Schager Courant „EEN LAMP PHILIPS LAMP Raad Winkel. STEEDS OM DEN EVENAAR... .Vraagt niet yraagt een 't Is een kleinigheid, maar een die Uw stroomrekening laag houdt. Tweede Blad. Het toekomstige luchtverkeer. Woensdag 18 Maart 1931. 74ste Jaargang. No. 8834 „LUCHTVAART" door Luitenant A. J. Williams. Een van de beste piloten van de Amerikaan- sche luchtmacht, waarop men zelfs zijn hoop vestigt voor den wedstrijd om de Schneider- cup, geeft hier een beschouwing over het vliegen met groote snelheden. HET is altijd gewaagd, toekomstvoorspellingen te doen over het verkeer, want er kunnen altijd nieuwe vervoermiddelen of nieuwe types gevon den worden, die alle berekeningen met één slag waardeloos maken. Wanneer men niet te ver vooruit ziet, is er echter reeds genoeg om ons enthousiast te maken. Vooral de groote snelheden zullen de wereld verbazen. Die snelheden zijn noodig in het maatschap pelijk leven, doch evengoed in den oorlog, wanneer alles ervan afhangt, dat men de vijandelijke luchtvloot snei bereikt. y Een korte tijd kan heel wat veranderen. Ruim 20 jaar geleden trachtten Orville en Wilbur Wright een contract met de Amerikaansche regeering af te sluiten voor vliegtuigen, die hoogstens 72 K.M. per uur konden vliegen en in September 1929 behaalde A. U. Orlebar het tegenwoordige wereldrecord van 575.5 K.M. en zelfs zijn landingssnelheid was dubbel zoo groo als die van de machine van Wright. De motor was bijna 80 maal zoo sterk en vermoedelijk 20 maal zoo betrouwbaar. Dat is een groot verschil, nietwaar? En er is geen enkele reden waarom het verschil tusschen 1930 en 1950 niet even groot zou zijn. Wij zullen nu eens aannemen, dat er geen enkel nieuw type en geen enkele radicale verbetering wordt gevon den. Zelfs dan kunnen wij in de allernaaste toekomst rekenen op legervliegtuigen met een snelheid van 800 K.M. per uur. Er worden nu reeds proeven met zulke vliegtuigen genomen en dat beteekent, dat over een jaar of tien een dergelijke snelheid ook voor passagiersvlieg tuigen iets dagelijksch zal zijn geworden. Nu wordt de afstand New YorkSan Francisco door de geregelde vliegdiensten afgelegd in 30 uur en de af stand New YorkChicago in 6 of 7 uur. De afstand is in het begin van dit jaar door een gewoon verkeers vliegtuig afgelegd in 4 uur en een kwartier. En wij zul len niet zoo heel lang behoeven te wachten op een vlieg- dienst, die over denzelfden afstand negentig minuten doet en die ons tusschen ontbijt en lunch van New York naar San Francisco of Los Angeles brengt. Zelfs de zoo conservatieve Dr. Hugo Junkers bouwt een vrachtvliegtuig, dat in de hoogere en ijlere lagen van den dampkring een kruisersnelheid van 650 K.M. per uur moet behalen. Ook Dr. Dornier denkt aan groote vliegtuigen van het type der Do X., maar dan met een groote snelheid. Zoo zullen wij in de toekomst ook groo te passagiersvliegtuigen krijgen met een nu nog onbe reikbare snelheid en daarnaast zullen kleine vliegtuigen voor extra-hooge prijzen met goederen en passagiers over het land schieten. Wij kunnen nu reeds een idee krijgen van die kleine snelle vliegtuigen. Zij bestaan al, hoewel zij nog niet zoo snel zijn als noodig is voor de toekomstige behoeften. Men stelde zich een toekomstigen oorlog voor, waarbij een Europeesche mogendheid een moederschip voor vliegtuigen over den Oceaan stuurt. Het schip zal drie etmalen lang met zijn grootste snelheid varen en dan ongeveer 800 K.M. uit de Amerikaansche kust de „vlie gende torpedo's" afzenden, die hun bommen en gifgassen loslaten boven de groote steden. Intusschen kan het moe derschip de kust tot op 100 of 200 K.M. naderen en bom- bardeervliegtuigen afzenden, die vooral op groote af standen berekend