Het Algemeen Reglement voor de
Waterschappen.
Binnenlandsch Nieuws.
Hevige vechtpartij op een kennis.
Revolvergevecht onder Santpoort.
Geraffineerde oplichting.
Uit onze omgeving.
LANGEND IJ K
OUDE N1ED0RP
NIEUWE NIEDORP
Over de
Landbouwbegrooting.
Het gestolen luchtballonnetje
De geschiedenis van twee deugnieten.
Provinciale Staten.
Gistermorgen werd onder voorzitterschap van den
commissaris der Koningin de vergadering van de
Prov. Staten van Noord-Holland voortgezet met de
behandeling van het ontwerp algemeen reglement
op de waterschappen.
De heer van der Vall (s. d.) is het eens met den
heer Ankersmit, dat de huurders stemrecht dienen
te hebben. Op historische overwegingen zijn Ged.
Staten het hiermee niet eens, doch de practijk heeft
uitgemaakt, dat de huurder de eerste belangheb
bende is.
De heer Guepin (lib.) sympathiseert met de moge
lijkheid, dat het algcmeene reglement meervoudig
stemrecht toestaat. Hij wijst voorts op het geval dat
een pachter, die geen onroerend goed in het water
schap bezit niet door executie tot betaling van pacht
gelden kan worden gedwongen.
De heer Ketelaar (v.d.) meent, dat Ged. Staten bij
de herziening van het reglement eenigszins vastge
groeid zijn in oude toestanden. Voorts bespreekt hij
de onafhankelijkheid van de waterschappen en juicht
toe, dat Ged.iSta.ten bij onjuist beheer kunnen ingrij
pen. Hij wijst er op, dat Noord-Holland, wat de wa
terschapswetgeving betreft aan de spits staat. Daar
om moet men de oplossing van de kwestie van het
stemrecht niet overhaasten. Het is bovendien eerder
een zaak van de regeering dan van de provincie.
De heer l.uden (c. h.) betreurt dat het reglement
zoo lang is geworden Het Friesche reglement, dat
toch ook alles omvat, is veel korter en practischer.
Wat het enkelvoudige stemrecht betreft, is spr. het
niet eens met den lieer Ankersmit, die het zoo warm
voorstaat. De practijk heeft zich voldoende voor meer
voudig stemrecht uitgesproken.
Mevrouw Miedema-Zondervan (s. d.) bepleit de be
noeming van de vrouw in de besturen der water
schappen.
De heer v. d. Waerden (s.d:) is voldaan, omdat in
uitzonderingsgevallen meervoudig stemrecht kan
worden toegepast. Men kan het stemrecht bij de wa
terschappen niet vergelijken bij het stemrecht in po
litieker! zin. Het is onbillijk om het stemrecht te ver
binden met de oppervlakte van den grond. Ook is
onbillijk, dat een uitwonende grondeigenaar te be
slissen zou hebben over de belangen van de water
schappen en de grondgebruiker niet. Spr. verklaart
zich tenslotte voor het amendement-Ketelaar.
De heer Thomassen (s.d.) bespreekt het gezag, dat
Gedep. Staten over de waterschappen kunnen uitoefe
nen. Behoorlijke waterschappen zullen echter van
deze voogdij niet veel bemerken. Voor de overige
kleine waterschappen is samenvoeging de eenige op
lossing. Spr. bepleit voorts een salarisregeling voor
het waterschapspersoneel. Ook heeft hij bezwaar te
gen de overheersching van de grootgrondbezitters
bij meervoudig stemrecht. Voorts moeten de pachters
actief kiesrecht krijgen.
Daarna wordt gepauzeerd.
Des middags werd de vergadering van de Prov.
Staten van Noord-Holland voortgezet.
De heer Kooiman (V. D.), lid van Ged. Staten,
bracht in de eerste plaats dank voor de hulde aan
Een arbeider uit De Wilgen bij Drach
ten gedood. Twee verdachten in arrest
gesteld.
