Bui tenland. Uitgevers: N.V. vJi. TRAPMAN Co., Schagen. Eerste Blad. De politieke verwikkelingen in Duitschland. Een Turksche moordpartij. De revolutionnaire beweging in Egypte. Tauber en Ford. Binnenlandsch Nieuws. Onze varkenshandel met Duitschland. Bravourstukje van een insluiper. Donderdag 17 Juli 1930. SCHAGËR Uitlui Nitiiis- 73ste Jaargang No. 8697 COURANT. Alitrttmii- Lulliiillil Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder dag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver- tentiën nog zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst POSTREKENING No. 23330. INT. TELEF. No. 20. Prijs per 3 maanden f 1.80. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN- TlëN van 1 tot 5 regels f 1.10, iedere regel meer 20 cent (bewijsno. inbegrepen). Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN. De brief van Hindenburg aan de Pruisische regeering. Een geweldige sensatie ver wekt De Duitsche rijkspresident Von Hindenburg heeft met zijn schrijven aan den Pruisischen minister-president een geweldige sensatie verwekt. Dat is zeker volkpmen te begrijpen, vooral nu deze persoonlijke daad van pre sident von Hindenburg geschied ls op een tijdstip van uitterste politieke verwarring, hetgeen de veronderstel ling zou kunnen rechtvaardigen, dat achter de handeling van den rijkspresident, Invloeden hebben gewerkt, die van de persoon van Hindenburg gebruik wilden maken ter bevordering hunner politieke bedoelingen. Voor de meeste leden was de brief een verrassing. Terwijl de Duitsch nationalen in een groepsvergadering reeds uiting hebben gegeven aan hun voldoening over den stap van Hindenburg, heeft de democratische groep van afkeuring doen blijken. De pers reageert naar gelang van haar politieke kleur op den brief van Hindenburg. De (democratische) Prankf. Ztg. spreekt van het ern stigste conflict waarin Hindenburg zich sedert het begin van zijn presidentschap heeft begeven. Ofschoon zijn stap menschelijk begrijpelijk is, is hij toch een staats rechtelijk novum van allerbedenkelijkste draagkracht, daar de rijkspresident zich in de bevoegdheden van de competente regeering mengt en het Stahlhelmverbod on rechtmatig en in strijd met de wet noemt. Het conflict spoedig weer bijgelegd. Andere bladen, waaronder het Berl. Tgbl. (eveneens democratisch) zijn van meening, dat het conflict wel spoedig zal zijn bijgelegd. Dit is begrijpelijk, wanneer we bedenken, dat in het antwoord van den Prulssichen minister-president aan den rijkspresident, die verklaarde niet aan de voorgenomen bevrijdingsfeesten in het Rijn land te kunnen deelnemen, indien door een handhaving van het verbod van den Stahlhelm een aanzienlijk deel der oude frontsoldaten van officieele gezamenlijke deel neming aan deze feesten zou zijn uitgesloten, door den heer Braun medegedeeld werd, dat tegen een wedertoe- lating van den Stahlhelm geen bezwaar zou zijn, indien het bestuur van deze organisatie slechts waarborgen wilde geven voor voldoening aan de door de Pruisische regeering voor die toelating verlangde voorwaarden. En te elfder ure is nu van den Stahlhelm de mededeeling ontvangen, dat men bereid is tot verklaringen, welke een Intrekking van het verbod dezer organisatie in Rijnland en Westfalen mogelijk zouden kunnen maken. Zoo zullen de feestelijkheden in het Rijnland dan toch wellicht kunnen doorgaan met de medewerking van president von Hindenburg. Maar de politieke situatie blijft daarmee onveranderd. En deze is, dat men van Duitsch-natioriale zijde alles in het werk stelt om de nog altijd in Pruisen bestaande regeeringscoalitie, waarin de socialisten een zoo over wegende positie innemen, te vernietigen. In de grootste en machtigste der bondsstaten moet de coalitie van de burgerlijke middenpartijen en in het bijzonder van het Centrum met de socialisten worden verbroken, opdat ook in het Rijk de weg vrij zal worden voor een zui ver rechtsche regeeringscoalitie. Dat