SchagerCourant De Russen in Noord-China. Raad Barsingerhorn. Derde Blad. Ingezonden Stukken. Hoe Moskou vasten voet kreeg in het Amoer=gebied. Een geschiedenis die terug gaat tot de 17de eeuw. J» (Bijzondere correspondentie.) Nu twee jaar geleden moest ik door vertrek naar het buitenland een begonnen reeks artikelen staken. Heden is echter dq toestand in China van dien aard, dat ik, nu ik teruggekeerd ben, met gerustheid de artikelen ga voortzetten en doe dat met te meer ver trouwen in de belangstelling van den lezer, nu aan Putnam Weale sedert kort een bijzondere rol is op gedragen. (Inmiddels is op hem een moordaanslag ge pleegd en is hij overleden.) Immers Putnam Weale is niemand anders dan Bernard Lennox Limpson, d:e onlangs door generaal Jen Hsi Sjan tot Commissaris der Donaurechten in Tientsin benoemd werd. In mijn laatste artikel van 13 October 1928 had ik de lezeressen en lezers van de Schager Courant een beeld gegeven van den geweldigen strijd tusschen Mandchu en Moscoviet, tusschen Peking en Moskou. Wij zagen toen, dat de Chineezen in 1686 het beleg yan Al-bazin opgaven, een houding die verklaard diende te worden. De reden lag in het openen van vredesonderhandelingen. De Czaar had den banjelier Venukof naar Peking gezonden, ten einde te trachten tot een verdrag ten opzichte der grensregeling in het gebied van de rivier de Amoer te geraken. Keizer Kang Hsi aanvaardde de verdesboodschap en stuurde den Czaar een brief, waarin hij uiteen zette de grieven van China tegen het schenden der grenzen door de Russen en het dooden van vreedzame Chineesche onderdanen, doch waarin hij tevens ver klaarde tot onderhandelen bereid te zijn. De Czaar zond na ontvangst van dit schrijven Golovin als ambassadeur naar het Verre Oosten. Ver gezeld door een groote troepenmacht arriveerde Golovin pas twee jaar later in de omgeving van den Baikal. Terwijl -zijn secretarissen aan het overleggen waren, waar de samenkomst lou plaats hebben werd Go lovin door 15000 Mongolen aangevallen. Nadat hij dit leger, dat hij op eigen houtje en tegen de instructies van Peking in handelde, had verslagen, onderwierpen vijftigduizend Mongolen zich aan den Russischen •Czaar. Na lang heen en weer praten, werd eindelijk Nerchinsk tot plaats van samenkomst gekozen en ver liet een enorm groot gezantschap in Juni 1689 Pe king. Een maand later bereikte dat gezantschap, be staande uit negen duizend personen, Nerchinsk. De Russische Gouverneur van deze stad zag met schrik het gezantschap een kamp opslaan nabij zijn stad. Vierduizend kameelen, 15000 paarden waren noodig geweest voor het transport, om niet te spreken van ■hetgeen nog per schip de Amoer opkwam. Overal sierden vlaggen en vaandels het imposante kamp, dat wel een denkbeeld gaf van de macht der Chineesche regeering en dus den gouverneur imponeerde. Maar op Golovin maakte dit alles niet den minsten j Indruk en pas anderhalve maand later kwam hij te [Nerchinsk aan en begon op de meest nonchalante 'en onhebbelijke manier te onderhandelen. Van Chi- 'neesche zijde traden de Jesuitenpaters Gerbillon en Pereyra als tolken op. Golovin stelde de Amoer als grens voor en de Chineezen eischten teruggave van Albarin, Nerchinsk en Seleginsk. De conferentie ein digde niet zeer vriendelijk, maar toch zou men el kaar weer ontmoeten. Dat ontmoeten geschiedde in een groote tent. Aan de eene zijde waren vijfhonderd Russen, aan de andere zijde vijfhonderd Chineezen jop eenige afstand aangetreden, terwijl van beide zij den 260 man vrij dicht in de nabijheid van de con ferentie-tent waren opgesteld. Tijdens de tweede conferentie deden de Jesuïten al het mogelijke om tot een vergelijk te komen, maar tevergeefs en men verliet met zoo groote ontstemming de tent, dat beide partijen zich voor een veldslag gin gen prepareeren. Zoover kwam het echter niet, de Russen zonden een tolk, met verzoek nogmaals samen te