ܮT HEDEN
SPECULAAS
Coöperatie
„DE TIJDGEEST",
16 Ct. p. half pond.
Raad Den Helder.
Spoorwegongeluk
te Groningen.
te WINKEL.
DE LANGENDIJKER
GROENTENVEILINGEN.
Roofoverval te Rotterdam.
aankomende
Timmerlieden
bij Timmerfabriek „West-Friesland"
Versch gekruid.
Vergadering van Maandagmiddag 26 Jan 1931. Afwe
zig de hoeren de Nijs en van Gessel.
In deze 7de begrootingsvergadering werden de replie
ken voortgezet door den heer Van der Vaart (S. Dem.),
die liet uitkomen, dat men waardeering had gehad voor
den toon waarop spr. in eersten aanleg heeft gesproken;
spr. wil altijd de kameraadschappelijke geest in den
raad bewaren. Critiek kan z.i. echter wel eens scherp
zijn. Uitvoerig bestreed spr. de redevoeringen van de
Vrijz. Dem. de Boer en Van Loo, waarbij hij verschil
lende voorbeelden aanhaalde, dat de vrijz. democraten
geen zelfstandige politiek voerden. De waaide van de
oppositiepartïj-Schoeffelenberger heeft dit lid zelf ver
klaard, waar hij heeft gezegd, dat zijn arbeid hier in
den Raad overbodig zou zijn, daar hij toch niets kon
bereiken. Spr. wilde den heer Schoeffelenberger het
recht ontzeggen zich hier in den Raad over het ex-
raadslid Borkert uit te laten, zooals hij dit heeft gedaan
Het had spr. gefrappeerd, dat ook thans de heer Trap
zelf heeft verklaard niet langer deel van die fractie te
zullen uitmaken.
Het harnas van den heer Biersteker noemde spr. het
harnas vgan den ridder van de droevige figuur. Hij
heeft getracht de politiek van Gemeentebelang zoo mooi
mogelijk voor te stellen, maar hij heeft ook anderen
verweten, dat zij het „algemeen" belang uit het oog had
den verloren. Spr. vroeg zich af of het inderdaad nood
zakelijk is dat onze begrootingstukken beslist binnen
deze gemeente moeten worden gedrukt, zooals de heer
Biersteker gezegd heeft. Spr. vond, dat deze dan zijn
beginsel van bezuiniging zou loslaten, al3 het buiten do
stad eens goedkooper zou kunnen geschieden. Het gaat
dan ook niet aan, dat de heer Biersteker verschillende
leden van den Raad verwijt, dat zij de belangen van be
paalde groepen verdedigen, dat zou spr. op den heer Bier
steker in dit geval kunnen terugwijzen. Bezuiniging op
het onderhoud van straten noemde spr. verspilling van
bezit; dit was z.i. een bezuiniging,, die de wijsheid be
driegt. Van den gunstigen invloed, die een wethouder
van gemeentebelang achter de groene tafel, in de be
grooting zou brengen, heeft spr. niets kunnen ontdek
ken. Spr. citeerde in dit verband, hetgeen door den fcfter
Biersteker bij de begrooting 1929 is gezegd, waar hij
zelf verklaard heeft geen nieuwe lijn in die bcgrooting
te hebben kunnen constateeren. Het weggaan van den
ophaal- en stortingsdienst wordt nu uitgespeeld als een
succes voor gemeentebelo.ng. Spr. kon hiervan niets an
ders zeggen: dan 'n kinderhand is gauw gevuld. De fcllo
zucht naar bezuiniging heeft bij Gemeentebelang een
flinke aderlating ondergaan. Met klem kwam spr. op
tegen de opmerking van den heer Biersteker over Be-
bel, temeer daar de heer Biersteker géén politiek in
den Raad wil hebben. Het gevolg hiervan zon zijn, dat
hier een academisch debat zou plaats hebben, waaimee
ons Gemeentebelang niet zou zijn gediend.
Omtrent de wethoudersbenoeming verklaarde spr. dat
zijn fractie den heer Van Os niet als wethouder wensch-
te, omdat deze heer hJ. te reactionnair was; derhalve
stemde zijn fractie op den heer Smits, die de democra
tische lijn heeft gevolgd.
