Uw Zenuwen AGENT. BOERDERIJ en \EEHOVDERlJ Hat kl'maat v?ji ons land in verband mat akkerbouw en veeliouibri' Voor Zeïfsdieerders DE CENTRALE kcmen tot rust, kal- daarbij tevens gesterkt door het gebruik van Mijnhardt's Zenuwtabletten Glazen Buisje 75 ct. Bij Apoth.'en Drogisten. Juin opvattingen .hun inzichten de ware zijn. Gevoelt gij wel, mijne lezers, dat er geen ontko men is aan do noodzakelijkheid om zélf io den ken-en te zoeken, als men niet zich wenscht te on derwerpen aan het gezag .van anderen in zake geloof en zedelijkheid? En ziet ge nu in dat wat de zwakheid schijnt van hot protestantisme n.1. zijn verbrokkeling juist het bewijs is van zijn levende, scheppende kracht; dat dc eenheid van de room- sclie kerk kracht schijnt, maar zwakheid is. Dit neemt niet weg, dat ik zeer goed de zwakke zijde van het protestantisme opmerk. En ik weet heel goed dat er duizenden protestanten zijn, in wie van eigen djep-doordachte overtuiging geen sprake is. Velen zijn er nog niet aan toe om op eigen boenen te staan. En er is bij ontelbaar vele protestant-zich-noemenden een dikwijls bedroe vend groote geestelijke armoede en onverschillig heid. En mij is liever en aangenamer de werkelijk goed-roomsche, die trouw zijn plichten vervult dan de oppervlakkige schijnprotestant, die alle levensernst weglacht en wegspot. Maar tóch: als ik het beginsel van het roomsch- katholicisme stel naast het beginsel van het pro testantisme, dan kies ik het laatste. Ik ga verder: als ik die wee beginselen met el kaar vergelijk, gezag en vrijheiddan ben ik er innerlijk van overtuigd, dat het laatste, d.i. het be ginsel der vrijheid ten slotte zal moeten triumfee- ron. Deze overtuiging is in mij onbegroeid uit de overdenking van wat dc menschheidsgeschiedenis mij leert en wat ik mij heb verworven aan psycho logische (zielkundige) kennis. Want de menschheidsgeschiedenis heeft mij doen zien, hoe er is een worsteling om te komen tot steeds grooter vrijheid en de bestudeering van liet wezen van den mensch heeft mij doordrongen van de waarheid, dat in ieder althans ièfs aanwe zig is van drang om zichzelf te worden, d.i. een zelf bepalend individu mot eigen leven. Al wat leeft, draagt in zich d bostemminb om zich te ontwikkelen naar z.'Jn aard. Maar is zich'ontwikkelen ie's anders dan zich losmaken van allo belemmeringen om te komen tot dc vrije ontplooiing van de geestelijke persoon- u lijkheid en is deze ontwikkeling mogelijk als niet vrij mag worden gedacht? ASTOR. DE De handhaver der wet. Derustige spil van het verkeer. Om weer en wind mag hij zich niet bekommeren, want zijn verantwoordelijke post eischt den geheelen man. •Daarom zijn ook voor hem ^Aspirin-Tabletten onmisbaai ygeworden. Let op den oranje band en het Bayerkruis. Prijs 75 ets. der. .Enfin, ze heeft het van geen vreemde, haar vader zat ook vol van die malle fratsen. Ik houd niet van dat soort menschen zooals die oom Harry van jou en je ge liefde Eva." Bij deze smalende woorden keek ze h%ar jongste doch ter aan, want ze wist dat Olive veel van haar nicht hield en haar bewonderde. Maar Olive, nooit bang voor de scherpe tong van haar moeder, antwoordde met een lachje: „Oom. Harry was een schat, hij kon het toch niet hel pen dat hij een groot deel van zijn vermogen verloren heeft wat U hem na zijn dood nog schijnt kwalijk te ne men. En hij had mooie, hoogstaande ideëen, en die heeft Eva ook. Het verbaast me niets, dat ze niet met die akeligen vent wil trouwen." „Olive", klonk het bestraffend. „Ik sta niet toe dat je op die manier over meneer Bannister praat. Hij is een bijzonder charmant man en Eva mag zich gelukkig reke- •nen dat hij met haar trouwen wil. Ik begrijp