Op de kermis te Drachten in Friesland is een he
vige vechtpartij ontstaan tusschen een aantal feest
vierenden in het café „Jonker", waarbij het mes
getrokken werd. Na de vechtpartij bleek, dat de 27-
jarigo ongehuwde arbeider J. v. d. Mculen, woonac-
tig te De Wilgen nabij Drachten, ernstig in den
buik was gewond. Ben half uur later is hij aan de
gevolgen van de bekomen verwondingen overleden.
Als vermoedelijke daders zijn door de politie, die on
middellijk een uitgebreid onderzoek heeft ingesteld,
gearresteerd de 30 jarige muzikant D. T., afkomstig
van Harkema-Opoinde, en een zekere W., eveneens
uit die plaats afkomstig. Zij zijn in verzekerde be
waring gesteld.
BRAND TE NIJMEGEN.
De aangrenzende St Antoniuskerk met moei
te gespaard.
Gisternacht omstreeks h&lf vier werd brand ontdekt in
«■en vergaderlokaal, gebouwd aan de Oostzijde van de
r.k. kerk aan de Groenestraat te Nijmegen. De vlam
men sloegen fel uit en de kerk liep zeer groot gevaar
door het vuur te worden aangetast Met vier stralen op
de waterleiding tastte men het vuur aan, waarbij in
hoofdzaak getracht werd de kerk tegen het vernielend
element te beveiligen Dank zij het doortastend optreden
van de brandweer bleef 't kerkgebouw gespaard. Alleen
enkele gebrandschilderde ramen zijn door de hitte ge
sprongen. terwijl ook vrij belangrijke waterschade werd
aangericht
Het vergaderlokaal brandde geheel uit. Omtrent de
oorzaak van den brand staat niets met zekerheid vast
De schade wordt door verzekering gedekt.
DE AANSLAG IN DE MARETAKSTRAAT
TE ROTTERDAM.
Een belooning van f 300 voor het opsporen
van den dader.
Dc Commissaris van Politie in de 5e afdeeling te Rot
terdam. maakt bekend, dat aan hem of haar, die aanwij
zingen kan geven, leidende tot de veroordeeling van den
dader van den aanslag In de Maretakstraat aldaar ge
pleegd op den schilderspatroon, den heer Vlllerlus, een
belooning van 300 gulden zal worden uitgekeerd.
Een jeugdige inbreker door de Bioemendnal-
sche politie gearresteerd.
Een agent van politie te Bloemendaal was op dc hoog
te gesteld, dat er gisternacht ingebroken was te Bent
veld. gemeente Santpoort.
Op den Bentveldschen weg zag hij een man loopen en
zette hem achterna. Dq man haalde een revolver uit den
zak en wilde schieten. De agent was hem eóhter te vlug
af en loste dadelijk een schot boven het hoofd van den
man, die daardoor zoo schrok, dat hij zijn revolver in
zijn zak stopte en zich vrijwillig overgaf. Hij bleek te
zijn de 23-jarige F. E.. afkomstig uit Berlijn.
Zijn revolver was geladen met vier scherpe patronen.
Bovendien had hij nog 17 scherpe patronen bij zich.
Bij onderzoek is gebleken, dat hij ,een bezoek heeft ge
bracht bij een melkhandelaar, waar hij uit een lade een
bedrag van f 9 heeft ontvreemd.
Verder heeft hij gepoogd In te breken bij een bakker,
terwijl hij uit de garage van den heer Seders een be
drag van 22 gulden ontvreemdde.
De heer Seders was door het lawaai wakker geworden
en heeft de politie gewaarschuwd.
dit en het vorige college van Ged. Staten en aan de
ambtenaren voor het verrichte werk gebracht.
Er zijn opmerkingen gemaakt over de lengte van
dit reglement, ook in vergelijking met die van an
dere provincies. Maar daar maakt men de bijzondere
reglementen weer langer; zoodat het op hetzelfde
neerkomt.
Wat de toepassing van dit reglement betreft, zegt
spr., dat het geleidelijk zal worden ingevoerd, voor
die waterschappen, waarvan de bijzondere reglemen
ten zijn aangepast. Wat niet wegneemt, dat voor alle
waterschappen natuurlijk één reglement zal gelden.
