Per motorbootdienst „Onderneming"
van Schagen naar Rotterdam.
HET GEHEIM VAN
DEN GRIJSAARD.
't Was op een stormachtigen Dinsdagmorgen, dat we
de „haven" aan de Loet te Schagen verlieten. Slechter
weer hadden we nauwelijks kunnen treffen, het zou dan
ook blijken de heele reis zeer stormachtig te zijn; niet
zoo erg in de stemming, maar toch vol goeden moed
vingen we den tocht aan.
Doordat we zeer veel bloembollen moesten laden voor
Lisse, verlieten we pas 's avonds om negen uur de sluis
te Broek op Langendijk, onder zeer hevig onweer; op
het Alkmaarder meer spookte het geweldig. Wat is dit
een enorme sensatie als men het nog nooit medege
maakt heeft; men ziet niets dan kleine lichtbakens,
waar men alleen de goede richting van den te volgen
haan aan zien kan; de regen kletterde op de schuit,
hetgeen de griezeligheid niet weinig verhoogde. De schip
persgezel zeide: „Ja, ik vaar dit traject reeds 5 jaren,
maar wanneer we dit meer oversteken op zoo'n storm
achtigen nacht, gaat hier voor mij toch altijd een ge
weldige bekoring van uit".
Na nog eenige uren gevaren te hebben op het Noord-
Hollandsch Kanaal en de Nouwenasche-vaart, gingen we
zeer vermoeid van dezen langen, bedrijvigen dag om
4 uur „in de kooi". Na enkele uren vervolgden wij onzen
reis en gauw legden wij te Haarlem, de bloemenstad,
aan. Na eenige uren hier geladen te hebben, stevenden
we op Lisse aan. In en om 't „Nederlandsche Bloembol
lenhuis" heerscht steeds een geweldige drukte van vaar
tuigen, transportarbeiders, vrachtauto's en men kan in
het veilinggebouw wel over de hoofden der kooplustigen
loopen. Heel het plaatsje heeft een zeer vroolijk aan
zien, veel nieuwe wijken en winkels en buitengewoon
druk doorgaand verkeer.
De Kagerplassen waren wel de meest aantrekkelijke
punten van onzen tocht; hier ondergaat men een mach
tigen indruk van de wondere, ongebreidelde natuur,
zoo verheven het hier kan zijn bij helder, zonnig weder,
zoo vol kracht en geheime energie kwam de natuur
hier nu tot ons. Hier krijgt men het idee één te zijn
met de natuur, weg van alle benauwde huizenrijen, van
ieder motorisch gedoe; het Is een beeld van vrijheid,
wanneer men hier een koppel vogels ziet vliegen, neer
strijkend op het water en het land, om daarna weer in
overmoed het vrije luchtruim te kiezen, om in zwierige
vlucht zich te laten zweven op den wind. Men benijdt
de vogels... en beklaagt de mensch, ook omdat hij zich
de moeite niet geeft hiernaar te komen kijken, met
droomerige blik hiervan te genieten en het gevoel van
mensch zijn over zich te laten komen; de mensch die
hier maar al te dikwijls geen gelegenheid toe heeft...
Langs de Delftsche vaart kregen we vele schoone villa's
en vereenigingsgebouwen, pensionaten, enz. te zien. Het
is een apart genot, deze goed verzorgde omgeving langs
te gaan, met z'n eindelooze boomenrij en file's van
auto's, fietsers enz. Maar ook de arbeid in haar volle
triomf kwamen we te zien; het is een aardig gezicht
zoo'n schip in wording en hoe er aan zoo'n geraamte
gebouwd wordt, tallooze scheepstimmerwerven geven
hier volop bedrijvigheid te zien.
Het scheepsverkeer is hier ontstellend groot; honder
den aken met zand en grint, hout en ijzer beladen,
komen hier dagelijks aan. De indruk die een Noord-
Hollander hier krijgt, vooral als men niet uit de fa-
brieksstreken KrommenieWormerveer komt, daarvan
heeft men zich geen idéé gevormd. Men moet dat zien
in werkelijkheid, niet op een film of een fotoreeks.
