uSt - De Wereldreis van - en Dirrekie Durf PLANTEN IN KAMER EN TUIN. WETENSWAARDIGHEDEN. De huid als orgaan. HIJMOR, Moderne haardracht voor jonge meisjes. ik hel) getuige, versta je!? Jij hep.me de heele tijd in de tram an zittc vigeliere, en je docht dat do an- ,(iere 't niet konne hoorc, hè?! Dat je zei dat je me «1 zoo lang uit de verte had angcbede, hè? Is dat soms'niet waar? En dat as ik je niet mos, dat er dan geen plaas voor ons boie op deese wereld was, niet soms? Je mos je skame, om een fesoendelike vrouw, die altijd netjes voor de dag is gckomme zóó te eraffronteire, hihihi!" De vrouw barste in overmaat van zelfbeklag in een zenuwachtige huilbui uit. De zeer verschrikte magere man, in den greep van den niet zeer scntimeriteelen agent, plukte uit zijn zak een beduimeld vettig schrift met een blauw kaft en stotterde gansch uit de lijken geslagen: „Asjeblief, agent, willu dat asjeblief effe in- kijke, dat is me rol! Ik bin lid van de liefhebberij komedie en ik heb die vrouw niet eens angekeke, ik zat in mezellef me rol te rippeteerre!". IX. (Vragen en mededeel in gen, deze rubriek betreffende, In te zenden aan den heer K. van Keulen, Veenenlaan 88, Hoorn). VRAGENBÜS. Mej. de wed. K. K. te Oudkarspel bericht ik hierbij, dat de mij toegezonden blaadjes, die mij gestuurd wa- j en om de planten op naam te brengen, geheel ver droogd aankwamen, zoodat van een herkennen der planten geen sprake kon zijn. Als zij ze nog eens wil zenden, moet zij ze verpakken in droog gras. Voorts schrijft zij: „Ook heb ik 3 doorbloeiende struikrozen nog met knoppen buiten in den tuin; nu zegt dc een: ik moet ze een voet boven den grond afsnijden, een ander: ik moet 't in Maart doen; een ander weer zegt: ik moet ze groeien laten, maar dan z\illen ze aanstaanden zomer zoo hoog en scheef wor den. Als ik 't betalen kon, liet ik een bloemist komen, maar Antwoord: Ja oen bloemist zou U het beste kunnen helpen. Me dunkt, die 3 rozen kon men wel voor niets voor U snoeien. Vraagt U het eens. Als U het zelf wil doen, dan moet U ze in Maart, April snoeien, een voet boven den grond ongeveer, U snoeit ze een paar oogen boven een vertakking. Dankbaar maak ik gebruik van Uw mededeeling, omtrent Uw Aaronskelk. Ik laat. de mededeeling hier in haar geheel volgen: „Verleden jaar kocht ik haar in Zeist, heel erg hoog. Zij wilde van den winter niet. Toen heb ik haar uit den pot gedaan ik heb den bol afgeschrapt en den kop er totaal afgesneden en een stukje watten er om gedaan en met pot en al in den tuin, diep in den grond gezet en U moest haar nu eens zien, mijnheer, 't is een pracht, vier dikke, groote spruiten, ieder met een stuk, of 3 bladeren er aan, dat ik hoop, dat ik nu eens bloemen krijg; ik vind het zoo lijn bloemen in do kamer; ik ben een oude vrouw, dus is 't een liefhebberij." Zeker, 't is ook een genot., bloemen in de kamer. Ik hoop dat U veel succes zult hebben. Kamerplanten met sierlijken bladertooi. Bijzonder elegant van groeiwijze en houding is vooral het Parapluplantje, Cypcrus alternifolïus, een Cyper- gras uit Madagascar, dat in plantenbakjes jardinières) veel geplant wordt, maar 't welk ook, afzonderlijk in pot gekweekt, een der bekoorlijkste kamerplanten is. Sierlijk rijzen de slanke halmen, elk gekroond met een platte krans van lintvormige blaadjes, omhoog, ln houding gelijk aan een palmboomboschje in miniatuur. Als die plant voldoende water krijgt, groeit zij overal, in koele en warme kamer, in zon en schaduw, als zij 's winters maar niet bevriezen kan, Als ge dus een bloemenmandje of een plantenbakje cadeau krijgt en er staat zoo'n pai'apluplantje in, neem dan, als de bloemen en andere plantjes in het mandje of bakje ver welkt. zijn, dat plantje er uit en kweek het afzonderlijk in een bloempot verder op. Zet het bij het