Van alle kanten kwamen nu de tongen nog los over
deze wethoudersverkiezing, waarop de heer Van der
Vaart zijn repliek voortzette.
Spr. betwijfelde of wethouder Bok wel een bepaalde
werkwijze bij de begrooting voor publieke werken in
acht heeft genomen en zag in de toekomst gaarne meer
dere samenwerking tusschen, den. wethouder en het be
trokken hoofd van de tak van dienst. Nog wees spr. op
de behoefte aan een gemeentelijk sport- en athletiek-
terroin, waarvoor het college van B. en W. een onderzoek
heeft toegezegd; spr. drong op spoed aan.
In het algemeen wilde spr. nog opmerken, dat men
niet moet grasduinen'in de punten van het algemeen
rapport, die door andere leden in de secties zijn aange
sneden, waarmede spr. zijn repliek besloot.
De heer Schoeffelenberger (Opp. Partij), wachtte
met ongeduld op het einde dezer rede. Spreker ging
nader in op het betoog van wethouder Bok omtrent de
werkverschaffing en gaf daartoe 2 brieven van de werk
lieden aan den wethouder, opdat deze een inzicht zal
(kunnen krijgen van de klachten van de arbeiders. Niet
voldaan was spr. over het antwoord van den heer Bok,
omtrent de nieuwe woningen aan het Tuindorp. Spr. be
twistte dat de groote vischkoopers hier komen om visch
te koopen, zooals weth. Smits zeide; hier komen alleen
de kleinere commissionairs. Spr. verdedigde nog de auto-
tractie voor de Gem. Reiniging en het dempen van de
fortgrachten.
Wethouder De Zwart werd door spr. gequalificeerd als
„stadhouder" van de gemeente Den Helder; de heer De
Zwart is de man die denkt dat hij het alleen weet. Ver
schillende interrupties kwamen los, waartegen spr. met
klem protesteerde.
Met de afschrijvingspolitiek van het gasbedrijf van den
wethouder kon spr. zich in geenen deele vereenigen.
Voorts critiseerde spr. de houding van de sec. dem. in
Amptlerdamschen raad bij de pensioenpremiekwestie,
daar ter plaatse; nog veel meer fouten van de soc. dem.
zou spr. kunnen aanhalen; zij verloochenen hun begin
sel, riep spr. uit.
De heer Van Os was te „stug" voor heeren soc. dem.,
gij waart bang voor hem in dit college van B. en V/..;
de heer Smits blijkt democratischer te zijn; daarom ls
den heer Van Os geweigerd om wethouder te woixlen.
Spr. kon zich niet voorstellen, waarom hij hier niet
over den heer Borkert zou mogen spreken, temeer om
dat zijn verdwijnen hier het gevolg was van een poli
tieke gesohiedenis (de staking aan de confectiefabriek
der Gebr. Meijer. Verslagg.)
„Gij, soc. dem. hebt met uw zessen nog niet zooveel
maatschappelijk werk gedaan als i k alleeen," riep spr.
met stemverheffing uit. Nu zegt men, dat spr. in den
Raad ook niets gedaan heeft, maar spr. is er trots op,
dat proletariërs en kerkelijken bij epr. komen om hun
belangen aan hem toe te vertrouwen in deze raads
vergaderingen; vooral voor het proletariaat wil spr. op
de bres staan. Vervolgens citeerde spr. den Zweedschen
soc. dem. Brantlng, die de Nederlandsche soc. dem.
heeft ver-wten, dat zij het proletariaat over het hoofd
zien. Een initiatief-voorstel is van de S:D.A.P. nog
nimmer hier gekomen; daartegenover stelde spr. sta
pels voorstellen van zijn kant, die echter allen van de
baan moesten, omdat ze van Schoeffelenberger kwamen.
De heer Van der Vaart noemde mijn arbeid hier
overbodig; dat was z.i geen argument; de soc dem
zijn nu al pl.m. 40 jaar bezig critiek uit te oefenen op
de maatschappij; maar gij hebt slechts negatief werk
gepresteerd, omdat gij heult met de burgerlijke partij
en, en daarom zal uw heilstaat steeds uitblijven.