Des avonds 10 uur kwamen we te Rotterdam aan,
met zijn vele sluizen en groote bruggen, fabrieken en
handelshuizen, zijn enorme verscheidenheid van men-
schensoorten en -rassen, karakter, levenswijzen en natio
naliteiten. Hoewel we zeer vermoeid waren, gingen we
nog even „een straatje om". Een aardig gezicht bij
avond is het werken aan een tramlijn, met groote
blauwe vlammen, die de huizen tot in den nok hel
verlichtten; het is echter zeer gevaarlijk hiernaar te
kijken, daar als men onwillekeurig in zoo'n vlam kijkt,
het zeer gemakkeijk het gezicht kan kosten.
Donderdagsmorgens werden we reeds om 5 uur gewekt
door den havenmeester, die nota bene al om havengeld
kwam. Op z'n vraag: „Schipper, ben je d'r in," vrd
door dezen laatste geantwoord: „Nee, ik moet nog ko
men", welk antwoord gelukkig een aanwijzing voor den
man was, z'n bezoek nog enkele uren uit te stellen.
's Morgens gingen wij de havens bezichtigen en de
geweldige Maasbrug opwandelen. Op de Parkkade lagen
bij wijze van variatie drie Fransche oorlogsschepen, die
met „volle bemanning" voor eenige dagen de gasten der
stad waren. Bij wijze van vriendschap natuurlijk, al
klinkt het wel een beetje zonderling: met de wapenen
mee te gast te gaan. 's Avonds om kwart over negen
werd aan de heeren officieren, die op het raadhuis
ontvangen werden, een serenade gebracht, waarbij gast-
heeren en gasten allen op het balcon verschenen, onder
Kort verhaal
Toen de journalist Fred Derf, die, toevallig het
binnenland van Argentinië bereizend, hoorde, dat
wat er gebeurde tijdens de spannende tooneeluitvoe-
ring van het reizend circus, niet maar was een toe
vallig tusschenbeide-komen van den een of anderen
toeschouwer, doch dat het uitging van een ouden
man, die een bekende verschijning was, kreeg hij
onmiddellijk de overtuiging, dat men hier te doen
had met een moordenaar
Want hoe anders was de houding van den grijs
aard t.e verklaren, die, direct vóór de scène, waarin
de door de politie vervolgde Argentijnsche, nationale
held en hoofdpersoon van het stuk „Juan Moreira"
in den rug zal worden aangevallen en doorstoken,
van zijn stoel opstuift en onder luid geschimp het
circus verlaat?
Alléén een berouw-hebbend moordenaar handelt
aldus, vond hij, dat lijdt geen twijfel.
„Bent u van de justitie?" vroeg de herbergier, een
pokdalige jongeman uit de provincie Mendoza.
„Ik ben globe-trotter."
„Wat is dat voor een beroep?"
„Eerder een roeping, mijnheer, ik reis, slenter de
wereld door. Vorig jaar liet ik mij de gruwelen dor
Chineesehe justitie demonstreeren; 't jaar daórvoor
geraakte ik in de grootste verwondering over den
bijna helderzienden oriënteeringszin van Australische
Boschjesmannen; vandaag interesseert mij hier, in
dit Argentijnsche nest, het gebarenspel van dezen
bijzonderen grijsaard, die midden in de meest span
nende scène eener, op zich zelf reeds aparte, circtis-
tooneeluitvoering, waarin tusschen burgers en roo-
vers
„Geen roover, senor. als u me veroorlooft!" sprak
de ander snel tegen; „het gaat hier om Gaucho's, die
„heeren" zijn!"
„Kom, deze meneer Juan Moreira is toch stellig
geen engel geweest, maar een echte brandstichter,
die
„Het was een man, senor, die helaas zich gedwon
gen zag, eigenmachtig het onrecht te wreken, dat
hem was aangedaan."
„Om eenige armzalige pesos, welke de een of an
der hem schuldig was gebleven, jaag je toch niet
dozijnen menschen in het hiernamaalsl"
enorme belangstelling van de zijde van het pubiek. Mo
gen we hopen, dat deze „gasten" geen bezoek meer aan
de stad brengen in staat van oorlog!
Geweldig is het geraamte van de in aanbouw zijnde
Bijenkorf, die in luxieuse uitvoering en uitgebreidheid
alles in Nederland verre zal overtreffen. Waar er eerst
sprake was in October reeds te openen, hooVden we van
bevoegde zijde, dat dit wel December zal worden.