zijn. Zoo'n aanval kan alleen worden afgeweerd door nog snellere vliegtuigen; het zal in de toekomst dan ook in de eerste plaats gaan om de snel heid en niet het aantal vliegtuigen. Het menschelijk weerstandsvermogen Bij dezen wedstrijd om steeds snellere vliegtuigen te vervaardigen zijn de machines niet het eenige bezwaar. Reeds meermalen is de vrees geuit, dat het menschelijk lichaam tegen zulke snelheden niet bestand zal zijn. Kort verhaal Door J PHILIP WILLIAMS. IN het huis van mijn vriend John Crafford, die zijn bivak in Tunchal op Muadeira, een der schoonste plekjes der aarde, heeft opgeslagen, heb ik Dan Rawlings, die een van mijn intiemste reis- en jachtvrienden is geworden leeren kennen. Na een vermoeiende expeditie in het Noordelijk ge deelte van Afrika, waarbij ik materiaal trachtte te ver zamelen voor een nieuwe roman, die in het zwarte we relddeel moest spelen, had lk uitgeput en verzwakt door inlandsche koortsen de wijk genomen naar Fundchal, waar ik mij onder het koele dak van mijn vriend altijd welkom wist. Doch deze keer was ik niet de eenige gast, een oude schoolvriend van John Crafford, een moderne Vliegende Hollander, had eveneens in de beschermende haven van Johnny zijn zeilen gestreken. Een eigenaardig type was die Dan Rawlings! Van Johnny vernam ik dat hij ongeveer den geheelen aard bodem had rondgezworven en nergens, ook bij hem niet, langer rust vond dan enkele weken, op zijn hoogst enke le maanden. Dan verdween hij eensklaps zonder zijn ver trek vooraf aan te kondigen en dook jaren later weer even onverwacht voor je op. En hoogst zelden vertelde hij iets van zijn avonturen, waarvan hij er ongetwij feld een groot aantal beleefd moest hebben. In een spraakzame bui en, die waren hoogst zeldzaam liet hij zoo terloops wel eens iets los, maar zoo'n terloops verteld avontuur deed bij mij de stellige overtuiging rij pen dat ik tegenover een der meest bereisde globetrot ters zat, die wanneer hij wilde de wereld met zijn reis avonturen in verbazing zou kunnen brengen. Doch niet het geringste spoor van die lust was by hem aanwezig, het liefst zat hy zwijgend op het balcon en staarde naar de woelige drukte in de haven of liet zijn blikken weiden Nu is die vrees niet geheel gegrond, want een constante snelheid zal niemand schaden, hoe groot die snelheid op zichzelf ook is. De eenige moeilijkheid bestaat by het veranderen van den snelheid, by de versnelling. Ik heb eens in 7 seconde de snelheid van een vliegtuig opge voerd van 0 tot 150 K.M. per uur by het taxiën over den grond. Ik kreeg den indruk van een zeer snelle .beweging Even later was de snelheid in de lucht opgevoerd tot 450 K.M. per uur en toen bemerkte ik er niets van; ik kon het me pas voorstellen, toen ik de aarde onder mij zag wegglijden. De angst, dat de mensch geen groote snelheden zou kunnen weerstaan, dateert al van de invoering der spoor wegen. Toen dachten sommige doktoren, dat de mensch geen snelheden van 30 tot 50 KM. per uur zou kunnen verdragen! Nu is het waar, dat reeds by 80 KM. per uur de ademhaling niet meer geheel onbelemmerd ge schiedt en by groote snelheden is een glas voor het ge zicht van den bestuurder dan ook onmisbaar. Men hoort wel eens, dat reeds by de tegenwoordige snelheden een piloot in de bochten hèt bewustzijn ver liest. Dat is onzin. Door de middelpuntvliedende kracht wordt het bloed weggezogen uit deadertjes van de oogen en men ziet eerst onduidelijk en tenslotte in het geheel niet meer. Toen het my voor het eerst overkwam, had ik er nog nooit van gehoord en dacht ik, dat er iets met myn oogen niet in orde was. Er waren echter geen an dere onaangename gewaarwordingen en zoodra men uit de bocht is, ziet men weer zoo goed