Het Oude Huis. ftlHG pepermunt Uit onze omgeving. dacht van diefstal, gepleegd op 31 December, van een portem-*»uaié, waarin f 25 In hard geld, benevens een rijwielbelastingmerk, een en ander het eigendom van zijn broeder Klaas, te Anna Paulowna woonachtig. Verdachte bevond zich tijdens het piegen van het feit ten zijnen woonhuize en zocht daar werk. Doch al zoekende kreeg hij heimwee en verschafte hij zich op de bovenomschreven minder oorbare manier contan ten, om den reis naar huls weer te kunnen aanvaar den. Onderweg werd hij echter gearresteerd en In verze kerde bewaring gesteld. De benadeelde broeder had inmiddels het gestolene, op f 5 na, weer terug ont vangen, Hij is bereid zijn afgedwaalden broeder weer In liefde op te nemen. Het reclasseerlngsrapport bleek ongunstig te zijn. De Officier was evenmin optimis tisch en voor een voorw. veroordeeling gunstig ge stemd. Eisch derhalve 4 maanden gevangenisstraf. Mr. Wynne, verdediger van verdachte, gevoelde wel iets voor een voorw. straf en nog veel meer voor aftrek van preventief. Pleiter verzocht dus den politierechter een en ander in overweging te willen nemen. De Officier brak nog een krachtige lans voor den reclasseeringsambtenaar, wiens rapport door verdedi ger was aangevallen. Vonnis ten slotte 3 maanden onvoorwaardelijke ge vangenisstraf. Verdachte nam genoegen met deze uitspraak. WEIGERACHTIG HET ERF TE VERLATEN VAN EEN SCHULDENAAR De heeren Jan D., 'n 34-jarig brandstoffenhandelaar en Fred St., oud 23 jaar en kruidenier, beiden wonende te Harenkarspel, stonden terecht wegens het feit, dat zij op 20 Januari zich niet op de eerste vordering hadden verwijderd van het erf in gebruik bij den heer J. Meester. Het scheen, dat beiden voor geleverde waren geld hadden te vorderen en vielen zij hem daar over niet aleen herhaaldelijk lastig, doch weigerden zijn erf te verlaten. De heer Meester bevond zich aanvan kelijk bij een buurman, alwaar verdachten hem op zochten om hem tot betaling te animeeren. Toen dat uitbleef, volgden zij Meester tot aan zijn woning en op zijn erf. Zekere heer P. Smit, logé van den gedu peerden getuige, had het geheele incident bijgewoond. Volgens den heer St. zou Meester hem hebben uitge- noodigd bij hem te komen, aangezien hij wenschte te betalen, wat ontkend werd. Wel had Meester gezegd: Kom morgen, dan zal ik je betalen. De sympathie van den Officier was meer aan de zijde van verdachten dan aan die van Meester, die klaarblijkelijk de verdachten financieel er ln had laten vliegen. Die houding was schandalig, meende de Offi cier. Tenslotte vroeg de Officier voor St vrijspraak en tegen D. met tegenzin f 0.50 boete of 1 dag. Vonnis conform eisch. DE VOORDEUR VAN DE KOSTJUFFROUW INGETRAPT. De 51-jarige koopman Pieter H. te Alkmaar, ver scheen op de verdachtenbank naar aanleiding van het feit, dat hij op 8 Januari de voordeur van het door Trijntje Ruiter, een gescheiden 50-jarige vrouw, be woonde perceel had ingetrapt. De verdachte had ge durende eenlgen tijd met haar samengewoond en eenig kostgeld betaald. In den avond van 7 Januari had ver dachte gepoogd de woning binnen te dringen; hij ver keerde in kennelijken staat en werd door een agent van politie verwijderd en in arrest gesteld. Den volgen den avond verscheen H. opnieuw met het hierboven vermelde resultaat. Gevorderd werd f 20 boete of 20 dagen. Vonnis f 15 boete of 15 dagen. GLASRUIT INGEMEPT. De 24-jarige bakker Jac. Joh. van D. te Den Helder had op 8 Januari in een vernielzuchtige