Purol bij Ruwe Handen Steun voor den Tuinbouw. Het voorstel van Gedeputeerde Staten. Binnenlandse!! Nieuws. Ernstig motorongeluk te Den Helder. De schrik van Zeist. Twee inbrekers te Rotterdam gearresteerd. Invoer van Ned. Rnndvee in België verboden. Vreeselijke dood. Het leren was haar een last Hilversum blijft op de korte golf. Auto door een tram gegrepen. PLANTEN IN KAMER EN TUIN. Elk beroep op de medewerking van het Rijk kan van te voren als vruchteloos worden beschonwd. In hun prae-advies op het voorstel der soc. dem. Sta- ten-fractie om op het voetspoor van 1923 thans wederom garantie te verleenen van rente en aflossing van voor schotten aan noodlijdende tuinders, herinneren Ged. Sta ten er aan, dat zij reeds in 1926 hebben verklaard, niet van plan te zijn, nog eens weer voor te stellen, dat de Provincie zich andermaal borg zou stellen voor aan de tuinders verleende voorschotten. Zulk een steunverlee- ning moest naar hun opvatting hooge uitzondering blij ven, terwijl het veel meer aanbeveling verdiende om bijv. subsidie te geven voor bevordering van glascultuur en het vinden van nieuwe afzetgebieden. Een voordracht in dien geest werd 15 Juni '27 ingediend en in Juli d.a.v. door de Staten aanvaard. In het algemeen nemen Ged. Staten nog hetzelfde standpunt in. H. i. ligt het op den weg der tuinders om zelf maatregelen te nemen en tot hun voldoening hebben zij dan ook vernomen, dat in de op 2 Oct. j.1. gehouden vergadering van de Prov. Commissie uit de veilingen in N.H., een denkbeeld is dezen geest naar voren is ge bracht. De mogelijkheid werd toen n.1. geopperd om door het heffen van zekere bedragen over de veilingomzfetten een fonds te vormen, waaruit in gevallen van nood hulp verleend zou kunnen worden. Ged. Staten gaan dan aldus voort: „Nu intussohen zoodanig fonds nog niet bestaat en nu bovendien niet ontkend kan worden, dat door een samenloop van omstandigheden de tuinbouw in Noord- Holland opnieuw in een uiterst hachelijken toestand is komen te verkeeren, waardoor vele bedrijven dreigen ten onder te gaan, tot sohade niet alleen van de direct be langhebbenden doch ook van de gemeenschap, acht ons College 'n uitzonderingsgeval als bovenbedoeld aanwezig en vindt het vrijheid aan Uwe Vergadering voor te stel len nogmaals te hulp te komen door het verleenen van borgtocht voor de voorschotten, welke de meest getrof fen tuinders in staat zullen kunnen stellen aan de moei lijkheden in hunne bedrijven het hoofd te bieden. Daarmede zal dan worden tegemoet gekomen aan een wensch, die ook in den kring der belanghebbenden zelf is uitgesproken. In de bovenvermelde vergadering van de Proviciale Commissie uit de veilingen in Noord-Hol land is namelijk besloten het daarheen te lelden, dat eene nieuwe credietregeling worde tot stand gebracht in den geest van 19221923 onder borgstelling van de Provincie en met medewerking van de boerenleenbanken tegen een zoo laag mogelijk rentetype. „Gaat ons College dus in de hoofdzaak mede met de gedachte, in het voorstel van de heeren Ed. Polak c.s. belichaamd, op verschillende punten ontmoet dit voorstel bij ons bedenking. „In de eerste plaats kunnen wij ons niet vereenigen met de overweging, dat de noodtoestand vordert, dat zonder verwijl eene zekere hulp wordt verleend; voor zoover hier gedoeld wordt op hulp vanwege de Provincie achten wij deze overweging niet juist. „De hulp, welke, naar wij niet willen ontkennen, vele tuinders zonder verwyl behoeven, is bijkans alleen hulp ten eind, nu hunne bedrijven hun in het jaar, dat ten einde spoedt, niets of