heeft de heer Hu- genberg wel duidelijk te verstaan gegeven. Hij heeft onomwonden doen weten, dat de regeering Brüning niet op den steun der Duitsch-nationalen heeft te re kenen, als het Centrum niet bereid is met de socia listen in Pruisen te breken. Het conflict bijgelegd. De verwachte onderhandelingen tusschen de Pruisi sche regeering en de leiders van de Stahlhelm hebben nog gisteren plaats gehad en hebben een bevredigend resultaat opgeleverd. Seldte en Düsterberg hebben een verklaring onder teekend, waarin zij de verplichting op zich nemen, niet te zullen toestaan, dat de leden van den bond ln het hanteeren der wapenen worden geoefend en afgericht, en leden, die hiermede in strijd handelen, uit de orga nisatie te zullen verwijderen. Opheffing van het ■verbod. Naar aanleiding van deze verklaring heeft de Pruisi sche minister van binnenl. zaken aan de autoriteiten in de Rijnprovincie en Westfalen medegedeeld, dat thans tegen een eventueele wederoprichting van de organisatie Stahlhelm in genoemde provincies geen ern stige bezwaren meer bestaan. Hindenburg» bezoek gaat door. Naar 't W.B. verneemt gaat, nu het Sthalhelmverbod is opgeheven, de reis van den rijkspresident, zooals deze oorspronkelijk was vastgesteld, door, Bloedige onderdrukking van een opstand. 3000 lijken van Koerden gevonden. Reuter seint uit Constantlnopel: Na de Koerdische opstandelingen ten Noorden van het Van-meer vernietigd te hebben, begonnen Turksche troepen op groote schaal een repressieve beweging. Verscheidene dorpen, wier inwoners zich bij de rebel len hadden aangesloten, zijn geheel vernield. Gemeld wordt, dat er meer dan 3000 lijken van Koer den zijn gevonden langs de Silauvallel. De Turksche verliezen zijn niet zoo groot, dank zij de welgeslaagde actie der luchtmacht, ofschoon er eenige vliegtuigen verloren zijn gegaan. De onlusten in Alexandrië. Veertien doo- den, 170 gewonden. Reuter seint uit Alexandrië: Bij de onlusten, die hier Dinsdag plaats hadden, werd een Italiaan gedood en acht Europeanen ge wond, terwijl dertien Inlanders werden gedood en 113 gewond. Verder werden 49 soldaten gewond. Honderd zeventig personen werden gearresteerd, waarvan het grootste gedeelte afkomstig uit het Rifgebied. Bijzonderheden omtrent de oproerige beweging van Dinsdag vernielden, dat deze reeds des ochtends om 10 uur begon, terwijl de optocht, die „ter herinnering aan de martelaren van Bilbeis en Mansoera" was georganiseerd, door de binnenstad trok. Wel is waar hield de politie overal een oog in het zeil, doch de beambten hadden, naar de correspondent van de „Daily Mail" aan zijn blad seint, strenge instructies ontvangen, om vooral niet van hun vuurwapenen ge bruik te maken. Het gevolg was, dat toen de eerste baldadigheden begonnen, de agenten aanvankelijk niet wisten, hoe zij zich moesten verdedigen. Hun aarzeling werd door de menigte voor angst aangezien en in een ommezien werden de beambten bedolven onder een hagel van steenen, die de betoogers spe ciaal voor dit doel in karren met zich bleken mee te voeren. Tegen den middag bevond het Mohamed Aliplein zich in de macht der oproerlingen, die ook niet ach teruit weken, toen een door de politie te hulp geroe pen brandspuit een plasregen op hen deed neerda len. Integendeel wakkerde het ingrijpen der spuitgas ten de woede der menigte nog aan. Weldra moesten de agenten en brandweerlieden de vlucht nemen, laatstgenoemden met achterlating van hun spuit, die in triomf door de betoogers werd meegevoerd en eerst uren later deerlijk gehavend door de te hulp gesnel de troepen kon worden heroverd. Drie vrachtauto's met afdeelingen politie werden omvergeworpen en in brand gestoken. De beambten namen hals over kop de vlucht naar het paleis van justitie en openden van daaruit het vuur op de me nigte. Het was op dat oogenblik, dat de in allerijl te hulp geroepen Egyptische troepen uit het kamp van Sidi Bisjr met slaande trom de stad kwamen