Alitniti Itiims-
„Permanent Wave"
Uitgevers: N.V. v.h. TRAPMAN Co., Schagen.
Eerste Blad.
Arrondissements Rechtbank
te Alkmaar.
Ernstige vechtpartij te Egmond a.d.Hoef.
HET MEISJE
UIT DE STAD.
MAISON GERRITS,
Donderdag 25 September 1930.
HAGEB
73ste Jaargang No. 8737
COURANT
Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder
dag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver-
tentiën nog zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
POSTREKENING No. 23330. INT. TELEF. No. 20.
Prijs per 3 maanden f 1.80. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN-
TIcN van 1 tot 5 regels f 1.10, iedere regel meer 20 cent (hcwijsno.
inbegrepen). Grootere letters worden nnar plaatsruimte berekend.
DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN.
Meervoudige Strafkamer.
Zitting van Dinsdag 23 September.
DIEFSTAL VAN VEE UIT DE WEIDE.
De 44-jarige winkelier Aldert M., wonende te Broek
op Langendijk, thans in voorarrest, stond te recht als
verdact van diefstal van een koe uit de weide te St.
Pancras in den nacht van 7 op 8 Augustus, welk
rund het eigendom was van den heer C. Gootjes,
landbouwer te St. Pancras. Verdachte had bedoelde
koe op 8 Augustus van zijn woning doen afhalen door
Pieter Biesboer, veerijder te Oudkarspel. Deze heer
was onbekend met de verdachte herkomst van het
rund. Verdachte erkende al hetgeen hem was ten
laste gelegd en beweerde om geld te zijn verlegen,
dat hij zijn zuster terug moest geven, welk motief
onwaarschijnlijk werd geacht, daar bedoelde zuster
den verdachte nimmer om geld lastig had gevallen,
doch verdachte wenscht middelen te hebben om ple
zier te maken Hij wordt bovendien nog gequalifi-
ceerd als leugenachtig.
De officier releveerde dat door schuld van ver
dachte het reclasseeringsrapport ongunstig was uit
gevallen Daar hij absoluut niet medewerkte, kon hij
ook geen medewerking der justitie verwachten. Ver
dachte leidde geen behoorlijk leven en mede op
grond van den ernst van het gepleegde feit, vorderde
de officier 1 jaar gevangenisstraf.
Mr. Belonje, verdediger van verdachte, eveneens
den ernst vau het feit erkennende, wees echter op
diens volledige erkentenis en memoreerde dat ver
dachte eerst na het overlijden zijner echtgenoote van
het goede pad was afgeweken. Verdediger kon niet
bepaald het reclasseeringsrapport, dat hij bij een ge
brekkig proces-verbaal van een gehouden na-in
structie vergeleek, prijzen. Pleiter becritiseerde meer
dere punten in dit rapport. Ten slotte bracht pleiter
nog een beslagname ter sprake, die is uitgevoerd,
terwijl verdachte in voorarrest zich bevond. Ilij wil
nu graag thuis zijn om orde op zijn zaken te stellen.
Eindelijk concludeerde pleiter voor een voorw. straf.
De Officier brak in zijn repliek een lans voor het
aangevallen reclasseringsrapport, waarop hij door
den verdediger met een enkel woord werd beant
woord.
Verscheidene personen met een mes ge
stoken. Tegen den dader 7 maanden
gevangenisstraf geëischt.
De 20-jarige visscher Cornelis Gr., wonende te Eg
mond aan Zee, thans gedetineerd, stond terecht
naar aanleiding van een ernstige en bloedige mis
handeling door hem gepleegd in den avond van 12
Augustus te Egmond aan den Hoef ter gelegenheid
van de aldaar gehouden kermis. De verdachte had
bij die gelegenheid den persoon van Jacob Bruineberg
met gebruikmaking van een scherp mes, verschil
lende steken toegebracht en wel in hals, arm, rug en
linkerzijde, welke verwondingen medisch werden
behandeld door den plaatselijken geneesheer, Dr.
Fisscher, arts te Egmond Binnen. Meerdere kermis-
FEUir.LETON
Vit het Engetsch van
H. A. V ach ell.
li.