Spr. wenscht zich niet te verkoopen aan een poli
tieke partij, omdat hij altijd beweend heeft: ln mijn
isolement ligt mijn kracht. De toestand van den heer
Verstegen tegen de 12 liberalen destijds, is dezelfde als
die van spr. tegen de 6 soc. dem. in dezen Raad.
Wat den heer Trap betreft, die gezegd heeft hier
niet te zullen terugkomen als raadslid, dit is een in
terne zaak van spr.'s fractie, die niemand iets aan
gaat Spr. betoogde, dat de burgerij ontevreden is over
de behandeling van deze begrooting; wat koopen wij
voor dat bekvechten gedurende deze zes dagen? vroeg
spr. Spr. bepleitte f 6974 bezuiniging op de begrooting
van publieke werken, waarover de Commissie het ge
heel eens was en de betrokken wethouder eveneens;
het bedrijf zal hierdoor z.i. niet lijden. Spr. wilde voor
stellen deze bezuinigingen alsnog te doen plaats hebben.
Volgende spr. was de heer Eijldei's (a.r.), die de vraag
stelde of de wethouder van Gemeentebelang door de
rechtsche fractie is gekozen, omdat deze fractie con
servatief zou zijn; het was z.i. selchts een kwestie van
evenredige vertegenwoordiging in den Raad. De uit
spraak van den heer De Zwart, dat de heer Van Os
verslechtering in de bouwverordening zou hebben aan
gebracht als hij wethouder was geworden, noemde spr.
voorbarig en onverdiend. In de 6% jaar, dat spr. in de
betreffende commissie zit. heeft spr. van dergelijke
bedoelingen van den heer Van Os niets bemerkt; inte
gendeel! De heer Vas Os heeft steeds het goede in deze
commissie betracht en geenszins verslechtering; hij
heeft steeds gepleit voor goedkoope woningen in de
plaats van krotwoningen; hij heeft het veroordeeld, dat
monschen met een inkomen van f 35 a f 40 van deze
goedkoope woningen profiteerden. Spr. moest dus wel
.opkomen tegen de verkeerde voorstelling van den heer
De Zwart. Tot slot bracht spr. dank aan B. en W.
voor de toezegging, dat de nieuwgebouwde huizen da
delijk zoodanig worden ingericht, dat aansluiting aan
het electrisch net kan plaats hebben.
De Voorzitter weer er op, dat de heeren zich wat
moesten bekorten en zich bepalen by de begrooting.
De heer Woud betreurde, dat de commissie van de
reiniging bijna geheel bestaat uit leden van één fractie,
vooral waar in het geding kwam de mechaniseering van
het bedrijf.
De heer Trap repliceerde nog kort, waarna de verga
dering werd verdaagd tot Maandagavond 8 uur. Alsdan
zullen de vrijz. aemoor. aan het woord komen: het einde
van deze begrootingsdebatten is heiaas nog niet te zien.
Het vochtige woer een nadeelige factor voor
de prijzen der groenten. De critiek op de
leiders. demonstreeren. De „eer" van
het tuinderscrediet. Alle party-politiek
over boord. Dager© prezen voor roode
kool. Idem voor gele. Aanmerkelijk la
gere voor Denen. Groote aanvoer van
uien, achteruitloopende prijzen. Peen
stationair. Bieten goede prijzen. Aan
voer rammenas.
Het was de laatste week weer mis aan onze groente
veilingen Na een paar weken van opleving en betere
stemming is er deze week niet alleen stilstand (die op
den keper beschouwd, achteruitgang beteekent) geko
men, maar ook zichtbare en tastbare achteruitgang. De
prijzen omlaag, en een dergelijk ongunstig, vochtig
weer, dat er veel zorg voor schoonhouden aan de kool
moest worden besteed niet alleen, doch een aanmerke
lijk gewichtsverlies viel te boeken, dat eigenlijk niet ge
leden kon worden, nu de oogst al zoo weinig heeft op
geleverd. Het lijkt wel, of de beker tot den bodem moet
geledigd worden, en of dezen winter er aan zal mee
werken. om vele bouwers aan den rand van den afgrond
te brengen of er hen geheel in te storten. Naast de fac
toren van economie, staathuishoudkunde en politiek,
werkt de natuur nu ook nog een handje mee, om den
toestand der tuinders nog hopeloozer te doen worden.
