SchagerCourant
IO
Tweede Blad.
Strijd tegen de droogte.
De omroep in het
jaar 2000.
Hoe men zonder geld
de wereld omreist
Plaatselijk Nieuws.
Landbouwschuren voor den
Wieringermeerpolder.
Donderdag 12 Februari 1931.
74ste Jaargang. No 8815
Water, dat woestijnen vruchtbaar maakt.
Stuwdammen in de Nijl.
Hetgeen sedert ecnige jaren in Egypte en de Soe
dan in een verbitterden strijd tegen de woestijn
plaats vindt, is van veel grootere beteekenis voor het
toekomstige lot der menschheid, dan de overige ont
ginningen, die alleen van plaatselijke beteekenis wa
ren. Dat dat in de laatste eeuw ontstane en thans tot
het toppunt gevoerde beschaving niet reddeloos in de
chaos stort, hangt er alleen van af, of het zal geluk
ken, de steeds groeiende hoeveelheid aan ruwe stof
fen, welke wij noodig hebben, te kunnen leveren en
wel voor prijzen, die ver onder de tegenwoordige lig
gen. Verder moet men er in slagen een internationale
verdeeling van het nienschenoverse.hot van de indu
strielanden te organiseeren, die elk mcnsch in staat
zal stellen, een waardig leven te leiden. Want de lan
den, Öie tot nu toe in aanmerking kwamen voor 'and-
verhuizing hoofdzakelijk Zuid en Noord-Amerikn
beginnen ook reeds om te zien naar een maniei
om het overschot aan menschen te verplaatsen Daar
bij komt ook nog, dat de mensch van heden niet meer
die van gisteren is, die moedig en onversaagd een on
bekende toekomst tegemoet trok, en tevreden was
met het oerwoud en de wildernis.
Ondanks de grooto bevolking kent de aarde nog
steeds reusachtige woeste en onontgonnen streken
en niet alleen in de tropen, die pr ictisch volkomen
onbewoond zijn. In de tropen is het vooral de Sa
hara, een wereldrijk op zichzelf, dat slechts schijn
baar zonder water is. De zon heeft de rivieren van de
aardoppervlakte verdrongen. De nieuwe wetenschap
der artesische bronnen stelt ons in staat de onder-
aardsche waternetten te bereiken en te gebruiken.
Het is komen vast te staan, dat in de meeste gevallen
de woestijnbodem niet anders noodig heeft dan wa
ter, om een buitengewone vruchtbaarheid te ontvou
wen. Een tweede groot woestijn-gebied zijn de bin
nenlanden van Australië.
In Egypte en in Soedan beleven wij thans voor den
eersten keer in de geschiedenis de poging in grooten
stijl om een woestijn van de landkaart te doen ver
dwijnen.
Korten tijd geleden is in Egypte een nieuw gewel
dig waterwerk geopend, de stuwdam van Nag Ham-
madi. Hiermede is de bevloeiing van boven Egypte
een feit geworden Dit waterwerk dat 150 K.M ten
Noorden van Luxor is gelegen, is 8"22 M. lang. Hon
derd, elk 6 meter breede kanalen reguleeren het af
vloeien van den in den regentijd opg°zamelden voor
raad van de Nijl. De bouw van den dam heeft niet
minder dan 24 niillioen gulden gekost. Doch dit be
draagt niet meer dan de schade, die een enkel slecht
jaar het land kan toebrengen. Nieuwe groote lande
rijen staan nu voor de katoen-industrie open.