Hij bereikte San Francisco den volgenden dag om
vier uur en stak over naar Oakland, waar Van Horme
Eijn dieren hield in een groote schuur, dicht bij de
Presbyteriaansche kerk. Als de gemeente in de kerk
zat. luisterend naar het onderwijs, zang en vermaning
van haar voorganger, konden zij de leeuwen en tijgers
hooren brullen.
Van Horne heette den condor hartelijk welkom en
sprak er zijn leedwezen over uit dat er niet meer ratel
slangen waren. Hij verkocht de reptielen aan drogisten
die ze in hun winkels ten toon stelden ten faveure van
verbaasde kinderen en zenuwaohtige vrouwspersonen.
Toen de zaken waren afgedaan en het geld was uit
betaald, nam van Horne George mee naar huis, waar
een knappe, glimlachende vrouw ze ontving.
U blijft toch eten meneer Spragge? vroeg ze
vriendelijk.
George nam de invitatie gaarne aan.
George, zei de man, morgen zal ik jou met den
vogel laten kieken. En dan zullen we jullie tweeën
in het Zondagsblad zien prijken.
George, verwonderlijk bedeesd In het gezelschap van
vreemde dames, zat onrustig te- draaien op het puntje
van zijn stoel. Mevrouw van Horne hing zijn hoed op en
staarde critisch naar George, die zijn farmerskleeren
voor het bezoek aan de stad aangehouden had. Van
„steedsche fratsen" moest hij niets hebben.
Mevrouw van Horne mompelde: Gekiekt... zoo?
Het werd George allerpijnlijkst duidelijk dat mevrouw
van Horne's gezicht allerminst goedkeuring uitdrukte.
Hij danste nog veel onbehagelijker op zijn stoel heen
en weer, terwijl hij met zijn heldere, frissche stem
vroeg:
Iets niet in den haak?
houders werden in dien avond gewond, doch door
het vlug en krachtig ingrijpen der aanwezige veld
wachters werd erger voorkomen. De deskundige
achtte de toegebrachte wonden niet levensgevaarlijk
Verdachte beweerde zich van het gebeurde niets
meer te herinneren.
De mishandelde Jacob Bruineberg, arbeider te Eg
mond a. d. Hoef, thans weer hersteld, verklaarde
aan Cornelis Gr., die met zijn broeder Huibert op de
kermis liep, gevraagd te hebben waarom hij zekeren
Stam had gestoken, waarop een vechtpartij ontstond
en getuige, die zich daarmede bemoeide, van Corne
lis Gr., die eerst zekeren Eelting nazat, verschillen
de mesteken ontving. Bruineberg bemerkt dat hij
bloedde. Hij viel en Cornelis Gr. viel al stekende op
hem, schreeuwende: Nu zal ik hem meteen maar
doodsteken. De veldwachters grepen toen in, maakten
een eind aan dezen ongelijken strijd en zorgden dat
de deerlijk toegetakelde Bruineberg onder genees
kundige behandeling werd gesteld.
Verdachte zeide, zwaar beschonken te zijn ge
weest. Het stond hem wel voor dat hij had gevoch
ten en gestoken, doch verder wist hij er niet veel
van na te vertellen. Het gebruikte wapen, een p -
tig knipmes, werd hem getoond en door hem als z „n
eigendom herkend.
De verdediger, mr, v. d. Loos, merkt op, dat de in
het proces-verbaal genoemde Eelting het gevecht
opende dodr een broeder van verdachte een schop
tegen zijn buik toe te brengen. Toen vloog verdachte
op Eelting af.
Getuigd Jb. Bruineberg repliceerde echter, dat Eel
ting dien broeder wel had aangegrepen, doch hem
niet had geschopt.
Verdediger informeerde voorts naar plaatselijke
vechtgewoonten tusschen de inwoners der diverse
Egmonden, doch Bruineberg zeide met overtuiging
dat de verschillende Egmonders het goed met elkan
der kunnen vinden.
Getuige Bruineberg reclameerde voorts een billijk
bedrag van f25 voor genoten geneeskundige zorgen
en versterkingsmiddelen.
De 20-jarige loodgieter Hendrik Wessels uit Eg
mond aan Zee, eveneens kermisbezoeker op 12
Augustus, had waargenomen dat verdachte, die
eerst rustig met zijn broeder Huib stond te kijken,
eensklaps in een vechtpartij werd gewikkeld met
Eeltink en Bruineberg. Verdachte stak deze beide
personen met zijn mes.
