan zijn blad:
Wederom zijn twee gemeenten in het Oosten des
lands door een natuurramp zwaar geteisterd. Te circa
acht uur werd te Deventer de alarmeerende tijding
bekend, dat in een deel der gemeente Ols (Wezepe)
en in Raalte (Pleegste) zwaar weer had gewoed, waar
door in de geheele streek voor duizenden guldens
schade zou zijn toegebracht.
Wij spoedden ons- derwaarts. Het eerst naar We
zepe. Daar zagen wij, dat het vee in de weide in een
ijslaag stond ter dikte van acht tot tien centimeter.
Erger was de geheele oogst er aan toe. Van de vel
den' met rogge, haver, voederbieten en aardappelen
is letterlijk niets gespaard gebleven. Alles is afge
knapt en de halmgewassen, die bijna oogstrijp zijn,
zijn totaal verloren, terwijl al het blad van de boomen
poe weinig beteekent. Maar op gedeelten van de kust,
waar de branding zwaar is en andere belemmeringen
voor de inheemsche scheepvaart aanwezig zijn, is de
koopliedenbeschaving achterwege gebleven. Zoo is het
aan de Mimika en men vindt er de oorspronkelijke be
volking dichter bij de kust dan elders. De stammen der
Papoes verblijven in het binnenland, maar zijn bewege
lijk genoeg om zich aan de kust te vertoonen, zoodra
zij daartoe een reden vinden.
Met de gesteldheid van zulke menschen moeten wij re
kenen, wanneer er, gelijk onlangs weer, iets bijzonders
voorvalt, Zij toch leven nog geheel onder hun oude ge
bruiken en hun opvattingen zijn nog ongewijzigd de
oude. Wanneer zij iets bedrijven tegen onze instellingen
in, dan is dat geen uitvloeisel van verzetlust, doch houdt
het verband met eigen geloof en eigen gebruik. Een
aanval op een nederzetting, het wegvoeren van men
schen, het dooden (koppen snellen) en rooven zijn uitin
gen van wraak, ontevredenheid en geestengeloof. De
hongitocht had vroeger steeds ten doel het snellen van
koppen en menschenroof voor den slavenhandel. De sla
venhandel voor hen geen reden van bestaan meer
en het koppen snellen verminderde naarmate ons besutur
vat op de bevolking kreeg. Niettemin komt het snellen
herhaaldelijk voor en is meestal een wraakoefening van
den heelen stem, het vergelden van een aangedaan on
recht.
Daden, die ons bestuur niet ongestraft laat, vloeiden
vaak ook voort uit hun animistisch begrip „soeangi",
dat overal in de Molukken voorkomt. Het is de booze
geest, die by iemand huis en anderen ten verderf is. De
drager van den boozen geest moet hoe eer des te beter
worden onschadelijk gemaakt. Men voelt welk misbruik
daarin kan schuilen: wie een ander wil verderven, pro
beert aannemelijk te maken dat die persoon „soeangi"
is. Waar ons bestuur bij de hand is, zal men den zooge-
naamden soeangi-drager geen leed aan den lijve durven
doen. Zoo werd op Kissar bij een groote samenkomst van
volk aan schrijver dezes een oude man aangewezen als
behept met soeangi, maar er was niemand die er aan
dacht den man iets te doen; men ontging hem slechts.
Op de Zuidwestkust van Nieuw Guinea is de soeangi nog
zeer werkzaam.
Een ander gebruik, dat ons bestuur kan nopen tot be
straffing. is het „por." Wie van iemand een geschenk
aanneemt als „por", b.v. een snoer kralen, een doejoeng-
tand enz., is gehouden voor den gever elke daad te ver
richten, welke hij hem opdraagt. Het moeilijke ligt hier
in, dat ons bestuur van het geven van „por" eerst iets
kan vernemen, wanneer de opgedragen daad is begaan.
En soms verneemt het ook dan nog niet, dat dit gevaar
lijk gebruik in het spel was.
In 1928 zijn by Teminaboean op de Zuidkust van den
Is weggeslagen. Op vele plaatsen lag het pluimvee
dood, verrast door den hagel.
Daarbij komt het verloren gaan van twee boerde
rijen. De bliksem was geslagen' in de kapitale boe-
renbehuizing Lentele, eigenaresse de stichting het
Groote en Voorster Gasthuis te Deventer. De bewoners
de familie J. W. Nimijer, konden zich ternauwer
nood door een overhaaste vlucht redden. Het vee
bevond zich gelukkig in de weide. De brandweer uit
Wezepe kon niets uitrichten en slaagde er alleen in
een kookhuis te redden. Inboedel en huis waren ver
zekerd.