komen, het geen geschiedde. Ditmaal ging pater Gerbillon alleen met Golovin onderhandelen en werkelijk werd men het eens. Do cumenten werden opgesteld, geteekend en gezegeld. Daarvan plechtig trouwe nakoming gezworen. Tot niet geringe verbazing der Russen, bleken de Chineezen bereid te zijn een eed op het crucifix af te leggen, maar dat was den Russen toch te kras. Albazin werd door de Russen terug gegeven, de Chineezen waren met de grensregeling zeer ingeno men, maar lieten na, om zorg te dragen, dat de grens- Bteenen behoorlijk op hun plaats kwamen en zoo pikten de Russen heel wat meer terrein in dan hun toekwam. Een tijdperk van rust brak aan en het is typisch dat in dien tijd nakomelingen van Russische gevange nen en deserteurs naar Peking kwamen en uit hen een Keizerlijke lijfgarde werd samengesteld. Zij kre gen hun Russisch Huis, hun Russische kerk en hun Russische priesters in Peking, in de hoofdstad van de Mandchu dynastie Daar deze Russen in Mandchu vrouwen trouwden, waren zij in het begin der 19e eeuw geen Russen meer doch in de Mandchu-bevolking overgegaan. Zooals deze Russen, Moscovieten van oorsprong, op gingen in de omgeving waarin zij zich, aanvankelijk nog als Moscovieten, vestigden, zoo is het ook met de Mandschoes gegaan. Zaterdag 18 October 1930 73ste Jaargang. No. 8750 Twee jaar geleden heb ik de verovering van China door deze strijdlustige, krachtige, zelfbewuste lieden beschreven. Wat hebben die echte vechtjassen toen en later gelachen om de Chineesche mandarij nen, die slappelingen, die zich in stoelen lieten dra gen als oude vrouwen, terwijl zij, Mandschoes, te paard door stad of land jakkerden, zij de onverschrok ken ruiters, drieste krijgers, die zich de Verove raars zoo heerlijk superieur gevoelden boven die slappe Veroverden de Chineezen. Maar, wat nu, langzamerhand verslapten ook die krachtige Mand- choes, werden in den maalstroom van het Chineesche leven opgenomen en zoo zag men reeds in den aan vang van de 18e eeuw de decadentie-verschijnselen, die, in de 19e eeuw, bijna alles wat aan de oude kracht herinnerde, hadden overgroeid. Zeker, wanneer ik aan Chow Foe, den Onderkoning van Canton, wiens gast ik in 1908 was, denk, dan zie ik nog een echte afstammeling van den ouden Mandchoe-con- guestadoren voor mij, groot, krachtig, imposant, knap van uiterlijk en verstand. Maar toch, de kleeren wa ren de vrouwelijke dracht der Chineezen der Verover den, de dracht van China, van het land, waa** de mannen rokken en de vrouwen broeken dragen. Die verwijfde kleederdracht van China is ook naar Mandchoerije gekomen toen keizer Tao Kuang een imignatie-politiek voor Mandchoerije had bedacht en duizenden en duizenden Chineezen naar Mandchoe rije verplaatst werden. Daartoe behoorden ook Ma- homedanen, voor wie moskeeën gesticht werden, welke men nog in Mandchoerije aantreft. Intusschen was er sedert 1689 rust aan,de Amoer, de strijdbijl werd in dit jaar door Rus en Mandchoe in de stad Nerchinsk begraven en ruim anderhalve eeuw zou hij begraven blijven. Het werd 1847, Generaal Nikolaas Muranief werd Gouverneur van Oost-Siberië. Terwijl verscheidene van zijn voorgangers wel het denkbeeld hadden ge koesterd om de macht van het Russische Rijk in Oost-Azië uit te breiden, was dit nimmer verwezen lijkt, omdat de regeering te Moskou en later te St. Petersburg fondsen en manschappen weigerde. Generaal Muranief begon met het hem beschik bare materiaal zijn plannen voor te bereiden en al spoedig trokken patrouilles kozakken stroom af- en stroom-opwaarts langs de rivier de Amoer, ter ver kenning en rapporteering. Toch zou de Krimoorlog pas aan de plannen vqn Muranief stimulans geven. Muranief zag door aen uitbreiding, van de Russische macht in den Stillen Oceaan een slag voor de geallieerden, Engeland en Frankrijk, teiwijl Muranief er op bedacht was oTn de Russische vloot in de Stille Zuidzee vanuit het