raam, goed in het licht, de3 te sterker ontwikkelen zich de hal men, geef het veel water nimmer mag de aarde droog worden ën zorg voor frissche lucht. In tegen stelling met de meeste andere kamerplanten kan men de C. alternifolius met den pot in een schoteltje of bakje zetten, dat men nu cn dan met water vult. Een forsche ontwikkeling van telkens nieuwe halmen zal uw belooning zijn, vooral als ge de plant goeden grond geeft, bijv. bladaarde met veengrond en wat zand. Ook van deze plant bestaat een bonte vorm, de Cy- perus alternifolius varfolus variegatis of Bont Para- plutje. Echter hoe bonter, hoe minder sterk is de plant cn in 't algemeen moet de bonte vorm met meer zorg behandeld worden. (Wordt voortgezet). Hoorn. K. VAN KEULEN. DE DOKTER AAS HET WOORD. Het toenemend aantal gevallen van blindedarmontsteking. De medische wetenschap heeft zich altijd bijzonder geïnteresseerd voor de merkwaardige afwisseling in het ziektebeeld, die het kenmerk vormt voor Appen- dicitis of blindedarmontsteking. Vooral de laatste dertig jaar is dit merkwaardige verschijnsel onder zocht, omdat in de jaren voor 1912 het aantal gevallen sterk steeg. Na dat jaar nam het aantal gevallen sterk af, vooral gedurende den oorlog. De laatste vijf jaren neemt het aantal gevallen echter weer toe en het luat zich aanzien, dat in de eerstvolgende jaren deze toename nog sterker zal worden. Op grond van deze verschijnselen heeft men dikwijls gedacht, dat blindedarmontsteking besmettelijk was, doch meer dan oen vermoeden is het nooit geweest, hoewel in vele streken het aantal gevallen in 1926 dubbel zoo groot was als in 1916. Wanneer men dus besmettelijkheid uitgesloten acht, kan men toch niet ontkennen, dat de ziekte door een bepaalden factor ver oorzaakt of althans bevorderd wordt, hoewel deze factor tot nu toe onbekend is. Men neemt aan, dat de blinde darmontsteking in de hand wordt gewerkt door de toestand van den dikken darm en vermoedelijk is deze veronderstelling juist, want het aantal gevalfen van verschillende besmettelijke ziekten vertoont dezelfde schommelingen als het aantal gevallen van blindedarm ontsteking, Uien voor een goede spijsvertering. Van de vroegste tijden af staat de ui als genees middel in hoog aanzien. Vooral bij maag-darmcatarrh. dysenterie en cliarrhee is de goede uitwerking opvallend. Ook constipatie kan op eenvoudige wijze ermee voor komen worden. Deze van ouds bekende goede eigen schappen zijn de laatste jaren door Röntgenstralen onderzocht cn wetenschappelijk bewezen. Daarbij bleek, dat uien vooral op de spijsvertering gunstig inwerken en de afscheiding ervan bevorderen. Bovendien helpt het uiensap deze sappen in hun uitwerking, waardoor de spijsvertering belangrijk verbeterd wordt en gron diger geschiedt, waardoor men minder last van con stipatie krijgt. Ook de maag en het darmkanaal onder vinden de gunstige gevolgen hiervan, terwijl de daarin voorkomende bacillen weinig of geen schade kunnen veroorzaken. Waar deze wetenschappelijke theorie door de praktijk der klinieken wordt bevestigd, is het gebruik van uien zeer aan te raden, vooral omdat het succes veel eerder is waar te nemen dan bij andere, omslachtiger midde len. Zelfs hardnekkige storingen in de werking der darmen worden Verrassend snel genezen. Hetzelfde geldt van storingen tengevolge van dysenterie, waarbij in korten tijd prachtige resultaten werden bereikt door het eten van aardappelpurée met zeer fijn gesneden uien vermengd. Dagindecling en gezondheid. Het lijdt geen twijfel, dat nu meer dan ooit de men- schen lijden aan de onaangename ziekte, die wij ge woonlijk „zenuwachtigheid" hoemen. Want dat zenuw achtigheid een ziekte is, staat boven allen twijfel ver heven en het feit, dat de medische wetenschap er te genwoordig zooveel aandacht aan