weinig, in vele gevallen wellicht zelfs verlies, hebben opgeleverd^ in hunne persoonlijke en huiselijke behoeften te kunnen voorzien. Het verlee nen van deze hulp ligt echter naar ons oordeel, in geen geval op den weg van de Provincie, doch uitsluitend op den weg van de gemeenten of van de gemeentelijke organen, voor dit hulpbetoon aangewezen. „De voorschotten, voor welke de Provincie zich garant zou stellen, kunnen slechts strekken om de noodlijdende bedryven op gang te houden, derhalve voor het aan- koopen van meststoffen en andere bedrijfsberioodigd- heden en voor het betalen van de in de bedrijven onont beerlijke werkkrachten. De voorschotten, in 1923 onder provinciale garantie toegekend, zijn ook slechts voor deze doeleinden verleend. Motor tegen een boom gereden, Twee miliciens op slag gedood. In den nacht van Woensdag op Donderdag om streeks 12 uur heeft aan het einde van de Binnen haven in Den Helder een ernstig motorfietsongeluk plaats gehad, waarbij twee personen het leven heb ben verloren. Een automobilist bemerkte, dat er aan den kant van den weg iets brandde, en zag, toen hij stopte, dat het een Arielmotorfiets was. Tot zijn schrik vond hij daar vlak bij twee doode menschen liggen. De lijken zijn naar het marine-hospitaal vervoerd. De politie heeft de motorfiets in beslag genomen. De motorfiets is tegen een boom gereden; door wel ke oorzaak is onbekend. De slachtoffers behoorden tot de bemanning van het vliegkamp de Kooi en waren op weg daarheen toen het ongeluk plaats greep. Het zijn de milicien P. Swarts, 20 jaar, uit Arnhem, en de stoker-olieman M. Meyer, 24 jaar, uit IJmuiden. Met ontzettende snelheid gereden. Nader wordt gemeld, dat de motorfiets blijkens de aanwijzingen met ontstellende snelheid moet heb ben gereden. eBide jongelieden werden met ver brijzelden schedel gevonden op verscheiden metera afstand van de motorfiets en dit lag op ongeveer 8 meter afstand van de plaats, waar de botsing had plaats gehad. De bestuurder had bovendien een ge broken arm en een gebroken been. Vreemdsoortige revolver-bandiet. De politie te Zeist werd Donderdag en den daarop volgenden nacht tot tweemaal toe opgebeld voor een ongunstig uitziend persoon, die nog al gevaarlijk schijnt te zijn. 's Avonds had de man aangebeld bij een villa aan de Verlengde Slotlaan, waar hij van de mevrouw die opendeed, geld eischte onder be dreiging met een revolver, 's Nachts is de man door een openstaand raam bij een verpleegster bin nengedrongen, die eveneens een revolver op zich gericht zag, doch kans zag licht en alarm te makon, waarop de man ijlings verdween. Vermoedelijk heeft hij later de bewoners van 'n armhuis onder Bosch en Duin willen wekken door op de deur te bonzen. Deze bleef echter gesloten. P® Politie heeft den man nog niet kunnen achter halen. „Niet thans in het najaar, doch eerst na eenigen tijd zullen de uitgaven, waarvoor de voorschotten dienen zullen, noodzakelijk zijn. Met het voeren van de noodige onderhandelingen (bijv. met de boerenleenbanken, welke de voorschotten zullen moeten verstrekken) en het tref fen van voorbereidingen zal trouwens eenige tijd ge moeid zijn. Intusschen ligt het wel in ons voornemen om, indien Uwe vergadering tot het verleenen van ga rantie besluit, met alle mogelijke voortvarendheid te werk te gaan, opdat aangenomen dat de noodige me dewerking van andere zijde verleend wordtmet de toe kenning van voorschotten een aanvang kan worden ge maakt, zoodra daaraan behoefte bestaat." In de tweede plaats hebben Ged. Staten er bezwaar tegen, dat geen hooger rente dan 3 