als altijd. Wanneer men een bocht verkeerd neemt, wordt het reeds by veel kleinere snelheden donker voor de oogen en als men rechtuit vliegt, komt het zelfs bij de grootste snelheden niet voor. Bovendien is het maken van scherpe bochten van geen belang voor de verkeersvliegtuigen, omdat deze altyd in een rechte lyn kunnen gaan. Iedereen weet ook, dat het levensgevaarlijk is om met een auto een bocht te nemen bij een snelheid van 80 KM. en dat treinen evenmin een onbeperkte snelheid kunnen verdragen, eveneens om de bochten. Het vliegtuig heeft met geen wegen of spoorbanen te maken en daarom bestaan deze bezwaren eigenlijk alleen voor het korte oogenblik, dat men over den grond rijdt by het opstijgen en landen. De ontwerpers streven dan ook altyd naar een kleine snelheid bij het opstijgen en landen met be houd van groote snelheid in de lucht De snelheid van de Amerikaansche legervliegtuigen is niet groot genoeg, wanneer men de luchtmacht der Europeesche mogendheden ermee vergelykt. Men spreekt wel eens van verkennings- en bombardeervliegtuigon, die 2500 en 3000 KM. per uur zouden kunnen afleggen. Of ze bestaan, is nog de vraag, want de beste modellen worden natuurlyk geheim gehouden. Ze zijn echter veel sneller dan onze beste jagers en wanneer wij in een toekomstigen luchtoorlog een kans willen hebben, moe ten wij meer aandacht geven aan deze „voorposten" in dat gevecht. De verkeersvliegtuigen zyn in Amerika echter snel ler dan in eenige andere land ter wereld. Zoo is voor een Europeesch verkeersvliegtuig een snelheid van 115 KM. per uur al heel mooi, terwyl in Amerika de geregelde luchtdienst is gebaseerd op kruisersnelheden van 185 tot 200 K.M. per uur. De nieuwste vliegtuigen van do Fokker- en Fordfabrieken hebben maximum-snelheden van 225 tot 250 K.M. per uur. En de eenmotorigo ver keersvliegtuigen zijn ook sneller dan de Europeesche. want de kruisersnelheden zyn resp. 210 a 240 KM. en 150 4 175 K.M. per uur. (Nadruk verboden). Vergadering van den Raad op Maandag 16 Maart 1931, des avonds kwart over zevenen. Voorzitter de heer J Koster, burgemeester; secre taris de heer A de Ridder. Afwezig is de heer Brugman met kennisgeving van verhindering, wegens ongesteldheid. De Voorzitter hoopt, dat de heer Brugman weer spoedig hersteld moge zijn. De notulen van 27 Februari 1931 worden onder dankzegging onveranderd vastgesteld. Mededeelingen. Medegedeeld wordt: Voor de school te Lutjewinkel is een oproeping ge plaatst voor schoolschoonmaakster en uit de vier In gekomen sollicitanten is door B. en W. benoemd mej. T. A. Ivossen-van der Klooster. Bij Kon. Besluit van 4 Februari 1931 is bepaald dat de verplegingskosten voor den armlastigen krank zinnige A. Kroon zullen komen ten laste van het Rijk. De Voorzitter zegt, dat deze mededeeling den Raad genoegen zal doen en spr. dankt en feliciteert den heer De Ridder in verband met de speciale moeite die hij zich ten deze heeft getroost. Ingekomen stukken. Een dankbetuiging van de familie Breebaart, voor de belangstelling betoond bij het begraven van wy- len den heer K. Breebaart Jzn. Een besluit van Ged. Staten houdende goedkeuring van het besluit tot het stellen van 30 garantie voor credieten aan tuin- en akkerbouwers. langs de smalle horizont waar hy de woelige nimmer rustende Oceaan wist... Met de nieuwsgierigheid, schrijvers en journalisten eigen, had ik een enkele keer by Johnny een poging ge daan om iets naders over Dan Rawlings te weten te komen. Maar Johnny wist mij alleen te vertellen dat hy van een oud-Engelsch-adellyk geslacht was en reeds als schooljongen, een vreemde stille, maar beproefd vriend was geweest en op de schoolbanken droomde hy reeds van reizen en avonturen in