Amoergebied te approviandeeren, nu sedert het uit breken der vijandelijkheden, de Engelsche vloot door groote waakzaamheid elke toevoer over zee onmoge lijk maakte. Generaal Muranief zeilde met een kleine vloot van lichters en een rivierstoomboot de Amoer af en bereikte al spoedig Aigum. Het garnizoen van die plaats kwam weliswaar in het geweer, maar zonder de duizend goed bewapende Russische infanteristen en kozakken te durven aanvallen. Muranief trok rustig verder. Zoo begon in 1854 de Russische pertratie van Mandshourije, die niet ge stopt kon worden door de aanvallen der vereenigde Fransche en Engelsche vloten op Petropavlovsk in 1854 en 1855. Deze mislukte aanvallen waren voor de Russen het bewijs dat zij ongehinderd verder konden gaan met de verovering van Mandshourije. Muranief ging persoonlijk naar St. Petersburg en kreeg ge- heele vrijheid van optreden. Hij zond in 1857 admi raal Putiatin naar de Golf van Petchili, ten einde de Chineesche regeering te dwingen om de gebieds uitbreiding aan de Amoer goed te keuren, maar zon der succes. Muranief ziende, dat de Chineesche autoriteiten hun militaire macht in het Amoergebied versterkten, ging nogmaals naar St. Petersburg om aan te dringen op versterking van zijn soldaten en geldmiddelen. Terwijl een sterke macht Siberische troepen langs de Amoer opereerde, moest admiraal Putiatin samenwerken met de Engelschen en Fran- schen, die in oorlog gewikkeld waren met China, ten einde de Chineesche regeering te dwingen om Peking te openen voor de vreemde legaties en China voor den handel. In 1858 waren de Chineezen wel gedwongen aan Rusland toe te geven en zoo werd bij het verdrag van Aigun de linkeroever van de Amoer aan Rus land afgestaan en teekende een maand later Pu tiatin te Tientsin een verdrag geheel overeenkomen de met de door de andere mogendheden gesloten overeenkomsten, die hoofdzakelijk van commer- cieelen aard waren. Daar de regeering te Peking het verdrag van Ai- gun nog moest ratificeeren, stichtte Muranief ver schillende steden, o.a. Blagoveschensk (de stad der goede berichten) langs den pas verkregen oever van de Amoer. Zoo was Ruslands macht daar voor goed gevestigd en de Czaar schonk generaal Muranief den titel van graaf. Sedert heette de generaal graaf Muranief Amurski. De nederlaag door de geallieerde mogendheden aan de Takn-forten nabij Tientsin geleden, bracht onwillekeurig, de positie der Russen in het Amoer gebied in gevaar. Weliswaar was bij keizerlijk naaia iara '.leomy iep epuiAOJd ©Atnaiu uaa pajoap administratie en een legermacht van 8000 man ge creëerd, maar er bestond toch zooveel kans op een Chineezen aanval, nu deze een succes op de Fran- schen en Engelschen te boeken hadden, dat Muranief die met verlof was, spoorslags naar het Amoerge bied terugkeerde. Het liep echter tegen verwachting heel goed af. Een Engelsch-Fransche expeditie was n.1. Peking binnengerukt en Generaal Ignatief was de eerste zaakgelastigde, die voor zijn land onderhandelingen met de Chineesche autoriteiten kon openen en sloot met prins Kung het groote verdrag van November 1860, waarbij de grenslijn van Mandshourije nog eens werd vastgelegd en wel zeer in het voordcel van Rusland. Rusland werd zoodoende heer en meester tot aan den mand van de Amoer en van Oostelijk of Maritiem Mandshourije en kreeg aldus uitweg aan zee, in een veel gematigder klimaat en beter beschutte havens dan het tot nog toe had be zeten. De Russen zorgden thans in hun Amoerprovincie voor het stichten van kozakken nederzettingen en bouwen van communicatiewegen, zoodat 's winters de met drie paarden bespannen arren over de be vroren Amoer in 24 uur 240 tot 300 mijl konden af leggen. De bevolking in Mandshourije was gestadig toege nomen. We vernamen reeds hoe keizer Tao Kuang daartoe had bijgedragen, verder had een hongers nood in Shansi, honderdduizenden vandaar verdre ven naar de rijke, maagdelijke