's Middags gingen we naar de voormalige Circus
schouwburg „Arena", hetwelk in staat is, door bij een
Europeesch Concern aangesloten te zijn, Europa's beste
artisten: goochelaars, equilibristen e.a. op te doen tre
den; zoodat dit nu wel op het gebied van variété Ne
derlands meest voorname inrichting is.
's Avonds gingen we naar „Luxor-Palast", waar de
nieuwste Duitsche sprekende, zingende en geluidsrolprent
van 's werelds grootste filmacteur, Emil Jannings, bij
gestaan door Mariene Dietrich, draait. Dit filmwerk is
machtig en zeer modern van architectuur en Is getiteld:
Der blaue Engel, naar de roman „Professor Unrath".
Vrijdagmorgen hebben we nog èen kijkje genomen
vanaf de Belvedère van „Het Witte Huis", waarna we
door de Hollandsche IJssel langs Gouda en door de
Gouwe langs Waddinxveen, Boskoop en Alphen aan den
Rijn weer stevenden naar de Kagerplassen om daarna
Noord-Holland weer in te gaan. Zondagmorgen om vier
uur gleden we het, door het kroos groen geworden,
havenwater aan de Loet weer in.
Het was een interessante en buitengewoon leerzame
reis, die ons kennis heeft doen maken met de vrije,
frissche, stormachtige natuur en het drukke haven
leven van Rotterdam, waar we nog lang met groot
genoegen aan terug zullen denken. Juist het langzame
overal voorbij glijden, geeft gelegenheid de oogen volop
de kost te kunnen geven en onze prachtige Nederland
sche landschappen zeer rustig te kunnen bewonderen,
hetwelk men per trein of fiets maar al te dikwijls
moet missen.
LEO KöNIG.
WAAR DE VROUW
BELANG IN STELT
Een jeugdig uiterlijk.
Sedert de vrouw tot het besef kwam van haar eeuwige
rol, hebben alle menschen ernaar gezocht, om den In
vloed van de jaren tegen te houden, om dezen te ver
zachten, en bij gebrek aan beter, dien invloed te maskee-
ren. In de geheele oude literatuur vinden wij details over
de rol van parfums, van blanketsel voor de schoonen van
de oudheid, en wij hebben nog beroemde voorschriften
over van de ouden, om de jeugd te bewaren. Helaas zijn
velen ervan voor ons niet meer toegankelijk, zelfs niet
voor hen, die rijk gezegend zijn met de goederen dezer
aarde (b.v. in 'n bad in ezelinnenmelk zooals de Romein-
sche keizerinnen gebruikten). Toch bezitten ook de pri
mitieve volkeren belangrijke schoonheidsmiddelen. Dou-
glas Blackburn heeft vroeger eens een rondreis gemaakt
door Transvaal en Natal en had toen gelegenheid, om
een onderzoek in te stellen naar de mldicijn-kunst van de
kaffers en hij vond bij hen een groote bekwaamheid en
een verrassende kennis in de behandeling van verschil
lende ziekten, alsook een wonderbare gemakkelijkheid,
welke zij bezaten, om het' jeugdig aanzien van de vrou
wen van hun opperhoofden te bewaren. De oude en pri
mitieve volkeren legden allen den nadruk op de rol van
de voeding in 't behoud van de jeugdigheid en hun voor
schriften zijn allen gebaseerd op het consumeeren van
planten, poeders, dierlijke bestanddeelen. Moderne men
schen volgen de ouden dan ook in vele opzichten na. De
oude Lord Mayor van Londen verklaarde in een inter
view, dat hij zijn jeugdige kracht vooral te danken had
aan het vele gebruik van schildpad-soep. Nieuwe labora
torium-onderzoekingen hebben dan ook aangetoond, dat
aftreksels van de huid van schildpadden en sommige
hagedis-soorten een grooten invloed op den huid hebben.
Hagedissen vindt bijna iedereen griezelige dieren. Wij
mogen hen nu echter wel in eere houden, want wie heeft
niet wat over voor een jeugdig uiterlijk?
Gehakt-variaties.