Tot nu toe is er nog slechts een jaarvergadering ge
houden van de tuinbouwvereenigingen in dit district, n.1.
die te Zuidscharwoude. Het was daar ook alles misère,
wat de klok sloeg. De jaarrekening sloot met een na-
deelig saldo, voorstellen werden gedaan om de salaris
sen van bestuursleden te verminderen, de kosten voor
de afgevaardigden naar de Algemeene Vergadering te
verlagen, op de rattenverdelging te beknibbelen, aan
merking werd gemaakt op de f 250 gratificatie, die de
veilingleider had gekregen v-oor zijn meerderen arbeid
met de veiling'der bloembollen (wijselijk wordt in zulke
gevallen niet gesproken van den geringen arbeid door
de groote slapte op de groenteveiling), enz. Er moet een
landelijke demonstratie komen om de regeering aan het
verstand te brengen, dat er nood is in den tuinbouw, zoo
werd betoogd en de zustervereenigingen zullen worden
uitgenoodigd, daaraan mee te doen. Wij verwedden er
ons oortje om, dat er nog een aardig tijdje zal verloo-
pen, eer alles in kannen en kruiken is en we moeten
het nog zien, eer we gelooven, dat van deze demonstra
tie iets komt Uit het feit, dat de leiders der tuinbou
wersorganisaties zelf, uit eigener beweging ,tot niets het
initiatief hebben genomen, moge wel de conclusie wor
den getrokken, dat zij weinig heil verwachten van de-
monstreeren. Als er nog iets gedaan is, dan is dit ge
schied door aandrang van onderop, door een paar leden,
die, als ze tot de leidende personen behoorden(misschien
ook niets hadden gedaan, wijl ze dan allicht tot do con
clusie waren gekomen, dat men in Den Haag van alles
op de hoogte is. La critique est facile, 1'art est difficile
Ongetwijffeld, critiseeren is in dezen tijd bijzonder ge
makkelijk, en wie het doet, weet van te voren, dat hij
instemming krijgt van een groot deel der massa, die
niet nadenkt, vaak oppervlakkig oordeelt, en maar zel
den tot het hart der kwestie doordringt Er is zoo ver
bazend veel snobisme, laatdunkendheid en zelfgenoeg
zaamheid, zooveel onoprechtheid in het zoogenaamde
werken voor den verdrukte. De laatste weken hebben
dat aan Langendijk weer duidelijk bewezen. Wie b.v. de
„openingsrede" van den voorzitter van „De Toekomst"
heeft gelezen en daarin de misleidende voorstelling over
de geconstateerde aardappelziekte van verleden zomer
heeft begrepen, vraagt zich af, hoe het mogelijk Is, dat
zoo iets ongestraft kan worden gedebiteerd.
Wie kennis heeft genomen van de pogingen van een
politicus in den niet bepaald gunstigen zin van het
woord, om de „eer" van het tuinderscrediet voor zich en
zijn partij op te eischen en het opdringen van zichzelf,
om op vergaderingen te komen, die immers zouden mis
lukken als lxy daar niet was, vraagt zich zelve af, hoe
het kan, dat de tuindersstand, die zoo diep in het
moeras zit, niet eens heel duidelijk laat voelen, dat
men in de allerlaatste plaats aan partijpolitiek moet
doen in deze dagen, maar dat we ailen geroepen zijn,
zonder onderscheid van godsdienstige of politieke
overtuiging, mee te werken aan opheffing van degenen,
die het momenteel zoo zwaar te verantwoorden heb
ben. Wij durven de stelling aan, dat de crisis ten
zeerste zou worden verlicht, als alle partijpolitiek
voorloopig op stal werd gezet.
Aardappelen werden deze week aangevoerd aan de
veiling van den Noordermarktbond. Ze brachten f 4.50
op.