Maar d° '~m van Na? Hammak is slechts een en
kele schakel in den keten van machtige waterwer
ken, die van Oostelijk Afrika, van de groote Centraal-
Afrikaansche meren tot aan de Middellandsche Zee
duizenden kilometers woestijn en wildernis zal om
vormen tot vruchtbaar land. Na de oude Barrage in
de Delta is het bovenal de stuwdam van Assuan, die
toont, wat er uit de woestijn kan voortkomen. Deze is
twee kilometer lang. 50 meter hoog en kan in de
vloedperiode door zijn 18Ö sluisdeuren 9 millioén ton
water doorlaten Het waterreservoir is de Nijl zelf,
die een lengte heeft van 220 K.M. Zijn water heeft
honderdduizenden morgen vruchtbaar land toege
voerd. Men heeft, nadat men hel water eenmaal tot
zijn beschikking had, het zoutgehalte van den bodem
nauwkeurig onderzocht. Rietgewas was het eerste
wat werd gezaaid, toen kwam klaver en tenslotte ko
ren of katoen. Vijf verdere dalspleten helpen bij de
verdeeling van het water, dat in steeds kleinere ka
nalen wordt verdeeld, tot het eindelijk cp de lande
rijen terechtkomt.
Het geniale plan van het Engelsche Soedan-Gouver-
nement, de Gsireh, de Delta mossoen, den blauwen en
witten Nijl aan de woestijn te ontrukken, is nu voor
weinig jaren eveneens werkelijkheid geworden. Op
de overstroomingen van den blauwen Nijl berust se
dert eeuwen de vruchtbaarheid van het Nijlgebied.
Deze geweldige stroom, welke uit het in het Noord-
Abessinië liggende Tana-meer vloeit voert slijk mee,
dat zeer rijk is aan potasch en nitraten. Men heefi nu,
om een deel van deze waterzegen, voordat deze in
Egypte komt, voor Soedan te kunnen benutten, bij
Sennaar een 8.2 K.M. lange granietdam opgericht,
die in staat is meer dan 600 millioen kubieke meter
water in een ontzaggelijk stuwmeer te bewaren. Dit
werk is thans bijna vier jaar in gebruik. Maar nu
reeds staat een tiende gedeelte van de vroegere
woestijn met katoen beplant en nieuwe kanalen zul
len spoedig dit stuk tot een der vruchtbaarste gedeel
ten der aarde maken.
Maar dit alles is slechts een begin. Men is weer
bezig een nieuwe stuwdam te ontwerpen, in het
Zuiden van Soedan, bij Gebel Aulia, bij de 8ste breed
tegraad. Dit is de streek van de Sudds, de drijvende
riet eilanden die nog voor kort de schrik van een
vaartuig waren, dat ze niet meer loslieten, als het
zich in hun midden had gewaagd Zelfs aan het Al-
bert-Meer, in de nabijheid van de Nijlbronnen, zullen
stuwdammen worden aangelegd, die over een af
stand van 5000 K.M. den waterstand van vadertje
Nijl zullen regelen. Het grootste van alle waterpro
blemen van het geheele Afrikaansche Oosten is dat
van het Tana-meer. dat, zooals reeds is gezegd, de
blauwe Nijl zijn water verschaft. Zijn oppervlakte is
meer dan 3060 vierkante K.M Zou het gelukken zijn
waterspiegel door een systeem van damwerken om
hoog te brengen, dan zou voor Egypte, maar ook
voor Soedan en Abessiniü een paradijs-tijd der katoen-
beplanting aanbreken; eindelooze woestijnen zouden
voor bet water moeten wijken. Alles wat tot nu toe
is bereikt zou in de schaduw zijn gosteld. Deze we
ken zal het wel worden beslist of Engeland, dat se
dert vele jaren bezig is de concessie tot den bouw
der stuwdam bij de Ataessinische regeering ta be
machtigen. zich eindelijk zal moeten terugtrekken
voor een Amerikaansche maatschappij, die reeds
een voorloopig verdrag heeft. In dit geval zullen de
Amerikanen de werken bouwen en het water aan
Soedan en Egypte verkoopen. Men rekent op een
bouwtijd van zeven jaren. De kosten worden op 2.»
millioen dollar geschat. Daardoor zou ook het le
venselixer van Egypte, voor welks contrale Engeland
zoo lang heeft geijverd, eindelijk geheel aan den in
vloed van de hooge politiek worden onttrokken. En
geland heelt het dan ook niet meer in zijn hand,
Egypte zijn watertoevoer te kunnen onthouden.