Volgens verdediger had Wessels voor de politie
verklaard, dat Eelting den broeder van verdachte
een schop gaf. wat deze getuige ook thans erkende
gezien te hebben. Over de oorzaak van de vechtpartij
kon getuige niets naders mededeelen. Hij had zelf
ook een glaasje bier op.
Brigadier Titulair der Rijksveldwacht, de heer Ger-
rit Minée had de vechtenden gescheiden en greep
met de handen in 't bloed. Toen bleek dat Bruine
berg en Eelting gestoken waren. Deze werden onder
behandeling van Dr. Fisscher gesteld. Later kwamen
nog eenige dergelijke patiënten binnen. Verdachte
is door Minée gearresteerd en gefouilleerd. Iïij be
weerde toen van niets te weten. Verdachte is zeer
lastig voor 't publiek.
Diplome Paris.
Spoorstraat 128 Tel. 457
DEN HELDER.
De vrouwen uit het Westen kunnen rond voor hun
meening uitkomen en mevrouw van Horne zei scherp:
Ja.
Zegt U maar eerlijk mevrouw wat U mij raden
zoudt. Ik kan in dit pak niet in het Zondagsblad ko
men, dat hebt U zoo juist gezegd. Als U in mijn plaats
was mevrouw, wat zoudt U dan doen?
Ik zou het pak voor San Lorenzo bewaren.
Ik had er al over gedacht om een ander te koo-
pen.
Mag ik het in de stad voor U uitzoeken?
U zoudt me een groot plezier doen. En wat nog
meer?
Haren knippen en wasschen, schoenen, een boord,
een das, een nieuwen hoed.
Hoor eens, ik ben geen millionair!
U hebt geld genoeg meneer Spragge, dat weten we
best. En U moet de eer van Spragge's Canvon op
houden
George's gezioht klaarde op. Ze had hem in zijn zwak
getast.
Als U het voor me in orde wilt maken, zal ik U
heel dankbaar zijn, maar ik heb geen aanleg om een
fat te worden, hoor!
Een fat? Neen, dat zeker niet!
Van Horne grinnikte.
Laat jij het maar aan moeder de vrouw over,
merkte hy op.
Het werd aan moeder de vrouw overgelaten. George
werd een gewillig, maar verlegen slachtoffer van de
vrouwelijk macht tot uiterlijk vertoon, En dit moet hier
worden ve-rteld omdat wat er later gebeurde, grooten-
deels het gevolg was van mevrouw Horne's goeden
smaak op het gebied van heerenkleeding.
George, geknipt en geschoren, keurig in blauw che
viot, met een modieuse das en bruine schoenen, zag er
opmerkelijk knap uit en werd door zijn beschermvrouw
triomfantelijk geprezen.
Nu bent U werkelijk onberispelijk, zei ze gaat
U nu zoo eens aan Uw meisje vertoonen.
Dat heb ik niet.
Wat zegt U?
Heusch waar. Nooit één gehad, veel te druk met
andere dingen. Mijn gedachten gingen eenvoudig dien
kant niet uit
Zij lachte en haar oogen fonkelden ondeugend.
Ik zou maar op m'n hoede zijn.
In zijn nieuwe spullen werd hij gefotografeerd.
George probeerde vergeefs zijn voldoening te verber
gen. Hij keek tersluiks naar zichzelf toen hij groote
spiegelruiten passeerde; hij merkte dat de vrouwen
De heer Officier, het woord verkregen hebbende,
tot het nemen van zijn requisitoir, releveerde het
verloop van de vechtpartij en was van meening flat
de dronkenschap waarachter verdachte zich ver
school, niet van zoodanigen aard was dat hij niet
wist wat hij deed. De toegebrachte wonden waren
zeer ernstig, zooals de arts zelf toegaf. Het bloed
verlies was groot en de gewonde moest drie dagen het
bed houden. Het begrip zwaar lichamelijk letsel is
meer juridisch dan medisch, zooals spreker nader
aantoonde uit de rechtspraak van den Iloogen
Raad. Voorts achtte de Officier het opzet bewezen
en werd gevorderd 7 maanden gev.