haar hou ding niet, ik begrijp er niets van. De brief toont overigens voldoende wat 'n harteloos schepsel zij is." „Laura, dat zou ik nu niet zeggen!" Meneer Davidson waagde het een voorzichtige tegenwerping te maken, maar zijn vrouw keek hem met een ijzlgen blik aan, dat ze daarmee haar volgzamen gemaal direct het zwijgen oplegde. „Dat zou ik wel zoo zeggen," verklaarde ze uit de hoogte, „ik zal zoo vrij zijn om van mijn nicht te zeggen wat ik wil. Tenslotte was Harry mijn broer en niet de jouwe. Ik zeg dat Eva Nigel Bannister harteloos behan deld heeft. Dat is toch duidelijk als je dezen brief leest". Ze nam het epistel nog eens op en zwaaide het wéér voor de gezichten van de anderen aan de ontblijttafel heen en weer. „Luister naar wat ze schrijft." Mevrouw Davidson hoorde dolgraag haar eigen stem en was van oordeel dat zij prachtig, om niet te zeggen indrukwekkend kon voor lezen. Ze zette zich in postuur en begon: „Lieve tante Laura", „Ik ben bang, dat u zeer ontstemd zult zijn over de zen brief en dat zou mij erg spijten. Maar toch moet ik u schrijven. Ik wilde u graag terwille zijn en heb er daarom in toegestemd met Nigel Bannister te trouwen. Maar na rijp beraad ben ik tot de conclusie gekomen dat het mij niet mogelijk is. Niet alleen dat ik niet van hem houd, ik heb zelfs een afsohuw voor hem, hij stoot mij af. Ik heb geen vertrouwen in hem en ik kan zijn vrouw niet worden. Ik wil er ook geen t%vist met u over hebben, en ben daarom besloten voor eenigen tyd weg te gaan. III. In de vorige kronieken hielden we een praatje over de temperatuur, thans willen wij onze aandacht eens besteden aan de rol dé- het water speelt in den kringloop der natuur. V ater volgt wel de rijzing en daling van de temperatuur der lucht, maar met min der plotselinge overgangen. Dompelen wij op 'n koe len zomerdag onze band in het water eener sloot, of beter plaatsen wij er een thermometer in* dan zal het ons warm voorkomen. Op een warmen dag is net water daarentegen kouder dan de lucht. Over het geheel genomen is de temperatuur van 't water meer gelijkmatig gedurende het geheele jaar. Zoo was ge durende een lange reeks van waarnemingen de ge middelde temperatuur van de lucht 's morgens om S uur te Vlissingen in Januari 2,71 en het zeewater op don N. Hinder 7.86°; in Juli daarentegen die dei- lucht 18.02° en die van het zeewater 10,21 Tusschen de temperatuur der lucht was dus een verschil van 15,81° en tusschen die van 't water slechts 8.35°. De oorzaak van dit verschijnsel moet gezocht worden in de groote wurmtecapaciteit van t water, dat is iu zijn vermogen om een grootere hcevelheid warmte op ie nemen, zonder dat zulks aan 'n thermometer te zien is. Nemen wij tot voorbeeld 1 K.G. water, 1 K.G. droge kleigrond en 1 K.G. dampkringslucht. Om het i 0 c. in temperatuur te doen rijzen, zal er ongeveer vier maal zooveel warmte noodig zijn als voor dezelfde hoeveelheid grond of lucht. De zon zal dus ook on der dezelfde omstandigheden viermaal langer moeten schijnen of beter gezegd, viermaal meer warmte moeten geven om 1 K.G. water evenveel in tempera tuur te doen rijzen als een gelijke hoeveelheid grond of lucht. Daalt het water daarentegen in tempera tuur, dan staat het warmte af, dan gaat de daling ook langzamer of met andere woorden: het water be houdt, zijn temperatuur langer, omdat het meer warm te kan afstaan. Ken tweede omstandigheid, die bij de verwarming van 't water op aarde in aanmerking dient genomen ie worden, is de verdamping. Als het water in tem peratuur stijgt, verdampt er ock meer water, en aan gezien er voor die verdamping warmte verbruikt wordt, welke vooreerst aan het water wordt ontno men, heeft ook