Het samenkomen van (le witte en de
blauwe fififl.
Een toekomstbeeld.
Omroep in het jaar 2000 Een blik in de toekomst!
Wat zal het jaar tweeduizend ons niet kunnen brengen'
Want we leven immers in de eeuw van de techniek! De
eene ingenieuze vinding is nog niet uitgedacht, of over
een volgende, wellicht nog grootere vernuftigheid wor
den de eersts berichten gepubliceerd. We staan niet st.ii.
Over de geheele wereld werken duizenden en nog eens
duizenden menschen om de techniek te vervolmaken.
Willen we ons echter wagen aan een blik in de toe
komst, een profetie „hoe het in het jaar 2000, het begia
van het derde duizendtal jaren na Christus, zal zijn" dan
doen we er goed aan eerst eens een blik in het verleden
te werpen om te zien, hoè de verschillende vindingen
zijn ontstaan en elkaar hebben opgevolgd. Zeventig
jaar geleden tijd van petroleumlampen miezerige
pitjes, waartusschen wij. moderne menschen. gewend
aan de zee van licht die onze goede Phillipslampen
zonder weerga plegen te geven, niet zouden kunnen aar
den. Op het gebied van de electriciteit kent men slechts
nog weinig: de telegraaf is het wonder van 1860. Noch
van de telefoon, nooh van de electriciteitsfabrleken, die
wij nu kennen, wist men toen iets af. om van de radio
of de aviatiek nog maar te zwijgen! Het electrische
licht, dat we tegenwoordig in de kleinste woning vinden,
gold toen als een hoogè uitzondering! En kon zoo'n
sterveling uit 1860 eens plotseling bij avond in een groote
stad van thans worden geplaatst, dan zou hij van ver
wondering waarschijnlijk geen woord kunnen uitbren
gen.
Dit alles moet men zich goed voor oogen houden, wan
neer men de technische ontwikkelingsmogelijkheden van
het jaar 2000 wil voorstellen.
Wat is thans het Ideaal van den radiobezitter? Een
ontvangtoestel eenvoudig, zonder storingen en goedkoop!
Een enkele bedieningsknop met een wijzer, die men
langs de golflengten, die staan aangegeven op de half
ronde nummerschijf, kan laten glijden. En elk van die
verdeelstreepjes van de nummerschijf geeft een nieuws
klank en een nieuw beeld uit allo deelen der wereld!
Alles vrij van storingen of Mexicaansche honden, kort
om de volmaakte radio dat is onze wensch'
We stellen ons al voor: Een enkele draai aan de knop
en voor ons zien we het geweldige tooneel van de Groo
te Metropolitan-Opera in New York. We hooren het
stemmen van het machtige orkest en we voelen als za
ten we in een loge. We voelen ons eigenlijk nog behage-
lijker, want nu zitten we inplaats van in een loge, waar
we angstig veel voor zouden moeten betalen, in onze
luie stoel, dicht bij de haard. Op een laag tafeltje staat
het scherm van den televisie-ontvanger de kamer is
donker, alleen gloeit op de schoorsteen, boven de haard
een diep-oranje schemerlampje. Het scherm van den
televisieontvanger straalt een wit licht uit... een lichte
druk op een hefboompje, het draaien aan een condensa-
torknop en aan ons oog zien wij Indische steden, Afri
kaansche oerwouden, Chineesche steppen en Russische
sneeuwwoestijnen voorbijtrekken, terwijl ons oor tege
lijkertijd alle klanken waarneemt, die door deze gebie
den ln werkelijkheid worden voortgebracht. Dat ls het
verlangen van onzen tijd. In principe is de vervulling
van dat verlangen mogelijk. En als de ontwikkeling
in de stormpas van de laatste jaren verder gaat, zal
deze wensch in het jaar 2000 zeer zeker vervuld zijn.