bevlieging in het bekende „Kegelhuis" aldaar een glasruit vernield. De bakker, kennelijk opgewonden, in gezelschap van eenige andere luidruchtige vrienden, had bier gecom mandeerd, wat hen niet werd verstrekt. Koffie belief den de heeren niet, waarop een hunner uit de inrich ting werd verwijderd. Hierna had bovenaangeduide vernieling plaats. De schade bedroeg f 3.50. Volgens verdachte had hij geen bier, maar koffie besteld. Ook had hij de ruit niet ingeslagen, maar was dit feit door een kameraad gepleegd. Deze heer heette Magendans en was matroos-vliegtuigmaker. Eisch f 25 boete of 25 dagen. Vonnis conform requisitoir. ONVOEGZAME WOORDEN UITGEBALKT. De niet ter zitting aanwezige heer Cornelis L., te Heerhugowaard, had op Maandag 19 Januari den ar beider Marinus Grijs uit St. Pancras, zonder eenige aanleiding uitgescholden voor huichelaar en nog veel erger. De gekrenkte heer Grijs diende een klacht in bij den burgemeester van Heerhugowaard. De beleedig- de was voorheen in den kost bij L. en vertrokken, om dat hij niet tevreden was over de behandeling van zijn garderobe. Dit was misschien de oorzaak van 's heeren L.'s toorn. Eisch en vonnis f 10 boete of 10 dagen. De scheikundige analyseert, —het publiek proeft de aparte kwaliteit van FEUILLETON Naar het Hongaarsch van CECILE TOR MAY door J. W. JORISSEN 8. Demoiselle Uhvlng... Laat eens zien, hoe men moet ©uigen. Maar dat kan ik nog niet... Anna zei het heel zacht en had een gevoel, alsof haar voeten aan den vloer vast zaten. Slechts langzaam, op de punten van haar voeten, kwam zij vooruit. Zij hield haar hoofd op zij, zoodat haar krullen op haar schouder vielen. Haar cachemire-rokje hield zij met belde handen vast In de stilte klonk de üfakende stem van Sztaviarszky: Een... twee... compliment. Jan Hubert zat onderwijl plechtig op een hoogen, on- gemakkolljken stoel en, tegen zijn gewoonte in, leunde hij geen enkelen keer achterover. Het kwam Anna voor, dat hij tevreden knikte. Iedereen knikte. Wat waren al len toch goed voor haar... en zij stond op het punt om naai- Bertha Bajmóczy te gaan. Maar de Pool wenkte. De les ging verder. In .de week ging het met het leeren op school slecht Christoffel kreeg twee keer strafwerk. De Zondagen gingen voorbij... in den kouden, onge- zelligen salon van het opvoedingsinstituut Geramb, wa ren de kinderen al begonnen de gavotte te leeren. Het liep tegen het einde van de les. De kromme vet kaarsen boven op de kast waren haast opgebrand. Szta- viaszky bromde in het Poolsch. Bertha Bajmóczy liep heen en weer en struikelde over haar eigen beenen. Op eens begon zij te schreien. De jonge baronessen Szepesy vlogen naar hadr toe; Martha Illey stond in het midden van de kamer uitgelaten te lachen; Anna moest ook lachen. De jongens lachten ook. Mes enfants... Silence! De stem van mevrouw Ge ramb was mat en haar gezicht stond heel boos. Het werd rustig. Bertha* veegde boos haar oogen af. Haar blik viel op Anna. 3,nds die hier Is, is alles verkeerd gegaan. C:;»i!vnce J ">pesy knikte en trok haar spits neusje WINKEL Zaterdagavond 21 Februari Jl. vergaderde de afdee- Ung Winkel van den Bond voor Staatspensioen bij den heer W. Fijnheer te Lutjewinkel. Tegenwoordig 18 leden. De Voorzitter zegt in zijn openingswoord, dat onge veer acht jaar geleden ook een vergadering te Lutjo- winkel werd gehouden, doch deze was toen zeer slecht bezocht. Deze opkomst in weerwil van vele ziekte gevallen, verheugt spreker en heet allen welkom. De secretaris leest de