pet zou worden ge vraagd. De boerenleenbanken vragen stellig een hooger rente, zoodat het verschil uit de Prov. Kas zou moeten worden bijgepast Ged. Staten zien niet in, dat in dit opzicht verder moet worden gegaan dan in 1923. Die rentebeta ling door de Provincie zou feitelijk neerkomen op het verstrekken van bijdragen In de normale exploitatiekos ten van de tulndersbedrljven ln dit gewest Ged. Staten verklaren zich gaarne bereid om aan te sturen op een zoo lang mogelijke rente. Volgens de in 1923 getroffen regeling kan, indien do rente over eenlg jaar door het bedrijf niet opgebraoht kan worden, het voorschot daarmede worden verhoogd, Ged. Staten vermoeden, dat ook thans een dergelijke re geling gemaakt zal kunnen worden. Ged. Staten ontraden ten sterkste, om zooals de voor stellers willen, de medewerking van het Rijk als voor waarde te stellen voor provinciale hulpverleening, wijl op zoodanige medewerking, blijkens de in 1923 opgedane ervaring, niet gerekend mag worden, zelfs elk beroep op die medewerking van te voren als vruchteloos kan worden beschouwd. 1) „Daarentegen, zoo gaan Ged. Staten verder, zij wij van oordeel, dat ditmaal de gemeenten wel ln de steun- verleening betrokken 'moeten worden, omdat het ne men van maatregelen tot het behoud van de middelen van bestaan der ingezetenen voor alles tot de taak der gemeenten behoort en het gemeentebelang bij dit behoud in hooge mate is betrokken. De deelneming der gemeenten zal ook het voordeel opleveren, dat de ge meentebesturen, die uitd en aard der zaak met de per soonlijke omstandigheden der tuinders het best bekend zijn, er toe zullen medewerken de te treffen regeling zooveel mogelijk tot haar recht te doen komen. „Een juiste verdeeling van het risico wordt, naar onze meening, verkregen, indien de voorschotten voor 70 door de Provincie en voor 30 door gemeenten worden gegarandeerd." Zoo komen Ged. Staten er toe om de Staten voor te stellen te besluiten om: „Gedeputeerde Staten te machtigen de Provincie borg „te stellen voor de rlchtige naleving van de overeen- „komsten van geldleenlng, welke door tuinders in deze „provincie die naar het oordeel van Gedputeerde Sta- ,ten voor steun in aanmerking komen, zullen worden „gesloten ten behoeve van den aankoop van meststof- „fen en andere bedrijfsbenoodlgdheden en voor de beta- „ling van ln het bedrijf onontbeerlijke arbeidskrachten, „met dien verstande, dat de borgstelling zich beperkt „tot telkens 70 der voorschotten, en onder voor gaarde, dat de overige 30 door de gemeenten hun ner woonplaats wordt gegarandeerd." Het slot van de toelichting luidt: „Ons College, zal daarbij voorgelicht door de ge meentebesturen en door de Provinciale Commissie uit de veilingen ln Noordholland, er naar streven, slechts garantie te verleenen ten behoeve van die tuinders, van wie verwacht mag worden, dat zij, indien de om standigheden hun niet bepaaldelijk ongunstig zijn, ln staat zullen zijn hun bedrijf met behulp van de voor geschoten gelden rendabel te maken en dus te zijner tijd het voorschot af te lossen. Het komt ons voor, dat, gelet op dit uitgangspunt, de tulders, die in 1923 een voorschot onder provinciale garantie verkregen en dit nog niet geheel aflosten, in het algemeen voor een nieuw voorschot niet in aanmerking komen. Het ma ken vari uitzonderingen ln bepaalde gevallen zouden wij intusschen niet van te voren willen uitsluiten." 