binnenruk ken. Doch ook hierdoor lieten de oproermakers zich niet intimideeren; de geheele stad geraakte in rep en roer en politie en militairen zagen zich ten slotte ge noodzaakt, zich door salvovuur tegen hun belagers te verdedigen. Onder de gewonden bevinden zich ook acht Europe anen, o.a. de Italiaansche consul. De hoofdcommissa ris van politie, Remanda bey, en zijn onderbevelheb ber, majoor Fitz Patrick, die zooals men weet beiden reeds direct gewond werden, zijn Engelschen. Een merkwaardige omstandigheid was, dat te Alexandrië wel is waar Engelsche troepen in garni zoen liggen, die echter niet mochten ingrijpen, zoo lang hun daartoe van hoogerhand geen toestemming was gegeven. De Egyptische regeering acht den toe stand evenwel niet voldoende ernstig om een be roep op de Engelschen te rechtvaardigen, terwijl de regeering te Londen tot dusver evenmin gebruik heeft gemaakt van het recht, hetwelk zij zich indertijd heeft voorbehouden, om in bepaalde noodgevallen uit eigen initiatief tusschenbeide te komen. Wel hebben de gebeurtenissen te Alexandrië reeds een onderwerp van bespreking uitgemaakt in een onverwijld door MacDonald bijeengeroepen kabinetszitting. Op het oogenblik bevinden zich 9600 man Britsche troepen in Egypte, t.w. drie regimenten cavalerie, zes batterijen artillerie, zes bataljons infanterie en technische hulptroepen. Zij liggen te Cairo, Ismalia, Alexandrië en Port Said in garnizoen. Strikt neutrale houding van Engeland. Twee oorlogsschepen ter bescherming der bnitenlanders naar Alexandrië. De Londensche corr. van het Hsbl. telegrafeerde gis teravond aan zijn blad: In antwoord op een vraag van den leider der op positie, Stanley Baldvvin, heeft heden de premier in' het Britsche Lagerhuis medegedeeld, dat de regeering den Britschen hoogen commissaris in Egypte heeft opgedragen een strikt neutrale houding aan te ne men. Het werd echter aan zijn discretie overgelaten om aan beide partijen de verzekering te geven, dat van Britsche zijde alles zal worden gedaan om de goede atmosfeer te behouden, waarin onlangs de on derhandelingen werden beëindigd. Sir Percy Loraine, de hooge commissaris, heeft in dien zin zijn verklaringen afgelegd, zoowel aan ko ning Foead als aan Xahas pasja, die daarmee hun instemming hebben betuigd. Hij heeft duidelijk uit eengezet, dat de Britsche regeering zich volstrekt on zijdig houdt in de binnenlandsche aangelegenheden van Egypte. Na de gebeurtenissen van gisteren, aldus MacDo nald, is Sir Percy geinstrueerd den Egyptischen pre mier Sidky pasja mede te deelen, dat de Britsche regeering hem aansprakelijk moet stellen voor het toebrengen van letsel aan personen en het vernieti gen van bezittingen in Egypte. Hem is tevens opge dragen Nahas pasja mede te deelen, dat de Egypti sche moeilijkheden moeten worden opgelost zonder dat daarbij buitenlanders en hun belangen in gevaar worden gebracht en dat Engeland hem evenzeer ver antwoordelijk zal stellen als de regeering, indien vreemdelingen in gevaar worden gebracht. Intusschen heeft de regeering ,nu het leven der vreemdelingen en hun bezittingen in Alexandrië wor den bedreigd, twee oorlogsschepen naar die haven gezonden (toejuichingen van conservatieve zijde). Hore Belisha (lib.) vroeg, hoeveel Europeanen hun leven hebben verloren of gekwetst zijn. Hij vroeg verder of het gebeurde niet bewijst hoe onverant woordelijk het is geweest de troepen uit Cairo weg te trekken. MacDonald antwoordde, dat hij nog geen officieele cijfers over de slachtoffers heeft. Wat het wegtrekken der troepen uit Cairo betreft, wees hij erop. dat de ongeregeldheden in Alexandrië zijn voor gevallen. Thurtle (lib.) vroeg, of het zenden van schepen niet door het Egyptische volk zou worden opgevat als (geroep van „orde, orde"). De Speaker stond deze vraag niet toe, evenmin als zijn vraag of de re geering voornemens is een koning te steunen, die het gezag van het parlement door het slijk heeft