Voor roode kool waren de prijzen lager dan de vo
rige week. De vraag uit het buitenland was minder
groot dan de voorafgaande weken en het buitengewoon
regenachtige weer deed de belangstelling voor deze
kool verflauwen. Groote kool werd in het begin der
week betaald met f 3.70, in de tweede helft der w-:ck
was de prijs ongeveer 20 cent lager. Het was een hooge
uitzondering, als deze week f 7 werd betaald voor het
mooiste goed van de kleinste sorteering. Slechts een
maal werd die prijs aan de veiling van den Noorder
marktbond besteed. Overigens lagen de maximum
prijzen tusschen f 6.20 en f 6.80 Aan de Broeker vei
ling werden nog eenigszins lagere prijzen besteed dan
te Nooi-dscharwoudo. Daar was de hoogst bestede prijs
f 6.80, die slechts op één marktdag werd bedongen.
Overige dagen was de maximum-prijs f 6.60. Grootere
van mindere kwaliteit brachten f 3—3.60 op. De lang
ste prijzen, aan de Broeker veiling besteed, lagen tus
schen f 1.70 en f 2.60. Aan de veiling van den Noor
dermarktbond werden 62. aan die van de Broeke* vei
ling 32 spoorwagens aangevoerd.
Gele kool van de meeste gewenschte grootte en van
de beste kwaliteit, voor zooverre er van best aange
voerde kwaliteit sprake is, bracht in de eerste helft
der week f 3.50—f 4 per 100 K.G. op; later waren de
prijzen nog wat lager en kon slechts f 3.40—3.70 worden
gemaakt. De laagste prijzen, welke aan de Broeker
veiling zijn besteed, lagen tusschen f 1.20—f 1.60, welke
prijzen betx-ekking hebben op de grootste kool van do
sterkst afwijkende hoedanigheid. Bestaat er bij de roode
kool nog een aanmerkelijk verschil tusschen groote en
kleine, bij gele is dit niet het geval. Toch vielen de
prijzen zeer tegen en zeer gewenscht ware, in het
bijzonder voor deze koolsoort, koud weer. Aan beide
veilingen werden 52 spoorwagens aangevoerd.
In nog sterkere mate Hepen de prijzen der Deensehe
witte kool achteruit Vorige week werd de mooiste
witte kool voor f 4.20 f 4.30 verkocht, deze week was
de prijs van f 4 niet meer te bedingen. In de eerste
helft der week kon f 3.70 a f 3.90 als maximum-prUs
worden gemaakt, later was f 3.60 een uitzondering. Iets
in kwaliteit afwijkende kool kon f 2.60 f 2.80 op
brengen, terwijl uitschot voor f 1.90 a f 2.10 werd ver
kocht. Aan de Broeker veiling werden 31 spoorwagens
aangevoerd, aan die van den Noordermarktbond on
geveer 50.
Met de uien is en blijft het misère. Gewone uien
brachten aanvankelijk f 1.80f 2.50 op, later f 1.60
2,30. Voor grove werd ln de eerste dagen der week f 2
f 2.60 betaald, volgende dagen slechts f 1.50 a f 2.30,
Voor drielingen lagen de prijzen tusschen f 0.50 en
f 1.60. De aanvoer was heel wat grooter dan de laatste
weken, n.1. 21 spoorwagens. We hoorden verschillende
bouwers de vrees uiten, dat het met dit product wel
eens kon gaan als het vorige jaar, toen het in het
voorjaar onverkoopbaar was.
Voor peen werden weer lage prijzen betaald. De
mooiste brachten bij uitzondering f 2 of iets meer op.
Overigens werd het moeste voor f 1.401.80 verhandeld.
Bleten brachten goede prijzen op, n.1. f .3.505.30.
Aan de Broeker veiling werd deze week ook ramme
nas aangevoerd; ze bracht f 1.203.10 op.
Trein in botsing met een locomotief.
Drie dooden,. zes gewonden. Een perso
nenrijtuig geheel verbrijzeld.
Gisteravond om zeven uur is bij het hoofdstation te
Groningen een ernstig spoorwegongeluk gebeurd.