De Officier hield hierbij nog rekening met de
jeugd en het blanco strafregister van verdachte.
Mr. v. d. Loos ving zijn pleidooi aan met, eenige
critiek uit te oefenen op de redactie der uitgebrachte
dagvaarding, wat betrof het toebrengen der wonden.
Pleiter bestreed dat hier het zwaar lichamelijk let
sel vaststond. Dit is een aandoening die geen uit
zicht stelt op genezing. Dr. Fisscher heeft de ver
wondingen niet beschouwd als zwaar lichamelijk let
sel. Ook bestreed pleiter nog de ten laste gelegde
poging en ging hij over tot het memoreeren der fei
telijkheden. Verdachte was eerst kortelings uit een
sanatorium voor longlijders ontslagen en dus niet
aan sterken drank gewend. Hij verwondde zelfs zijn
eigen vrienden. Pleiter eindigde met voor ver
dachte clementie, althans een minder zware gevan-
genistraf, te verzoeken.
Over het begrip zwaar lichamelijk letsel enzoo-
voorts werd daarop door Officier en pleiter nog
eenige' oogenblikken gezellig gedebatteerd, waarbij
moet worden opgemerkt, dat geen van beiden zijn
standpunt prijs gaf.
BRANDSTICHTING DOOR SCHULD.
De verdachten Gerardus Br., van beroep chauffeur
en de 48-jarige loopknecht Pieter G., beiden in dienst
van den heer Fr. Groot, expediteur te Hoorn, moes
ten zich verantwoorden ter zake het strafbare feit,
dat zij in den nacht van 8 op 9 Juni te Hoorn door
grove onvooi'zichtigheid brand hadden gesticht in
de garage, waardoor gevaar voor personen en goede
ren was ontstaan. Deze verdachten hadden namelijk
zonder maatregelen van voorzichtigheid te nemen,
en bij het licht van een petroleumstormlamp, eon
benzine-reservoir gevuld met het noodlottig gevolg,
dat een hevige brand ontstond en verschillende
auto's verloren gingen.
Van de verdachten, verdedigd door mr. van Zut-
phen uit Amsterdam, was alleen Pieter G. versche
nen. Deze erkende hetgeen hem bij dagvaarding was
ten laste gelegd. Hij is thans ontslagen. Dit ontslag
hield geen verband met den brand.
Hij had in dien nacht een vrachtauto, die ver
licht was met petroleumstormlampen, omdat de
electrische verlichting defect was, naar de garage
helpen brengen. Bij het licht van die lampen werd
de overlading verricht en het reservoir van de auto
met benzine gevuld. Men moest toen een nieuw vat
aanslaan, dat vervolgens werd aangepompt en een
gedeelte in een blikken bus gestort.
Verdachte Piet G. had niet gedacht dat hun han
deling dat noodlottig effect had kunnen teweeg bren
gen, doch hij wilde zijn schuld aan het gebeurde wel
erkennen.
De heer Groot veronderstelde, dat de benzinedampen
die ontvlamd zijn, den brand hebben veroorzaakt. De
dag was voor verdachten door tegenslag beslist lang
geworden, gaf de heer Groot toe op de vraag van ver
dediger. De benzinepomp staat buiten, doch de vul
ling is binnen.
De heer De Munk, rechercheur van politie had den
brand geconstateerd, ook in een belendend kaaspak
huis was een begin van brand ontstaan.
De Officier was van meening, dat het wettig en
met meer dan oppervlakkige nieuwsgierigheid naar hem
gluurden. Voor het eerst In zijn leven keek hij op zijn
beurt met belangstelling naar vrouwen. De knappe
Californische meisjes die hem voorbijgingen, terwijl hij
door Kearny Street wandelde, brachten hem in vert>a-
zing en verrukking. Hij bedacht wat zijn moeder hem
op het familiekerkhof gezegd had. Ja, op een goeden
dag zou hij een van deze wezens moeten uitzoeken.
Op dit zelfde oogenblik liep er een juffrouw Spragge
hier of daar rond.
Dat idee alleen al werkte opwindend.
In deze vreemde opgewonden stemming liep hij juf
frouw Hazel Goodrich tegen het lijf.
m.