notulen der vorige vergadering, welke met een woord van dank worden goedgekeurd. Ingekomen is: een schrijven van den Secretaris der Federatie om voorstellen voor de algemeene vergadering in te zen den aan de Federatie. Voorstellen in dien geest zijn er niet. een brief van M. Geevers te Winkel, houdende de vraag, waarom hij in 1930 niet meer als bode voor het innen van contributie mocht optreden. In 1929 heeft hij dit gedaan en toen nog 52 nieuwe leden geworven; van het niet naar behooren vervullen van zijn taak kan z.1. geen sprake zijn. De Voorzitter meent dat de penningmeester daarop het antwoord het beste kan geven. De heer Hoogland (penningmeester) zegt te meenen, dat Geevers lid geworden was en hier zelf had kunnen zijn. De Voorzitter deelt mede, dat indertijd Slooves en Blaauboer bode zijn geweest, doch toen de kosten te hoog werden, is omgezien naar een goedkooper kracht, en zoo is Geevers gevraagd. De heer Hoogland zegt dat de bode eerste f 10 had. Zeeman wilde het doen voor f 7.50, doch liet het doen door een ander, dat ging ook niet meer en toen heeft spreker Geevers gevraagd voor f 10 en 10 cent per aan te brengen lid. De afwikkeling der contributie ls echter zoo geweest, dat spreker zoo niet meer wilde en heeft toen Jan Koorn gevraagd, weer voor f 10. Om trent Geevers, zegt spreker, heeft de voorzitter opge merkt, is dat wel solide, en spreker had zich toen persoonlijk aansprakelijk gesteld voor het geld. 't Is ten slotte goed afgekomen, doch voor een tweede keer wenschte spreker dit niet meer te doen. De Voorzitter ontkent ten stelligste de vraag te heb ben gesteld of Geevers wel solide is, integendeel, acht hem oprecht en betrouwbaar en vraagt of een der an dere bestuursleden zich daar iets van herinnert Het bestuur is maar ten deele aanwezig en de heer Hartog merkt op. toen nog geen bestuurslid te zijn, en het niet te weten. De heer P. Beers Cz. vraagt of de penningmeester daar alleen over had te beslissen, het behoorde toch een bestuurszaak te zijn. De heer Hoogland zegt het niet meer aan te durven, bovendien vroeg Geevers later 10 en dat was te veel. Koorn doet het voor f 10. De heer Beers meent, dat het bestuur wel weg kan en Hoogland alleen de zaak laten regelen. Als de af dracht van Geevers niet goed ging, had het bestuur maatregelen kunnen treffen. Deze brief was dan niet noodig geweest en 't is krenkend voor Geevers. De Voorzitter meent ook, dat de penningmeester bij het bestuur had moeten komen. De discussie wordt gestaakt en aangehouden tot de rondvraag. De heer Beers merkt op, dat deze handeling voor andere leden aanleiding is geweest om te bedanken. De heer Hoogland stelt thans de vraag aan den Voorzitter wat de reden kan zijn, dat hij hem als be stuurslid miskent. Een geschil van de laatste uitvoe ring was bijgelegd en toch gevoelt spreker zich mis kent, niettegenstaande hij veel voor de zaak doet. De Voorzitter zegt spreker niet te miskennen, doch meent dezelfde vraag aan den heer Hoogland te moeten stellen, omdat na een afspraak om samen „Ons Genoe gen" uit te noodigen, Hoogland niet verscheen en ook later niet kwam om eenige mededeeling te doen. Spre ker heeft het toen alleen gedaan. Op bestuursbeslissln- gen was Hoogland vooruitgeloopen, door de zaal waar de uitvoering zou plaats hebben, reeds voor een ander in uitzicht te stellen, terwijl besloten was dat beide kasteleins zouden loten. De heer Hoogland zegt verhinderd te zijn geweest. De heer Laan deelt mede, dat Hoogland er bij hem over