gronden van Mand shourije en aangetrokken door den rijkdom van den bodem kwamen steeds meer lieden zich vestigen Nadat de beruchte opstand der Taipings in Midden China, onderdrukt was, konden de Chineesche auto riteiten zich toeleggen op verbetering der toestan den in het hun toebehoorend Mandshourije. Vocral de militaire toestanden werden verbeterd, hetgeen de Russen, die altijd een grooten angst koesterden voor het Gele Gevaar, want zij waren zich wel be wust van de kracht, die er in het millioenen volk school, met leede oogen zagen geschieden. Toch moesten zij het aanzien hoe niet ver van hun nieu we territorium de Chineezen hun Mandshourije weerbaar maakten. Kirin, Moekden, Sansing, Hun- chun en Aigun werden versterkt en in de eerstge noemde plaatsen groote arsenalen gesticht Krupp te Essen kreeg een goeden klant aan China, dat de haven van Port Arthur van zwaar geschut voorzag en daardoor tot een vrijwel onneembare vesting pro moveerde. In denzelfden tijd deden de meest ongelooflijke verhalen de rondte omtrent goud en zilver dat in Mandshourije gevonden werd en zoo trokken Rus sische en Chineesche avonturiers, bannelingen en misdadigers naar deze streken en stichtten daar de z.g.n. Republiek Sholtoga, even boven het vroegere Albazin gelegen. Het was een rijkje op zich zelf met een president en daar de burgers inderdaad goud en zilver von den en rijk werden, werd het een macht in den staat. Hadden de Chineesche autoriteiten eerst wei nig aandacht aan het geval geschonken, dit werd anders toen de Russische autoriteiten met vele en gegronde klachten omtrent het optreden der „Repu blikeinen" bij de Chineesche mandarijnen kwamen en deze laatsten ook zelf overlast moesten onder vinden. Er werd besloten aan den toestand een ein.i? te maken. Men kan niet anders zeggen, dan dat de Mandarijnen dit op afdoende wijze deden. Ze gaven aan de Russische en andere Europeesche burgers van Sholtoga gelegenheid hun biezen te pakken en hebben de Chineesche bevolking daarna uitgemoord en de plaats gebrandschat. Zoo verdween in 1889 Sholtoga voor goed uit de geschiedenis. Men be leefde trouwens in die dagen#rare dingen in Mand shourije en Peking. Zoo herinner ik mij een geval betrekking hebbende op de telegrafische gemeen schap in het Amoergebied, in Mandshourije, tus schen die gebieden onderling en met de buitenwereld Toen de Great Northern Telegraph Company docr een Chineeschen concurrent bedreigd werd, moest deze laatste verdwijnen, want de Deensche koninklij ke familie, incluis de toenmalige Czarina, waren de groote aandeelhouders in de Deensche Great Northern, en al spoedig werden er aan Li Hung Chang, die onderkoning te Tientsin (Petchili) en te vens directeur-generaal van den Chineeschen Tele graafdienst was, keurige kisten, quasi met zijden stoffen gevuld, ten geschenke gegeven. De geefster, de Russische legatie te Peking, had echter gezorgd, dat er, inplaats van zijden stoffen, baren goud in de kistjes verpakt waren. Niet lang duurde het of de concurreerende telegraafmaatschappij werd gesabo teerd en verdween, zoodat de Great Northern vrij spel had. Men ziet hieruit, dat Li Hung Chang, die ree-Is toen zulk een groote rol in China speelde, en liter geruimen tijd een nog grootere zou blijven spele-v zeer nauwe betrekkingen onderhield met de Russi sche legatie te Peking en partijen klaarblijkelijk zich in het tijzonder voor vraagstukken, Mandshor rije rakende, interesseerde. Wat zal er tusschen die beide machten niet al bedisseld zijn, waaromtrent nog niets bekend is. Zoo naderde het jaar 1891 en begon men toebereidselen te maken voor de >ni- vangst van den Czarewitch (later Czaar Nicolaas II) die een bezoek zou komen brengen aan het Verre Oosten. (Wordt vervolgd.) Mijnheer de Redacteur. Als getrouw lezer van Uw blad verzoek ik beleefd voor opname van het onderstaande. Bij voorbaat mijn dank. NAAST HET DRANK-, HET