Gehakt kan toch niet veel anders dan gehakt zijn: is
daar nu nog variatie in aan te brengen? Als wij gehakt
in de letterlijke beteekenis van het woord nemen, zeer
zeker. Want dan kunnen naast gehakt vleesch even goed
bestaan gehakte visch of gehakte aardappelen of boonen
of andere groente of wat ook; het is maar, dat de ge
woonte het publiek heeft ingeprent, dat gehakt enkel
in de beteekenis van „vleeschgehakt" zou bestaan. Als
wij daarvoor een andere opvatting in de plaats stellen
en als wij onder gehakt bedoelen, een samenhangende
massa van fijnverdeelde substantie, kruidig gemaakt
met verschillende smakelijke toevoegsels en dan ten
slotte tot een ronden of ovalen vorm samengebracht en
op de manier van vleesch gebraden dan kunnen wij ons
„Degene, die hem deze schuldig bleef, deed dit
niet uit nood, maar omdat hij een ellendige woord
breker was, die daarenboven nog dekking zocht en
vond bij de politie. Wat daaruit volgde, volgen moest,
was een eerlijke strijd!"
En wanneer heeft deze Juan Moreira eigen
lijk geleefd?"
„Dat weet ik niet, maar lang, heel lang geleden
moet het zijn, want het verhaal van zijn leven kan
men niet alleen in boeken vinden, maar wordt ook
aan kinderbedjes en bij kampvuren verteld, in den
trant, zooals van sprekende dieren en boomen ver
haald wordt
„En protesteert die oude grijsaard steeds bij de
zelfde passage van het stuk?" vroeg de krantenman
door.
„Steeds op het oogenblik, dat de aanvoerder der
politie-troepen, Sargento Cirilo, zich achter den muur
verstopt om den uit zijn huis sluipenden Gaucho
(want Juan Moreira is ook als rebel een voorbeeld
van echtgenoot en vader gebleven) in den rug aan te
vallen en verder met de bajonet te doorpriemen
Dan staat altijd, als door een wesp gestoken, de oude
op en stoffelt razend naar buiten."
„Zeer zeker een Argentijnsche Timotheus uit
Schil Icr's „Kranic'he des Ibykus", peinsde, bijna
hardop, Fred Derf.
„Wat zijn dat voor vogels?" vroeg de herbergier
belangstellend.
„Het komt hier minder op de vogels aan dan wel
hierop, dat. opnieuw de macht van het tooneel op
hot punt staat een menschelijke misdaad aan het
licht te brengen; dat maakt den grijsaard zoo van
streek, als de sergeant verraderlijk de bajonet trekt
en loerend zich opstelt en wegvlucht, juist precies
vóór den loop der gebeurtenis, die in het volgend
oogenblik reeds het streven van dien Gaucho, dien
Juan Moreira, zal vertoonen Hoe noemt die oude
zich eigenlijk?" vroeg plotseling, volkomen doelbe
wust. Fred Derf.
„Wij kennen hem niet en zien hem ook anders
nooit dan juist even, als een rondtrekkend circus
hier opduikt en na het gebruikelijke program van
gedresseerde dieren en clowns én der bij ons zeer
gaarne geziene Juan Moreira-stukken opvoert".
„Waar woont hij?"
„Diep het land ergens in, ver achter het groote
woud daarginds. Zijn vos is n.1. telkens met zwee^
bedekt, als de oude voor de comedie-opvoering naar
hier gejakkerd komt."
„Ik zal den moordenaar ontmaskeren", sprak half
tot zichzelf de journalist en spalkte zijn nieuwsgie
rige neusvleugels.
„Laat u zich toch niet in met dergelijke dingen, se
nor", vond goedmoedig de herbergier. „U zoudt op
de plaats dood kunnen blijven".