Wij gingen verder naar de buurtschap Pleegste en
troffen daar de bevolking totaal verslagen wegens
de zooeven geleden verliezen aan bij de in brand
staande groote boerderij van J Middeldorp. In het
bijna nieuwe gebouw was eveneens de bliksem ge
slagen en de bewoners hadden aanvankelijk geen
brand bemerkt. Toen het vuur ontdekt werd bleek
het reeds te laat om de stallen nog binnen' te dringen.
Twintig varkens zijn in het vuur omgekomen; an
dere dieren, met brandwonden overdekt, moesten wor
den afgemaakt.
Evenals te Wezepe zijn er massa's hooi verbrand.
Het eenige wat 'van de boerderij gespaard bleef was
een kleine schuur met de acht daarin onderge
brachte varkens.
Omtrent de schade kan thans nog moeilijk een cij
fer worden opgegeven, maar in ieder geval staat
vast dat de getroffenen hun werk van een geheel
jaar verloren zagen gaan.
Een merkwaardig natuurverschijnsel deed zich na
de ramp voor. Doordat de ijslaag op den gloeiend
heeten grond terecht kwam ontstond boven het land
schap een ondoordringbaar dichte mist, zoodat de
auto's die van alle zijden aankwamen de luchten
moesten ontsteken om ongelukken te voorkomen. De
mist hing onbeweeglijk en had een benauwend lau
we temperatuur.
In Noord-Brabant vele koeien in de wei
doodgeslagen.
Te Budel werd een koe in de weide door den blik
sem gedood en drie boomen versplinterd.
Te Nuland werd een koe van landbouwer M. v.
Bergen door het hemelvuur getroffen en gedood.
Te Asten sloeg de bliksem in de landbouwers wo
ning van J. v. d. Vondesvoort, waardoor heel wat
schade veroorzaakt werd, doch geen brand ontstond.
Bij den landbouwer Jos van Gerven sloeg een koe,
en bij J. Verrijt een maal in de weide dood.
De landbouwerszoon J. P werd ook getroffen, doch
kwam gelukkig na eenigen tijd weer bij, zonder let
sel te hebben bekomen
Te Roosendaal werden in verschillende woningen
telefoon- en radiotoestellen door den bliksem onklaar
gemaakt. In de Molenstraat werd 'n man door den
luchtdruk tegen een muur gedrukt.
In de machineloods op het spoorwegemplacement
sloeg de bliksem in. Een bankwerker werd tegen den
muur gesmeten, doch bekwam evenmin als de an
dere aar.wazigen, letsel.
Te Schijf werd een rund van den landbouwer B.
in de weide door den bliksem gedood.
Te Steenbergen sloeg de bliksem in de woning van
C. B. Er ontstond brand die groote schade aanrichtte,
maar door verzekering wordt gedekt.
Te Uden werden twee koeien door het hemelvuur
gedood, te Veghel één.
Alles, tot zelfs haar kleeren, ftoor de ban
dieten meegenomen.
Donderdag werd uit Berlijn gemeld:
Tusschen Potsdam en Rehbrucke is in den afgeloopen
nacht een uit Berlijn komende dame, die haar eigen
auto bestuurde, aangerand door drie gewapende ban
dieten, die de auto geheel leegplunderde en o.a. het hand-
taschje van de dame, inhoudende een bedrag van drie
duizend mark, buitmaakten. De mannen kleedden hun
slachtoffer vervolgens geheel uit en lieten haar naakt
in de auto achter; daarna verdwenen ze met hun eigen
auto weder in de richting van Berlijn. Een jong meisje
dat kort daarop op de fiets voorbijkwam, ontdekte het
ongelukkige slachtoffer van deze brutale misdaad. Het
meisje zorgde voor de noodige kleeren voor de dame.
die daarop naar Potsdam reed, waar de politie gewaar
schuwd werd.
Vogelkop een korporaal met enkele manschappen van
de gewapende politie door een bende overvallen en af
gemaakt. Het onderzoek heeft uitgewezen dat „por" in
het spel was. Het bendehoofd had „por" aangenomen
om het districtshoofd te dooden; den man die de belas
ting liet innen. Toevallig was het districtshoofd niet
mee uitgetrokken; hij bleef gespaard, de korporaal en
zijn mannen vielen.