dit ten gevolge, dat het water niet zoo spoedig in temperatuur stijgt als de lucht. Stellen we ons nu voor een land met een menigte meren en plassen doorsneden of dat onmiddellijk aan zee gelegen is, of een eiland, dat geheel door water omringd is, in een streek en in een tijd, dat, wegens den stand der zon, de' temperatuur moet toenemen Wat zal dan plaats hebben? Het land zal eerder warmer worden dan het water, de lucht boven het land daardoor ook spoediger dan die hoven het wa ter. De warmere lucht boven het land stijgt naar bo ven en wordt vervangen door de van het water naar het land stroomende koudere lucht. Het omgekeerde heeft plaats, wanneer de stand van de zon aan den hemel lager wordt en de temperatuur dus in het al gemeen moet' afnemen. De warmere lucht, boven het \Vater stijgt naar hoven, of vermengt zich met de koudere lucht boven het land, die overigens naar het water stroomt. Luchtstroomingen, winden, door ongelijke verwar ming van de verschillende deelen der aarde ont staan, hebben wel in het algemeen ten gevolge, dat dé verdeeling der warmte op aarde meer gelijk wordt, maar inzonderheid heeft dit plaats, gelijk licht is in te zien, wanneer de ongelijke verwarming van twee rlaafsen in elkanders onmiddellijke nahij- heid gesel- ^dt, gelijk in de aangehaalde voorbeelden plaats heeft. Een uitgestrekt vastland daarentegen, ver van de zee verwijderd, wordt des zomers snel verwarmd en koelt des winters spoedig af en daardoor heeft de incht hier des zomers een veel hoogere temperatuur dan 's winters. Men maakt daarom onderscheid tus schen een zee- of kustklimaat en een vastelandskK- maat. Engeland en in 't algemeen de westkust ,ran Europa, en dus ook ons land bezitten het eerste. Midden- en Zuid-Europa en Midden-Azië het laatst genoemde klimaat. Minder strenge winters en kou dere zomers zijn het kenmerkende van 't eerste, kou dere winters en warmere zomers dat van liet laatste. Vandaar dat het, in 't geheel door wateren omgo ven, Groot-Brittannië en Ierland, waar het eigenaar dige van een zeeklimaat nog sterker uitkomt dan hier te lande, zelden vriest, maar des zomers ook zelden warm genoeg is om druiven, tomaten enz. te doen rijpen. Tengevolge van deze verschillen in tem peraturen tusschen een zeeklimaat en een vastelands- klimaat is het bijv. op IJsland en te Bergen in Noor wegen 'swinters niet kouder dan in 't Zuiden van Rilsland. 's Zomers is het op laatstgenoemde plaats echter even warm als in het. Zuiden van Spanje of op de Noordkust van Afrika, zoodat hier 's zomers de zoetste druiven geteeld kunnen worden. Op IJsland daarentegen wordt de tarwe, bij gem. 10° in Juli, Ik zal U voorloopig mijn adres niet geven. Ik vind het heel vervelend als U boos bent, maar tenslotte moet ik mijn eigen leven leven en het huwelijk beteekent teveel, om daarmee lichtvaardig te handelen. Uw toegenegen nicht: Eva Hartwood. „Daar", zei Mevrouw Davidson, toen ze klaar was. „Ik tart iedereen om te zeggen dat dat geen zelfzuch tige, hartelooze brief is; ze denkt alleen maar aan wat haar aanstaat, wat zij prettig vindt." „Och, schei toch uit, Mama," riep Olive bruusk. „Eva heeft immers groot gelijk dat ieder een eigen leven moet. leven. En als je trouwt, is dat toch ook voor je leven!" „Houd jij je mond er buiten!" verzocht Mevrouw Da vidson snibbig. Haar jongste dochter was haar in veel opzichten een doorn in het oog, vooral omdat ze in haar gesprekken met Olive dikwijls het onderspit moest delven. t „Waarom mag ik niets zeggen?" vroeg Olive onver stoorbaar. „Eva is even goed familie van mij als van u. Ik begrijp alleen niet waarom ze weggegaan is; ze had toch ook wel kunnen blijven en zeggen dat ze het niet