besteedt, bewijst wel, dat het een ziekte is, die veel voorkomt Des te verheu gender is het daarom ook, dat juist bij deze ziekte zooveel kan worden gedaan om haar ontstaan te voor komen. Onaangename ervaringen en opwinding kun nen wij gewonlijk niet uit den weg gaan. Maar wel kunnen wij een hygiënische levenswijze volgen, ook ln de indeeling van onzen tijd, en dit punt wordt tegen woordig veel te veel verwaarloosd. Hoevelen kl£-«n over het zenuwmoordende tempo van onzen tijd, zonder iets te doen om die schadelijke invloeden uit den weg te gaan? Wij kunnen niet le ven in het tempo van een eeuw geleden, maar men kan toch veel gejaagdheid voorkomen, door zich zoo min mogelijk te haasten. Zoo is het verkeerd, dat men zich naar zijn werk moet haasten, omdat men vergeet óp de klok te kijken of misschien niet eens een klok bezit, of dat men tien minuten te laat van huis gaat voor een afspraak en daardoor zenuwachtig en prikkelbaar Is bij aankomst. Wij zouden nog veel meer voorbeelden kunnen opnoemen, maar het zal wel al voldoende dui delijk zijn, dat er ook een „hygiene van de dagindee- ling" bestaat. Een klok in huis bespaart ons het geld, dat wij anders aan den zenuwarts betalen en tegen woordig meer dan ooit tevoren. Hoe minder vrijen rijd iemand heeft, hoe belangrijker het voor hem is, dafc hij zijn dag goed indeelt en elk uur en elke minuut verstandig en weloverwogen benut. Verkort lang liggen het leven? Een van de z.g. volkswijsheden, die van geslacht op geslacht worden overgeleverd, vertelt ons, dat te l3ng in bed liggen ongezond is en niet de krachten spaart, zooals men zou verwachten, maar ze integendeel doet verkwijnen en zelfs een vroegen dood veroorzaakt. De feiten hebben deze bewering echter ten allen tijde tegengesproken en een groot aantal met zekerheid te ccntrolcercn gevallen wijst juist het tegengestelde uit, n.1. dat veel liggen het leven verlengt. Het bekendste voorbeeld in deze zijn de zusters BrillatSavarius, die wereldberoemd zijn geworden door hun kennis van al lerlei delicatessen. Zij lagen gedurende tientallen van jaren vrijwel onafgebroken in bed; toch zijn beide meer dan honderd jaar oud geworden. Ook in latere tijden hebben zich dergelijke gevallen voorgedaan. Is het U békend: dat in de 50 jaren van 1S70 tot 1920'hot aantal vrouwelijke onderwijskrachten steeg van 87.4-07 tot 652.500? dat vloeipapier is uitgevonden door de fout van een arbeider, die vergat lijm in een massa pulp te doen, waarna men bevond, dat het aldus gemaakte papier water (en dus ook inkt) opzoog? dat men in de scholen van Mexico de oorspron kelijke taal der Azteken, het Nahuatl weer gaat bc- sludeeren? dat het snoeien van hoornen en struiken in de vormen van vogels en dieren, enz., al toegepast werd door de Romeinen tijdens Julius Caesar? dat de beroemde Duitsche dichters Goethe en Schiller in Berlijn elk 16 straten hebben, die naar lien genoemd zijn? Eenlge jaren geleden wilde een circusclown zijn pu bliek door een bijzondere sensatie verrassen. Hij ver scheen in de manége als groene kikvorsch, waarom hij zijn geheele huid met groene lak had bestreken. Binnen 24 uur was Hij echter dood. Aangezien bij sommige dieren, zooals kikvorschen en andere amphi- blën, de huidademhaling een belangrijke rol speelt, dacht men eerst, dat de clown gestorven was, doordat hij zijn poriën alle afgesloten had, zoodat hij een soort verstikkingsdood was gestorven. Deze opvatting bleek echter niet houdbaar, want zijn lijk vertoonde daar geen kenmerken van, echter wel van een bevriezingsdood. Bij alle zoogdieren en ook bij den mensch is de huid ademhaling n.1. lang niet zoo gewichtig, als men vroe ger wel dacht, en het sterven moest dus aan andere oorzaken worden toegeschreven. De huid heeft een andere, veel belangrijkei taak; zij regelt