gesproken heeft; absolute toezegging was hem niet gedaan. De Voorzitter acht het klappen uit bestuursvergade ringen niet op z'n plaats, welke opmerking den heer Hoogland aanleiding geeft tot de opmerking, dat de Voorzitter zich evenmin houdt aan de beschikkingen van het bestuur, o.a. zou de Voorzitter bij het bloemen corso met ouden van dagen rijden, en reed met jonge meisjes, terwijl de kas f 7.50 betaalde. De heer Beers merkt nog op, dat er in het bestuur één ls die de lakens uitdeelt en de anderen hebben er niets te zeggen. De discussie wordt gesloten. Voortgaande met de agenda wordt door. den Voorzitter verslag uitgebracht van de laatste algemeene vergade ring, waar hij als afgevaardigde is tegenwoordig ge weest, welk verslag dankbaar wordt aanvaard. op. Maar dat zag Anna niet. Verwonderd zag zij naar haar vader. Deze stond naast Sophie Lang tegen den hoogen, witten deurvleugel geleund. Zijn eene hand hield hij in de opening van zijn gestreken vest, met zijn andere hand streek hij, onder het spreken door, zijn dicht blond haar glad, dat met een sierlijke krul op zijn voorhoofd hing. Hij lachte. Anna had tot nu toe er nog nooit erg in gehad, dat haar vader nog jong was. De dansles was uit. Toen Anna de slecht verlichte trap afging, hoorde zij achter zich spreken. De wentel trap draaide juist. Die van boven kwamen konden haar niet zien. Haar grootvader was een gewone timmermans knecht, zei Clemence Szepsey. Per exemple, wat is dat, een timmermansknecht? Wel zoo een, klonk het weer van boven als die het vorige jaar bij ons, aan de zolderbalken heeft gewerkt Maar zulk volk hoort toch werkelijk niet onder adellijke families... Dit was de stem van Bertha. Anna begreep in het eerste oogenblik niet, over wlen zij spraken... eerst later. Durfden zij zoo van haar groot vader spreken? Van bouwmeester Ulwing? Die op de eerste bank in de kerk zat, voor wien zelfs de heeren van den raad den hoed afnamen... Plotseling ke,erde zij zich om. De van boven komen den stonden tegenover haar. Op eens drongen allen naar het ijzeren hek. Anna keek ze strak aan, toen werd haar blik angstig en treurig. Zij had iets opgemerkt, dat lee- lijk en gevaarlijk was, wat zij, die van haar hielden, voor haar hadden verzwegen. Voor den eersten keer in haar kleine leven, kwam zij in aanraking met de boosheid der menschen; tot dusverre had zij altijd gemeend, dat iedereen goed was. En in haar ziel begon iets terug te wijken, iets, wat tot nu toe, zonder onderscheid, met open armen tot de menschen was gegaan. Onder het naar huis rijden zat zij, zonder een woord te spreken, in het rijtuig. Haar vader sprak over de fa milie Jajmóczy. Ook nu weer sprak hij dien naam met nadruk en met achting uit. Bijna boos zag Anna hem aan. Doch slechts een oogenblik deed het haar pijn, dat haar vader en ook Christoffel zoo tevreden waren. Zij beet zich op de tanden. Zij zou hun toch niet kunnen zeggen, wat zij op de trap gehoord had. Bij zich zelf dacht zij, dat het beter was, medelijden met hen te heb ben en met deze daad van barmhartigheid, die zoo spontaan was opgekomen in de ziel van het kleine vrouwtje, nam zij voor het eerst op haar onontwikkelde schouders den levenden last van het zwijgen, waarvan menschen rust en geluk afhangen. Rekening 1930. De commissie van onderzoek niet tegenwoordig. De door het bestuur genoemde le den dier commissie hebben de rekening niet kunnen nazien; de penningmeester heeft toen andere leden gevraagd. Na eenige discussie tusschen voorzitter