Hij was teruggegaan naar Oakland, waar hij logeerde
ln een klein hotel niet ver van Horne's woning en in
den weg daarheen kwam hy in de tram naast juffrouw
Goodrich te zitten. Met één oogopslag kwam die jonge
dame tot de overtuiging, dat hij absoluut anders was
dan het gewone type van de jongemannen uit Oakland,
van dat keurige, zelfvergenoegde soort, waarvan ze een
dozijn aan haar voeten had gelegd, voor ze een en
twintig was.
George begon een gesprek met haar. Ze vergaf hem
die onbescheidenheid, omdat zij zag hoe totaal onbe
wust hij was van zijn inbreuk op de etiquette. En dan
was er iets in zijn oogen dat haar ontwapende.
Woont U in Oakland?
Ja, antwoordde ze, terwijl ze er aan toevoegde:
Maar U niet!
Hoe kunt U dat zoo raden?
Dat staat duidelijk op Uw gezicht te lezen.
Hij was bekoord door haar zachte stem en vooral
door den vroolijken, uitdagenden blik en toon.
Is het zóó erg? Heb ik graszaad in mijn haar?
Uw bruin verbrand gezioht. zullen we maar zeg
gen. Woont U misschien op een farm bij de zee?
Wat kunt U goed raden! Ja, ik ben George Sprag
ge van Spragge's hoeve.
Van Spragge's hoeve? herhaalde ze.
In de buurt van San Lorenzo. Is het odbeschel-
den als ik U naam vraag?
Misschien wel, maar dat kan me niet schelen!
Ik ben Hazel Goodrich.
Met kalme brutaliteit vroeg George:
Waar woont U?
In mijn eigen huls op Magnolia Avenue.
Op Uw eentje?
Er woont een tante bij me, ik verzorg haar en pas
overtuigend bewijs was geleverd. Door een samenloop
van omstandigheden moest voor vulling een bus ben
zine worden gebezigd, doch het is en blijft gevaarlijk
met een petroleumlamp in de onmiddellijke nabij
heid van benzine te komen, ook als het een storm-
lamp is, omdat toevoer van lucht noodig is en daar
steekt het ontzettende gevaar in. Vast stond dat ver
dachten te onvoorzichtig en te roekeloos zijn geweest.
De knecht droeg do minste schuld en requireerde der
halve de heer Officier aan het slot van zijn betoog
tegen Pieter G. f50 boete of 50 dagen, tegen den 21-
jarigen chauffeur Gerardus Br. f 100 boete subs. 10 .da
gen.
Mr. Van Zutphen was van meening dat alleen grove
schuld bij den chauffeur aanwezig was en concludeer
de voor zijn cliënt Pieter G. vrijspraak, subsidiair cle
mentie bij eventueel opleggen der straf voor verdach
te, die thans werkeloos is.
UITSTEKENDE STEIGERPALEN.
De 21-jarige vrachtauto-chauffeur Petrus Joh. B.,
geboren te Schagcn en wonende te ITeerhugowaard,
stond terecht naar aanleiding van het volgende:
Verdachte reed op 1 Augustus als bestuurder van
een zwaar beladen vrachtauto, waarvan meer dan 5
meter lange steigerpalen naar achter uitstaken, op de
Friesche brug en met gevolg dat de verkoopster mej.
WiMielmina Sophia Bakhoven, die zich op die brug
bevond, werd bekneld tusschen de brugleuning en be
doelde palen, waardoor zij een huidafschaving be
kwam en een ernstige kneuzing aan het scheenbeen.
Het meisje vertoefde onder behandeling van Dr. Fre-
deriks ruim 3 weken in het ziekenhuis en verklaarde
nog steeds niet volkomen genezen te zijn.
Verdachte gaf het feit toe, doch beweerde zich geen
schuld bewust te zijn. Hij had de juffrouw niet gezien,
anders zou hij haar wel voor die palen gewaarschuwd
hebben. De assistent-brugwachter Van Loo verklaarde,
dat de palen in casu wel 7 meter uitstaken. Bij liet
afrijden van de brug kwamen onder het nemen van
de bocht de palen in aanraking met de brugleuning,
waardoor juffr. Bokhoven bekneld geraakte met het
hiervoren gerelateerde gevolg.