1). Hét is waar: een Minister van Landbouw hebben we niet De Minister van BInnenlandsche Zaken en Landbouw komt waarschijnlijk aan den Landbouw niet toe. Toch werd van hem getuigd: De Edelman die werkt voor het volk! Of hooren tuinders, landbouwers enz. misschien niet tot dat volk? Voor hen is het jammer, dat oorlogstuig niet gezaaid of gepoot kan worden: dan kwam er wel medewerking uit den Haag! OPZEGGING VAN HET COLLECTIEF CONTRACT IN HET ZEEVISSCHERIJBEDRIJF. Het hoofdbestuur der Reedersvereeniging voor do Nederlandsche heringvisscherij heeft van de besturen van den Nederlandschcn bond van christelijke fa- brieks- en transportarbeiders, den Centralcn Bond van transportarbeiders en den R.K. Bond van transportar beiders St. Bonifacius een brief ontvangen, houdende mededeeling, dat zij het voor 1930 gesloten collectief contract opzeggen met de bedoeling, daarin eenige veranderingen aan te brengen, die hen door de prac- tijk van dit jaar wenschelijk zijn gebleken. DOOR DEN STROOM GEDOOD. Woensdagmiddag begaf te Medemblik de arbeider A. Flietstn. zich met een electrischc looplamp naar een der keld rs van het in aanbouw zijnde nieuwe gedeelte van het Tehuis voor Ouden van Dagen en werd hierbij door den stroom getroffen. De man, die juist de vorige week in het huwelijk was getreden, was op slag dood. Een sommetje van f 800 gevondon. Eergisternacht hebben twee agenten van politie twee mannen aangehouden, die geruimen tijd in de binnenstad van Rotterdam hadden rondgeloopen en zich daarbij verdacht hadden gedragen. liet waren een 18-jarige los werkman en een 21-jarige zeeman, beiden beruchte inbrekers. In het portaal van de woning van den eerste word bij een huiszoeking een bedrag van f800 aan specie en bankpapier gevonden. Bij dit papier waren eenige aanwijzingen, dat dit geld gestolen was uit een garage. Bij ^en in ver schillende garages ingesteld onderzoek bleek, dat te voren was ingebroken in een garage aan den Cool- singel aldaar. De dieven hebben zich over het dak toegang ver schaft en hebben uit een geldkistje een bedrag van f1600 weggenomen. De beide mannen zijn als ver dacht van deze inbraak in bewaring gesteld. ALS DE „ZEP" KOMT De „Bossche Crt." meldt: De kinderen van het Doofstommen-Instituut te St. Michels-Gestel hebben een verlangen-briefje naar dr. Eckener gestuurd: Of wanneer hij naar Nederland kwam met de „Graf Zeppelin", hij a.u.b. ook 'ns even boven het instituut wou komen. Dr. Eckener is zoo vriendelijk geweest een briefje terug te schrijven met de mededeeling dat hij aan dit verzoek gevolg wil geven. Gister, den 24sten October inge gaan. Nederland met één slag beroofd van zijn allerbelangrijkste afzetgebied voor levend rundvee! De directie van den landbouw deelt mede, dat blij kens telefonisch bericht van Hr. Ms. Gezantschap te Brussel, de Belgische minister van landbouw den in voer van herkauwende dieren uit Nederland mot ingang van 24 October (dus met ingang van gister) heeft verboden. Het Hsbl. verneemt nog, dat de oorzaak van deze drastische maatregel is gelegen in het mond- en klauwzeer. Voorwaar voegt er genoemd blad dan nog aan toe dit ontbrak in dezen tijd van landbouwcrisis dumping, hooge tolmuren en Duitsche „boter-ma- noeuvresnog juist aan ons geluk! Wij laten de cijfers spreken: België is onze beste afnemer van rundvee: in het afgeloopen kalenderjaar exporteerde ons land aan slachtvee 3300 stuks jongvee van één jaar en ouder, waarvan 3280, dus practisch alles naar België ging. De waarde bedroeg f 685.000. Aan jongvee beneden een jaar exporteerden wij 9400 stuks, waarvan 9334 naar België, dus eveneens alles. De waarde daArvan bedroeg f 150.000. Aan melk- en kaifkoeien voerde ons vaderland in 1929 uit rond 6900 stuks, waarvan 