Er zijn ook opmerkingen gemaakt over do autono
mie van de waterschappen. Spr. wil zich in dit ver
band aansluiten bij hetgeen door de heeren Ketelaar
en Zeeman is gezegd over het groote werk, dat de
waterschappen in onze geschiedenis verricht heb
ben en ook thans nog verrichten. Ged. Staten zijn
van meening, datde zelfstandigheid der waterschap
pen zoo veol mogelijk moet gehandhaafd blijven.
Ged. Staten hadden willen voorstellen, dat ook de
begrooting der waterschappen aan de goedkeuring
van Ged. Staten zouden worden onderworpen; zij
zijn daartoe echter niet overgegaan.
Wat het stemrecht aangaat, mcenen Ged. Staten,
dat zij den juistcn middenweg hebben gekozen.
De waterschappen zijn tegenwoordig ingericht als
publiekrechtelijke lichamen; zij hebben hun vroegere
privaat-rechtelijke karakter geheel verloren.
Het werk van de waterschappen is zoozeer erkend
te zijn van algemeen belang, dat uit de Staten stem
men zijn opgegaan om het vvegenonderhoud uit do
prov. kas te steunen; en ten aanzien van de kanalen
hebben de Staten zich in die richting reeds uitge
sproken.
Wat het kiesrecht betreft, meenen Ged. Staten, dat
het enkelvoudig kiesrecht regel moet zijn; maar elke
afwijkingzal niet door Ged. Staten worden be
schouwd als te zijn uit den booze.
Spr. acht hut mogelijk, dat Ged. Staten in bepaal
de gevallen zullen voorstellen het meervoudig stem
recht te handhaven.
Spr. komt vervolgens tot het pachters-kiesrecht.
Ged. Staten stellen zich op het standpunt, dat dit
kiesrecht niet ongewenscht is. Zij beschouwen het
aldus, dat de wetgever zich voor oogen heeft gesteld
een recht van de eigenaren en dat een recht van
andere belanghebbenden niet in aanmerking komt.
Ged. Staten willen echter niet uit het oog verlie
zen, dat het waterschapsrecht, evenals het gemeente
recht en het provinciale recht is een levend recht,
dat dus wel anders kan worden geïnterpreteerd dan
het den wetgever oorspronkelijk heeft voor oogen
gestaan.
Als het dus tot een pachterskiesrecht mocht ko
men, zal moeten worden overwogen hoe de bijdra
gen in de lasten moeten worden geregeld. Ged. Sta
ten spreken zich dus thans noch vóór noch tegen
het pachterskiesrecht uit.
Spr. deelt nog mede, dat Ged. Staten in studie
hebben dc vraag, of het groote aantal waterschap
pen te verminderen is; zij zullen daarover advies
aan de Staten uitbrengen.
Wat de opmerkingen aangaat over het personeel
der waterschappen, zegt spr., dat Ged. Staten de
taak, die hun door de wet is opgelegd, niet zullen
verwaarloozen.
Nadat enkele sprekers een korte repliek hadden
gehouden, werd tot artikclsgewijze behandeling van
het ontwerp-reglemcnt overgegaan.
Het ontwerp werd vervolgens z. h. s. goedgekeurd.
De vergadering werd verdaagd tot 25 November.
De niets kwaad vermoedende winkelier er
in gevlogen.
Bij een winkelier te Zwammerdam vervoegden zich
dezer dagen een heer en dame, die vertelden op den weg
van Lelden naar Gouda een ongeluk te hebben gehad
met een motorrijwiel. De dame had daarbij lichte ver
wondingen opgeloopen, welke door een geneesheer voor-
loopig waren verbonden. De dame verzocht nu aan het
verband het een en ander te mogen verschikken, hetgeen
werd toegestaan. Van deze gelegenheid 'maakte haar
partner echter gebruik den winkelier een bedrag van
f 7.50 ter leen te vragen, daar aan zijn motorrijwiel nood
zakelijk iets hersteld moest worden. Hij zou 's middags
weer naar Leiden terug gaan en dan het geld even aan
reiken. De niets kwaads vermoedende winkelier gaf den
man f 10, doch heeft tot dusver noch hem noch het geld
terug gezien. Het schijnt, dat dit oplichterspaar op deze
wijze ook elders reeds slachtoffers heeft gemaakt.