BIERGEVAAR. Het binnenlandsch biergebruik steeg van 2.134 000 H.L. in 1928. tot 2.176.000 H.L. in 1929. Dat beteekent, dat, terwijl in 1928 ieder Nederlander, zuigeling zoowel als grijsaard gemiddeld 27.8 liter bier consumeerde. Die hoeveelheid steeg in 1929 tot 28 liter. Een flinke plas. waaruit drie emmers zijn te vullen. Menigeen zal zich afvragen of deze cijfers wel juist zijn, en men twijfelt allicht aan de waarheid, als een zeer on schuldig iets: Zoo erg zal het niet zijn. Uit betrouwbare bron werd mij dezer dagen nog mede gedeeld alsdat er voor drie dagen kermis op een dorpje in Noord-Holland was, laten wij het maar X noemen. De caféhouder sloeg In 80 vaten bier, ieder vat bevat 40 liter, dus 80 keer 40 liter Is 3200 liter bier, is er op die kermis in drie dagen opgedronken, want er was nog te kort. Een liter bier afgetapt op de z.g.n. pomp is minstens 4 glazen, dus 3200 keer 4 is 12800 glazen bier zijn daar opgedronken, daar is voor betaald 12800 keer 25 cent is f 3200.—. Hebben deze gegevens niets te zeggen? brengen zij u tot nadenken? behoort gij ook tot hen, die dit enorme biergebruik in stand helpt houden en voortdurend toe nemen? Overdrijven wij. drankbestrijders, wanneer wij spreken van het Biergevaar. Hoogachtend, C. DE JONG. H.-Befituurslid A.N.G.O.B. St. Paacras. Vergadering van den Raad op Vrijdag 17 October 1930, des middags 2 uur. Voorzitter de heer K. Breebaart Dz., burgemeester, secretaris de heer G. G. Loggers. De raad is voltallig. De Voorzitter openf* met een woord van welkom de vergadering, waarna de notulen onder dankzegging aan den secretaris onveranderd worden vastgesteld. Ingekomen stokken. Mededeeling wordt gedaan van de volgende inge komen stukken: a. Schrijven van Ged. Staten van Noordholland, houdende toezending van een afschrift van een uit treksel uit het Kon. Besluit, houdende goedkeuring van de verordening, als bedoeld in art. 31 duodecies der wet op de personeele belasting, b. Besluit van Ged. Staten van Noordholland, hou dende verdaging van de beslissing op het Raadsbe-I sluit tot het aangaan van een geldleening, groot' f20.00— ten behoeve van kapitaalverstrekking aan den Vleeschkeuringsdienst. c. Verslag van de Vereeniging tot bevordering van het Vakonderwijs in Westfriesland over 1929. d. Verslag van de Commissie tot wering van school-' verzuim 'over 1929. B. en W. stellen voor, de onder a. tot en met d ge- genoemde stukken voor kennisgeving aan te nemen. Aldus wordt besloten. Het verslag van de Commissie tot Wering van schoolverzuim wordt gelezen. e. Schrijven van de Molenmeesters van den Hoog landspolder te Barsingerhorn, d.d. 1 September 1930,; houdende verzoek om een gedeelte van de sloot bij' de O. L. School te Haringhuizen aan den Hooglands-! polder in eigendom te willen overdragen, opdat zij« voor reiniging van riet, kroos en ander vuil en het steeds op wijdte en diepte houden dezer sloot zullen kunnen zorgdragen. B. en W. zien in deze eigendomsoverdracht geen be zwaar en stellen voor, gemeld slootgedeelte aan dien polder te verkoopen voor f 1.—. De heer Smit geeft nog eenige toelichting. Conform het voorstel van B. en W. wordt besloten. f. Schrijven van het Bestuur van de Muziekvereeni- ging „De Eendracht" te Kolhorn, d.d. 1 October 1930, houdende verzoek haar voor 1931 een subsidie te wil len verleenen van f 100. B. en W. stellen voor, het op de gemecntebcgrooting 1931 uitgetrokken subsidie ad f50.te handhaven. De heer Burger vraagt naar de rekening en verant woording, die zou worden overgelegd, maar de Voor zitter deelt mede, dat dit in dit jaar niet is gedaan. De heer Engel wijst erop, dat de vereeniging een vrij- vaste ontvangst over boord heeft gegooid. doordat ze de kunstlievende leden, die f 1.50 per jaar gaven, hebben geschrapt. Spr. kan zich niet met die taktiek vereenigen, en oordeelt zulks ook niet in het belang van de gemeenschap. De subsidie