Volgens de berichten van recente dagteekening was de
overval van Atoeka in Febr. 1930 bij Mimika geen ge
volg van het geven van „por", doch een hongitocht. De
bestuursassistent van Kaimana is er op uitgetrokken,
heeft de schuldigen met behulp van het volk van Atoeka
opgespoord en wist een gevangen genomen vrouw met
kind door geschenken aan te bieden (tabak enz.) los te
krijgen. Maar de stam bleef vijandig en toonde dat met
de wapens. En toen de patrouille in prauwen zou af
trekken, kwamen de vijandige Papoes plots voor den
dag en bepijlden den troep. Dat had een salvo ten gevol
ge, waardoor een drietal, waaronder een leider, viel. Nu
wordt het de moeilijkheid uit te vorschen, wat de be
weegreden van den overval is geweest. Er is in de be
richten gesproken van hongi en daarom mogen wij ver
moeden, dat de stam een reden van ontevredenheid had.
Belasting?
Hat opjeggen van belasting aan Papoestammen, die
bereikbaar zijn, is een middel om de menschen eeniger-
mate te wennen aan een weinig geregelden arbeid. Nabij
de Mimika is sinds ongeveer vier jaren een bestuurs-
vestiging, een districtshoofd te Kaukenau. De belasting,
in het district Mimika. opgelegd, kan worden betaaid
met damar (gom copal) en is zoo geregeld, dat elk
volwassen man per jaar één gulden opbrengt. Zwaar is
de belasting dus niet. Maar vermoedelijk is het feit, dat
belasting is opgelegd, toch voor een stam reden geweest
tot een vijandige daad, een hongitocht.
Te Mimika, is sedert 1927 de missie gevestigd; zij had
er in 1929 zes scholen, o.a. een te Atoeka, waar de ben
de den overval deed. Niet zoozeer het volk aan de kust,
dat al lang gemengd is en voor de helft Mohamcdaansch
als wel de bihnenlanders, Papoestammen, zullen nog
wel vaak verrassingen geven, omdat zij aan bestuur en
regeling in het minst niet gewend zijn. Toch is de Pa-
poe geen lastig of gevaarlijk mensch. Hij is zoo lichtbe
wogen, zoo bevreesd, schichtig. Het kleinste voorval
maakt hem argwanend voor het werk van een boozen
geest Dan bepaalt hij met zijn makkers de richting van
waar het gevaar dreigt en in die richting moet een daad
worden gedaan en afweer of wraakoefening.
In 1928 werd op een scheepje, dat langs de Zuidkust
voer, een brief gebracht voor den ambtenaar te Fak Fak
Later bleek de inhoud te zijn een mededeeling, dat het
kamponghoofd te Kooi in zijn omgeving het verhaal
Vrouwen op het veld door het wild stroomen-
de water meegesleurd.
In den omtrek van Jugenheim heeft Woensdagmiddag
een hevig onweder gewoed. Gedurende een kwartier
heeft het hevig gehageld, waardoor zeer groote schade
op de velden en wijnbergen is aangericht. Een wolk
breuk veranderde de straten en wegen tenslotte in wilde
stroomen. Vrouwen, die van het veld naar huis ijlden,
werden door het water meegesleept en konden slechts
met moeite voor verdrinken worden behoed.
Te Jugenheim stond het water op sommige plaatsen
2 M. hoog. zoodat de bewoners naar de hooger gelegen
verdiepingen moesten vluchten. Overal hoorde men het
loeiende vee, dat in de stallen met den dood streed.
De brandweer uit Bingen en de vrijwillige organisaties
uit de omliggende plaatsen zijn met zuigpompen naar
Jugenheim gekomen.
De schade is nog niet te overzien. Het meerendeel
van de boeren is niet verzekerd.
Een dame ernstig gewond- Twee bedien
den vermoedelijk omgekomen.
Aneta seint uit Medan:
In aansluiting op het bericht, inzake het afbranden
van het hotel Belvédère te Brastagi wordt nog gemeld,
dat de brand vermoedelijk is ontstaan achter het buf
fet in de groote zaal. Het grootendcels uit hout opge
trokken hoofdgebouw was spoedig een vuurzee. Bijge
bouwen, garage en keuken bleven gespaard door het
doorkappen van den verbindingsgang.
Een logeergast, de heer Tiserand, ontdekte den brand
's morgens om half vijf en sloeg alarm, waarop hij een
10-tal medegasten wekte, waarvan verschillende naar het
dak vluchtten. Zij konden langs een bamboeladder wor
den gered. Een der dames, mevrouw Limburg, sprong
van 5 meter hoogte naar beneden en werd daarbij vrij
ernstig gewond. Een andere dame geraakte licht gewond
toen een aaneengeknoopte handdoek, waarlangs zij af
daalde, losliet- De bagage der gasten is geheel verbrand
zoodat zij slechts beschikten over hun nachtgewaad.