verre vreemde landen. Te gen den wil van zyn familie had hy het veilige verwis seld voor de dansende golven, doch ten laatste hadden zy er in berust in de hoop, dat hij moe gezworven in het voorvaderlyk kasteel terug zou keeren. Of dit wel ooit zou gebeuren? Johnny twijfelde er aan. Voorloopig was er zeker nog geen kyk op. Toen Johnny den zwerver hierover een keer had gepolst, had deze hem verbaasd en tegelijkertyd verschrikt aangekeken en scherp ge vraagd wat hy daarmee bedoelde. Niets, zei Johnny ge ruststellend, louter belangstelling. Hierop had Dan som ber geantwoord dat hij in het koude grillige Noorden nimmer meer terug zou keeren. Zijn levensbaan was om den equator uitgestippeld en om den vlammenden eve naar zou hij blyven reizen tot hij voor de laatste keer de bloedroode zon in het golvenblauw had zien verzinken en voor het laatst de weerspiegeling van het maanzil- ver in de phosphoriseerende zee had aangeschouwd. Trouwens waai- ter wereld kon hij in het razend bran den der sterren zijn verdriet beter vergeten...? Toen Johnny hem nieuwsgierig aanstaarde, had plotseling zijn stem gestokt en na enkele seconden van zwijgen had hy getracht de gewekte impressie door een gemeenplaats te verdringen, maar Johnny wist nu wat hem aan den evenaar gekluisterd hield. Een verdriet... van welks be staan hy nimmer iets had geweten! Dit alles vertelde Johnny aan my en voegde er nog aan toe, dat hy kort geleden een brief uit Engeland had gekregen, waarin de familie van Dan hem vroeg of hy niet kon bewerkstelligen dat Dan in het oude kasteel in Cörnwal zou terugkeeren. Doch over dit schrijven had hy nimmer met Dan durven spreken, daar hij er bang voor was dat deze hem, zyn besten vriend, van samen zwering zou verdenken. Wat denk jy er van Paul? Ik schokte met de schouders en fronste besluiteloos de wenkbrouwen. De eenige dienst dien wij Dan kunnen bewijzen, voegde ik er aan toe is een poging te doen de oorzaak van zijn verdriet te weten te komen en deze zoo mogelijk uit den weg te helpen. Tot nu toe zijn slechts 2 aanvragen ingekomen. Naderhand zal nog worden medegedeeld, tot welk besluit t.a.v. de aanvragen men is gekomen. De begrooting van den Keuringsdienst voor Waren voor 1931, toegezonden door B. en W. van Alkmaar, De bijdrage van de betrokken gemeenten daalt iets. Van de gymnastiekvereniging „Sparta" een dank betuiging voor het beschikbaar stellen van het gym nastieklokaal. Een dankbetuiging als voren van de damesgym nast ickvereeniging. Een dankbetuiging van de afd. Winkel Kinderher stellingsoord en Vacantiekolonies voor het toegeken de subsidie. Een. dankbetuiging van het Hvstorisch Genootschap „Oud-Westfriesland" voor het toegekende subsidie. B. en W. stellen voor deze stukken voor kennisge ving aan te nemen. Aldus wordt besloten. Ingekomen is een schrijven waaruit zegt de Voorzitter blijkt het nut van de verstrekking van subsidie aan het Centraal Archief en Inlichtingen bureau voor Maatschappelijk Hulpbetoon. In dit schrijven wordt gewaarschuwd niet in te gaan op advertenties van eene Ketting omtrent emigreeren naar Nieuw-Guinea. TmiiBCD. Ingekomen zijn de volgende verslagen: Jaarverslag van de Arbeidsbemiddeling. Ingeschre ven werden 69 werkzoekenden, waarvan 46 geplaatst en 23 uit anderen hoofde afgevoerd. Door werkgevers werden 13 aanvragen ingediend, geplaatst 10, uit an deren hoofde 3 afgevoerd. Jaarverslag van de Vereeniging van Zuiderzeege- meenten. Jaarverslag van de Wijkverpleging. Jaarverslag van de Politie Radiocmossie. Een verslag van de vergadering van de commissie van uitvoering van den Vleeschkeuringsdienst van 26 Februari 1931. Mede is ingekomen het jaarverslag van den Vleesch keuringsdienst en de Voorzitter