4165 naar België gingen; dus GO De waarde van den Belgischen export bedroeg dan ook f 1.070.000. Aan jongbokvee van één jaar en ouder, behalve stieren, exporteerden we 6100 stuks, waarvan 2600 of wel pl.m. 43 naar België ging. De waarde be droeg f88.000. Aan jongvee beneden een jaar exporteerden we 9100 stuks, waarvan 1365 naar België of 18 De waarde bedroeg f88.000. Bovendien betrok België nog 134 stieren en stier kalveren voor f21.000. In 1929 heeft ons land aan rundvee uitgevoerd voor een bedrag van f5.067.000, waarvan naar Bel gië voor f 2.428.000, dus zoo goed als de helft! Het aantal stuks rundvee, dat ons land exporteer de, bedroeg 35.875, waarvan 20.868 naar België, dus rond 60 In de eerste drie kwartalen van het loopende jaar exporteerde Nederland naar België al zijn slacht vee, nl. 7540 stuks voor f721.000. Aan fokvee voerden wij in die negen maanden uit 7900 melk- en kaifkoeien, waarvan niet minder dan 6550 naar België gingen, dat is 83 De waarde daarvan bedroeg f 1.741.000. Van onze 6000 uitgevoerde stuks jong fokvee van één jaar en ouder gingen er 4270 of wel 71 naar België. De waarde bedroeg f766.000. Van de 2650 stuks jong fokvee van beneden een -jaar gingen er 1900 naar België of wel 67 Bovendien betrok België in die drie kwartalen ■nog 352 van'de 753 stieren en stierkalveren, dus bij na de helft! De waarde dAArvan bedroeg nog f84.000. In totaal zijn van Januari tot en met September 25.062 stuks rundvee door ons land uitgevoerd, waarvan 20.600 of 82 naar België! De waarde van onzen gezamenlijken rundvee-uit voer bedroeg f4.585.000, waarvan f3.438.000 of 73 of drie vierde gedeelte naar België! Commentaar op deze maatregel is vrijwel overbo dig. Men kan zeggen, dat Nederland met één slag beroofd is van zijn Allerbelangrijkste afzetgebied voor levend rundvee! Vierjarig jongetje carbid ingeslikt. Het zoontje van den heer S. te Standdaarbuiten had de aardigheid om bij het spelen een busje van een potlood, hetwelk hij met carbid had gevuld, in te slikken, aldus het Dgbl. v. N.-Brabant. Het ventje klaagde over inwendige pijn. Onmid dellijk werd geneeskundige hulp ontboden, die ech ter niet meer mocht baten, daar het jongetje reeds aan inwendige verbrandingen en aan verstikking door gassen was overleden, voordat de dokter ter plaatse was. Waartoe neerslachtigheid kan leiden. Een eenzame weduwe van 70 jaar, die alleen en verlaten ergens buiten leeft, had hevige rheumatiek in handen en knieën en geen middel mocht baten. Is het te verwonderen, dat zij neerslachtig werd en radeloos? Gelukkig probeerde zij toen het eenige middel, dat haar weer overeind kon helpen Kruschen Salts. „Ik wilde U toch even met een paar woorden schrijven, hoe Kruschen Salts mij geholpen heeft. Ik ben weduwe en 70 jaar oud en toen ik met Kruschen begon waren mijn gewrichten erg stijf en ik had erge rheumatiek in handen en knieën. Ik gebruik Kru schen nu ongeveer twee jaar en heb tegenwoordig inaar heel weinig rheumatiek Eigenlijk meestal hee- lemaal niet en mijn gewrichten zijn veel soepeler. Maar het ergste van ailes was, ik had vroeger gere geld vlagen van neerslachtigheid (ik woon alleen in een eenzame streek), zoo erg, dat ik te bang was om bij de rivier te wandelen dio dicht langs mijn huis loopt, uit angst, dat ik er dan in zou springen om een eind aan alles te maken. Ik hen blij, dat ik dergelijke ideeën nu nooit meer heb. Een feit is, dat iedereen mij nu beschouwt nis een geheel opgewekte kameraad." Mevr. E. A. C. De meest voorkomende oorzaak van neerslachtig heid is constipatie een verraderlijke