gesleurd. Richard Tauber zal in 1932 in Amerika voor een sprekende film optreden, waarvoor vermoedelijk de ope rette „Das Land des Lachelns" zal worden bewerkt. De auto-magnaat Henry Ford zal den Kammersanger in Amerika lanceeren. waarvoor dezer dagen besprekin gen werden gevoerd in het Palace Hotel te Scheve- ningen. Wij geven hierbij een foto van Tauber voor het Palace-Hotel, met naast zich staande zijn neef Max Tauber, directeur van het Tauber Tonfllmgesellschaft, achter hem in den wagen zijn regisseur en voorts de Ford-vertegenwoordiger en den heer Reichmann, leider van bet Tonfilmgesellschaft. (De beide schepen, die naar Alexandrië worden ge zonden, zijn de „Queen Elizabeth" en de „Ramillis". Zij hebben gisteren het eiland Skiathos (Grieken land) verlaten). Schorsing van Wafdistische bladen. Het blad „Al-Abram" meldt, dat de regeering heeft ■besloten, de verschijning van drie bladen der Waf distische partij, „Al-Balagh", „Kawkab-el-Shark" en „El-Yom" te schorsen. Ook Woensdag nog onrnstlg te Alexan drië. Ziekenhuis met steenen gebom bardeerd. Reuter seint nog uit Alexandrië dd. gister: Ook heden was het te Alexandrië nog onrustig. Dui zenden Egyptenaren verzamelden zich bij het zie kenhuis, waar zich de lijken der gisteren gevallen slachtoffers bevonden. Toen vernomen werd, dat de procureur-generaal weigerde, de lijken uit het zie kenhuis te laten vertrekken, alvorens een lijkschou wing had plaats gehad, wierp de menigte met stee nen naar het ziekenhuis, daar dit het voornemen, om van de begrafenis der slachtoffers een grootsche openbare betooging te maken, althans voorloopig ver ijdelde. De politie had groote moeite, de orde te her stellen. Om halfzeven 's avonds was men met de lijkschou wing gereed. De lijken mochten uit het ziekenhuis worden weggevoerd en de kisten werden door vrij willigers op de schouders genomen. Daarachter schaarde zich een uit duizenden personen bestaande optocht, welke door de voornaamste straten der stad trok. Alles had een ordelijk verloop, hoewel telkens weer de kreet .„Leve Nahas Pasja!" werd vernomen. Tegen de politie en de soldaten, die de orde hand haafden, werd echter geenerlei bedreiging geuit. Om acht uur 's avonds kwam de stoet op het kerkhof aan. De Egyptische minister van Binnenlandsche Za ken spreekt het gerucht tegen, volgens hetwelk de Italiaansche consul bij de onlusten van gisteren ge wond zou zijn. WIJ BREIEN en repareeren alle soorten Wollen Kleeding, Kousen en Sokken, ook de allerfijnste. JAAP SNOR. Zuid- straat 15, DEN HELDER. Let op den gelen winkel. Depot Schagen: C. de Moei, Noord. Een herhaling van 1928? De meening van een Duitsche deskundigen-commissie. Volgens de cijfers van het Duitsche rijksbureau voor de statistiek bedroeg de varkensstapel op 1 Juni j.1. 19.8 mlllioen, dat is 18 pet méér dan een jaar daarvoor, en nog geen 2 pet minder dan in 1928 op denzelfden da tum. Het aantal biggen beneden 8 weken nam toe met 22% pet., de groep varkens van 8 weken tot jaar met 13.3 pet., die van tot 1 jaar met 25% pet en die van éénjarige en oudere varkens met 14% pet. Ook het aantal fokzeugen is sterk vermeerderd; de drachtige beneden een jaar met ruim 40 pet en die daarboven met 14% pet. Het rijksministerie v. Landbouw heeft deze cijfers door een commissie van deskundigen laten uitwerken. Zij is daarbij tot de conclusie gekomen, dat hoewel de marktaanvoeren tot den herfst vermoedelijk grooter zullen zijn dan in hetzelfde tijdvak van 't vorige jaar, deze toch niet den omvang zullen aannemen van Juni September 1928. Aangezien bovendien in deze maanden, ln verband met het seizoen, een opleving van de varkens- markt te wachten staat, zal h.i. de afzetmogelijkheid ln dit tijdvak gunstiger zijn dan ln de latere maanden. De sterke toeneming van het aantal biggen tegenover vorig jaar en vooral de vermeerdering van het aantal drachtige zeugen doen haar in verband met den achter uitgang van de rentabiliteit