llltitn Nieuws-
Uitgevers: N.V. v.h. TRAPMAN Co., Schagen.
Eerste Blad.
Margarine.
Uit onze omgeving.
ALKMAAR.
HEERHUGOWAARD
HARENKARSPEL
ST. MAARTEN
S C H 0 0 R L.
WINKEL.
Woensdag 6 Augustus 1930.
schaeer
73ste Jaargang No. 8708
courant
Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder
dag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver-
tentiën nog zooveel mogelijk in bet eerstuitkomend nummer geplaatst
POSTREKENING No. 23330. INT. TELEF. No. 20.
Prijs per 3 maanden f1.80. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN-
TIcN van 1 tot 5 regels f 1.10, iedere regel meer '20 cent (bowijsno.
inheprepcn). Grontere lettors worden naar plaatsruimte berekend.
DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN.
Het nieuwe Rijwielplaatje.
Nederland is weer onveilig,
Overal dreigt het gevaar,
En we spelen 't met een praatje
Over 't plaatje niet meer klaar!
„Even halen" of „vergeten"
Wordt allang niet meer geloofd,
En de kool, bestemd voor and'ren,
Heeft men steed3 zichzelf gestoofd!
Menig achtenswaardig burger,
Die justitie nauw'lijks kent
Door z'n ongerept verleden,
Heeft het eerlijk roer gewend!
Menig achtenswaardig burger
Wordt door de fiscale macht
Met het schaamrood op zijn kaken
Zeer omstandig opgebracht!
Hij tracht onbestemd te lachen,
Maar dit redt niet zijn figuur,
Hij is, net als ieder ander,
Wat we ronduit noemen: „Zuur!"
En de openbare schande
Wordt hem waarlijk niet bespaard,
Tijd'lijk wordt hij afgezonderd,
En zijn flets verbeurd verklaard!
Ziet hem schulbewust verdwijnen
Uit een oploop van 't publiek,
Met een onbeholpen houding,
En wat zielige critiek!
Hoort hem zwijgend knarsetanden,
Als hij 't rent'loos boetegeld,
Vol opstandige beroering,
Voor het stil loketje telt!
Pas geboren rijwielplaatje,
Gij zijt -best Uw prijsje waard,
Onze duur gekochte vrijheid
Wordt door U weer wel bewaard!
La&t ze kijken, 't is in orde,
„Nee agent, U doet me niks!"
Daag'lijks speelt men vrijheidsheldje
Voor twee vijftig! Voor een riks!!
Augustus 1930. KROES.
(Nadruk verboden}.
O, Margarien,
O, nagemaakte boter,
O, Margarien,
Uw omzet wordt steeds grooter,
O. Margarien,
Wanneer gij blijft bestaan,
Dan zal de echte boter.
Naar den blgaan!
Waarschijnlijk zijn er nog wel onder onze lezers, die
zich dit schoone(i) lied herinneren uit den tijd, dat de
margarine of kunstboter pas op de markt verscheen.
Het nieuwe uitvindsel was toen nog niet het zuivere pro
duct, dat thans door de eerste-klas-fabrieken wordt ge
leverd en waarvan geen ander kwaad kan worden ver
teld. dan dat het geen echte boter is en dat het geen
vitaminen bevat
Met wantrouwen begroet, heeft de margarine niette
min de wereld veroverd en al is het met de natuurboter
niet zoo erg geloopen als het kermisdeuntje vreesde, toch
wordt het gebruik van het echter product door dat van
de namaak overtroffen.
Het is wel interessant, de geschiedenis van de marga
rine na te gaan. Een welkome gelegenheid daarvoor
biedt een beschouwing van den bekenden heer Antoon
Jurgens, welke werd geschreven voor de Amsterdam-
cche Bank.
De heer Jurgens begint aldus:
„In ruim esn halve eeuw tijds is de margarine een al
gemeen gebruikt zelfstandig voedingsmiddel geworden,
dat naast de natuurboter zijn eigen plaats in de volks
huishouding inneemt.