merkt op, dat de zaak zeer goed marcheert, op 't oogenblik is het er al bijzonder druk, vorige week is nagenoeg dag en nacht gewerkt. Een persbericht waaruit bleek dat noch de Voor zitter, noch het plaatsvervangend lid op de laatste vergadering aanwezig waren, had den heer Van Wijk gefrappeerd. Spr. acht het gewenscht nog een derde persoon aan te wijzen. De Voorzitter zegt, dat de afgevaardigde en de plaatsvervanger ziek waren, maar spr. acht het be noemen van een derden persoon niet noodig. Ook de heer Dekker acht dat niet noodig. Het doet spr. genoegen dat de inrichting zoo uitstekend heeft gewerkt. Een totaal verlies van nog geen f500 is niets. Spr is in alle opzichten tevreden en is blij met het succes. De Voorzitter zegt, dat er wel op golet moet. worden dat op dit eerste boekjaar niet drukt de rente van het stichtingskapitaal, maar toch kunnen we over het resultaat tevreden zijn. Er komen steeds meer aansluitingen en spr. maakt zich sterk dat vrijwel alle gemeenten, die wat afstand betreft, er voor in aanmerking komen, zullen aansluiten. Een verslag van een vergadering van de Gascom- missie van 30 December 1930. Een verslag van den uitslag van den 7den Leg- wedstrijd te Beemster. Ter inzage voor de leden. Nadat de heer Honingh t a. v het verslag der Gas- commissie heeft opgemerkt, de fabriek te hebben be zichtigd en hij den Voorzitter feliciteert met de zeer goede inrichting en de Voorzitter heeft mede gedeeld dat er 'n oogenblik is geweest dat de fabriek 5000 H.L. cokes in voorraad had, worden de versla gen voor kennisgeving aangenomen. Verbreeding straatweg In het Westeinde. Het ter kennis van detn Raad gebrachte plan voor verbreeding van den straatweg, zooals dit in het kleine plan werd vastgelegd, heeft aanleiding gege ven tot een nadere berekening en gebleken is dat do totale kosten van uitvoering zullen bedragen pl.m. f 660 Johnny knikte. Inderdaad, maar daar la geen den ken aan. Duizend-en-een keer heb ik al pogingen gedaan Dan hierover aan het praten te krijgen, maar het is my nog geen enkele keer gelukt. Hy is in dat opzicht even zwijgzaam en even mysterieus als een Boedah-beeld en wil je gelooven, Paul, dat hy als een Oostersch pries ter voorwaar geen slecht figuur zou slaan? Onzin, zei ik, de mentaliteit der Westerlingen is niet op de mystieke Oostersche cultuur ingesteld. Het is alles heel aardig voor een poosje, maar wanneer je een paar jaar om en nabij de linie hebt gezworven, snak je naar den Westerbries van het koele Noorden. En het is by Dan Rawlings zeker niet het verlangen naar de mys tieke sfeer van het Zuiden, die hem als de Vliegende Hollander om den aardbol jaagt Een paar dagen na het gesprek maakte lk met Dan Rawlings een wandeling over het eiland. Hy was even zwygzaam als altyd en ik had al lang de pogingen ge staakt om een gesprek gaande te houden. Na een lange wandeling om Funchel keerden wy weer langs den Zui- delyken verkeersweg, in de stad terug. Moe en loom slenterde ik naast hem voort langs de woelige haven, waar tal van schepen met gespannen zeilen door elkaar krioelden. Twee Oceaanstoomers lagen voor de wal en de passagiers vermaakten zich door over de railing naar het spel van kleine naakte ebbenhout-bruine knaapjes te kijken, die met de snelheid en soepelheid van een visch naar kleine koperstukjes doken. Een moment glinsterde een geldstuk in het zonlicht, een kleine plons alsof een vischje boven het water uitsprong; een snelle duik. die geen enkel geluid, maar alleen vervloeiende kringen veroorzaakte en vijf seconden daarna een bru taal glinsterend gebit, waartusschen het koperstukje blonk als een gouden munt. Dan applaudisseerden de in het wit gestoken passagiers heel luid en