der varkensmesterij een verdere daling der biggenprijzen verwachten. Naar haar oordeel moet men ln Duitschland van den herfst af rekenen op dalende varkensprijzen en wel der mate. dat in het voorjaar van 1931 een aanbod te duch ten is, Öat eenigszins met dat van voorjaar 1928 een tijd dus van sterke ineenstorting der prijzen, overeenkomt. Deze vrees is te méér gegrond, omdat de varkensprij zen thans reeds bij een betrekkelijk klein aanbod ten gevolge der verminderde koopkracht van de bevolking aanmerkelijk lager zijn dan zij volgens den stand der varkenshouderij moesten zijn. Deze commissie adviseert dan ook het volgende: hos vroeger en hoe lichter de varkens op de markt worden gebracht, hoe beter, want hoe verder de tijd voortschrijdt, hoe ongunstiger de afzetmogelijkheden worden, daar de afzet in het bijzonder van vette varkens voortdurend ze ker wordt. Wie dus meer biggen gaat mesten dan hij gewoon 5s, stelt zich aan een groot risico bloot. Hij moet aldus de commissie bedenken, dat wanneer de aanwezige en in de komende maanden te verwachten biggen alle worden gemest de markttoestand in het begin van het volgende jaar zoo ongunstig mogelijk zal zijn. Die zich als „voddenkoopman" voordeed. De 30-jarige juffrouw N. uit de Rozenstraat te Sneek, ging even een boodschap doen. terwijl haar zieke moeder boven op bed lag. Zij keerde na enkele minuten in haar woning terug en zag in de huiska mer een ongeveer 18-jarige jonge man staan, voor de geopende linnenkast. Zij vroeg hem wat hij daar moest doen, waarop deze antwoordde: „Ik kom om vodden te koopen, er is nog een man boven." De juffrouw schrok hevig en vloog de trap op naar boven, om te zien of dit zoo was en of er iets met haar moeder was gebeurd, daar ze deze niet hoorde. Inmiddels wist het jongmensch te ontvluchten. Er bleek behalve de moeder niemand boven te zijn of te zijn geweest, maar het jongmensch maakte van de gelegenheid gebruik om zich uit de voeten te ma ken. Weer beneden gekomen ontdekte de juffrouw dat een geldtrommeltje, inhoudende ongeveer f500 verdwenen was. Zij vloog naar buiten, sprong op de fiets en zag den jongeman niet meer. Zij reed toen oogenblikkelijk naar het politiebu reau, alwaar terstond een onderzoek werd ingesteld. Het mocht de politie gelukken binnen zeer korten tijd het jongmensch aan te houden, maar hij had toen het geld niet meer bij zich. Dit was niet langer dan 15 minuten geleden na den diefstal. Hij ontkende aanvankelijk, doch zcide ten slotte, dat hij met een vriend was geweest, die op de fiets naar Bolsward was gegaan. Oogenblikkelijk werd per auto een onderzoek in Bolsward ingesteld, doch dit bleef zonder resultaat. Het jongmensch op nieuw gehoord, legde toen een volledige bekentenis af en gaf voor het geld te water te hebben gegooid. Totdusver is het geld echter ter plaatse niet gevon den. Het onderzoek wordt voortgezet. ZAKKENROLLER AAN HET WERK. 5 Bankbiljetten van f 100 verdwenen. Bij een slager aan den Jansweg te Haarlem kwa men Dinsdagmiddag vier personen. Toen zij. na iets gekocht te hebben, weer weg gingen, miste de slager vijf bankbiljetten van f 100, welke hij toevallig even los in zijn vestzak gestoken had. Uit het onderzoek van de politic is gebleken, dat een der vier personen een bekend zakkenroller is. KINDERVERLAMMING. Dinsdag is te Gouda kinderverlamming geconsta teerd bij een jongen van 14 jaar. Het aantal geval len is hiermede tot 31 gestegen. Hot sterftecijfer ver anderde niet, er zijn in totaal vijf patiënten gestorven. EEN GEMEENTE STAAKT HAAR BETALINGEN. Wegens het niet goedkeuren door Ged. Staten van Zeeland van de begrooting der gemeente 's-Gravenpol- der voor het loopende dienstjaar, heeft het dagelijksch bestuur dier gemeente besloten, na 1 Juli alle beta lingen, o.a. van de salarissen van het gemeenteper- soneel, waaronder de onderwijzers, stop te zetten.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1930 | | pagina 1