NOORDSCHARWOUDE.
Den llden December a.s. zal de heer Langendijk, sta
tionsambtenaar te Noordscharwoude (dorp) den dag
herdenken, dat hij 25 jaar bij de Ned. Spoorwegen werk
zaam is. waarvan reeds 15 jaar alhier.
Ter herdenking van het 5-jarig bestaan van de Kolf-
vereeniging „De Ridder van St. Joris" te Berkhout wordt
er gekolfd om het kampioenschap van West-Friesland
op 16. 17, 19 cn 20 November a.s.
De opening van de wedstrijden zal plaats hebben op
Zondag 16 November door den Wel.Ed. Zeergel. heer Dr.
G. C. van Balen Blanken, voorzitter van den Neder
landsehen Kolfbond.
Aan deze wedstrijden zullen ook vele Langedijkers mee
doen.
De nieuwe weg door Geestmerambacht.
Uit de plannen voor onteigening voor den nieuwer,
weg door Geestmerambacht, blijkt, dat de Spoorstraat
hier niet in opgenomen zal worden. De weg staat aange
geven als komende van de richting Verlaat, vervolgens
Laanweg tot voor de Roskambrug, afsnijdend Ringvaart,
in Westelijke richting ten Noorden van de laadplaats,
naar de dorpsstraat en voorts door Geestmerambacht in
Noord-Oostelijke richting naar den Diepsmeerpolder.Koe
dijk enz.
De nieuwe weg zal een kruinbreedte hebben van 15
meter.
In de gecombineerde vergadering van het bestuur en
den Raad van toezicht van de N.V. Zuivelfabriek „Nooit-
Gedacht" te 't Veld alhier werd de rekening en de ba
lans over het afgeloopen boekjaar voorlooplg vastge
steld.
Wegens overlijden van den heer C. Jong Jbz., die van
af de oprichting der fabriek als secretaris fungeerde en
wiens werkzaamheden zich' de laatste jaren in hoofd
zaak bepaalde tot het bijhouden der melkbooken en het
uitschrijven der melkbriefjes, moest in deze vacature
worden voorzien.
Algemeen was men van oordeel dat deze werkzaamhe
den voor de goede gang van zakon thuis behoorde bij
den Boekhoudei^penningm. die dan ook door 't bestuur
krachtens artikel 6 der statuten als zoodanig met alge-
meene stemmen werd gekozen. De benoemde de heer
M. Smit, nam zijne benoeming aan.
Tot Secretaris belast met het bijhouden der notulen
van alle vergaderingen, werd aangewezen de commissa
ris de heer A. Molenaar.
De algemeeno vergadering van aandeelhouders werd
bepaald op Donderdag 6 November a.s. 's avonds 7 uur
bij den heer J. P. Pepping aan do Weel, ter behandeling
van de volgende agenda: Ingekomen stukken, jaarver
slag, rekening en balans, verkiezing van een commissa
ris wegens periodieke aftreding van den heer Jb. Wit
Cz., verkiezing van een lid van den Raad van toezicht,
wegens periodieke aftreding van den heer Th. Wijnker
Dz. Uitkeering van dividend op de gestorte bedragen
der aandeelen, waarvoor moet worden ingeleverd divi-
densbewijs nummer 1.
In zijn slotwoord sprak de directeur, waardeerende
woorden aan de nagedachtenis van den overleden secre
taris den heer C. Jong, de wensch uitsprekende, dat het
vele wat door hem was gedaan ten gunste der fabriek
ten gunste zijner eeuwige belooning zou mogen strekken.
MOERBEEK.