Trein 3280, welke om 17.39 uur uit Nieuweschans ver
trokken was, reed op verkeerd spoor binnen en liep
op een rangeerenden goederentrein.
Van den trein uit Nieuwschans werd rie postwa
gen totaal versplinterd; de wagen werd als het ware
van het onderstel gescheerd.
Het gevolg was, dat het daarop volgende tweede
klasse-rijtuig kantelde en eveneens werd vernield.
Van de daarin zittende passagiers werden drie op
slag gedood, n.1. de heeren Bolgraaf uit Amsterdam,
D. S. Diddens, aannemer te Groningen en Van der
Veen te Groningen. Voorts werden zes personen ge
wond, onder wie de conducteur van den postwagen.
Nadetre bijzonderheden.
De oorzaak van het ongeluk is vermoedelijk te wij
ten aan het m-achinepersoncel van den rangeerenden
goederentrein, doordat het door een onveilig sein is
gereden. De binnenkomende trein was nauwelijks on
der het viaduct doorgereden, toen hij met geweldige
kracht op den rangeerenden trein liep, zoodat de ba
gagewagen, die onmiddellijk op de locomotief volgde,
over het volgende tweede-klasse-rijtuig werd gescho
ven en daarna ter rechterzijde omsloeg.
Van het tweede-klassc-rijtuig werd aan een zijde
alles weggerukt, zoodat de personen, die aan die zijde
in het rijtuig hebben gezeten, onmiddellijk moeten
zijn gedood.
De passagiers die aan de andere zijde zaten, wer
den door den versplinterden wagen gewond.
Ook het daarop volgende tweede klasse-rijtuig
werd ernstig gehavend. De beide locomotieven bleven
vlak tegen elkaar staan, doch in de rails. Het ma-
chinepersoneel van geen van beide machines kreeg
noemenswaardig letsel.
Op liet lawaai kwam spoedig personeel aanloopen
en ijlings werden de brandweer alsmede de politie ge
waarschuwd, zoodat nog vóór half acht met het op-
ruimingswerk kon worden begonnen. Inmiddels was
ook van alle zijden van het station een talrijk pu
bliek naar de plaats van de botsing gehold, gealar
meerd door den tot ver in de omgeving gehoorden
slag.
Het bericht van den ramp, dat als een loopend
vuurtje door de stad ging, heeft in breeae kringen
diepe ontroering gewekt. In allerijl begaven velen
zich naar het hoofdstation, waar men zich verdrong
om inlichtingen in te winnen over het lot van fami
lieleden en kennissen die met den verongelukten
trein hadden moeten aankomen. Aan den Zuidkant
van het station aan den Achterweg, beneden langs
het viaduct, hoopte zich een steeds grooter6 menigte
opeen, grillige schaduwen werpend op de resten van
den versplinterden wagon.
Een adembeklemmende stilte heerschte op en bij de
plaats van de ramp; slechts onderbroken door de mo
kerslagen van de werklieden die met het opruimings-
werlc bezig waren. Uiterst omzichtig ging men daar
bij te werk omdat gevreesd werd dat nog slachtoffers
tusschen de ineengedrukte paneelen bekneld zouden
zijn. Gelukkig, bleek dit niet het geval te zijn, maar
inmiddels waren uren van angstige spanning ver-
loopen voordat men daaromtrent zekerheid had. Een
steeds aangroeiende menigte wachtte stil de nadere
berichten af. Zelfs tegen middernacht had de stille
kant van het station zijn gewoon aspect niet herkre
gen.
Sedert 1913. het jaar waarin de ontzettende spoor
wegramp te Beilen plaats vond, is het Noorden van
ons land niet meer door een spoorwegongeluk van
zoo ernstigen aard als dat van hedenavond getroffen.
Vorkeerde wisselstand.
Het persbureau Vaz Dias meldt nog:
Een rangeerder van baanvak zeven reed tegen ze
ven uur door een onveilig signaal en kwam met een
paar wagons op baanvak no. 6 terecht, waardoor de
wissel werd verschoven. Even later kwam de trein
uit Nieuweschans binnen, die door den verkeerden
wisselstand op een andere baan terecht kwam en
aan het einde van het tweede perron van het hoofd
station in botsing is gekomen met een zich daar be
vindenden goederentrein.