deed? Maar" ging de jopge filosoof na een oogenblik nadenken voort, „ze wist, wat er komen zou en daar zag die schat natuurlijk vreeselijk tegenop, nog daargelaten of ze haar verzet had kunnen volhouden." Meneer Davindson's gezicht drukte instemming uit, maar het was weer als een masker, toen zijn vrouw zijn kant uitkeek, „Dat Eva op die manier is weggegaan, is bespottelijk en onnoodig," zette ze haar aanklacht voort. „En dan, dat ze haar adres niet geven wil. Nu" ze haalde de schouders op. „Eva heeft haar weg gekozen en er valt verder niet over te zeggen. Maar als Ik bedenk, dat ze vijf jaar lang onder ons dak heeft gewoond, vind ik dat ze ons wel een beetje anders had kunnen behande len." En na deze ontboezeming begon Mevrouw Davidson te ontbijten en hulde zich gedurende de rest van de maal tijd in een ijzig zwijgen. Haar echtgenoot noch haar dochters waagden het de beklemmende stilte te verbre ken; meneer Davidson begroef zich in de courant en scheen er geweldig in verdiept, terwijl hij haastig at, waarna hij met vollen mond opstond en haastig naar de deur liep. Maar zijn vrouw was hem te vlug af. „Thomas," zei ze, voor hij ontsnappen kon „jij hebt jo meening over Eva niet gezegd. Wat was jij van plan te doen?" in het geheel niet en te Bergen wordt ze nauwelijks rijp. Op deze hoogere wintertomperatuur in Engeland op IJsland, aan de Westkust van Noorwegen en min of meer aan de geheele westkust van Europa oefe nen echter ook de zeestroomingen een grooten in vloed uit. Zeestroomingen ontstaan door de ongelij ke verwarming van 't water en andere oorzaken. Het warme water bij den Evenaar b.v. stroomt., ofschoon met verschillende afwijkingen, over 't geheel noord waarts. Takken van deze hoofdstrooming, in den At- lantischen Oceaan, Golfstroom geheeten, dringen tot IJsland en verder door, bespoelen Engeland en in het algemeen de westelijke kusten van Europa en dragen daardoor hij tot verhooging van de temperatuur dier streken. Inzonderheid verhoogt hij in den winter de temperatuur van IJsland, omdat hij in dit jaargetijde iiet verst noordwaarts dringt. De koude waterstroom, die van de Polen naar de Linie gaat (Poolstroom) strijkt daarentegen langs de Oostkust van Noordelijk Noord-Amerika en verlaagt de temperatuur dier streken aanmerkelijk, zoodat gerst, tarwe en haver enz. in Amerika op verrena zoo ver niet naar 't Noorden verbouwd kunnen worden als in Europa het geval is. Ook de wind draagt er toe bij, dat de verdeeling der warmte op aarde een andere is, dan zij volgens den stand der zon zou moeten zijn. Vooral wordt ook net groote verschil in de temperatuur op een en het zelfde tijdstip van 't jaar daardoor veroorzaakt. Een Oostenwind brengt ons 's zomers warmte, 's winters koude aan. Ook door een grootere of geringere hoeveelheid wa terdamp in de lucht en het al of niet aanwezig zijn van wolken, kan de temperatuur tijdelijk en plaatse lijk aanmerkelijk gewijzigd worden. Terwijl de hoofd- estnnddeelen der dampkringslucht, de stikstof en de zuurstof, de warmtestralen grootendeels doorlaten, is dit, met den waterdamp niet het geval. Te dezen pzichte maakt het echter een groot verschil of hel tevens lichtgevende stralen zijn, gelijk door de zon '.ar de aarde uitgestraald worden, of donkere stra len zooals de aarde uitstraalt. De Laatste worden, veel meer door den waterdamp der lucht geabsorbeerd. De tevens lichtgevende stra len der zon werden dus doorgelaten, maar wanneet- ze als donkere warmtestralen weder van de de aarde uitgaan, laat de vochtige dampkring zo slechts ten deele door. De dampkringslucht werkt dus al een soort van val; zij geeft de warmtestralen wel toegang tot de aarde, maar laat