Op dezelfde wijze zullen langzamerhand zender en
ontvanger van ons radiotoestel ontwikkeld worden. Men
zal steeds rekening moeten houden met het feit, dat een
goede ontvangst 6lechts mogelijk is, als de sterkte van
den zender werkelijk boven alle storingen gelegen is.
Daarom zal er natuurlijk naar steeds grootere energieën
worden gestreefd. In den betrekkelijk korten tijd van
1925 tot 1930 is de sterkte van de Europeesche zenders
ruim verhonderdvoudigd! Van 1 tot twee Kilowatt is zij
namelijk gestegen op 200 Kilowatt en meer! Dan is er
al heel weinig prophetisch talent voor noodig om een
vergrooting van de tegenwoordige zend-energie te voor
spellen. Het schijnt nog wel, een fantastisch Idee, een
zendsterkte van 10000 of zelfs van 100000 Kilowatt, maar
even fantastisch was 50 jaar geleden het plan van een
electrische centrale van meerdere 100.000 Kilowatts en
daarvan bezitten wij tegenwoordig toch een 'noemens
waard aantal. De reuzenzender van het jaar 2000 zal de
noodige energie uit het dan zeer zeker tot stand geko
men Europeesch-Afrikaansche hoogspanningsnet putten
en als groot-afnemer zal deze zender de energie tegen
zulk een laag tarief kunnen betrekken, dat de stroom-
kosten ook bij een voortdurende afname van meerdere
10000 Kilowatts, economisch goed te dragen zijn. Bij
zend-energieën van de grootte als hierboven genoemd,
werkt de ruimte tusschen aarde en Heaviside-laag ech
ter niet meer als ruimte, doch slechts als oppervlak.
De verzwakking van het zendveld heeft niet meer, zoo
als bij kleinere zendsterkten, kwadraatsgewijze plaats,
doch slechts evenredig met de eerste macht van den af
stand, hetgeen in de praktijk wil zeggen, dat zulk een
toekomst-reuzenzender op leder punt van den aardbol
goed en met voldoende klanksterkte ontvangen kan wor
den.
En hoe zal zulk een ultrasterke zender op het ont
vangtoestel inwerken? Toen b.v. Königswusterhausen
zijn sterkte op 35 Kilowatt bracht, zei men wel eens
schertsenderwijze in Berlijn, dat men nu den zender met
een laarzenknecht zou kunnen hooren. Inderdaad is het
veld van dezen zender tegenwoordig reeds zoo groot, dat
men in Berlijn met de beste vierlampstoestellen, vooral
bij net-aansluitingen, geen buitenlandsche stations meer
kan onvangen, zoolang Könlgwusterhausen zendt. In
nog grootere mate zal dit versohijnsel optreden bij de
buitengewone sterke toekomst-zenders. Maar reeds nu
Bij de Geisha's in Japan.
In China spelen mannen vrouwen rollen.
door
EEN WEENSCHE WERELDREIZIGSTER.
MIJN reis om de wereld ben ik eigenlijk plot
seling begonnen, zonder dat ik er ooit ern
stig over heb nagedacht. In mijn leven is
altijd alles wonderlijk toegegaan.
Wat heeft men nu eigenlijk noodig voor een reis
om de wereld? Geld natuurlijk het eerste! En als
men nu dit geld niet heeft, zooals het bij mij het ge
val was, moet men het onderweg verdienen. Dan is
de eerste vereischte, dat men veelzijdig is. Met het
schrijven van artikelen alleen komt men er niet, die
brengen niet al te veel op. Doch men kan taallessen
geven, gouvernante worden, in ziekenhuizen werken.