De chauffeur erkende voorzichtiger te hebben kun
nen handelen door eerst even uit te kijken of dit aan
een ander op te dragen, doc.h hij vermeende dat de
weg volkomen vrij was en had li ij dezen maatregel
daardoor verzuimd: overigens had verdachte alle be
langstelling getoond en wilde hij mej. B. via dc ver
zekering gaarne schadeloos stellen.
De heer Officier meende uitwijding achterwege te
kunnen laten. Dc mecniiig van verdachte, dat hij vrij
van schuld uitgaat, weersprak de Officier, daar hij
ook met de lading alreeds in overtreding was en het
ongeval van die wettelijk ongeoorloofde uitstekemie
lading de oorzaak was. Al zijn de voetgangers de
grootste verkeorsovertreders, moet toch op hun belan
gen gelet worden.
Gevorderd werd tenslotte tegen verdachte, die gun
stig hekend staat en zich niet onverschillig had aan
gesteld, f 60 boete of 60 dagen.
Verdachte is thans chauffeur af en grondwerker, in
dienst van zijn vader; verdiende f20, doch kreeg f3
zakgeld. Het restant is voor kost en belasting, niet
te venvarren met bewassching.
De President meende, dat verdachte, indien hij de
boete niet betaalde, hechtenis zal moeten ondergaan.
VERDUISTERING IN DIENSTBETREKKING.
De 21-jarige slagersknecht Gerrit Jonk, voorheen
in dienst bij den slager Jan Bult te Egmond aan Zee,
en thans in voorloopice hechtenis, stond terecht ter
zake verduistering tot een bedrag van f 16.61, welke
gelden, die hem door klanten van den slager ter vol
doening waren afgedragen, hij niet had verantwoord,
doch ten eigen bate had aangewend. Onder andere
op haar.
En wie past er op U?
Ze lachte: Ik pas op mezelf.
Toen George niets zei, vroeg ze:
Zie ik er niet naar uit alsof lk dat kan?
Neen, antwoordde hij kortaf.
Zijn oogen bleven rusten op het slanke, fijngebouwde
meisje in koel grijs linnen gekleed. Onder een zwarten
hoed bloeide een zeldzaam pikant gezichtje, iets te
bleek van teint, maar waarin mooie bruine oogen, om
geven door donkere wimpers en overboogd door donkere
wenkibrouwen, glansden. Misschien was de meest ty-
peerende eigenschap van deze aantrekkelijke persoon
lijkheid wel, een levendige en wakkere uitdrukking, die
bewees dat juffrouw Hazel Goodrich heel erg „bij"
was en best in staat om op zichzelf te passen. Maar
ondanks deze eigenschappen betrapte zij zichzelf erop
dat ze bloosde. Om haar verlegenheid te verbergen deed
ze een andere vraag:
Wat doet U hier in Oakland?
Hij vertelde haar van de vangst van den condor.
Hazel Goodrich luisterde met gespannen aandacht naar
een verhaal dat in een vreemde, ruige wereld scheen
te spelen. Ze voelde haar hart sneller kloppen en kleine
rillingen liepen over haar rug. Hij maakte een bruusk
slot aan zijn vertelling:
Bij de volgende halte ga ik eruit.
O! riep ze.
Raadde hij haar gedachten? Merkte hij dat zijn ve^
haal van zijn klimpartij haar getroffen had? Hij glim
lachte en vroeg:
Zou ik U nog eens kunnen ontmoeten?
Ze aarzelde. In haar verbeelding zag zij hem tusschen
haar Londensche heerenkennissen, die hem zouden min
achten en op wien hij op zijn beurt zou neerzien. Wat
zag hij er ontzettend sterk uit. Het ideale beeld van
kracht in rust!
Vanavond ontvang lk, zei ze verlegen.
Ontvangt U? Wat?
Ze gaf een omslaohtigen uitleg.
Ik wou U ontmoeten, niet Uw vrienden zei hij
spottend. Ik zou U graag mijn condor toonen. Over
morgen gaat hij naar New-York, dan maak ik dat ik
hier wegkom.
Zoo'n haast om weer naar Spragge's hoeve terug
te keeren?
Hij antwoordde prompt: Nu niet meer zoo erg.
Het was maar een goedkoop complimentje, maar de
toon waarop het geuit werd, bracht Hazel Goodrich's
bloed ln beroering,
.(Wordt vervolgd.)