ze niet ongehinderd in de oneindige ruimte uitstralen. Hoe meer waterdamp de iucht nu bevat, des te meer warmtestralen neemt zij op, des te warmer wordt zij. De waterdamp in de lucht k-a.n dus tijdelijk en plaatselijk de temperatuur van deze wijzigen. Ook de helderheid der lucht oefent invloed uit op de temperatuur. Terwijl een bewolkte hemel de zonne stralen belet om tot de aarde door te dringen, belet hij ook het uitstralen der warmte van de aarde. Bij een helderen hemel ontvangt de aarde onder overi gens gelijke omstandigheden meer warmte, maar zij straalt ook meer uit. Verder is békend dat bergen, bergketens en bosschen invloed uitoefenen op de tem peratuur van een land, doch hierop zullen wij maar niet dieper ingaan. Wat de temperatuur der lucht in Nederland nu be treft, kan het volgende nog worden opgemerkt. We gens de ligging van Nederland in de gematigde lucht streek, zijn de vier jaargetijden hier duidelijk te on derscheiden. De langste dag duurt er ruim lGVz uur. de kortste 7Vz uur. Niet de breedte ten Noorden of ten Zuiden van den Equator bepaalt echter alleen het klimaat. De zon zendt jaarlijks naar deze streken evenveel warmtestralen als naar een plaats van de zelfde breedte in Duitschland of elders; maar nu eens worden die stralen door een bewolkten hemel groo tendeels onderschept, dan bij een helderen hemel grootendeels doorgelaten; nu eens wordt met den heerschenden wind een warme, dan een koude lucht stroom aangevoerd. Geen aanzienlijke hoogten wijzi gen hier de temperatuur van eenig belang. De mach tigste factor daarvoor is dc zee. die ons land aart twee zijden begrenst en bovendien aanzienlijke in hammen in ons land maakt. Nederland bezit dus een zeeklimaat met het eigenaardige daarvan, betrekke lijk koude zomers en geenf daaraan beantwoordende strenge winters. Daarbij komt de eigenaardige ge steldheid van onzen bodem. De veen- en kleigronden, ja ook de losse vlakke zandgronden houden een groo tere massa water terug dan de steenachtige gron den met hun kloven en hun hellende ligging, welke men in het buitenland aantreft. Bovendien zijn vele onzer gronden met talrijke kanalen en slooten door sneden, vele zijn slechts weinig boven het omringende water verheven en worden alleen door kunstmiddelen er boven gehouden. Ook dit water is van invloed op de temperatuur en maakt vooral den dampkring weer vochtig, waarvan dan weder een aanhoudend neer- Eerst een weinig Purol inwrijven en daarna inzeepen; dan scheert men zich schoon, zacht en pijnloos. „Ik was niet van plan iets te doen," was het kalme woord. „We kunnen niets doen, we weten niet eens waar Eva is". „Dus jij wil haar maar haar eigenzinnigen gang laten gaan?" „Wat kan ik doen, zoolang we niet weten waar ze is?" „Dat hoef je me niet weer telkens te vertellen. Er is toch nog politie!" Mevrouw Davidson gaf aan haar man geen gelegenheid om te antwoorden en vervolgde op tragischen, veronge lijkten toon: „Maar als jij wenscht dat mijn ongelukkig nichtje onvindbaar blijft, dan heb ik niets meer te zeggen, ik wasch mijn handen in onschuld, jij bent hier heer en meester, ik kan niets meer doen." „Er is ook niets meer te doen Laura. Eva is haar eigen baas. Ze heeft geld genoeg om te leven en jij noch ik zijn voogd over haar. Het was prettig voor ons en voor haar dat wij haar een tehuis konden aanbieden, toen ze het noodig had,, maar Eva heeft het volste recht te gaan waarheen ze wil." „Bravo Paps!", fluisterde Olive en het meisje ving een verschrikten blik op van haar zuster Maud, die ge hoord had wat ze tegen haar vader zei. Mevrouw Davidson evenwel staarde haar echtvriend alleen maar aan, niet in staat om de eerste oogenblik- ken een