Maar het is niet als artikel voor volksvoeding, dat de
margarine groote beteekenis heeft; ook door den in
vloed op de handels- en betalingsbalansen van verschil
lende landen is dit product een belangrijke rol gaan
spelen. Enkele voorbeelden kunnen dit typisch illustree-
ren."
Eerst wordt nu Denemarken genoemd, een echt agra
risch land, welks zuivelproducten jaren lang gedeelte
lijk door onze eigen domme schuld gevaarlijke con
currenten waren voor de Nederlandsche.
Zelf gebruiken de Denen weinig van hun kostelijke
en kostbare natuurboter. 80 4 90 procent voeren zij uit,
In 1929 voor een waarde van ongeveer 520 millioen kro
nen, terwijl de bevolking zich tevreden stelt met de in
het eigen land gemaakte margarine. Dat zal wel geen
vrije keuze zijn, doch een economische noodzakelijkheid!
22 K.G. kunstboter is het gebruik per jaar en per hoofd,
vier keer zoo groot als dat van natuurboter. In geen en
kel ander land is het zoo erg, zegt de heer Jurgens.
Den toestand in Nederland teekent hij aldus:
„Van de natuurboterproductie wordt een zeer belang
rijk deel uitgevoerd, vooral naar Duitschland. De totale
boterproductie bedroeg in Holland in 1928 85.000.000 K.G.
en de uitvoer bruto 47.000.000 K.G., ter waarde van on
geveer f 88.000.000. Naast de natuurboterproductie heeft
Nederland een zeer belangrijke margarine-productie. Vol
gens het maandschrift van het Centraal Bureau voor de
Statistiek bedroeg de Nederlandsche margarine-produc
tie in 1928 140.000.000 K.G. Hiervan werd 66.5 millioen
K.G. in ons land zelf geconsumeerd, wat op een verbruik
van 8.4 K.G. per hoofd van de bevolking neerkomt; te
genover een gemiddeld natuurboterverbruik van 5.8 K.G.
Naast den boteruitvoer ter waarde van ongeveer
f 88.000.000 bedroeg de margarine-uitvoer in 1928 89.000.000
K.G. bruto ter waarde van f 52.000.000.
Voor Nederland en Denemarken geldt in zekeren zin,
dat voor iedere K.G. margarine, welke geconsumeerd
wordt, een K.G. natuurboter van belangrijk hoogere
waarde voor export vrijkomt; terwijl voor Duitschland
voor iedere K.G. margarine, welke geconsumeerd wordt,
1 KG. natuurboter minder behoeft te worden ingevoerd."
In Duitschland is n.1. de productie van natuurboter
niet voldoende om de binnenlandsche vraag te dekken.
„Hoewel de margarineconsumptie van ongeveer 7%
KG. per hoofd der bevolking nog voor zeer belangrijke
uitbreiding vatbaar is, wordt er meer dan 136.000 ton na
tuurboter per jaar in Duitschland ingevoerd, ter waarde
van ruim Mk. 458.000.000. Bij verdere stijging van de
margarine-consumptie zou de Duitsche betalingsbalans
ontlast kunnen worden met het verschil tusschen de
waarde der natuurboter en de aanmerkelijk lagere waar
de van de grondstoffen benoodigd voor de margarine."
Feitelijk zegt dus de heer Jurgens tot de Duitschers:
„Eet meer margarine, want naar mate gij dat doet, zal
het u gemakkelijker vallen om uw verplichtingen tegen
over het buitenland na te komen!"
Voor een margarine-man als hij hij hoort immers
tot de familie, welke de bekende fabrieken te Oss ex
ploiteerde ligt het wel in de lijn, om propaganda te
maken voor de kunstboter. Toch durven wij de veron
derstelling maken, dat hij zijn persoonlijk gebruik van
natuur- en kunstboter wel niet overeenstemmen zal met
de hierboven genoemde gemiddelde cijfers, 5.8 en 8.4
KG.