hevig en de knaapjes dansten In de zilverblauwe golven als dobbers op en neer, vreemde klanken ultstootend die de passa giers moesten verlokken tot grootere vrijgevigheid. Met de panama in de hand stond ik een oogenblik vol be wondering naar de bliksemsnelle bewegingen der glin sterende lichaampjes te turen en verloor zoodoende mijn vriend Rawlings een moment uit het oog. Ik werd uit myn eenzelvige beschouwing weggerukt door een uit roep van verbazing, die mijn metgezel zich plotseling liet ontglippen. Na een snelle blik op zijn gelaat te heb ben geworpen, waarop de flegmatieke berusting plotse ling verdrongen scheen door een koortsachtige opwinding zocht ik het doel van zijn belangstelling, dat ik niet on middellijk kon ontdekken. Om ons heen krioelden de ln Nadat B. en W. zich nogmaals ter plaatse hebben georiënteerd, kwam het hen toch beter voor den weg bovendien om te leggen vanaf het perceel fa. KampP. Beers Czn, Zij achten het een groot belang dat deze verbreeding er wordt bijgenomen, alhoewel de te nemen breedte iets minder zal zijn, dan in het oorspronkelijke grooie plan werd aangenomen. B. en W. adviseeren over te gaan tot uitvoering van het bovengenoemde plan, waarvan de kosten pl.m. f 1100 zullen bedragen. De laatste berekening van het leggen van het trottoir met bijkomende wer ken, is van dien aard, dat, wanneer de kosten van grondaankoop worden bestreden uit den post voor onvoorziene uitgaven 1931, door daarvan over te schrijven op den Kapitaalsdienst, de overige kosten uit de roming voor het trottoir kunnen worden be streden. De Voorzitter licht toe, dat het omleggen van de waterleiding en de electriciteit niet noodig bleek, wel de gasleiding. Zoowel het kleine plan als het groote plan kan bestreden worden uit de f 12000, doordat ge bleken is dat de raming wat ruim was. De heer Dekker wijst er op, dat hij reeds by de voorloopige bespreking vóór het groote plan was en het verheugt spr., dat B. en W. zich nog eens heb ben georiënteerd. Spr. is dan ook voor het voorstel van B. en W. De heer Honingh onderschrijft deze woorden en zegt dat er bij de brug van 't Zand dan een flinke ruimte komt. Het. is wel gebleken dat het goed is de zaak een paar keer te bekijken. De heer Van Wijk moet een ander geluid laten hooren. Spr. vindt het voorstel op zich zelf uitste kend, maar vraagt zich af, of het, in verband met de tijdsomstandigheden, wel juist is dat plan uit te voe ren. Spr. deelt mede, hoe dezer dagen nog een vrachtauto met buizen in het dorp een sneltrein vaart ontwikkelde en als we nu de bochten uit den weg nemen, vergrooten we het snelverkeer. Het tweede punt waar spr. op wil wijzen is dat spr. in het raadsverslag van Harenkarspel gelezen heeft hoe de Inspecteur der belastingen de opbrengst te hoog had geraamd, waardoor de gemeente over 1930—1931 f5000 terug moest betalen. Spr. weet niet of ook onze gemeente een dergelijke verrassing is te verwachten, maar het is voor spr. een bewys dat we voorzichtig moeten wezen. In de derde plaats vraagt spr. of on derzocht is of voor de verbetering bijdrage is te ver wachten van den wielrijdersbond of autoclub. De Voorzitter zegt, dat dit laatste niet is gedaan, omdat hij er met personen, die ermee op de hoogte zijn over heeft gesproken en deze oor deelden dat geen bijdrage was te ver wachten. omdat het hier niet betreft het opheffen van een gevaar. Wat die belastingopbrengst betreft, het is in Winkel precies contra. En wat nu de uit voering onder de huidige tijdsomstandigheden be treft, het komt spr. voor. dat dit dan bij het voteeren van het hoofdbedrag, de f 12000, naar voren gebracht had moeten worden en niet bij het voteeren van deze f 1100. De heer Kamp wijst er op, naar