woord uit te brengen. Eer. paar maal opende ze den mond als ccn visch op het drege, maar er kwam geen gelu'd ov.er haar lippen. Zoo'n ferme houding en zooveel onafhankelijk oordeel was ze niet meer gewend van haar man. Eindelijk duwde ze haar stoel achteruit en zei scherp: „Als dat jcuw meening is, zullen we er niet meer over praten." „Dat is ook inderdaad het beste," vond haar echt genoot en hij verdween vlug door de deur, met het prettige gevoel dat zich een van de zeldzame gelegen heden had voorgedaan, waarbij hij het laatste woord had." „Ik hoop alleen maar," merkte zijn vrouw na zijn vertrek op, „dat die arme Bannister vandaag niet komt, ik zou niet weten wat ik tegen hem zeggen moest. Ik vind dat Eva hem schandelijk behandeld heeft en als ik hem bij gelegenheid spreek zal ik mijn meening niet onder stoelen en banken steken. Maar Bannister kwam dien dag niet, en evenmin kwam er een tv.ccde brief van de opst-.ndige nicht jonls m:.u .y heli en half verwachtte Maar toen meneer Davidson den volgenden morgen aan de ont Eén der sterkste Nederlandsche Levensver zekeringsinstellingen is „De Centrale" Méér nog. Zij is tevens een der steunpilaren van de moderne arbeiders beweging, waaraan zij elk jaar groote bedragen schenkt. Tot heden meer dan 365.000.Daarom, modern georganiseerde, is het Uw levensverzekering. RIJNSTRAAT - DEN HAAG slaan van water, nu eens in den vorm van regen, dan van nevel, dauw, enz., het gevolg is. Op plaatsen, onmiddellijk aan zee gelegen, zooals Den Helder en Vlissingen, is het des winters betrekke lijk minder koud dan op plaatsen verder van de zee verwijderd, zooa.ls Maastricht; des zomers daarente gen minder warm. Met andere woorden: het verschil tusschen de gemiddelde temperaturen in Juli en Januari is te Maastricht grooter dan te Vlissingen en Den Helder; want op eerstgenoemde plaats bedraagt het 19,27°; op de laatstvermelde 17,13 en 16,24. Ook voor andere plaatsen, verder van de zee gelegen geldt hetzelfde. Zoo is het b.v. te Assen in de eerste dagen van Januari gemiddeld kouder dan te Groningen, des zomers daarentegen warmer, ofschoon beide plaatsen slechts 5 uur gaans van elkander liggen. In de wintermaanden en in Maart blijft op de meeste plaatsen in ons land de temperatuur gemid deld beneden 5°. En volgt men den dagelijkschen gang van de thermometer, dan blijkt dat ook in No vember gedurende slechts eenige uren vdn den dag een temperatuur van 6 a 7 graden wordt bereikt. Daar nu de meeste landbouwgewassen en onkruiden eerst goed bij dezen warmtegraad beginnen te groeien, is liet duidelijk, dat in genoemde maanden de planten groei zeer onbeteekenencl moet zijn. De invloed van de nabijheid der zee is ook merk baar in de dagclijksche afwisseliing der temperatuur. Gaat men den stand van den thermometer in den loop van den dag na, dan ontdekt men dat hij in den. namiddag ongeveer het geheele jaar tusschen 7 en 8 uur, en 's morgens in dc wintermaanden tusschen 9 en 10, in Maart, September, October en Nov. tusschen 8 en'9 en van April tot Augustus tusschen 7 en 8 uur den gemiddelden stand aanwijst. Neemt men nu de gemiddelde verschillen van de hoogste dagelijk- sche thermometerstanden met. 