Alle goede eigenschappen van de margarine ten spijt,
getuigt het niet van stijgende welvaart als deze namaak
in de plaats treedt van de echte boter.
Over den smaak valt niet te twisten, doch wat we
een oude boerenvrouw hoorden zeggen, klonk' ons
niet gek in de ooren:
„Liever een schraapje natuurboter dan een laag mar
garine."
In een volgend nummer nog iets over de ontwikke
ling der margarine-industrie.
WAAR DE VROUW
BELANG JN STELT.
Welke kleur moet
uw pels hebben?
Dit is echt een vraag uit den tegenwoordigen tijd.
Want wie zou er voor 30 of 40 jaar aan hebben gedacht,
om een bont naar eigen keuze van kleur uit te zoeken!
Dat bestond eenvoudig niet. Men droeg het bont, zooals
het was, in natuurlijke kleur. En wanneer het werd ge
verfd, dan was het alleen zwart, en dat deden de bont
werkers niet eens zelf. Zij stuurden de bonten dan naar
enkele zeer speciale adressen. De keuze in het algemeen
van bonten in vroeger tijden haalt niet bij de tegenwoor
dige keuze, a! had men toen ook marter, bunzing en sa
belbont Deze bonten, nog niet aan een steeds wisselende
mode onderhevig, waren een waardevol bezit. En dan
spreken wij hier niet eens over een bontmantel, maar
over een sjaal, boa of mof. Iets anders kende men toen
nauwelijks; de bontmantel was iets zeer zeldzaams. In
groote gezelschappen hadden de dames groote, breede
sjaals, waar in zij zich bijna geheel konden hullen, wat
echter maar zeer weinigen zich konden permitteeren.
Om een vergelijking te maken met den tegenwoordigen
tijd, wie nu ln het bezit is van een bontmantel, droeg
toen een boa of bont met mof, en wie nu een mantel
heeft met bont afgezet, droeg toen heelemaal geen bont;
wie nu een sabelbont, of chilla draagt, kon vroeger wel
koninklijke allures aannemen.
Doch. zooals boven gezegd, droeg men vroeger onge
verfd bont. Langzamerhand begon men de bisam te ver
ven. eerst zwart, om wat variatie te hebben. Tenslotte
kwam de bontgarnituur in vraag. Voor de voering ge
bruikte men dan het buik- of rugvel van eekhoorn of
hamster. De keuze van het bont was zeer beperkt, om
dat men alleen de beste kwaliteiten gebruikte. Het
kwam niemand ln zijn hoofd op, om een kraag uit afge
knipte stukken in elkaar te zetten. Met de ontwikkeling
van de techniek en de industrie is echter het begrip pels
geheel veranderd. Wie zou vroeger een konijnenvel ge
dragen hebben en dan van „pels" hebben gesproken?
Wie zou vroeger ooit vermoed hebben, dat een pels zoo
zou worden veranderd en geverfd, dat deze niet meer te
herkennen was.
Als het meest kostbare bont gold nog twintig jaar ge
leden het sabelbont, dat voornamelijk aan het Russi
sche hof werd gedragen. Tegenwoordig is er bijna niet
aan te komen. Een algeheele verschuiving en verande
ring heeft in de bont-markt plaats gevonden; kwalitei-
teit geldt niet meer als eerste vereischte. Zooals men
weet, is van verschillende dieren de kleur van den pels
in den zomer anders dan in den winter, 's Zomers is
de kleur ln overeenstemming met de kleur van de aarde,
terwijl deze dieren 's winters wit zijn, zooals de alpen
haas en de wezel. Deze verandering van kleur van den
pels geschiedt in de maand November. En deze witte
pelzen waren bijzonder in den gunst bij de bontwerkers
en de dames (vooral het witte bont van den wezel, nu
hermelijn genoemd). Echter, dank zij de ontwikkeling
van de chemie, kan men elk bont iedere gewenschte kleur
geven. Rood-vossen maakt men zwart of bruin, om van
de goedkoope vellen niet eens te spreken. Men laat het
bont verven bij het kostuum en dan in de fijnst voor
geschreven nuance.