„Een globe-trotter, die zich niet voor heel veel ge
bil verkoudheden
en rheumatiek
Weiger namaak en Jet er op dal op elke
labiet het woord "Bayer" staat. Prils 75 cis.
een overvloed van variaties op het gehakt-gebled voor
stellen. Bijna onmisbaar in dergelijke mengsels is het ge
weekte brood, dat met het ei bijdraagt tot den samen
hang van het geheel. Om dat naar fcehooren te kunnen
doen, wordt het brood overgoten met wat warm wa
ter (of warme melk), tot het geheel doortrokken is;
daarna wordt (b.v. op een zeefje) het overtollige vocht
er goed uitgedrukt, daar anders de gehaktbal kans zou
hebben te slap te worden. Het ei behoeft niet bepaald
geklopt te worden; het wordt in zijn geheel bij het'
mengsel gevoegd en dan met al de verdere bestanddee
len flink door elkaar gewerkt. Het resultaat is dan, dat
tijdens het braden de hitte zal zorgen voor het stollen
van al de eideeltjes, die in het gc' *.t verspreid zijn, zoo
dat ten slotte een vast geheel ontstaat, dat zich zonder
bezwaar in plakken laat snijden. Behalve brood en ei
hebben wij nog noodig verschillende toevoegsels, die den
geur en den smaak van ons gerecht verhoogen; zout,
peper en nootmuskaat geven ons een goede kans op een
smakelijken gehaktbal. Bereiden wij echter ons gehakt
van resten vleesch (van soepvleesch b.v. wat heel goed
mogelijk is) dan kan een grootere variatie van aroma
tische stofferi wel gewenscht zijn; in dat geval hebben
wij o.a. nog tot onze beschikking een zeer fijn gehakt
uitje, wat fijngehakte peterselie, een theelepeltje kerry
of wat dikke tomatenpurée, e.d.
Het openen van
inmaak flesschen.
Flesschen openen is dikwijls gemakkelijker gezegd dan
gedaan, en om een „hermetisch" gesloten inmaakflesch
in den vereischten stand te brengen, is dikwijls-olifan
tenkracht noodig. Maar, dit leert de ondervinding, list
is beter dan kracht. Men moet een smal leeren riempje
gebruiken. Dit wikkelt men om den hals van de flesch
en trekke het snel heen en weer. Door de wrijving maakt
men nu de hals zoo warm, dat na verloop van eenigen
tijd de stop gemakkelijk kan worden opgelicht Men ziet
deze manier ook wel toepassen mét een stukje touw,
maar dat is niet zoo goed, omdat het touw te veel glijdt
en er dus vrijwel geen hitte ontwikkeld wordt
Langzaam eten.
Als men een zieke of herstellende in huis heeft, die
langzaam eet, kan men, zoo men niet in het bezit is
van een warmwaterbord, het eten warm houden door
het te doen in een diep bord, dat men op een geëmal-
leerd schaaltje met warm water plaatst Op deze wijze
kan men ook de pap voor kleine kinderen warm hou
den, terwijl zq worden gevoed.
Wat wensch u, meneer?
- Knippen; hoeveel kost dat?
- Veertig cent.
En scheeren?
Twintig cent.
Scheer me dan, asjeblieft!
(Der Brummer).
vrijwaard weet, zou een caricatuur van zichzelf zijn",
antwoordde Fred Derf lakcmiek.
De journalist stond bij de kromming van den weg
in het weelderig-dichtbegroeide bosch. Hij stond naast
'n kleine, gepantserde auto en wachtte. Verwachtte
dat ook heden, na de voorstelling, de grijsaard uit
het circus zou komen aanrennen, en hierlangs voor
bij draven. Zijn geladen revolver had hij dichtbij de
hand. Zijn plan was te doen, alsof hij bezig was met
reparatie aan de auto en daarbij den ruiter om hulp
wilde roepen, wanneer deze op zijn dampend paard
den weg zou afkomen. Ilad hij hem eenmaal vlak in
't vizier, dan wilde hij direct achter zijn geheim ko
men. Van 't vuurwapen wilde hij niet eerder gebruik
maken dan in uitersten nood
De nacht was helder. Tegen den hemel stond, on
verschillig, een uitpuilende, groote maan. Ginds, er
gens op een paar uren afstands, blaften honden tegen
de klaarte van den nacht
Op dit oogenblik ving Fred Derf naderend hoefge
trappel op. Snel sloeg hij de kap van den motor ach
teruit, greep naar een werktuig en loerde den weg
af. Meteen hield een brieschend paard voor hem
stand. De grijze ruiter greep terzelfder tijd naar zijn
revolverzak en riep heesch en dreigend:
„Op zij! ik moet er door!"