'de hoogste van dezelf de plaats, dan blijkt dat die in het algemeen in den zomer grooter zijn dan in den winter. Te Utrecht b.v. is het verschil in de wintermaanden 3 a 4 'en in de zomermaanden 8 a 9 graden. En vergelijkt men de verschillen, vooral die van de zomermaanden op twee nlaatsen, waarvan de eene aan zee, de andere meer binnenslands gelegen is, dan loopen deze vrij wat uiteen. Zoo is het verschil in die maanden aan Den Helder ruim 5,5° en te Maastricht ruim 10°; dus bijna dub bel zoo groot. Ofschoon men dus vaak hoort beweren, dat de tcm- neratuur aan de kusten veel veranderlijker is dan binnenslands, blijkt uit deze getallen dat het tegen deel 't geval is. Behalve aan den invloed van het water, moet zulks ook toegeschreven worden aan de helderheid der lucht, die aan de kusten geringer is en daardoor ook aan den oogenblikkelïjken invloed ■Ier zon en aan de uitstraling des nachts, waardoor het minimum niet zoo laag daalt. De grootere afwis seling in temperatuur vooral in de oostelijke plaatsen van ons land, is voor den landbouw in 't algemeen niet zonder invloed. Terwijl de ontwikkeling der plan ten, wegens de hoogere temperatuur des daags goed vooruit gaat, kan onder gunstige omstandigheden de nachtelijke uitstraling zoo groot zijn, dat de tempera tuur beneden het vriespunt daalt en de nachtvorsten de meer teere planten of plantendeelen (boekweit, aardappels, bloei van rogge en van vruchtboomen geheel of ten deele doen sterven. Alhoewel ook vol gens dc geaardheid van den grond veen -of zand grond bijv. - de nachtelijke uitstraling plaatselijk meer of minder groot kan zijn, hebben in 't algemeen de meer van de zee verwijderde streken daarom het meest van nachtvorsten te lijden, omdat juist daar de grootste afwisseling in temperatuur heerscht. Een volgende maal hopen we nog eens iets te kun nen vertellen van de IJsheiligen, die aldaar in Mei rc- geeren, n.1. Pancratius, Servatius en Bonifacius (12— 14 Mei). S. - V. bijttafel de krant open vouwde, liet hij een scherpen uitroep hooren. Hij werd doodsbleek, en keek zijn vrouw verschrikt aan. „Laura," begon hij, „het blijkt dat bij het spoorweg ongeluk van gisteren „Wat is daarmee?" riep Mevrouw Davidson onge duldig, toen hij opeens weer zweeg. „Ik weet niet hoe ik het je vertellen moet," ging hij moeilijk voort." Er staan nu uitvoerige bijzonderheden in de krant over het spoorwegongeluk bij Transfield enen „Nu?" spoorde zijn vrouw hem weer aan. „Ik geloof dat Eva in dien trein zat, „stiet meneer Davidson uit, „er is een lijst van de gewonden en enEva's naam „Je wilt toch niet zeggen dat Eva gewond is?" viel Mevrouw hem met schelle stem in de rede, „dat moet een vergissing zijn! Dan zou ze toch wel getelegrafeerd hebben „Haar naam staat niet bij de gewonden,' de stem van den vriendelijk man trilde, „er zijn enkele dooden Eva „Is Eva gedood? O, Paps!" Het was Olive, die nu sprak; ze stond haastig op en keek over haar vaders schouder in de krant. „Het kan niet waar zijn!" „Het is helaas maar al te waar." meneer Davidson's vinger wees naar een paar namen in een van de kolom men. „Laten we hopen, dat het een vergissing is, maarhier staat Eva's naam." Ja, daar stond haar naam Eva Hartwood een van de passagiers die levenloos uit de overblijfselen te voorschijn was gehaald. Meneer Davidson's stem beefde hoe langer hoe meer toen hij verder voorlas. Mevrouw zat doodstil te luisteren met een bleek, vertrokken gezlclt. Ze had op haar manier gehouden van het kind van haar broer, dat vijf jaar lang hun huisgenoote was geweest en het droevige einde van het jonge meisje, stuitte zelfs haar spraakzaamheid. Olive knielde naast haar vader neer en snikte met het hoofd tegen zijn arm en de twee oudere meisjes veeg den telkens hun oogen af. Het ontbijt werd niet verder aangeroerd en ze bleven zwijgend om de tafel zitten tot de heer des huizes zijn stoel achteruit schoof. „Ik moet vanmorgen op kantoor zijn," zei hij heesch, „maar zoo gauw ik kan, ga ik naar Transfield. We zouden wel bericht gekregen hebben als de autoritei ten geweten hadden dat Eva hier het laatst gewoond heeft." Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1930 | | pagina 2