en penningmeester wordt daarmede genoegen genomen. De rekening wordt vastgesteld: in ontvangst op f 367.82, in uitgaaf op f 277.12. Batig saldo f 90.70. Bestuursverkiezing. Periodieke aftreding P. Hoog land en M. Lont, beiden herkiesbaar Bij eerste stemming wordt Hoogland met 16 stem men van de 18 herkozen en bij volgende stemmingen wordt gekozen in de plaats van den heer Lont de heer W. van Bruinisse met 10 stemmen van de 18, de heer Lont 6 stemmen en 2 onwaarde. Vacature-L. Haven. Bij eerste stemming wordt ge kozen de heer A. de Ridder met 10 stemmen: D. Otsen 4 stemmen, W. Fijnheer, P. Beers en P Hoek elk 1 stem, 1 van onwaarde. De aanwezigen nemen hun benoeming aan. De heer Lont, die niet herkozen is, wordt bedankt voor datgene, dat hij voor de afdeellng heeft gedaan. Propaganda-avond in Maart. De Voorzitter deelt mede, dat het de bedoeling is een propaganda-avond te houden in Maart, waarvan de opbrengst wordt be stemd voor de tocht met de ouden van dagen. Gaarne zou het bestuur zien. dat de opbrengst van dien aard was, dat dan geen lij^t behoeft te worden gepresen teerd, doch dit moet worden afgewacht. Was het tot nu toe gebruikelijk om alleen met de rentetrekkers op reis te gaan, die jaar zou het bestuur dit villen uitbrei den tot alle 65-iarigen, ook geen rentetrekkers, waar toe van verschillende kanten de wenschelijkheid was te kennen gegevèn. Uitvoerig wordt nog gesproken over het trekken van een welstandsgrcns. doch besloten wordt alle 65-jarigen in de geleger.hfiid te stellen mede te gaan, en zij die daarvan gebruik willen maken kunnen zich aanmelden. De uitvoering zal omstreeks hnlf Maart plaats hebben Door vroegere leden van de Rederijkerskamer „Ons Genoegen zal dan worden "opgevoerd ..De Gebroeders Calkocn". Teneinde bezoek uit Lutjewinkel en de Weere te bevorderen zal dien avond een bus rijden. Het ver voer zal kosteloos geschieden. Gedurende de discussie wordt de vraag gesteld op de entrée voor leden en niet-leden verschalend zal zijn Waar echter deze avond een geheel bijzondere is. zal niemand vrij zijn en de contributie voor allen gelijk. Benoeming afgevaardigde naaf de algemeene verga dering. De heer Hoogland zegt niet veel voor het zenden van een afgevaardigde te gevoelen: gewoonlijk is het om te stemmen en maar weinigen zeggen er iets. De Voorzitter zegt dat het Hoofdbestuur het op prijs stelt en door subsidieering in de hand werkt; stemmen kan aJ een be'angrijke zaak zijn, en van kanting tegen het H.-B. dit komt gewoonlijk van één bepaalde kant. De heer Hoogland is dit niet met den Voorzitter eens. Spr. heeft daar ook wel eens een vraag gesteld over grieven, die hij had tegen het honorarium van de spre kers. Besloten wordt een afgevaardigde te zenden, en als zoodanig wordt met 11 stemmen benoemd de heer A. de Ridder, de heeren Hoogland 2 en Romar 5 stemmen. Rondvraag. De heer J. Krab komt terug op het kloppen uit de bestuursvergadering, en keurt het af. dat de Voorzitter zich niet aan die beslissingen houdt. De heer Beers vraagt een beslissing op den brief van Geevers, en ontlokt daarmede een discussio als in den aanvang der vergadering. De heer De Ridder stelt daarop voor dit schrijven voor kennisgeving aan te nemen. Een zoodanig besluit zal de partijen niet bevredigen, doch waar het gaat over een geschil tusschen Hoogland en Geevers, moet deze vergadering zich daarbuiten houden. Spreker wil nog iets zeggen. Het begin van de ver gadering was niet erg mooi, er waren grieven. Hoogland had ze