Men moet het even vanzelf sprekend vinden, dat
men hongerlijdt, als in een duur hotel de heerlijkste
hors d'oeuvres oppeuzelt. Men moet gezond zijn en
moed, takt, beleid en smaak bezitten. Men moet
vriendelijk weten te lachen, ook als het humeur er
eigenlijk heelemaal niet naar staat. En als de men
schen willen overbluft zijn, moet men ze daarin
eenigszins tegemoet komen. Tweeërlei is daarom ab
soluut niet noodzakelijk en wel men behoeft van nie
mand te leenen en zich niet het geringste te ont
zeggen.
„Moeilijkheden overwinnen", luidt het recept, dat
het beroep van den journalist zoo intressant en aan
lokkelijk maakt En dit recept uit te schrijven, leert
men mettertijd.
In Indië moest ik natuurlijk het hofleven van een
Maharadja leerea kennen, in Japan de gast van een
Geishahuis geweest zijn, in China den greotsten too-
neelspeler Mei Lan Fang interviewen.
Ik werkte in Shanghai in het laboratorium van
een groot ziekenhuis. Op zekeren dag bracht een Chi
neesche vrouw mij een eageerbuisje, dat in kran
tenpapier was gewikkeld, en waarop een Indische
vorst was afgebeeld. Ik schreef hem direct het vol
gende: dat ik een journaliste was en onmogelijk In
dië kon bezoeken, zonder door een Maharadja te
worden ontvangen. Ik kreeg een uit.noodiging, woonde
14 dagen in een eerste rangs hotel, kreeg een auto
tot mijn beschikking, mocht mee op een tijger-jacht,
ontbeet op het slot, waar ik voor het eerst op In
dische wijze de spijzen met de hand zonder vork
of stokie naar den mond bracht en vreeselijk onhan
dig deed Ik werd ook uitgenoodigd op de thee bij
den Maharadja en zijn clrie vrouwen.
Bij een Mahaiailja op bezoek.
Op den dag van mijn aankomst in Calcutta vond de
bruiloft van den zoon van den Maharadja van Ta-
gore plaats. Toen ik 's avonds met verlangende oogen
voor het feeëriek verlichte paleis stond, werd ik
plotseling met de menigte in de poort gedrongen.
Toen de paleisheer mij de hand drukte, vertelde ik
hem, dat ik geen uitnoodiging had ontvangen en hoe
ik naar binnen was gekomen. Ilij was uiterst vrien
delijk en ik mocht daar blijven.
In Japan wilde ik de keizerskroning bijwonen. Een
pers-kaart had ik niet, bij mij. Wat te doen? Ik be
vond mij op de Korea Mapoc", een van de laatste
Japansche schepen, die vóór de keizerskroning in Ja
pan landde. Aan boord waren veel invloedrijke Ja
panners, die mij de schitterendste aanbevelingen b.y.
aan den burgemeester en den commisaris van politie
in Lyoto gaven. Met deze aanbevelingen was de weg
in Japan voor mij gebaand. Tk zag de keizerskroning
e« mocht later het paleis bezoeken, heb den feest-,
'skiet in den keizerlijken tuin gadegeslagen-enz. En
hoe had ik mij de sympathie van de Japanners aan
boord verschaft? De Japanners dansen graag, maar
de Europeesche dansen zijn hun grootendeels vreemd.
Ik leerde hen derhalve de kunst van Terpsichore. Zij
vonden dit zoo mooi, evenals de enkele woorden Ja-
pansch die ik op de reis had geleerd en die waar
schijnlijk heel grappig uit mijn mond klonken. Daover-
tocht behoort tot een van de amusantsten en interes-
santsten, die ik ooit heb meegemaakt.
kennen wij zij het dan ook slechts theoretisch de
middelen om deze „embarras de richesse" te ontzenuwen
Deze middelen zullen in den loop van de eerstvolgende
tientallen van jaren reeds een drukke toepassing vin
den.