Gisteravond heeft het Nut alhier zijn eerste bijeen
komst gehouden, welke, de omstandigheden in aan
merking genomen, druk was bezocht. Om ongeveer 8
uur, opende de voorzitter, de heer Buis, met een kort
woord, waarin hij de opgekomenen een hartelijk wel
kom toeriep op dezen eersten Nutsavond.
Vervolgens werden de notulen gelezen door den secre
taris, welke onveranderd werden goedgekeurd, waarna
men overging tot het gemeenschappelijk zingen van
een paar liederen uit het boek: „Kun je zingen, zing
dan mee."
En zoo was de gezellige stemming er al gauw in,
welke nog werd verhoogd door het leuke tooneelstuk
..De Oom uit Amerika", wat heel goed werd opgevoerd
door de alhier bestaande tooneelvereeniging, die hier
mee een welverdiend applaus oogstte. Vervolgens hield
Mevr. Buis een lezing, getiteld: „14 dagen voor Ker
mis", welke bekroond werd met applaus.
Na het zingen van een gemeenschappelijk lied, droeg
BOERDERIJ EN VEEHOUDERIJ.
Opmerkingen van het Kon. Nederlandsch
Landbouwcomité. De onlogische samen
voeging van Binnenlandsche Zaken en Land
bouw. Een ongewenschte toestand.
Het Koninklijk Nederlandsch Landbouw-comité heeft
aan de Tweede Kamer de volgende opmerkingen betref
fende de Rijksbegrooting 1931, Vde Hoofdstuk IXde Af
deeling Landbouw, aangeboden:
De ongewenschte toestand, Landbouw te doen behoo-
ren tot con departement van administratieven aard, blijft
bestendigd.
De onlogische samenvoeging van Binnenlandsche Za
ken en Landbouw wordt schadelijk geacht voor genoem
den bedrijfstak, die immers een technisch en economisch
karakter draagt.
Dat de verzorging van de landbouwbelangen bij een
dergelijkcn toestand in het gedrang komt, blijkt ten dui
delijkste uit deze Landbouwbegrooting, waarbij geen
enkele voorziening is getroffen om door directe middelen
de zeer ernstige gevolgen van de crisis, die een belang
rijk deel van onzen land- en tuinbouw teistert, te ver
zekeren.
Met teleurstelling wordt geconstateerd, dat de minister
geen post op de begrooting heeft gebracht ter voorzie
ning in de functie van directeur-generaal van den land
bouw. Als in den moeilijken tijd, dien we nu beleven, de
landbouw aan iets behoefte heeft, dan is het wel aan
een zoo uitstekend mogelijk functioneeren van de ver
schillende deelen van den Rijksdienst op landbouwgebied
Het is vooral de taak van den directeur-generaal van
den landbouw, als terzake deskundig hoofdambtenaar
den minister voor te lichten en den Rijksdienst op land
bouwgebied organisatorisch als één geheel efficiënt te
doen functioneeren en voor do landbouwbelangen bij de
regeering op de bres te staan.
Het staat bij ons vast, dat deze uiterst belangrijke
afdeeling van de Staatsbemoeiing met den landbouw,
meer nog dan tot nu toe, een centrale leiding niet kan
ontberen.
Daarom zijn wij van meening, dat het gewenscht is,
deze afdeeling te brengen onder een zelfstandig tech
nisch onderlegd hoofd, dat zich ten volle aan de leiding
van deze afdeeling kan wijden. Wij zijn dan ook van
oordeel, dat een directeur-generaal van den landbouw
als hoofd van den betrokken dienst, zonder schade voor
onze volkswelvaart, niet kan worden gemist.
Het heeft onze aandacht getrokken, dat een post is
opgenomen, voor de aanstelling van een eonsulent in
algemeenen dienst
Waar geen nadere toelichting omtrent den aard van
d° werkzaamheden van dezen ambtenaar is gegeven, is
het ons niet duidelijk, welke positie deze functionaris in
het verband van de Directie van den Landbouw zal moe
ten innemen.