aanleiding van de opmerking door den heer Dekker, dat de raad bij de voorloopige bespreking zich uitsprak voor het kleine plan en wel in verband met het vrleggen van waterleiding enz. Nu blijkt dat waterleiding en elec- trisch kan blyven en dus door de geringere kosten het groote plan kan worden uitgevoerd, is ook spr. voor het groote plan. De heer Dekker merkt op, dat als men de rede neering van den heer Van Wijk zou volgen, we om het snelverkeer tegen te gaan, bochten zouden moeten maken in den weg. Spr. oordeelt dat wat men be spreekt, toch moet neerkomen op een beetje gezond verstand. Voorts wijst spr. erop, dat hij zich bij de voorloopige bespreking voor het groote plan heeft verklaard, omdat hij niet geloofde dat de verlegging van waterleiding en electrisch noodzakelijk was. En dat is bewaarheid geworden. De heer Van Wijk wijst er op, dat de toestand toch niet zoo is. dat verbetering noodzakelijk is, dat blijkt uit het advies van de heeren van den Wielryders- bond en spr. is dus niet in slecht gezelschap. En wat het voteeren van de f12000 betreft, en het bezwaar kleurige baadjes gestoken eilandbewoners en enkele Europeanen, schreden langzaam en deftig met de para sol paradeerend naar de brug van een der Oceaanstoo mers. Juist had ik een vraag op de lippen toen Dan mij by de mouw greep en my voorttrok in de richting van de Boulevard Maritime, waar in een matrozenkroeg een schorre harmonica jengelde. Dan baande zich met groote stappen en forsche schouderbewegingen een weg door de wiegelende stroom van kooplustigen, die de kleine uitstallingen der straatventers omzwermden. Zyn forsch optreden en zyn korte barsche bevelen bezorgden oni in enkele minuten tijd tal van vyanden, die zich zelfs niet ontzagen, om ons enkele niet nader te noemen pro jectielen achterna te smyten. De bewoners van Funchal behooren tot een eigenaardig slag menschen, die alle goede en kwade zuideiyke eigenschappen in zich vereeni gen. In een plotselinge driftopwelling, vaak veroorzaakt door een luttele aanleiding, ontzien zy zich niet om blik semsnel een blinkend mes voor den dag te tooveren en je daarmede een kwaad oogenblik te bezorgen. Achter volgd door een folkloristische verzameling van Madrei- reesche scheldwoorden glipten wy een nauw straatje in, waar de grauwe steile muren maar een smalle reep he melblauw vrij lieten. Het voortrennen van mijn vriend en het dwaas gehuppel van my, wiens beenen in lengte een aanzienlyk verschil met die van myn vriend ten toon spreidden, werd zoo langzamerhand een mallotige ver tooning en ik voelde my ook niet in de lichamelijke con ditie om deze race nog lang vol te houden. En waarheen ofwelk doel? Hoe goed ik myn oogen ook den kost gaf, lk kon geen byzonder menschelijk of dieriyk wezen ontdekken dat de jachtlust van myn vriend geprikkeld kon hebben. Voordat ik om een verklaring behoefde te vragen hield hy plotseling zyn vaart in, bleef stokstijf staan en bracht als iemand die door een toeval zyn geheugen te rug krijgt, de hand aan het voorhoofd. Ik trachtte het zweet, dat my in stroomen langs het gelaat liep, zoo goed en zoo kwaad als het ging te stelpen en keek ter sluiks naar myn vriend, die de hand doelloos langs h^t voorhoofd wrijvend strak in de verte keek. Op eens ont spande zich zyn borst in een diepen bevrijdenden zucht en my met zyn blauwe oogen, wier blik by op dat oogen blik aan een gewond dier herinnerde, verontschuldigend aanziend, zei hy zacht: Kom, laten wy teruggaan en trachten in de bar van Francois wat op adem te komen! Zonder een vraag te stellen aanvaardden wy den te rugweg door het nauwe slop en zochten verkoeling in

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1931 | | pagina 5