Een goed metalen pantser voor den geheelen ontvan
ger en binnen dit pantser nog extra-pantsers om spoe
len, lampen en eventueel om condensatoren, zoodat geen
ongewenschte energie in den ontvanger kan doordringen
zal dan worden aangebracht. Tegenwoordig nu wij
aan de veilige cabine's van het metalen verkeersvlieg
tuig gewend zijn, lachen wij reeds om de waaghalzige
bamboeconstructies, waarin de vliegeniers 20 jaar gele
den hun eerste proeven van aviatiek aflegden. Even
hard zullen onze kleinkinderen en diens spruiten weer
lachen om onze tegenwoordige ontvangers, waarvan de
gevoelige deelen geheel en al zijn blootgesteld aan iedere
willekeurige aethertrilling. Afgeschermde raam-antenne's
van verstelbare grooite, geven ons dan gelegenheid
slechts een zeer bepaalde hoeveelheid energie in het ont
vangtoestel toe te laten.
Tenslotte moet het e'.ectiviteit van den ontvanger zoo
groot zijn, dat de sterke zendervelden dichtbijkomende
golflengten niet overvleugelden en de ontvangst daar
van storen en verhinderen. Juist op dit gebied moet nog
veel gewerkt worden en ligt nog een groot terrein braak
voor eventueele uitvinders! De theorie biedt hier ver
schillende mogelijkheden, waarvan wij slechts willen
noemen de gedurenden de wereldoorlog ten gebruike bij
de telegrafie uitgewerkte dubbele trillingskring. Deze
bestaat uit twee parallel geschakelde, ten opzichte van
de op de van golflengten een klein welnigje verschoven
trillingkringen. De resonantie-kromme van deze dubbele
trillingskring is buitengewoon stijl en maakt dus een
verhoogde selectiviteit mogelijk. Over het algemeen zal
men, wanneer men de uitvindingen der laatste jaren op
het gebied van trillingsteohniek en radio nagaat (vooral
gedurende de laatste jaren van den wereldoorlog) een
groot aantal ideeën kunnen ontdekken, die voor den
Omroep der toekomst nog zeer vruchtbaar kunnen wor
den, mits zij op de juiste wijze worden uitgewerkt.
Met zulke plaatsvaste reuzenzenders en ontvangtoe
stellen zou een Omroep, a'.s hierboven omschreven, zeer
zeker mogelijk zijn. Maar de luisteraar en toeschouwer
(denk aan de televisie!) van het jaar 2000 wil niet alleen
uitzendingen uit een zendstudio of de een of andere be
perkte ruimte hebben, maar ook hoog-actueele oogen-
bliksreportage vanuit alle deelen der wereld, waar iets
bijzonders voorvalt. De vervulling van deze wensch ver-
eischt een de geheele wereld omspannend net, een aantal
factorijen met duizende agenten, die uitgerust met een
keur van de krachtigste kortegolfzenders voor klank
en beeld, overal te vinden zijn, waar juist een actueels
gebeurtenis plaats vindt en die hun berichten a tempo
aan het dichtstbijzijnde reuzenstation doorgeven waar
zij verder doorgezonden worden.
Berichten! Dat wil zeggen, alles wat de photografisohe
lenzen van den photoreporter weten vast te leggen, alles
wat de microfoon vermag op te nemen!
Zoo blijft slechts de vraag te beantwoorden of een
dergelijke enorme organisatie, als een wereldorganisatie
van klankbeeld-reportage verlangt, technisch en econo
misch mogelijk is. Technisch in den loop van de eerst
volgende 70 jaar zonder twijfel. Want na de enorme
vooruitgang van de gerichte kortegolfomroep gedurende
de laatste 10 jaar, staat het vast, dat deze nieuwe ver
keersmogelijkheid in den loop van een menschenleeftijd
De Geisha's.
In Kyoto moet men de beroemde Geisha-huizen heb
ben gezien, die de beroemdste van heel het land zijn.