n.1. de lichaamstemperatuur en houdt deze op een bepaalde hoogte. Door de huid overmatig te prikkelen werd on gewoon veel lichaamswarmte uitgestraald en was het de huid onmogelijk, dit warmteverlies weer goed te maken. Ook nu is men nog niet volledig op de hoogte van de rol, die de huid in ons lichaam speelt; men is het er echter wel over eens, dat zij een buitengewoon belang rijk orgaan is en niet alleen een beschermende laag voor het lichaam vormt. Dit blijkt wel daaruit, dat verschillende algemeene lichaamsziekten veranderingen in de huid doen optreden-, terwijl verschillende schijn bare huidziekten in den grond der zaak teweeggebracht worden door storingen in de betrekkingen tusschen de huid en de organen met inwendige afscheiding. Deze betrekkingen zijn soms zoo nauw, dat de gezondheid van het heele lichaam bedreigd wordt. Bij sommige huidziekten blijkt het verband met schildklier, kleine hersenen, enz., doordat de gewone middelen tegen huidziekten falen, terwijl verbetering en na betrekkelijk korten tijd zelfs algeheele genezing bereikt wordt door het gebruik van schlldkliercxtract. Tot dezelfde groep behoort het verschijnsel, dat wonden slecht of in het geheel niet genezen bij lijders aan suikerziekte, een kwaal die ontstaat door storingen in de werking ven de alvleeschklier. In den laatsten tijd wint zelfs meer en meer de op vatting veld, dat dc huid zelf inwendige afscheiding van bepaalde stoffen tot taak heeft. Vooral Professor Hoff- man te Bonn heeft den laatsten tijd gewezen op de z.g. esoprylactische werking der huid; hieronder verstaat men de functies, die betrekking hebben op de bescher ming van het lichaam en waarin de huid een veel voornamer plaats schijnt te bekleeden dan de overige organen van het lichaam. Vooral het weerstandsver mogen tegen ziekten schijnt van de huid af te hangen,* de door de huid inwendig afgescheiden stoffen worden door een bloedsomloop meegevoerd en verminderen of vernietigen den invloed der in het lichaam binnen gedrongen ziektekiemen. Een andere belangrijke functie van de huid, die echter reeds lang bekend was, is het uitscheiden naar buiten van verschillende giftige stoffen. Bij de genezing van rachitus is men in hooge mate van de functies der huid afhankelijk; het is n.1. gebleken, dat tengevolge van de bestraling met ultra-violet licht het vet van de huid chemisch veranderd wordt? waardoor het „vita mine D" ontstaat. Juist het gebrek daarvan doet re acties ontstaan en zoo bewerkt de door ultraviolette stralen beschenen huid de genezing. 171. Plotseling schrikken de kooplieden zóó, dat ze hun kostbare koffie laten glippen. Een schot heeft weer klonken en de tulband van Enver ben Salomo vliegt van zijn hoofd en komt een meter verder in het zand terecht. De kogel is afgevuurd door Hakkie Pakkie Pasja, die daarmee het sein tot den aanval heeft ge geven, Daar komen de roovers al aanstormen. Ze zien er vreeselijk uit en ze brullen of ze de kooplieden zoo maar rauw door willen slikken. Maar Enver ben Salomo heeft zulke karweitjes meer bij de hand gehad. Na den 172. De moedige houding van Enver Ben Salomo vuurt de andere kooplieden aan. In een oogwenk heb ben ze van de pakken koopwaar 'n prachtige borst wering gemaakt. En die werkt uitstekend, want niets weerstaat de kogels beter dan echte zijde. Dus zijn de kooplieden veilig, als ze de roovers maar op een afstand kunnen houden. Wanneer Hakkie Pakkie Pasja bemerkt dat de kooplieden er ernst van maken, is zijn heldenmoed heel wat bekoeld. Hij kruipt met zijn roovers achter een rotsengroep en opent het vuur op de kooplieden. Die blijven het antwoord niet schul- Een vreeselijk opgewonden vrouw kwam het poli tieposthuis binnenstormen en riep op gebiedende tot den brigadier: „Waar is mijn Kees?!" „Perdon, jefrau", zei de