tegen den Voorzitter, en de Voorzitter contra Hoogland, en goed bekeken hebben beiden schuld, maar ook het geheele bestuur heeft schuld, er ontbrak één heid, leder ging zijn eigen weg, en gevolg daarvan, han delingen welke men elkander nu verwijt. En nu het op merkelijke geval, Hoogland moet aftreden, is die nu zoo onbruikbaar, dan is nu de gelegenheid er af te komen, en wat gebeurt? Hoogland met op 2 na algemeene stem men herkozen. Men acht hem blijkbaar nog niet zoo verkeerd. Straks dus zitten Voorzitter en Hoogland en de andere bestuursleden aan dezelfde tafel en voor vruchtdragend werk is het de beste oplossihg, met al dat verwijten op te houden van nu af, wat er geweest is, is voorbij en we slaan de handen in één voor één groot belang, voor staatspensioen. Over wat is geweest, niet meer praten en niet mokken, doch krachtig samenwer ken. Dit voorstel wordt krachtig gesteund en aangenomen. De heer Hoek sluit zioh daarbij aan met den wensch dat het bestuur in goede harmonie zal samenwerken. De Voorzitter zegt zich bij de beslissing te zullen neer leggen en niet meer over de zaak te zullen spreken, hoe wel het hem een grief is, en sluit daarna met een woord van dank voor de opkomst de vergadering. De kiezerslijst 1931-1932 is op 23 Februari jl. door Burgemeester en Wethouders vastgesteld, met een getal van 1028 kiezers voor de Tweede Kamer der Staten-Generaal, 1000 voor de Provinciale Staten en 923 voor den Gemeenteraad VL Het was weer Zondag, Christoffel was alleen met zijn vader naar het opvoedingsinstituut Geramb gagaan. Ik zou graag thuisblijven, had Anna met een schuchter stemmetje gezegd en daarbij zoo smeekend gekeken, dat men haar met rust gelaten had. 's Middags op het gewone uur klonk de bel in de poort Oom Sebastlaan stond tusschen de twee beelden. Anna liep hem tegemoet. De bouwmeester knikte hem van zijn schrijftafel af toe, Ga zitten onderwijl schreef hij in een in linnen band gebonden boek, dicht onder elkaar, kleine getal len. Hij legde eerst de pen neer, toen NettI, op een blad de koffie binnenbracht. In het kaarslicht steeg de damp uit de melkkan geel naar boven. De geur van de koffie verspreidde zich door de kamer. De beide mannen be gonnen over den ouden tijd te praten. Toen was het beter, mompelde oom Sebastiaan aan het einde van lederen zin, zonder dat hij, ook maar een enkelen keer, zijn bewering motiveerde. Onderhands brak hij groote stukken witbrood in zijn koffie. De kruimels verzamelde hij in zijn hand en stak ze in den zak van zijn vest, voor de vogels. Het viel Anna op, dat grootvader met oom Sebastiaan niet zoo sprak als met groote menschen, maar meer zoo als met haar en met Christoffel, In het begin was hij toegevend, later werd hij ongeduldig. Was het dan toen beter? en hij begon te vertellen van een zeker adellijk heer, die een zijner lijfeigenen half dood had geranseld, omdat deze zich vermeten had, onder de vensters van het kasteel, bloemen te plukken voor zijn bruid. Het was een mooi meisje en toen de heer haar gezien had, liet hij zijn lijfeigene, voor zijn geheele leven in lijven bij de grenadiers. Tegenwoordig gaan de adellijke heeren zelf in den oorlog en verdeelen hunne landerijen met hun vroegere lijfeigenen. Versta je Sebastiaan? Zonder dwang, geheel uit vrijen wil. Zijn wij ook van adel? vroeg Anna van uit den hoek van den divan. De twee oude menschen zagen elkander aan. Zij be gonnen hartelijk te lachen. De bouwmeester stond op en haalde uit zijn schrijftafel een versleten