kracht, om dat de lijder het zelden in verband weet te brengen met de gevolgen. Hij weet niet, dat constipatie betee- kent een gestadige ophooping van llchaamsgiften, die den geest versuffen, de zenuwen ondermijnen en de algeheele veerkracht vernietigen. Kruschen Salts xnaakt constipatie onmogelijk. Kruschen helpt lever en nieren om hun natuurlijke werking op natuur lijke wijze uit te voeren, het verwijdert zacht maar volkomen alle giftige afvalproducten en zorgt voor een zuiveren bloedstroom. Daarom hoeft U, wan neer U geregeld Kruschen neemt, nooit te weten, wat melancholiek beteekent en U zult zich nooit „ze nuwachtig" voelen of terneergeslagen. Kruschen Salts is uitsluitend verkrijgbaar bij alle apothekers en drogisten a f0.90 en f 1.60 per fla con. (Adv.) Een onjuist bericht. Donderdagavond gaven verschillende bladen het volgende bericht; Naar wij vernemen overweegt het Hoofdbestuur van, P.T.T. de golflengte van 1071 m., die op het oogenblik alleen gebruikt wordt voor den Zakelijken Omroep (station Schcveningen-Haven) iets te ver- hoogen. Deze verhooging geschiedt in overleg met Oslo, welk station tegelijkertijd haar golflengte iets zal verlagen, waardoor het verschil tusschen beide stations grooter wordt. In verband hiermede zal Vrijdagmiddag te 16.15 uur een proefuitzending plaats hebben van het station Scheveningen haven op een golflengte van 1083 m. Deze uitzending zal worden verzorgd door het Persbureau Vaz Dias. De directie van het Persbu reau verzoekt rapporten omtrent de ontvangst van deze uitzending te willen zenden aan: Persbureau Vaz Dias Amsterdam, afdeeling Draadlooze Pers dienst. Volgens het „Hsbl." betreft het hier echter een bericht, dat niet juist is; Hilversum komt niet op de lange golf: het blijft op de korte golf en voorloo- pig zoo niet voor goed blijft deze korte golf de 298 m. Hilversum d.w.z. de N.S.F.-fabrieken heb ben in den Haag geinformeerd of het niet mogelijk zou zijn op een langen golf te kunnen zenden. Zulks bleek niet mogelijk. Waarschijnlijk gedachtig aan het gezegde: de aanhouder wint, heelt men vervol gens gevraagd, of men dan niet op de 1250 m. kon zenden. Op dit verzoek is Donderdag in den laten na middag geantwoord, dat zulks ook niet mogelijk is. De A.V.R.O. staat alzoo geheel buiten het geval en Hilversum blijft op de korte golf. De auto totaal vernield. Bestuurder wonderlijk genoog slechts licht gewond. Donderdagavond te omstreeks zes uur is te Oegst- geest bij Rijnsburg een vrachtauto bestuurd door den 18-jarigen S. door een electrische tram gegre pen en vervolgens tusschen deze en een daarop vol gende tram terecht gekomen, waardoor de auto ge heel in elkaar werd gereden. De bestuurder is er wonderlijk genoeg slechts met een hoofdwonde afgekomen. Het tramverkeer tusschen Leiden, Katwijk en Noordwijk had ongeveer een half uur vertraging. vn. (Vragen en mededeelingen, deze rubriek betreffende, in te zenden aan den heer K. van Keulen, Veenenlaan 88. Hoorn. Daar ik tot 2 November uit Hoorn ben, hebben eenige brieven langer op antwoord moeten wachten, dan Ik wel gewenscht had). KAMERPLANTEN MET SIERLIJKEN BLADERTOOL Is er wel Iets, dat aan onze woningen vriendelijker bekoring verleent, dan een aantal mooie, goed ge kweekte, verzorgde, gezonde en leyenskrachtige plan ten, die we hier en daar ln de vensterbank, op bloe mentafels, op een zuil of standaard ln de kamer, ln de vestibule, ln het portaal, op de trapbalustrade of in de gang plaatsen? Eén mooie plant, goed geplaatst, ver levendigt de geheele omgeving. Haar sierlijkheid in houding, haar