Wanneer deze ambtenaar zou bestemd zijn voor de
afdeeling Buitenlandsche Voorlichtingsdienst en Stati
stiek of voor de afdeeling Binnenlandsche Landbouw,
welke beide afdeelingen zeer zeker een dergelijke kracht
noodig hebben, zou het betrokken bedrag wel in de be
grooting van een dier afdeelingen zijn opgenomen.
Nu dit niet het geval is, vermoeden we, dat deze con
sulent zal worden aangesteld in algemeenen dienst. Is
dit juist, dan begrijpen wij niet, welke zijn positie zal
zijn ten opzichte van de chefs van beide genoemde af
deelingen en wij verwachten dan ook een verdere de3
organisatie van de directie van den landbouw.
Het is wenschclijk, dat de bedoeling van de aanstelling
van dezen consulent in algemeenen dienst duidelijk
worde toegelicht.
Wij juichen het toe, dat voor 1931 wederom voor de
stichting van een 10-tal lagere land- en tuinbouwscholen
een bedrag van f 60.000 is aangevraagd.
Waar het is gebleken, dat deze lagere land- en tuin
bouwscholen in een werkelijke behoefte voorzien, komt
het ons voor, dat de regeering goed zoude doen een hoo-
ger bedrag aan te vragen, teneinde het doen tot stand ko
men van dergelijke scholen te bespoedigen,.omdat daar-
de heer Van Twuiver voor: „Als de drank is in den
man..." waar reuze om gelachen Is.
Het muzikale gedeelte werd verzorgd door den heer
Zwaag op zijn accordeon, hetgeen ook weer een mooie
bijdrage was tot verhooging van de gezelligheid.
Verder was aan het woord de heer Rougoor met
eenige aardige liedjes, daarna de heer Schoen, die
eenige meer ernstige liederen verdienstelijk heeft ge
zongen. Toen de heer Smit met: Eén is geen, en Zomers
is het dikwijls benauwd, welke de lachspieren weer in
beweging bracht, zooals ook de heer Van Twuiver, met
Verliefdheid of mal gaat bovenal.
Daarna werden wij vergast door Mej. Krap op een
heel mooi liedje, getiteld: In de cel, dat door deze
dame met haar fijn stemmetje gevoelvol werd gezon
gen, waarmede zy dan ook succes heeft behaald.
„Marietje" was de titel van het stukje, wat toen door
den heer Rougoor werd voorgedragen en wat ook zeer
in den smaak viel van het publiek. Toen viel het
was inmiddels ruim half 12 geworden des voorzitters
hamer, ten teeken dat het einde daar was en het slot
woord door dezen zou worden uitgesproken, waarin hij
zijn voldoening uitte over het gezellig verloop en het
welslagen van dezen eersten Nutsavond, met de hoop,
dat de opkomst op den eeerstvolgden Nutsavond, welke
is vastgesteld op 9 December a.s. nog grooter zal zijn
in de gezellige zaal van den heer van der Molen. Ook
een woord van dank werd gericht aan hen, die hebben
medegewerkt tot het welslagen van dezen zoo gezellige»
avond enwij kunnen gerust zeggen: het was gezellig en
roepen vooral de jongemannen toe: help mede, door bij
drage, van voordrachten of anderzins deze mooie avon
den te vullen!
in een van de beste middelen moet worden gezien om
den land- en tuinbouw vooruit te helpen.
Daarbij wenschen wy met nadruk te herhalen, dat het
van groot belang is de plaatsen van vestiging doelmatig
te kiezen.
Wij juichen het toe, dat een uitbreiding van het corps
van consulenten en adjunct-consulenten voor den bin
nen- en buitenlandschen voorlichtingsdienst is voorge
nomen.
Het wordt gewenscht geacht, dat steeds alle aandacht
wordt gewijd aan een betere outillage van beide dien
sten, in dier voege, dat zoowel aan de chefs als aan de
ambtenaren der daarbij betrokken diensten volle vrijheid
van beweging zal kunnen worden verzekerd, doordat zij
in meerdere mate dan tot nu toe de beschikking zullen
kunnen verkrijgen over administratieve en technische
hulpkrachten.