boekje voor den dag. Op den omslag hield een tweehoofdige adelaar het Hongaarsche wapen tusschen zijn klauwen. Dit is mijn adelbrief. Noch mij zelf, noch een ander heb ik daarvoor verkocht Anna opende het boek en begon langzaam de bewer kelijke, ouderwetsche letters te spellen: ...Pressburg. Anno Dominl 1797... Ulwing Chris tof - In het lokaal van den heer R. Laan alhier werd Zondag door de Noorder Bioscoop een filmavond gegeven, waaraan een middagvoorstelling was voor afgegaan en waar de jeugd zich danig had geamu seerd hij de vertooning van zeer geestige films. De opkomst was bevredigend, in aanmerking nemende dat er vele ziektegevallen allerwege voorkomen. „Zeemansvrouwen" was het hoofdnummer, en wie het tooneelst.uk heeft gehoord of gezien, kent het stuk leven, dat speelt in Amsterdam op plaatsen, die de rneesten zich kunnen voorstellen of van nabij kennen, een leven, dat dichter bij ons staat, dan dat groote avontuurlijke leven in het Wild-West enz. Met belangstelling is dit stuk gevolgd, en goed materiaal on goede rustige beelden verhoogden het genoegen. Spannende momenten ontmoetingen na lange afwe zigheid. het afdalen tot in de onderste lagen der maatschappij, 't is alles neergelegd in deze film, dat een stuk is, voor iedereen te zien, zonder daarin aan stoot te vinden. Na dit nummer volgden nog enkele geestige films, waarmede het geheel werd gevormd van een mooien avond. Daarna bal. LANGEND IJ K NOORDSCHARWOUDE. Jaarvergadering toon". „Onderling Hulpbe- Bovengenoemde vereeniging vergaderde Maandag avond ten lokale van den heer L. Hop, café „Con- eordia". Aanwezig met het bestu.ir 72 personen. De voorzitter, de heer J. Kuiper, opent, met' een woord van welkom aan leden en pers. Wij beginnen vanavond iets later, zegt voorzitter, omreden het vandaag een bijzonderen R.K kerkdag is De verga dering is niet zoo druk bezocht door de vele ziekte gevallen en hoopt spr., dat spoedig een verandering raag intreden in het belang der volksgezondheid en ook van de vereeniging. Met een woord van welkom aan de afgevaardigden van de vereeniging te Oud karspel, leden en pers verklaart spr. de vergadering voor geopend. De voorzitter deelt mede, dat in verband met de Ziektewet 3 wachtdagen toegepast worden. De Zon- 'ag wordt niet medegerekend. doch wel als men voor Zondag ziek- wordt, h.v. Vrijdag of Zaterdag. De notulen van den secretaris, den heer D. Kansen, worden onveranderd goedgekeurd. De rekening van dan penningmeester. Namens de cofhmissie tot nazien der rekening deelt de heer Jn. Lindeboom mede, dat een en ander is nagezien en volkomen in orde is bevonden. De ont vangsten hebben bedragen f2916 23, de uitgaven f 2818.23. Het bezit der vereeniging bedroeg per 31 December 1.1. f6435.79, Het vorige jaar was dit f6178.04, alzoo een vermeerdering van f257.75. Den penningmeester den heer P van Dijk wordt dank gezegd voor zijn accuraat beheer. Het jaarverslag. Door den secretaris, den heer D. Kansen, wordt het jaarverslag voorgelezen. Hieruit vermelden wij het volgende: Het afgeloopen jaar gaf geen terugslag voor de vereeniging, dit in tegenstelling met andere vereeni- gïngen. Er werden 4 bestuursvergaderingen en 2 le denvergaderingen gehouden. Het aantal leden per 31 Dec. 1.1. bedroeg 256, nl. waarvan 178 voor de volle uitkeeriing en 78 voor eten gedeeltelijke uitkeering in aanmerking komen. Het vorige jaar was het leden aantal 260. Aan den heer J Sijpheer, die zich als adviseur niet meer herkiesbaar stelt, wordt een woord van