Bluschmaterlaal ontbrak Tal van gasten waren juist
den vorlgen dag vertrokken in verband met het einde
der school-vacantie. Een baboe en een hotel-boy worden
vermist. Beiden zijn naar alle waarschijnlijkheid omge
komen. Het nagloeien der overblijfselen belet een on
derzoek. De totale schade kan nog niet worden opgege
ven. Het verzekerd bedrag bedraagt 1% ton, terwijl de
eigenaar 4 dagen tevoren een bedrijfsverzekering sloot*
Na een opwindend proces. Zij hadden
hun buren vermoord om een piano te kun
nen koopen.
Uit Sofia wordt gemeld, dat na een opwindend
proces gisteren het doodvonnis is uitgesproken tegen,
een vrouw, Timewa genaamd en haar dochter. Zij
zijn veroordeeld tot den dood door ophanging.
De veroordeelden hoorden dc uitspraak van het
vonnis met een ironisch lachje aan. Zij hadden twee
maanden geleden hun buren vermoord en beroofd
om zioh geld te verschaffen voor het koopen van een
piano.
De belangstelling voor deze zaak was buitengewoon
groot en oen menigte van ongeveer 5000 vrouwen
stond voor het gerechtsgebouw op het bekend wor
den van het vonnis te wachten.
Toen dit bekend werd, ging een geweldig applaus
uit de menigte op.
De wacht van het gerechtsgebouw wist een po
ging, om de schuldigen te lynchen, te verijdelen, doch
eerst toen bereden politie aanrukte, gelukte het de
opgewonden menigte te doen uiteengaan.
Tal van menschen vluchten de straat op.
Een r.ader bericht over de aardbeving, die Donder
dagochtend om drie minuten vóór drieën is gevoeld,
meldt:
Hoewel er geen schade door de aardschokken is
aangericht, behalve eenige ontreddering van de te
lefoonlijnen, beleefde de stad toch een hevigen schrik.
De gebouwen trilden en wankelden. Tal van men
schen' vluchtten de straat op en kampeerden tot het
aanbreken van den dag buiten.
De schokken zijn ook elders in Bengalen gevoeld,
met name te Seraj Ganj, waar twee schokken zijn
waargenomen, maar evenmin schade is aangericht.
deed van een groot schip, dat op de kust zou komen
om weerbare mannen mee te nemen. De menschen wa
ren danig in onrust geraakt en er moesten onmiddellijk
maatregelen worden genomen om daden als uitwerking
van onrust te voorkomen.
In het geheele Westen en Zuiden van Nieuw Guinea
is voor het bestuur nog veel te doen en het aantal pos
ten dient te worden vermeerderd, liefst wat meer bin
nenwaarts. Het ongeluk is. dat er binnenwaarts zoo wei
nig geschikte plekken zijn tot vestiging. Daardoor is
Nieuw Guinea een uiterst moeilijk en duur gebied voor
ordening Men kan geen post vestigen zonder gewapende
politie en zonder eenige verbinding met de buitenwereld
Nieuw Guinea, een groot en arm land, is zeer lastig te
beheeren, omdat de daartoe vereischte inspanning tegen
over de productiviteit van het gebied ongeëvenfedigd
groot is. Maar Nederland, dat zijn taak heeft gekozen,
zal de intensiviteit van het bestuur op Nieuw Guinea
moeten verhoogen.
Hoe de Javaansche boeven hun kansen
berekenen.
In een belangwekkend opstel in Koloniale Studiën
over de desapolitie in het regentschap Sragen (Soe-
rakarta) vertelt assistent-resident D. H. Meyer o.m.
van de wijze waarop Javaansche boeven hun kansen
berekenen.
Wanneer een Javaan, ongeacht het feit of hij goe
de of slechte bedoelingen heeft, iets belangrijks wil
ondernemen, komen de animistische overblijfselen
van vrees voor het onbekende hem plagen. Hij tracht
zich daartegen te wapenen door middel van eene
samengestelde methode van onderzoek, met behulp
waarvan hij verschillende belangrijke vraagpunten'
tracht te beantwoorden. Het gunstige tijdstip om te
handelen, de beste plaats van actie, de richting,
waarin hij deze plaats moet naderen en verlaten, al
deze dubieuze punten moeten tot een bepaalden
graad van zekerheid opgehelderd worden alvorens
iets ondernomen wordt. Men zou kunnen zeggen, dat
de persoon die iets wil beginnen, zich eerst de nood
zakelijke dosis zelfbewustheid moet vergaren, door
langs mystieken weg zich den' gunstigen afloop van
de onderneming te suggereeren. De driestheid,, waar
mede de roovers vaak optreden is dan ook niet in de
eerste plaats een kwestie van persoonlijker; moed,
doch is rechtevenredig met den graad van zekerheid