„Een oogenblik, senor; ik heb hulp noodig. Weiger
deze niet."
„Wat is er? Snel. Ik heb haast!"
„Mijn motor is defect", loog de ander.
Eerst nu bevrijdde de hand zich van den revolver-
greep en vriendelijker vroeg de sneeuwwitte oude:
„En waarheen gaat de reis in deze wildernis?"
„Ik wilde naar Los Reyes rijden, had gaarne daar
het circus bezocht."
„Het circus?"
„D.w.z. vooral de Juan Moreira-voorstelling na de
pauze. Ik houd erg veel van dat stuk".
Fred Derf lette op, hoe de ander moeizaam adem
schepte. Nu liet hij zich niets meer ontgaan.
„Ik heb de vertooning reeds één keer gezien; bij
zonder goed vond ik dien Sargento Cirilo, die ellen
deling, die Juan Moreira, in den rug aanvallend, door
steekt
„Dat is niet waar!!" brulde de grijsaard terug.
,\Wat is niet waar, senor??'
„Dat hij den Gaucho van achteren doorstak!"
Fred Derf behoefde niet langer dan een honderd
ste van een seconde in dit door de maan beschenen,
vale gezicht te zien om te weten, dat hij een fijnen
speurneus had gehad.
„Maar, senor!" wierp hij daarom tastend tegen, „ik
zelf heb het toch gezien
„Wat deze kunstenaars liegen: hebt u gezien?
Maar de waarheid is zoo niet!schalde het van boven
en bewees den journalist dat hij werkelijk „beet"
had.
WAT HIJ UITVOERDE.
(TravMo.)
Wat voerde Je in Napels uit 7
Het geld van mijn oom een goede be
stemming geven.
Om uitdrogen van
kaas te voorkomen.
Om te voorkomen, dat een stukje kaas uitdroogt, be
dekt men de aangesneden kanten met een laagje boter
en wikkelt de kaas in een schoonen neteldoeken lap.
Om mieren te
verdrijven.
Mieren kan men uit een huis verdrijven, door in de
opening, waar zij uit kruipen, water te gieten, waarin
visch werd schoongemaakt. Ook voor een stukje geteerd
hout gaan zij op den loop. Terwijl het verder nog aanbe
veling verdient, alulnpoeder in het mierenhol te strooien.
Hoe llkeur-v-lekken
verwijderd worden.
Likeurvlekken kunt u verwijderen door ze met ver
dunden spiritus in te wrijven en ze daarna met warm
water uit te wrijven.
Verwijderen van
teervlekken.
Teervlekken kunt u verwijderen door een laagje ver-
sche reuzel een paar uur er op te laten inwerken. Daarna
met heet zeepsop wasschen.
Gaatjes ln hout
Gaatjes in hout, veroorzaakt door spijkers en schroe
ven, kunnen worden opgevuld met een mengsel van
zaagsel en lijm, dat tot dikke pap wordtgeroerd. Als de
gaatje zijn opgevuld, wrijft men met een doek met was
het hout na.
Het vrouwenoverschot in Europa.
Europa schrijft de D. A. Ztg. is het eenige
werelddeel, dat een vrouwenoverschot heeft. Tegen
1000 mannen zijn er 1024 vrouwen, terwijl er in Azië
b.v. slechts 958 zijn. De mannen zijn in de overige
werelddeelen in de meerderheid, zoodat er op aarde
toch nog meer mannen dan vrouwen zijn. In Europa
hebben echter de meeste landen .behalve eenige
kleine Balkanstaten, een aanzienlijk vrouwenover
schot. Wanneer wij de jaren van vóór den oorlog als
normaal beschouwen, staan er tegenover 103 tot 107
vrouwen 100 mannen. De gevolgen van den oorlog
zijn duidelijk merkbaar, zoodat in de betrokken lan
den het vrouwenoverschot thans aanzienlijk hooger
is. Het verschil was natuurlijk vlak na den oorlog
het grootst. Tegen 1000 mannen waren er in 1911 in
Duitschland 1020 vrouwen, in 1021 1100; in Frankrijk
waren deze cijfers 1035 en 1120, in Engeland: 1068 en
1093; in Italië: 1037 en 1070; in Zwitserland: 1034 en
1130; in Rusland 1002 en 1229. Naar duidelijk te zien is
zijn de uitwerking van den oorlog het ergst voor
Duitschland en Frankrijk geweest.