dank gezegd voor het vele werk, wat hij in het be lang der vereeniging heeft gedaan Met den wensch dat het jaar 1931 voor de vereeniging een voorspoe dig jaar mag zijn en ook dat in den algemeenen toe stand een gunstige wending mag komen, eindigt het jaarverslag. Den secretaris wordt dank gezegd voor zijn uitge bracht verslag. Bestuursverkiezing. De aftredenden de heeren P. van Dijk en K. de Vries worden met nagenoeg algemeene stemmen her kozen. Als adviseur in de plaats van den heer J. Sijpheer wordt de heer P. Zut gekozen. Vaststelling bodeloon. Door het bestuur wordt voorgesteld dit zoo te la ten als het is, nl. 2 cent per lid. Door den heer A. Kwadijk wordt voorgesteld om ZVt cent per lid te geven, daar hij er heel wat werk aan heeft. In stemming gebracht wordt het bestuursvoorstel met 40 tegen 30 stemmen aangenomen Uitkeering ziekengeld. Het bestuur stelt voor de uitkeeringen van f 12 en f6 te handhaven. Door den heer Kwadijk wordt voorgesteld de con tributie voor gedeeltelijke uitkeering te bepalen op 10 cent. Dit is nu 12 cent. Daar het voorstel niet vol doende ondersteund wordt is het bestuursvoorstel aangenomen. Aan de volgende leden wordt bij loting 3 maan den vrijstelling van contributie verleend, nl. aan de heeren P. Swager, Jn. Hopman, A. de Geus Pz. en Jz. Bruin. Behandeling nieuw reglement Aan de leden zal een exemplaar uitgereikt wor- fel. Zestien jaar,. Gestalte: hoog. Gelaat: lang. Haren: blond. Oogen: blauw. Beroep: timmermansknecht Anna kreeg een kleur. Dat was ik, en de bouwmeester lei zijn hand op zijn paspoort. Toen zag hij zelfbewust de kamer rond, alsof hij met zijn oogen wilde wijzen op wat hij ver worven had. Anna begreep nu voor het eerst dien haar bekenden blik. - Een vrye burger ben ik! zei Christoffel Ulwing. Zijn kortklinkende stem maakte dit woord mooi en krachtig. En onwillekeurig maakte Anna rfiet haar kleine hoofd je dezelfde beweging als de oude man, toen hij zijn hoofd in de hoogte stak. De gedachten van Sebastiaan Ulwing bewogen zich moeilijker. Zij bleven hangen aan het paspoort Herinner je je? Deze woorden brachten de ouden weer jaren terug. Zij spraken van den postwagen, die bij de poort omkantelde. Van den Weener ijlbode, dien zij, in het gasthuis de Drie Rozen, onder de tafel had den gedronken. De wapensmid, de barbier en nog een paar stevige werklieden hadden den bode vastgehouden en de klok kengieter had de vlecht van zijn pruik afgesneden. Daarin zat nog een draad, om ze op den rug te binden Den bouwmeester begon deze zaak te vervelen. Hij werd ernstig. Een pruik was toen alles. De menschen droegen pruiken, zelfs in hun hersenen. En toch is het nu be ter... Sebastiaan Ulwing schudde koppig zijn hoofd. Plot seling klaarde zijn gelaat op, alsof hij de verklaring voor al zijn beweringen had gevonden. Toen waren wij jong, zeide hij bescheiden lachend© Ik draai nog mijn hoofd om, als ik er aan denk, dail je op het dak van de pastorie de dakspancn legde. Jo zat op den topbalk en slingerde met je beenen naar den kant van den Donau. Nu zou jy ook duizelig worden, als ze je daarheen stuurden. Anna zat onbeweeglijk te kijken naar de hand van haar grootvader, naast haar op de tafel. Zelfs in rust balde die hand zich nog tot een vuist. En alsof zij goed wilde maken, wat die vreemde meisjes hadden misdre ven, boog zij zich voorover en kuste de hand Wat is dat? Verstrooid trok Christoffel Ulwing zijn hand terug. /ordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1931 | | pagina 2