brigadier, „dat is zeker Uws hondje?" As je maan wil beleidige, dan waarskouw ik jou hoor! voer de vrouw woedend voort. „Kees is me man! En hij is vermist, verdwenen, er tusschen uit getrokken!" Is het toch waar?! Natuurlijk is het waar! Waar haal je het let vandaan, om me tegen te spreken, as ik het je toch zellevers vertel! Me beste jefrau Hoe heb je de pertaliteit me „jefrau" te noe- me?! Denk je soms, dat ik hier kom om me door zoo'n stuk uitgehongerd konijn te laten beleedigen? Ik vertel je, dat me man er tusschen uit is en jij zit daar as een zoutzak! Wat zeg je me daar van!? Wel, juf, ik heb niet het genoegen Uw echtge noot te kennen, maar ik zou zeggen dat het een ver standige kerel is! Courantenverslaggever: Is er ook een van Uw kin- der wenschen vervuld geworden? Millinnnnir: Ja. Als miin moeder vroeger mijn haar kamde, wenschte ik altijd, dat ik geen haar had eersten schrik springt hij overeind en roept zijn reis- genooten toe: Maakt spoedig een borstwering van de pakken koopwaar en haalt de wapenen voor den dag. We zullen de roovers waardig ontvangen. Het zijn er maar vijf, zoodat onze kansen gelijk staan. En als ze bemerken dat we niet vluchten, maar ons moe dig verzetten, dan zullen ze wel spoedig afdeinzen. Ze zien er erg schrikaanjagend uit, maar meestal zijn het slechts lafaards, die op de vlucht slaan als ze tegen stand ontmoeten. aig. Maar gelukkig zijn alle mannetjes zóó goed ge dekt, dat er geen ongelukken gebeuren. Alleen de ka- meelen loopen gevaar, maar ze hebben gelukkig hun beenen bij zich en daarmee zoeken ze gauw een goed heenkomen. De veldslag wordt intusschen al heviger. Het fluiten van de kogels Is akelig om te hooren. Gerrit, Dicky en Dirrekie zijn anders niet bang, maar nu houden ze zich op hun veilig plekje achter de cac tussen zoo zoet als muisjes. Als er kogels rondvliegen is het maar beter een eindje uit de buurt te blijven. Keesje: Mijn vu tier hou.lt geen varkens meer in den tuin. Jan t j c: W'aerom niet? Keesje: Dc bun-n kire.cn er dc lucht van. Zij: Lieveling, kijk die diamanten daar in dc étalage een- -leren. Ze zijn baast verblinden<M Hij: J-Ia.. :i we g uw doorluopen! Maak voort, je i. staat, -al voor de deur! Ik weet het. Ik Jiuor 'm kloppen. Nu, dag lieveling, pas goed op het huis terwijl ik weg hen, en mocht je som- misschien geld noodig hebben, tijdens mijn afwezigheid, ga dan maar naar de bank. Goed, schat. Hoe laat sluiten de banken van daag? Er was een goochelaar op het tooncel die een groote zwarte kist opende, er een vrouw in stopte, en dan het deksel weer op de kist deed. Hij prevelde ccnige geheimzinnige woorden, maakte het deksel weer open cn haalde er twee konijnen uit, ter wijl de vrouw spoorloos verdwenen was! Na de voorstelling kwam een Schot (bekend om hun zoogenaamde overdreven zuinigheid) naar den goochelaar toe cn vroeg, of die de goocheltoer ook met zijn vrouw kon uithalen. „Jawel", lachte de goochelaar, „wil u zoo graag van uw vrouw af?" „Och, dat nou- niet", zei de Schot peinzend, „maar ik heb aan mijn zoontje beloofd, dat ik hem twee konijnen voor zijn verjaardag zou geven!" Het haar wordt langer en doet ons terugdenken aan den tijd van 1830. De jonge meisjes dragen over het algemeen het haar van achteren niet langer dan tot halverwege den hals. Dikwijls worden de ooren vrijgela ten en wordt het licht gegolfde haar er achter langs gelegd. Links zien wij een kapselt je met pijpkrullen; de schei ding ligt rechts, terwijl aan de linkerzijde twee der krullen bijeen woi*den gehouden door een spang. Rechts een glad kapseltje, dat gauw klaar is en door de rechte lijnen sommigen zeer goed staat. De ponny is eveneens gescheiden. Het haar moet goed geborsteld zijn en geheel glad zitten.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1930 | | pagina 22