Ondanks het feit, dat wij reeds zoover gekomen zijn.
heeft de pels-industrie en de mode zekere grenzen niet
overschreden. Het eenige doel, dat men wilde bereiken,
was het veredelen van de goedkoopere bontsoorten, ede
le bontsoorten natuurgetrouw te imiteeren. Zuivere pro
ducten van de phantasie zijn er nauwelijks gemaakt, hel
groen en lichtblauw werden niet benut. De grenzen,
waar de phantasie ophoudt en de natuurzin voor den
dag komt, zijn intusschcn nauwelijks te onderkennen,
al kan men het toch wel aanvoelen, wanneP» de mode
ons naar het decadente brengt. Toch komt het met de
plannen van de vooruitstrevenden goed overeen, de ja
gende, immer veranderende mode een nieuwe factor
van mogelijkheden, aan de hand te doen, waarbij niet
alleen de snit en de vorm van den pels, maar ook de
kleur moet veranderen. Dan zegt Elsa tot haar vriendin
Loeloe: „Wat is je groene bontmantel prachtig purper
geverfd", en hult Elsa zich in een keurige, azuurblauwe
bisam. Wat is uw lievelingskleur? Laten wij bij welk
tempo ook van de ontwikkeling nooit ons hoofd op hol
laten jagen, anders gaat het laatste restje van fijngevoel
voor den edelpels verloren. Dan zou de roodvos meewarig
zijn hoofd schudden, omdat wij louter verlangen naar
veelheid, rijkdom en schoonheid zouden denken, de die
renwereld te kunnen overtroeven.
Verhuis-auto maakte luchtreis en werd in 't
Kanaal gekwakt! Twee Inzittenden wisten
zich te redden en werden in de gasfabriek
gedroogd.
Maandagmiddag te omstreeks 3.30 uur, reed een vier
wielig motorrijtuig, een leege verhuisauto, op den Hel-
derschenweg, ter hoogte van de Gasfabriek. Dit motor
rijtuig werd bestuurd door W. A. M. M., wonende te
Amsterdam, terwijl naast den bestuurder in de cabine
den tegelzetter H. A. ten C., eveneens aldaar woon
achtig, zat. Op het moment dat bedoelde auto de gas
fabriek passeerde, werd het motorrijtuig gegrepen door
een hevigen rukwind, met het gevolg, dat het als het
ware werd opgenomen en over de tramrails heen ïn het
Groot Noordhollandsch Kanaal werd geslingerd. De beide
Inzittenden gingen kopje onder, doch wisten zich, door
het inslaan van de stuurcabineruit, uit hun benarde
positie te redden. Dit ging met veel moeite gepaard en
was het een geluk, dat een der inzittenden, namelijk
ten C., een goed zwemmer was, waardoor hij zijn ka
meraad beter kon helpen, bijgestaan door een toege
schoten burger, die zich eveneens te water begaf. Be
houdens een paar lichte wonden aan de handen, kwa
men bedoelde personen met den schrik en een nat pak
vrij. Zij zijn naar de gasfabriek gegaan, om hun klee-
ren te dregen.
De eigenaar van de auto was zekeren C. K, wonende
te Amsterdam, die telefonisch met het geval in kennis Is
gesteld en des avonds alhier arriveerde. De auto s in
den afgeloopen nacht door de garage Pauwels, met een
kraanwagen op het droge gebracht.
Een en ander is nog betrekkelijk goed afgeloopen.
GEMEENTE HEERHUGOWAARD.
Ingeschreven gedurende de maand Juli 1930.
Geboren; Johan Jozef, z. v. J. Dekker en Selma Jo
nas. Johannes, z. v. S. Ivooijstra en L. Rozema. Pe
trus, z. v. J. Wijnker en A. v. Langen; Louweris,. z.
v. S. Dekkers en W. de Boer. Grietje, d. v. S. Kuin en
G. Kroon. Anna Petronella, d. v. Th. v. Stralen en
A. M. v. Langen. Johannes Simon, z. v. D. Dudink
en H. v. Schagen Ebertus, z. v. G. Mulder en I. Ot-
tens (wonende Amsterdam). Maria Johanna, d. v. N.