natuurlijke bevalligheid van bladersprei ding of vroolijken bloei, brengt de schoonheid der plan tenwereld in ons huis; en de levensweeldc en vreugde dezer ongedwongen natuurkinderen stralen op ons af en stemmen ons verheugd, overal waar zij ons betrek ken ln de schoonheid en vreugden der levende natuur. Aan een kamer, waarin geen enkele plant haar schoon heid, hoe gezellig of weelderig deze ook is Ingericht, ontbreekt ieta, wat door geen enkel kunstvoorwerp, hoe schoon of kostbaar ook, aangevuld kan worden; het is het ontbreken van de gratie, welke alleen Moeder Natuur vermag aan te brengen. Maar behalve schoonheid en schoonheidsverheuging brengen de planten nog wat anders mee. Zij wekken, onvermijdelijk, onze belangstelling van de levende we reld! Men kan ze maar niet aan haar zelf overlaten. Ze vragen onze zorg! Ze vertrouwen zich ons toe en ze rekenen op ons; ze kunnen niet zonder ons! Maar wederkeerlg zijn zij dankbaar; elke goede zorg wordt beloond met een glimlach van gezonden wasdom of vroolijken bloei. zy roepen u, houden uw belangstelling vast, vragen en vleien, zonder ooit hinderlijk te zijn en bieden u haar schoonste gaven. Wie met toewijding met zijn planten omgaat, heeft in haar erkentelijke vrienden met de schoonste deugden. Maar welke soor ten? zult ge vragen. Wel ik zou u er al dadelijk een paar honderd op kunnen noemen. Dat zoudt ge niet denken, nietwaar, als ge aanschouwt wat er zoo ge meenlijk ln kamers aan plantensoorten wordt aange troffen. Dat houdt met een twintigtal soorten, die ieder kent, al op. Een 40 jaren terug was dat getal veel grooter en dat moet het nu weer worden. Want waarom zou men zich de schoonheid van zoo vele plan ten ontzeggen, als de plantenweelde ze zoo gul ter b» schikking stalt? Echter de kweekers en bloemisten heb ben van vele soorten de cultuur prijsgegeven, om zich op enkele te specialiseeren, met het gevolg, dat het publiek ze vergat. Maar als we er nu om gaan vra gen, telkens weer, dan draaien de kweekers wel bij en kunnen we een nieuw tijdperk van bloei voor de ka merplanten tegemoet zien. Laten we dus nu eens zien, welke sierplanten er ons alzoo ter keuze staan en daarvan allereerst de soorten naar voren brengen, die wegens haar bladertooi onzs aandacht verdienen. We beginnen met de vorstelijke palmen, die Llnna- eus reeds de „vorsten van het plantenrijk" noemda. Tegenwoordig ie de als kamerplant bekendste en mee« voorkomende palm, de Kentia. Ge kent haar wel, die donkergroene palm, met de sierlijke, breede bladveeren, die samengesteld zijn uit een groot aantal, bevallig om buigende bladlinten. De sterkste palmen voor de kamer zijn: Kentia Balmoreana, de fijne Kentia, en Kentia Forsteriana. De laatste Is wat grover, de eerste wat fijner van bladvinnen en over het geheel, ook bevalll- ger. Beide houden het in een kamer, die 's winters matig verwarmd wordt, niet alleen uit, maar kunnen er tot forsche exemplaren opgroeien. Geen wonder, dat zij zoo veel gezocht worden, want belde soorten bezit ten alle deugden, die men aan een kamerplant stellen kan. Men moet ze 's zomers bulten de volle zon houden, maar des winters is haar boste standplaats voor ccn raam ln het zuiden, des zomers in het westen, oosten of noorden. Zelfs ken ik voorbeelden van Kentla's die altijd voor een raam op het noorden staan, in een ka mer, die alleen gestookt wordt, als het vriest of lang durig koud is. Een temperatuur van 55—80 gr. Fahren- heit is voor beide Kentla's voldoende. Hoorn. K VAN KEULEN.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1930 | | pagina 15