De botsing was zeer hevig. Verschillende wagons
werden uit de rails gelicht. Twee van de wagons van
den personentrein werden een eind medtgesleurd en
toen tegen den goederenwagen gedrukt, die kantelde.
De passagiers van het achterste gedeelte van den per
sonentrein renden uit de coupé's om te zien wat er
gebeurd was. I-Ict beeld, dat de voorste wagen ver
toonde, was ontzettend. Hieruit bracht men, gedeel
telijk met behulp van zagen, de lijken van drie rei
zigers te voorschijn, alsmede vijf gewonden, die al
len zware kwetsuren hadden opgeloopen.
Onmiddellijk waren politie en brandweer ter plaat
se, terwijl ook het Parket spoedig op het terrein van
de ramp aanwezig was. Op het viaduct, een van de
drukste verkeerswegen van Groningen, verzamelden
zich den gcheelen avond honderden mcnschen die
van daar uit op het in de diepte liggende rangeerter
rein een overzicht hadden van de ramp, die had
plaats gegrepen.
Men is onmiddellijk begonnen de wagons weer
overeind te zetten, omdat het baanvak in de richting
Assen en Nieuwerschans hierdoor versperd werd.
Een 16-jarige kantoorbediende door i
mannen overvallen. Het gold behouden
en de roovars op de vlucht gejaagd.
Zaterdagmorgen heeft een uit vier mannen bestaand
complot te Rotterdam tevergeefs getracht een 16-ja-
rigen kantoorbodiende met geweld een actcntasch
die ongeveer f2000 bevatte, afhandig te maken. Dat
deze poging niet is geslaagd, is grootendeels te dan
ken aan den krachtigen tegenstand van den jongen.
De 16-jarige kantoorbediende J. v. E., die in be
trekking is bij de firma Van R. aan den Houttuin
♦e Rotterdam, was dien morgen voor do firma geld
gaan halen bij een bankinstelling. Met het geld in
een actentasch het was ongeveer f 2000 aan bank
papier keerde hij naar zijn kantoor terug, waar hij-
omstreeks 11 uur aankwam. In het portaal, achter de
straatdeur stonde n twee mannen, die zoodra hij bin
nen was, hem tegen den grond sloegen en vervolgens
trachtten hem de tasch te ontrukken. Een derde man,
die eveneens in het portaal stond, hield (ie tochtdeur
dicht, welk toegang geeft tot de trap, en een vierde
man bleek buiten op den uitkijk te staan. De mannen
bewerkten v. E. geducht met hun vuisten en rukten
hard aan de tasch, doch de jongen liet niet los. Hij
verweerde zich zoo hard hij kon, onderwijl luidkeels
om hulp roepende. Het kantoorpersoneel werd hier
door gealarmeerd en schoot te hulp. De vier mannen
hebben daarop het hazenpad gekozen. Zij renden via
den Houttuin naar de Valkensteeg en vervolgens
door de Goudsche Wagenstraat naar de Bi eedeslraat,
steeds achtervolgd door het kantoorpersoneel. Merk
waardigerwijze heeft gen van de kantoerbedienden
geroepen of op andere wijze getracht, d?. aandacht
van het publiek op de vluchtelingen te vestigen. Er
waren heel wat mcnschen op de been, maar niemand
van hen heeft een hand uitgestoken, om de vluci-
tende mannen te grijpen; naar later bleek, had ieder
een gedacht, dat het een stoeipartijtje was. In de
Breedestraat zijn de achtervolgers het spoor bijster
geworden. De vier mannen zijn clan ook ontkomen.
Zij waren als heer gekleed; hun signalementen zijn
bij de politie bekend.
De mannen moeten goed met de gebruiken op het
kantoor en met de situatie ter plaatse op de hoogte
zijn geweest. Het wordt niet onmogelijk geacht, dat
twee van de vier mannen den kantoorbediende reeds
van de bankinstelling af hebben gevolgd
Gevraagd:
en flinke Jongens,
SCHAGEN.