Bankras en A. Beers. Catharina Agatha, d. v. P. Blee-
ker en Cath. Tamis.
Ondertrouwd: C. Mul, wednr., 51 jaar, en N. Hooge-
boom, jm.. 49 jr.; C. Smit, jm., 31 jr. en C. Appel
man, jrri., 28 jr.; M. Bakkum, jm., 26 jr., Ursem en
M. A. Ottenbros, jd., 22 jr.
Gehuwd: A. Cuperus en C. den Engelse; C. Mul en
N. Hoogeboom.
Overleden: Franciscus Groot, 10 mnd., zoon van G.
Groot en C. II. Barhorst. Gerrit Peters, zoon van
J. Peters en M. Visser, 3 w. (wonende Zuidscharwou-
de): Geertje Klaver, wed. v. A. Beers, 75 jr. Neeltje
Jongejan, wed. v. J. Kleijer, 79 jr., Levenloos aange
geven kind van D. v. Diepen en C. R. Wit. Heertje
Reets, 47 jr., echtgen. van G. K. Schoen. Gerardus
Bart, 5 wk., zoon van C. Bart cn G. Kieft.
De parvenufa, m'n jongen, ik ben ook
begonnen met kranten te verkoopen.
De krantenjongen: Toe, meneer,maak me
nou m'n betrekking niet tegen. (Humorist).
TWEE-EN-ZEVENTIG.
In 't Verloren Hoeksken van Het Laatst Nieuws,
het Brussclsche blad, schijft Nele Klauwaerdinne:
Toen de Vesuvius aan 't ronken was, en elk vluchtte,
wat zal de angst geweest zijn van de moeders, die zich
zelf vergeten, en den angst dragen van al hun kinderen.
Hun verdriet is de som van allemans verdriet, en dan
nog veel meer.
En wat zullen zij, de moeders, gedaan hebben om
kinderen te beschermen.
Al wat alleman heeft gedaan, te zamen, en dan nog
veel meer.
We zullen het nimmer weten.
Maar den moed van die moeder te Melfl kennen we
nu toch. Van die ééne.
De grond blafte. Het huis viel in. Alle deuren en
ramen waren gesloten door puin. Te ontkomen was on
mogelijk. En 't kind lag in de wieg.
De gravers en redders hebben die moeder in het puin
van haar huis ontdekt, met, in haar armen, de wieg
van haar meisje.
Zij stond er over gebogen en kreeg stecnen en 'tolk
op haar rug. Haar lichaam was een scherm. Zou zij
verroerd hebben, dan kwamen de brokken en sche.vcn
op het kind.
Zij heeft niet verroerd.
Twee-en-zeventig uren heeft zij alzoo gewacht, in die
houding.
Twee-en-zeventig uren.
Dat kan alleen een moeder. Waar haalt zij die kracht?
Mijn moeder, zegt Cieltje Quaefeniene, gaf mij, als
ik klein was, eiken Zondag één frank. Ik ben nu ge
trouwd, en bezit veel meer dan ooit mijn moeder heeft
gehad. Als zij mij komt bezoeken of ik naar huis toe ga,
en 't is Zondag, dan stopt zij mij nog altoos één frank
toe. Daar, voor uw Zondag, kind, gelijk vroeger.
Mijn moeder, zeg Ik dan, kwam nooit van de markt
of van een reis terug, of zij had snoepjes mede. En nu
nog, als zij komt, dan komt er uit haar handtasch, een
grauw zakje, met snoep er in, gewone zwarte bollen, uit
den volkswinkel, 't Zijn de beste, kind, zegt zij die er
zijn.