Europeanen, die mij misschien hadden mee kunnen
nemen, leende ik niet. Als dame alleen was het on-
mogelijk binnen te komen en toen ik mijn wenscli
bij mijn Japansche kennissen uitte, kreeg ik ten ant
woord het bekende niets-zeggende, vaak ook alles
zeggende, maar steeds hoffelijke Japansche lachje.
Een van mijn beste vrienden was een hoog begaafd
Japansch architect. Dien liep ik op zekeren dag,
toen hij met twee vrienden het Geisha-lcwartier be-
bezocht, in ae armen.
En toen zij een Geisha-huis wilden binnen
gaan, stond ik ook reeds in de deur. Zij deden na
tuurlijk uiterst verrast, rnaar bleven correct en hof
felijk, vooral toen zij bemerkten, dat ik in een oogen-
hlik de sympathie van de schoone Geisha's had ver
worven, die mij met groote verwondering aanstaar
den, betasten, complimenten maakten en alles yoor
mij neerzetten. Behagelijk dronk ik de keurig geser
veerde warme Japansche drank de Saki De visch-
darmen, die een groote delicatesse moeten zijn, liet
ik echter onaangeroerd staan.
Het Chineesche tooneel.
In Peking waar ik was gekomen om kennis te ma
ken met de kunst van den grooten Mei Lan Fang,
die op het tooneel met onweerstaanbare gracie vrou
wenrollen vervulde, besloot ik hem in zijn kleedka
mer op te zoeken. Ik kende geen woord Chineesch,
ik wist slechts wat vriend was en dat „Maski" dat
geeft niets wil zeggen. liet was moeilijk naar de
kleedkamer te komen, maar iedereen, die mij wilde
tegenhouden, zei ik mijn Maski Mei Lan Fang
mijn vriend (ik ben nu het Chineesch woord al
weer vergeten). En dat deed wonderen. Ik kwam ein
delijk terecht in de kleedkamer, als men deze ake
lige ruimte met dezen vveidschen naam wil aandui
den Mei Lang Fang was afgeschminkt, maar nog in
een prinsessemgewaad gekleed en hij riep met een
zwaren mannenstem iets naar een bediende, zoo, dat
de wanden ervan trilden. En nog voor weinige mi
nuten had ik hem met de liefelijkste meisjesstem
die men zich kan denken, een lied hooren zingen.
(Nadruk verboden.)
Namens de Voorloopige Directie van den Wierin
germeerpolder, werd door den architect den heer
Chr. Dekker alhier. Woensdagmiddag om 2 uur in
„Cérès" aanbesteed het bouwen van 4 landbouwschu
ren, die als barakken zijn ingericht in den Wierin
germeerpolder.
De volgende biljetten waren ingeleverd:
Koppen en Zonen, Alkmaar, perc. 1 f51.000, perc. II
f52.000, in massa f102 500; C. M. v. Latum, Alkmaar,
;ierc. I f38500, perc. II f39500, in massa f78.000; H. J.
Tienkamp, Haarlem, perc. I f38.307 perc II f39.457,
'.n massa f77764; Sytske Wolkema, perc. I f36880, perc.
I f38350, in massa f75230; W. Couperus, perc. 1
f36520, perc II f378S9. in massa f74.420; Van der Wal,
Geyald, perc I f33.700, perc. II f37.700. in massa
f74.300, W. Uiterdijk. Akkrum, perc. I f35820, perc. II
f 3G920, in massa f72740; Bos en Beetstra's Bouwbe
drijf. Sneek, perc. I f35560, perc. II f39600, in massa
f710CO; Geusebroek en Boekei, Medemblik, perc. I
f34800, perc. II f35300, in massa f70100; Jn. Klein,
Wieringen, perc. I f35400, in massa f70100; C. Blaau-
boer, Schagen, perc. I f29780, perc. II f29780, in massa
f59560 (laagste inschrijver); Jn. Moeijes, Obdam, perc.