Wij zouden dus het aantal nieuw aan te stellen tij
delijke adjunct-consulenten en assistenten wenschen te
zien verhoogd.
Wij vestigen er nogmaals de aandacht op, dat met
het verleenen van ryksvoorschotten voor het stichten,
van boerderijen op woesten grond, groote voorzichtig
heid dient te worden betracht.
Wij betwijfelen nog steeds in vele gevallen, of men
aan financieel zwakke, kleine boeren, die men 'op deze
wijze meent te helpen, wel een dienst zal blijken te
hebben bewezen, als straks de tijd van schuldaflossing
komt, vooral nu het peil van de producten prijzen lager
is geworden.
Ket Verslag over den Landbouw over 1925 ie in de
maand Augustus 1926 gepubliceerd, dat over 1926 in
eind October 1927, dat over 1927 in de maand Maart
1929, dat over 1928 in de maand Juli '29, terwijl 't Ver
slag over den Landbouw over 1929 in October 1930
nog niet is uitgekomen.
Wij zijn van oordeel, dat een verslag over den land
bouw, waarin veel waardevolle statistische gegevens
voorkomen, door het laat verschijnen veel van zijn
waarde inboet.
Daarom spreken wij de hoop uit, dat, zoo noodig door
het aanstellen van meer deskundig personeel bij de be
trokken afdeeling van dc directie van den landbouw
voor een zco tijdig mogelijk verschijnen zal worden
zorggedragen.
Met het oog op het verkrijgen van een goed inzicht
in de bedryfsuitlcomsten van den landbouw in het ge-
heele land achten wij het gewenscht, dat meer zorg
worde besteed aan de centrale verwerking van de uit
komsten van de door de provinciale landbouwboekhoud-
bureaux bijgehouden boekhoudingen en dat de regee
ring daartce het initiatief neemt.
Mede in dit verband achten wy het gewenscht, dat
de regeering het boekhouden door de boeren zooveel
mogelijk aanmoedigt. Dit zou naar wij raeenen kunnen
geschieden door de provinciale landbouwbockhoud-
bureaux door geldelijke subsidie in staat te stellen hun
tarieven dusdanig te verlagen, dat zonder financieel be
zwaar voor minder kapitaalkrachtige boeren wordt
mogelijk gemaakt van de diensten dezer bureaux ge
bruik te maken.
Met vrijmoedigheid maken wij deze opmerking, omdat
in het bestaan van een goede boekhouding de eerste en
noodzakelijke voorwaarde moet worden gezien voor een
goede voorlichting van het individueele landbouwbe
drijf, hetgeen van bijzondere beteekenis moet worden
geacht en waaraan men in het buitenland met name
Duitschland, onder den naam „Wirtschaftsberatung",
zeer veel zorg besteedt.
Wij juichen het zeer toe, dat een bedrag is beschik
baar gesteld voor proeven inzake de varkensmesterij en
speciaal met het oog op het groote belang, dat de ba-
con-industrie hierbij heeft.
Het is echter te betreuren, dat men blijkbaar heeft
gemeend dit bedrag niet anders beschikbaar te kunnen
stellen dan door het over 1930 voor steun aan de var-
kensfokkerij toegestane bedrag te verminderen.
AJgemeene landbouwbelangen. Waar elke toelichting
ontbreekt, achten wij het gewenscht, dat wordt bekend
gemaakt, ten behoeve van welke centrale land- en tuin
bouworganisaties een subsidie fs uitgetrokken.
Wij bevelen aan ook een bedrag uit te trekken voor
subsidiën aan ten hoogste twee land- en tuinbouwten
toonstellingen in Nederland, die daarvoor, door te vol
doen aan daartoe bèpaaldelyk gestelde voorwaarden, in
aanmerking komen.
of
47.
Op den weg werd een bok dood gereden.
Tot grooten schrik van een boerenvrouw.
De moeder van Pim was ook geschrokken.
Het arme mensch viel plotseling flauw.
De boerenvrouw was razend en woedend,
Daar haar bokje was gedood.
En omdat de chauffeur slechts een gulden.
Voor het arme diertje bood.