Wat Cieltje's moeder dien frank doet geven en mijn
moeder dat zakje, deed de moeder uit Melfl. gebog°n
staan over de wieg van haar kind, die zij in haar ar
men hield, twee-en-zeventig uren lang.
Twee-en-zeventig.
GEMEENTE HARENKARSPEL.
Ingeschreven gedurende de maand Juli 1930.
Geboren: Greta. dochter van Adriaan Spoor en
Maart je Delver. Petrus Johannes, zoon van Hendrik
Danenberg en Catharina Groot. Petronplla, dochter
van Hendrik Nicolaas Borst en Maartje Wijdenes.
Ali, dochter van Hendrik Nicolaas Borst en Maartje
Wijdenes. Theodorus, zoon van Cornelis Dekker en
Aaltje Buter. Hark, zoon van Klaas de Wit en Trijn
tje Sijbrmds. Martinus, zoon van Jan Bruin en Im-
metje Jong. Trijntje, dochter van Pieter Wit en
Jacomijntje Maria Poldervaart. Johannes Jacobus,
zoon van Evert Karsten en Maria Alida Teselaar.
Anna Cornelia, dochter van Johannes Cornelis Mooij
en Anna Pronk. Dirk, zoon van Jan Groet en Guur-
tje Kaaij. Guurtje. dochter van Adrianus Johannes
Strooper en Cornelia Maria Dekker. Petronella Aga
tha, dochter van Jan Strooper en Cornelia Burger.
Ondertrouwd en Gehuwd: Pieter van der Bel en En-
geletje Swager. Nicolaas Cornelis Hof en Maria Ca
tharina Johanna Giebels. Arie Brink en Agnes
Masteling.
Overleden: Een als levenloos aangegeven kind van
Johan Ente en Maria Anna Rijser. Johannes Kuil-
boer, oud 3 jaren, Aagje Buter, oud 63 jaren, echte,
van Pieter Spaans, Sophia Betendina ten Bosch,
oud 68 jaren, weduwe van Gerardus Johannes Jan
sen. Maartje Delver, oud 27 jaren, echtg. van Adriaan
Spoor.
GEMEENTE ST. MAARTEN.
Ingeschreven gedurende de maand Juli 1930.
Geboren: Anna, dochter van Johannes Jacob Vos
en Dieuwertje Dekker. Marie. dochter van Arie Sij-
hrands en Trijntje Zeeman. Simon, Aire, zoon van
Jan Vijzelaar en Maartje Schermer.
Ondertrouwd: Geene.
Getrouwd: Klaas Meijles en Geertje Bouma.
Overleden: Willem Blaauboer, oud 54 jaren, echt
genoot van Kaatje Kuit.
GEMEENTE SCHOORL.
Ingeschreven' gedurende de maand Juli 1930.
Geboren: Johannes. zoon van Johannes Delis en
van Margaretha Maria Roozendaal.
Ondertrouwd: Geene.
Overleden: Abraham van Thijn, 31 jaar, wonende
te Uitgeest. Jacob Hoogland, 67 jaar, echtgenoot van
Cornelia Klisabeth Bruin.
Zondag J.l. werd door de Vereeniging Sparta Veteranen
een wedstrijd gespeeld te Winkel tegen de veteranen al
daar. Deze wedstrijd, die een zeer aangenaam verloop
had en onder de goede leiding van den hier ln West-
Friesland welbekenden heer Klelterp stond, eindigde in
©en 83-overwinning voor Winkel.
Sparta verscheen echter maar met 10 man, terwijl
na de rust nog een der spelers den strijd moest staken.
We schreven reeds dat de wedRtrijd een goed verloop
had. Jammer was het. dat het terrein voor sport nu
ten eenenmale ongeschikt was.
Dit is echter de ontvangende vereeniging niet ten
kwade te duiden, daar er blijkbaar bij de autoriteiten
van Winkel niemand is. die zich om het bezit van een
goed sportterrein bekommert.
Onder de ingezetenen en in hoofdzaak onder de jonge
lui, leeft de liefde voor de sport toch, getuige o.a. de