Het groote vrouwenoverschot is echter niet slechts
het gevolg van den oorlog, doch is voor Europa een
normaal verschijnsel. Nog gecompliceerder schijnt
deze kwestie, als men bedenkt, dat er niet meer meis
jes dan jongens worden geboren, doch dat er in alle
landen een vrij groot mannelijk geboorteoverschot is.
In Spanje worden er zelfs 110 jongens geboren tegen
100 meisjes. De sterfte van jongens en mannen is
echter veel grooter dan van meisjes en vrouwen.
Wegens het vrouwenoverschot trouwen er percents
gewijze minder vrouwen dan mannen. Voor Duitsch
land zijn de cijfers 53,1 en 61,1 pct.;voor Frankrijk
50.6 en 50,5; Engeland 56,2 en 63; Zweden 4G,4 en 54,9;
Bulgarije 69,8 en 73,8 en voor de Ver. Staten 59 en
60,9 pet.
,Maar hoe kan iemand weten, op welke wijze die
laffe moord, dien ieder mensch van heden veraf
schuwt. toentertijd in werkelijkheid heeft plaats ge
vonden?"
„Het was geen moord 't was eerlijke strijd, se
nor!!"
„Is dat eerlijke stijd, zich te verstoppen en len
niets kwaads vermoedende tegenstander, die juist
vrouw en kinderen bezoekt in den rug aan te val
len?"
„Sargento Cirilo valt niemand in den rug aan, se
nor!!"
„Wilt u beweren, dat u heden nog na zoo langen
tijd zoudt kunnen weten, hoe de moord op Juan
Moreira zich heeft toegedragen
„Het is niet zóó lang geleden, dat het zou kunnen
vergeten zijn.antwoordde, opvallend dof, de an
der. Meteen schoof hij den grooten zwarten, slappen
hoed naar achteren en voer met de hand langs het
voorhoofd, dat, bij het schijnsel van de maan, een diep
lidteeken vertoonde, gaande tot langs het linkeroog.
Op dit oogenblik, voor de eerste maal, doorsohokte
den journalist het vreemde en waaghalzige der situa
tie en toen hij nu op den man af vroeg hoe lang het
wel geleden mocht zijn, dat dit was gebeurd, was
het heelemaal niet meer crimineel-journalistische
nieuwsgierigheid, die hem dreef, maar menschelijke
belangstelling, innige deelneming zelfs
„Hoe lang? het zal ongeveer 25 jaar geweest zijn
nu ben ik in de 80!"
„Maar de menschen, allen spreken erover als over
iets, dat lang, eeuwen geleden gebeurd is!"
„Dat is dit land, dat geen „gisteren" heeft, senor;
het drijft dusdanig op den dag. dat het verleden in
een diepen afgrond omlaag schijnt te stortenMaar
zóólang is dat niet geleden: geloof mij maar, mij,
Sargento Cirilo!"
De journalist, Fred Derf, had tot dusver gemeend,
dat hij het zich-verbazen totaal verleerd had in zijn
beroep, dat hij al meer dan veertig jaar uitoefende.
Heden verandert hij geheel zijn opvattingEn toen
de grijsaard, zonder een woord, van zijn paard steeg
en hem vriendelijk vroeg, of hij hem met iets behulp
zaam kon zijn, opdat de machine weder op gang zou
komen, bekende hij als een kind:
„Ik heb gelogen, senor. Dit alles was maar een
voorwendsel door mijn nieuwsgierigheid naar het
lot der menschen uitgedacht Sta mij echter toe, dat
ik u voor uwe bereidwilligheid mijn oprechten dank
betuig, Sargento Cirilo!"
De heide mannen gaven elkaar de hand, als vrien
den hielden ze elkaar vast. Daarop scheidden zij.
Fred Derf echter placht (zoo vaak hij over deze ge
schiedenis sprak) steeds beteekenisvol eraan toe te
voegen, dat hij beter dan wie ook wist, hoe het
iemand te moede was, als men, midden in het wer-
werkelijke leven, een ontmoeting had met een my
the