van f 50 wil spr. de vereeniging niet onthouden, Men had één uitvoering voor kunstlievende leden moeten geven en een vrije uitvoering. Conform het voorstel van B. en W. wordt besloten. g. Schrijven van Ged. Staten van Noordholland, houdende terugzending van de door den Raad vastge stelde verordening tot wijziging der bouwverorde ning, met verzoek te willen bevorderen, dat in art. 5, 3e lid, worden geschrapt de woorden: „artikel 5, 4o li-d, eerste alinea." B. en W. stellen voor de verordening in den door Ged. Staten aangegeven zin te wijzigen, omdat het in art. 5, 3e lid, bedoelde beroep inderdaad geen an der is dan dat, bedoeld in art. 5, 4e lid, der Woning wet, zoodat het afzonderlijk vermelden van bedoelde wetsbepaling tot verwarring aanleiding kan geven. Wordt goedgevonden. De begrafenisrechten. h. Alsvoren, houdende mededeeling, dat de door den raad vastgestelde verordening tot wijziging van de verordening op de heffing van begrafenisrechten bezwaren ontmoet, o.a. kan het de goedkeuring van Ge-d. Staten niet wegdragen, dat voor het schoonhou den enz. van gedenkteckenen enz. een recht wordt geheven, berekend naar 25 van den koopprijs dier voorwerpen. Een tarief zal dienen te worden vastge steld, waarin de heffingsbedragen worden genoemd, B. en W. stellen voor: 1. over te gaan tot intrekkiing van de thans gel dende verordeningen op de heffing en invordering van begrafenisrechten (met inbegrip dus van de vast gestelde wijzigingsverordening); 2. vast te stellen een nieuwe verordening op de heffing en invordering dier rechten, waarin vooi! zoover het de heffing aangaat de door den Raad in zijn vergadering van 20 Juni j.1. vastgestelde rech< ten worden opgenomen, met dien verstande evenwel, dat voor het van gemeentewege schoonhouden waaronder niet wordt verstaan herstelling of vernietig wing van de graven geplaatste voorwerpen de na volgende rechten worden geheven: voor een gedenkteeken (monument) f20.—, voor een zerk of grafsteen i 10.— voor een omrastering t 3.— voor ieder aader voorwerp als bank, bordje, kastje kruis, doos, enz. f 6.— voor onderhoud van een graftuin of een andere beplanting f 8.— Indien voor voorwerpen, aanwezig op één graf, meer dan één recht volgens dit artikel verschuldigd zou zijn, wordt ten hoogste recht voor één dier voorwerpen ge heel en worden de rechten voor de andere voorwerpen op dat graf voor de helft geheven. De heer Kistemaker vraagt of dit bedrag voor eens wordt geheven, op welke vraag de Voorzitter bevesti gend antwoordt. Overeenkomstig het voorstel van B. en W. wordt besloten. De nood van de Vereeniging voor Zieken- hulsverpleging. i. Schrijven van de Vereeniging voor Ziekenhuisver- pleging te Barsingerhorn, houdende verzoek in verband met de slechte uitkomsten van het vereenigingsjaar 1929' 1930 ook voor 1930 een subsidie te willen verleenen. B. en W. stellen voor, ook voor 1930 een subsidie te verleenen, groot f 200. De rekening over het afgeloopen jaar gaf een tekort van f 550 aan. De finantieele toestand der vereeniging wordt zeer somber geschilderd. De heer Kooijman vreest dat als het loopende jaar teneinde Is, er een tekort zal zijn van f 1000 en spr. verheugt zich dan ook over het voorstel van B. en W. De heer Kistemaker begrijpt niet, waarom de ver eeniging de contributie niet progressief maakt. De Voorzitter deelt mede, dat er wel plan bestaat om de contrlfbutieregellng te wijzigen. De heer Kooijman deelt mede, dat een 3-klassige contributieheffing de algemeene instemming kan erlan gen en dat nu besloten is, één contributie n.1. van f 2 per lid te heffen. De heer Engel zegt dat z.i. een progressieve contri butieregeling niet gaat. Spr. meent dat juist door een gemeentelijke subsidie het doel In dat opzicht wordt bereikt By progressieve contributieheffing zullen er heel wat leden uittreden.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1930 | | pagina 9