II f34750; S. Geer, Andijk, perc. II f31750.
De gunning is nog niet bekend.
geheel volmaakt zal zijn geworden. Maar economisch?
Om deze vraag te kunnen beantwoorden, behoeft men
slechts de ontwikkelingsgang van de groote telegram-
bureaux de reportageagenturen bij uitnemendheid, ge
durende de laatste 70 jaar te bestudeeren.
Het is juist 70 jaar geleden, dat Reuter, op raad van
Werner Siemens, het besluit nam. de postduivenover-
brenging van berichten op te geven en zich voortaan
voor de overbrenging vai zijn actueele telegrammen te
bedienen van de moderne telegraaf, weliswaar in het
stadium, waarin deze zich toen bevond. En zoo als het
altijd gaat met nieuwe verlteersmogelijkheden als tele
foon, morsetelegraaf, beursklokken, enz. werd ook do
telegraaf binnen korten tijd door alle andere reportage
ondernemingen gebruikt. Reuter breidde zijn onderne
ming, met als basis de telegraaf, aanzienlijk uit en Ha-
vas, Wolf en anderen volgden onmiddellijk zijn voor
beeld. De uitvinding van de fotografische platen was
de onmiddellijke aanleiding tot de foto-reportage en do
uitvinding van de beeldtelegrafie bracht deze reportage
in het snelverkeer over.
De veranderingen op optisch en acoustisch gebied zul
len ook deze reportage-organisaties volkomen wijzigen.
Het is mogelijk en zelfs waarschijnlijk, dat de beste af
nemers in het jaar 2000 niet meer de redacties der dag
bladen, maar de reuzenzenders, die overal ter wereld
gebouwd zijn, zullen zijn. Zelfs is het zeer goed denkbaar
dat de gedrukte en van foto's voorziene courant van on
zen tijd in 2000 door den Omroep in woord en beeld sterk
op den achtergrond zullen worden gedrongen, Van ver
dringen zal waarschijnlijk geen sprake zijn, daar geen
mensch, vooral ln den toekomstigen gejaagden tijd, het
geheele radiojournaal kan gaan volgen, om de voor hen»
belangrijke berichten daaruit te ziften, hetgeen men met
een courant wèl kan doen. Slaan wij Bellamy's „Terug
blik uit het jaar 2000" op, dan vinden wij in dit toch
reeds bijna 50 jaar oude boek voorspellingen, die in den
tijd, waarin zij geschreven werden, volkomen utopisch,
en fantastisch hebben geschenen; na hetgeen wij echter
reeds hebben leeren kennnen op het gebied van radio-
omroep- en televisietechniek, schijnen de gedachten van
dezen Amerikaanschen phantast heel goed mogelijk te
zijn en als de verdere ontwikkelingsgang hem op de-
zalfde wijze gelijk mag geven, zullen wij in het jaar 2000
een wereldomroep in woord en beeld bezitten, als hier
boven in korte trekken is weergegeven.
(Nadruk verboden).
Een radiostation voor de dranksmokkelaars.
Door middel van metingen heeft de Amerikaansche
politie dezer dagen kunnen vaststellen, dat er een onbe
kend station in de aether was, dat vermoedens opwekt9
in verbinding met de „blootleggers", de dranksmokke
laars te staan. Den volgenden dag slaagde men erin
vast te stellen, waar deze zender zich bevond, namelijk
te Forest Hill (Newark), van waaruit met de schepen
op zee bijzonderheden werden gewisseld.
Twee solide stalen deuren sloten het huls af. Terwijl
de politie de handen vol had met het openbreken ervan,
namen de bandieten kalm de gelegenhmeld waar de sche
pen te waarschuwen en ze aan te raden van koers te
veranderen, daar de politie het station binnen drong.
Daarna werden de beide .employe's" door de politie ge
arresteerd. De zender is een van de beste types, die men
kent.